128
Afdeeling VIII.
Toevoer van licht en lucht.
Akt. 64. In elk woonvertrek moeten een of meer van ven
sterglas voorziene lichtramen zijn, in de buitenlucht uitko
mende en te zamen eene oppervlakte hebbende van tenminste
één twaalfde van de oppervlakte van den vloer.
In elke keuken en elke werkplaats moet minstens een zoo
danig lichtraam zijn, dat geen mindere oppervlakte heeft dan
van 0.75 M2. in den dag.
Indien in woningen met meer dan een vertrek een woon
vertrek aan de in het eerste lid gestelde eischen voldoet, kun
nen Burgemeester en Wethouders voor de verdere vertrekken
geheele of gedeeltelijke vrijstelling verleenen, mits die vertrekken
voldoende gemeenschap hebben met de buitenlucht door een
raam van kleinere afmeting, een luchtkoker of rooster.
De in het, eerste en tweede lid bedoelde lichtramen moeten
zoodanig geopend kunnen worden, dat de opening ten minste
0.20 M2. in den dag bedraagt.
Elke bedstede moet door middel van een gemakkelijk afsluit
baren koker of van een raampje met de buitenlucht in ver
binding staan; de kleinste doorsnede van den luchtkoker of
de oppervlakte van het raampje moet ten minste 0.04 M2.
groot zijn. Al het houtwerk in de bedstede moet los zijn aan
gebracht.
Hoofdstuk V 11
Voorschriften nopens behoorlijke bewoning.
Art. 65. Het is verboden
als eigenaar eene woning te doen of laten bewonen, wan
neer daarbij niet voldaan wordt aan het voorschrift vervat
in artikel 68 dezer verordening, of een woning aan een
zoodanig aantal personen in gebruik te geven dat^niet
voldaan kan worden aan de artikelen 66, 67 en 70 of
waarbij artikel 69 niet in acht is genomen;
h. als hoofdbewoner eene woning te bewonen, wanneer daarbij
niet voldaan wordt aan de voorschriften, vervat in de
artikelen 66 tot en met 72 dezer verordening.
Overtreding van dit verbod wordt, voor zoover daartegen bij
paragraaf 9 der Woningwet niet reeds straf is bedreigd, gestraft
met hechtenis van ten hoogste eene maand of geldboete van
ten hoogste een honderd vijftig gulden.
Abt. 66. In iedere woning moet op elke drie bewonersten
minste één bed, bedstede of andere vaste slaapplaats zijn.