Van de invordering der plaatselijke belastingen.
257. De invordering der plaatselijke belastingen wordt geregeld
bij plaatselijke verordeningen, overeenkomstig de bepalingen der
artt. 258 - 269. v b
258 Tegen hem die nalaat de door hem verschuldigde plaatse
lijke belasting vóór of op den verschijndag te betalen, wordt door
den ontvanger, dien het aangaat, een dwangbevel afgegeven mede
brengende het regt, om de roerende en onroerende goederen des
schuldenaars zonder vonnis aan te tasten.
259. De ontvanger geeft het dwangbevel niet af, dan na den
belastingschuldige te hebben gewaarschuwd en vervolgens aan
gemaand.
Hij kan den nalatigen belastingschuldige, alvorens tegen hem een
dwangbevel af te geven, door de inlegering van een krijgsman tot
betaling dwingen.
260. De regelen, bij de wet op de invordering van 's Rijks
directe belastingen gesteld of te stellen, ten aanzien der waarschu
wing en aanmaning van den belastingschuldige, der inlegering bij
en van het dwangbevel tegen hem gelden voor de invordering der
plaatselijke belastingen.
Daarbij gelden insgelijks de bepalingen dier wet, omtrent de
kosten van vervolging.
Het dwangbevel, door een gemeente-ontvanger uitgevaardigd, kan
in het geheele Rijk worden ten uitvoer gelegd.
261. De beteekening van stukken, betreffende vervolging ter
invordering van plaatselijke belastingen, geschiedt door een amb
tenaar daartoe door Burgemeester en Wethouders aan te wijzen.
262. De plaatselijke belasting, die niet binnen drie jaren, te
rekenen van het tijdstip waaröp zij verschuldigd, of waarop de
laatste acte van vervolging beteekend was, werd ingevorderd, is
verjaard.
264. De kohieren der hoofdelijke omslagen en andere plaatselijke
belastingen, alsmede die der heffingen, in art. 240, i en j. bedoeld,
worden door burgemeester en wethouders opgemaakt en vastgesteld
door den raad.
Zij behoeven de goedkeuring van Gedeputeerde Staten, alvorens
uitvoering te kunnen erlangen.
Indien het besluit van Gedeputeerde Staten tot goedkeuring van
kohier door Ons wordt geschorst of vernietigd, neemt het gemeente
bestuur, met betrekking tot dat kohier, art. 159 in acht.
Binnen veertien dagen na de goedkeuring worden de kohieren
in afschrift gedurende vijf maanden op de secretarie der gemeente
voor een ieder ter lezing nedergelegd. Van de nederlegging geschiedt
openbare kennisgeving.
265. Het aanslagbiljet wordt uitgereikt binnen twee maanden