21
liggenden grond en de woning, een open ruimte blijft van minstens
vijf meters. Van deze bepaling kan in bijzondere gevallen dooi
den Raad ontheffing verleend worden.
Raadsbesluit van 15 September 1910, betreffende gronden tusschen
de Delft, den Zijlweg en den Bloemendaalscheweg.
De Raad enz., besluit:
1°. ten aanzien van de wegen op het bij dit besluit behoorende
plan ontworpen, vast te stellen:
dat de breedte bedragen zal van
a. den hoofdweg (Julianaweg) 16, waarvan 9 meter rijweg met
inbegrip van de rijwielpaden en aan beide zijden voetpaden elk
van 3.50 meter;
b. de wegen B en C elk 12 meter, waarvan 6 meter rijweg langs
de bouwblokzijde 2 meter voetpad en langs de vaarsloot 4 meter
plantsoen
c. de overige wegen 12 meter, waarvan 6 meter rijweg en ter
weerszijden voetpaden van 3 meter;
dat de hoogte minstens 0.60 meter boven A. P. zal zijn, de
laatste 150 meter van den Julianaweg opglooiend naar de kruin
van den Bloemendaalscheweg;
dat de ligging en richting zullen zijn, zooals op voornoemd plan
is aangegeven;
dat de beharding van de rijwegen zal bestaan uit eerste soort
klinkers (waalvorm) en van de voetpaden uit sintels door een kop-
laag van den rijweg gescheiden, waarlangs een goot breed 0.30
meter, terwijl de aard der beharding van de rijwielpaden nader
door Burgemeester en Wethouders zal worden bepaald, zullende
deze niet duurder behoeven te kosten dan die van de rijwegen;
dat in alle wegen over de geheele lengte daarvan een riool
gelegd zal worden van buizen in betoncement met een inwendige
wijdte van 60/40 c.M. voor den Julianaweg en van 30/40 c.M.
voor de andere wegen;
dat in verbinding met deze riolen ijzeren straatkolken geplaatst
zullen worden, waarvan capaciteit, plaats en aantal ter beoordeeling
van Burgemeester en Wethouders zijn;
dat alle wegen, alvorens voor het verkeer open te stellen, beplant
zullen worden met iepenboomen
2°. ten aanzien van de bruggen op voornoemd plan ontworpen
vast te stellen
dat zij gemaakt zullen worden volgens systeem Monier, berekend
op eene nuttige gelijkmatig verdeelde belasting van 1000 K.Gr. per
M2. respectievelijk op een wagenbelasting met een maximum rad-
druk van 2000 K.(t.
dat de brug over de Delft geen mindere doorstroomingswijdte
verkrijgt dan van vier en een halve meter, gemeten haaks op de
