TITELS EN PRAEDICATEN.
Rang, Ambt of Stand. Tr
Mevrouw. Hare Majesteit.
KoninginAan H.M. de Koningin. Aan
Koningin-MoederH. M. de Koningin-Moeder.
Prins of Prinses van den bloedeAanZijneofHareKon.Hoogh.
Graaf of GravinHooggeb. Heer of Vrouwe.
Baron of BaronesHoogwelgeboren lieer of
JonkheerVrouwe.
Jonkvrouw
Adellijke weduweMevrouw de Douairière.
Niet adellijke, aanzienlijke personenWeledelgeb. Heer of Vrouwe.
Deftige burgerij Weledele Heer. Mevrouw.
Kleine burgerijHeer. Mejuffrouw.
Ministers,Ministers van Staat,Gezanten, Gouverneur- Wv/>ollonH~ Afln 7«nf,
Generaal, Admiraal, Viee-Admiraal, Luitenant- '«ce lei tie. Aan Z.jne fcx-
Generaal, Groot-Officieren van liet Koninklijk cenentie.
Huis, Gouverneur
Leden van den Kaad van State, van de Rekenkamer,
van de Staten-Generaal, van de Gedeputeerde J
Staten, Oud-Ministers, Hoofd-Ambtenaren tot den Hoo_„deli,estren„e
rang van Referendaris, Hoofd-Officieren t. <1. r. i Hoogedelgestrenge,
van Kapitein-Luitenant ter Zee en Majoor, Oom
missarissen der Koningin, Consul-Generaal
Inspecteurs, Subalterne Officieren v. Land- en Zee
macht, leden v. Prov. Staten, Ingenieurs van den Weledelgestrenge Heer.
Waterstaat, Consul, Vice-Consul, notarissen, allen
die den titel van Meester (Mr.) voeren J
Hoogedelaelitb. ol Weledel-
Burgemeesters van groote stedengestrenge Heer.
Burgemeesters van kleine gemeenten, Wethouders, Edelachtbare 0f Weledelge
leden van den Gemeenteraad, van Arrondisse- strenge Heer
ments-Rechtbanken, Kantonrechters
Leden van den Hoogen RaadEdelhoogachtbare.
Id v. Gerechtshoven, Curatoren eener Hoogeschool Kdelgrootachtbare.
HoogleerarenWeledelhooggel. Hooggel.
Wie den graad van Doctor (Dr.) heeftM eledelzeergeleerde.
ArtsenWeledelgeleerde.
Opper-Ilabbijns, predikanten met den Doctorstitel Weleerwaarde Zeergeleerde.
Pastoors, DekensZeereerwaarde.
Predikanten (zonder den Doctorstitel), Kapelaans, t \veieerwaarde.
Rabbijns, Hulppredikers, Zendelingen
Vrouwelijke Religieuzen Eerwaarde Zuster.
Hoofd van een gestichtEerw. Moeder.
Seculiere of wereldlijke geestelijkenEerw. Heeren.
Reguliere of klooster- en ordesgeestelijken Paters.
Kanunnik; leden Synode N. II. KHoogeerwaarde.
Monseigneur. Hoogeerw.
Aartsbisschoppen, Bisschoppen. Zijne Doorl. Hoogw.
De Paus.Heilige Vader. Zijne Heiligh
Jonkvrouw is uitsluitend een adellijk praedicaat; niet-adellijken zijn dus niet
gerechtigd dit te voeren. Ongehuwde adellijke dames worden met het praedicaat
„freule" toegesproken en men noemt haar aldus, wanneer men over haar spreekt
of schrijft.