98
Artikel 3.
De bezoldiging.
De jaarwedden zullen bedragen
voor den commies der 1ste afdeelingf 1200. f 1500.-
voor de adjunct-commiezen iedert 1000 t 13UU.-
voor den commies-teekenaar: t 1400 1'uu-"
voor den klerk: 1
De belooning der tijdelijke klerken en teekenaars worden
door burgemeester en wethouders geregeld.
Artikel 4.
De bezoldiging.
De ambtenaren worden aangesteld op de minima genoemd
Bij bijzondere bekwaamheid en in bijzondere gevallen kan
door burgemeester en wethouders hiervan worden afgeweken.
De maxima worden bereikt met tweejarige verhoogingen
van f 100.
De ambtenaren ontleenen aan deze verordening geen vol
strekt recht op periodieke verhoogingen.
De verhoogingen worden door den raad slechts op voor
dracht van burgemeester en wethouders toegekend.
Artikel 5.
De ambtenaren van den burgerlijken stand.
Indien de ambtenaren ter secretarie tevens zijn bezoldigde
ambtenaren van den burgerlijken stand, dan worden de jaar
wedden, die zij als ambtenaar ter secretarie genieten, vermin
derd met een bedrag, gelijkstaande aan de jaarwedden, hun
als ambtenaren van den burgerlijken stand toegekend.
Artikel 6.
De tijdelijke waarneming.
De ambtenaren, die tijdelijk belast zijn met het waarnemen
der betrekking van hooger of lager personeel, behouden hun
gewone bezoldiging, met inachtneming van het bepaalde bij
art. 105 der gemeentewet.
Alle handelaren in minerale wateren