Y A artikelen JfeDERjflTORHE POST |Azaliasen^ g H z==zz zeer zware Cyclamen 1 HAARLEM kJansstraat - Santpoort „DE DAHLIA", WBEUNDER, I PLAATSELIJK NIEUWS (White Cargo) dit Blad eheei oplosbaar. ALGEMEEN NIEUWS- EN ADVERTENTIEBLAD VOOR BLOEMENDAAL, OVERVEEN, AERDENHOUT, BENTVELD EN VOGELENZANG. UI TG EVER: G. EIKELENBOOM IN VEREENIGING MET DE E De Zeeweggronden* P. vara der Stad Haarlem rertoond rl de Vogt Looij en ken gnoletten e bevestigen m f o r e n a Kwaliteit sen" tg en boeiend Eerste Jaargang ZATERDAG 6 FEBRUARI 1926. Dit blad verschijnt minstens éénmaal per week. No. 22 f BUREAU VOOR REDACTIE EN ADMINISTRATIE: BLOEMEN DAALSCHEWEG 42 TELEFOON 22324 ABONNEMENTSPRIJS: VOOR EEN HALF JAAR f 1.50 SNEEUW! r! MOOI WEER. LEO HUIJKMAN □B90EE30£300E0S000E0B0EaEE30E9EBEEESfB0EaEHEE E3 A E E3 ZIE ONZE ETALAGE EE Rapport der Commissie van Bijstand. KUNSTHANDEL BOSKAMP - OVERVEEN Uitzending van Diners aan huis G. J. Gude - Cuisinier Jordenstraat 74 - Haarlem - Telef. 13132 De tent onzer Reddingsbrigade. Diefstal van Lood. Hesse ïble van TILLY LUS ng door het Nieuwe der Louis Saalborn) tiling van TILLA hap ran Dario Nicodemi 10—3 uur 123 uur V S'l ringen enz. bijtijds op, g over het behandelde, ïeweg 42, Tel. 22324 radig ad bij •de: „Voorwaarts evaarte vloog als de wind door acht ferme schaatsen- overigen. tijd was het Hazeneiland i gelijktijdig, daar menigeen was geweest, het ijs nauw- ij te bekijken, dan hem lief gevonden?" riepen de ka- die dan met een leelijk ge- deze antwoordde dan: zijn beurt, man." ens flink af en trachtte de laatste schaatsenrijders bij terwijl hij zijn voeten wat n jullie er van als we eens „dat is een goed plan. Jij, vijf anderen, dus acht te twee van jullie trekken, wijl de andere zes commie- le slee dadelijk weg en vijf jullie en trachten je van Is dat goed?" Slot vólgt. BLOEMEN DEAL'S EDITIE ADVERTENTIEPRIJZENPer regel 0.15. Bij afname van 500 regels: 0.12'/2 per regel; 1000 regels: 0.10 per regel; 2000 regels: 0.09 per regel; 5000 regels f 0,071 /2 per regel. Kleine Advertenties, t.w. Koop en Verkoop, Huur en Verhuur, Vraag en Aanbod, etc.: 0.50 per Advertentie van hoogstens 10 regels, mits bij vooruitbetaling. De sneeuw, de sneeuw, die daalt in vlokken ongeteld; De hemel is ermee doorspikkeld en doorspeld. Is, anders niet dan sneeuw, van onder en van boven' De lucht die is ervan doorwemeld en doorstoven. De sneeuw, de sneeuw, die stopt de gaten en de kuilen; Zij dekt het gras, het grint, de barsten en de builen. De sneeuw maakt alles één van verve en verschijning; Zij daalt op Uwe stoep en binnen mijne heining; De sneeuw gaat tusschen ons hoe ver wij zijn gescheiden Eenzelfde evenheid, eenzelfde vloerkleed spreiden. HENRI BAKELS. Uit: „Spiegelingen". Het wóórd alleen wekt al bij ons gedachten aan blauwe lucht en zonneschijn, aan ver hoogd genieten van de natuur, met mooi weer lijkt het, alsof wij intenser leven, of de zon, die de kleuren zooveel dieper en rijker maakt om ons heen, óók ons vermogen tot arbeiden en tot genieten verhoogt. En het blijde zon licht speelt in onze herinneringen aan mooi weer, zeker wel de grootste rol. Een mooie zomersche dag: een stralend blauwe lucht en zon overgoten velden! Iedere dag opnieuw, ook al is hij wellicht een uit een lange rij van mooie dagen, is als een feest, een feest voor de oogen, een feest voor de ziel. Maar ook, met hoeveel vreugde begroeten wij een hel deren winterdag met óók een blauwe lucht, die hoewel bleek en ijl, in haar wijde open heid den oogen weer eens toestaat ver weg te zien; met ook een zon, zij het een bleekere, dan de zomerzon, maar die de witbesneeuwde velden doet schitteren en flonkeren, terwijl de herinnering aan deze lichte wereld ons bij blijft, vele lange donkere dagen. Tóch kunnen menschen spreken van „mooi weer, ook al laat de zon zich wachten. Daar is de landman, die na weken van droog te met blijdschap de regensluiers over de aarde ziet vagen. „Best weertje", vind hij het, voor hem is-het neerruischen van den milden regen muziek en hij geniet van den vochtigen geur, die uit de aarde opstijgt. En dit is wer kelijk niet in de eerste plaats, omdat deze re gen hem grooter kans geeft op het gelukken van den oogst. Er ligt óók in een zich nauw verwant voelen aan de aarde, zóó, dat het dorsten van die aarde ook hèm een kwelling wordt, en haar lafenis óók de zijne. Ook een kunstenaar vermag in, wat wij gewone stervelingen een triesten regendag noemen, het mooie te zien. Dat moeilijk te vinden, eigenaardig schoon beschrijft Nico van Suchtelen in „De stille Lach": „Een regendag! De meeste menschen vin den een regendag vervelend, er zijn er zelfs, die dan spreken van „somber". Onbegrijpe lijk! Regen is frisch en opwekkend, vooral als 't er erg bij waait. Een hoogst enkele maal is hij, om een of andere nietige bijoorzaak, een beetje lastig; maar altijd toch mooi. Vandaag was de regen, de onophoudelijke, mistige mot regen eerst, de plassende slagregens later, prachtig. Eigenlijk was hij, wegens lekkage van mijn schoenen, óók lastig, maar ik kon toch niet nalaten een flinke wandeling te ma ken. Maar het spetteren van den regen op het zinken platje onder mijn raam is toch heel aangenaam om naar te luisteren. En kijk, hoe de blinkende droppen weer sneller en sneller vallen, hoe zij weer grooter en grooter wor den! Welk een wonderbaarlijke Iichtvalling opeens in de kamer! Zie de natte, druipende, blinkende muren van het huis hierover, het molme schuttinkje recht en daar bovenuit de achtergevel van de tapperij. En daarboven, iets verder, de grijze, oude, nu zoo héél oude kerktoren! En uit 't andere raam: de boomen met hun zwaar-buigende takken en neerdrui- pende blaren, waar de zilveren parels onop houdelijk van afrollen! Maar het allerschoon ste is dat dunne, lichtblauwe waas, die ijle sluier, die even golvend vóór en óver alles uit en heen waait en wappert." Men is gewend de voeten min of meer te verwaarloozen. Niemand zou er aan denken een hoed te dragen die hem knelde en pijn deed. Schoeisel dat Uw voeten pijn doet, kan onmogelijk sierlijk staan. Passend maatschoeisel, waarin Uw voeten aangenaam .gesteund worden, maakt houding en gang elegant. VOETKUNDIG SCHOENMAKER Kleine Houtstraat - Haarlem ZIE ONZE ETALAGE En ook kinderen „maken" mooi weer. Voor hen doet het er niet toe, of de zon schijnt, of dat het regent. Gaan ze uit in een gietbui, dan is het „fijn dat het regent". Gooit de storm hen haast omver, dan is het „fijn dat het waait". Elke weersgesteldheid heeft voor hen een heel eigene bekoring, die ons volwassenen maar al 'te vaak ontgaat, een bekoring, die hun het weer altijd „mooi" doet vinden. Hoe levendig beschrijft Otto Ernst een uitgang met al zijn vijf spruiten! Het weer is volgens vader niet mooi, het dreigt te gaan regenen, ja het hééft zelfs de brutaliteit wérkelijk te gaan rêgénen: Groote opschudding onder het vijftal: het regent niet; als 't niet langer te ontkennen valt, regent het een béétje, maar: dat is dadelijk weer over, dat zal je zien! Zoo bezweren vijf paar hunkerende oogen den neerplassenden regen, en werkelijk, het wórdt droog. O, heerlijkheid! Als ze nu maar eerst op weg zijn! Zoolang ze nog vertrekken moeten, is de regen van belang, omdat hij voor vader een reden kan zijn om hen thuis te doen blijven. Maar als ze eenmaal op weg zijn, dan hindert het niet meer of het regent, dan zijn zij uit en zij genieten; of dat nu nat of droog gebeurt, maakt niets uit. Ze gaan werkelijk en de tocht verdrinkt letterlijk in het hemelwater. Het wordt, wat volwassenen noemen: een mislukte dag. Door- en doornat keert het gezelschap huiswaarts. Vader ver wijt zichzelf hevig zijn zwakheid te hebben toe gegeven aan het verlangen van zijn kin deren en uit te zijn gegaan in dit vreeselijke weer. „Had ik mij tegenover het zaniken van mijn kinderen een man van karakter getoond, dan zouden wij nu allemaal droog gebleven zijn. Nu is het echter de vraag, of een droog leven zoo plezierig is. Toen in de slaapkamers een luid, verward gegil klonk, een neergooien van schoenen, en ik een chaos zag van armen, kousen, beenen, laarzen, broeken en rokken en toen Bertha tegen haar jongste zusje zei: „Dat was een fijn uitstapje, hè?" en Rcswitha uit het diepst van haar hart antwoordde; „Ja, dat was het fijnste dagje, dat ik ooit in mijn leven heb gehad!", toen dacht ik: Zij zijn de philosophen! Zij dragen het weer in haar hart, en daar valt geen regen!" Allen zijn wij op onze beurt nog wel eens gelijk aan deze kinderen, allen hebben wij een herinnering aan één of meer „gelukkigste" dagen van ons leven," waarin wij de zon niet misten en den stroomenden regen bijna als een begenadiging ontvingen. Die regen deer de ons niet; door onze geluksstemming werd hij vermooid en op zijn beurt werd hij een factor tot verhooging van ons geluk. En later op zoo'n dag terug ziende, getuigen wij, dat het „mooi weer" was. Wanneer wij innerlijk krachtig leven, die nen de uiterlijke omstandigheden, hoè zij ook mogen zijn, slechts tot veimooiing van dat innerlijk leven. Maar onder de moeilijkste om standigheden, misschien ondanks deze, mis schien zelfs daardoor, kan het zieleleven een van zijn hoogtepunten bereiken, daardoor wij, later op dien moeilijken tijd terugziende, deze met dankbaarheid „mooi" kunnen noemen. Ina Boudier-Bakker beschrijft in een schets, hoe een kinderlooze vrouw in de moeitevolle verpleging van haar man, die een tijdlang ernstig ziek is, een zóó groote voldoening vindt, (die haar overigens in haar leeg leven volkomen ontbreekt), dat deze periode voor haar, ondanks moeite en zorg, groote rijkdom met zich brengt. Zij is dat zichzelf niet, of ternauwernood, bewust, en eerst later, als alle leed geleden is, maar ook de taak van zor gende verpleegster, die haar diepste wezen bevredigde, haar weer is ontnomen, begrijpt zij hoeveel moois er voor haar in dien zorg- vollen tijd verborgen lag. Zoo gaat het velen van ons: vaak blijkt een vliegende storm, een donkere onweers nacht voor den groei van onze ziel van onbe rekenbare waarde te zijn geweest; blijkt later die moeilijke tijd in al zijn bewogenheid schoon en onmisbaar voor de ontwikkeling van ons beste zelf. Laat dan onze innerlijke kracht zóó groot zijn, dut wij in staat blijven, uit élke weéïsgéstéldhêiil, die het wisselend leven ons brengt, datgene te behouden, wat ons rijker kan maken; laten wij als kinderen ook de moeilijker omstandigheden aanvaar den als „mooi weer". J. S. De bijdrage van de Erven van der Vliet wordt veel te gering gevonden. De commissie van bijstand is eens aan het rekenen gegaan, hoeveel de kosten van aanleg van electriciteit, gas- en waterleiding in den Zeeweg zullen bedragen. Zij komen tot de navolgende berekening: Electrische kabels. Volgens deze inlichtingen zal een bedrag van rond ƒ90.000 noodig zijn voor de electrische kabels. Door de gemeente zal daarvoor 9000 per jaar te garan deeren zijn, welk bedrag geleidelijk vermindert naar mate de Zeeweg bebouwd wordt. Een transfprmator kan een oppervlak bedienen met een straal van 500 Meter. Allereerst moet er dus ko men een hoogspanningskabel met 4 transformatoren huisjes op onderlinge afstanden van ongeveer 1000 M. Vervolgens aanweerzijden van den weg een licht- kabel. Daarbij lantaarns, op deze breeden weg te plaatsen aan weerzijden, op onderlinge afstanden van 80 Meter. Gas. Gerekend is op een 4" persleiding van 3000 Meter lengte, naar het te maken persgashuisje. Van het pers- gashuisje uit de distributieleidingen. Zoowel naar de richting Overveen als naar zee 1000 Meter 7" leiding, vervolgens 6" leiding. Aan de andere zijde van den Zeeweg een doorloopende 4" leiding, op onderlinge afstanden met de leiding aan den anderen kant van den weg verbonden. Totaal voor gasleidingen: pers inrichting met leiding ƒ21.000 distributieleidingen 68.320, totaal 89.320 of rond 90.000. Wil ook deze exploitatie rendabel zijn, dan moet aan rente en afschrijving 9000 opgebracht worden, waarvoor per jaar ongeveer 225.000 M3. gas ver kocht moet worden, waarbij dan alleen de exploitatie kosten gedekt zijn en van winst geen sprake is. Ter verduidelijking diene, dat de afname in 1925 was rond 1.000.000 M3. gas. Waterleiding. De hoogte van den zeereep schattende op ongeveer 14 M. A.P., moet voor een tamelijk hoog gebouw, zooals daar te verwachten is, in het buizennet een overdruk heerschen van 35 M. Nu ware misschien wel als voorwaarde voor het bouwen aan den Zeereep of den Zeeweg te stellen, dat men zelf voor den be- noodigden druk moet zorgen, evenals de bewoners der villa's aan den Hooge Duin en Daalscheweg, wen- schelijk is dat niet. Van de filterinrichting loopt een 8" leiding via den Ter Hoffsteedeweg naar den Bloemendaalscheweg. In Kweekduin liggen hoofdzakelijk 3" leidingen. De be- Tentoonstelling van Teekeningen» Houtsneden en Aquarellen door KEES KOEMAN, te houden van 30 Januari t/m 15 Februari 1926 Op werkdagen van 10—6 uur Op Zondagen van 116 uur Prijscourant wordt op aanvrage toegezonden staande 8" leiding wordt vooral in den zomer zwaar belast, wat steeds erger zal worden, gezien de uitbrei dingen in Aerdenhout. Bij groot waterverbruik heeft men een groot druk- verval. Voor den Zeeweg is het daarom noodzakelijk een afzonderlijke transportleiding van de filterinrich ting af te maken, dus een tweede 8 leiding. Aan het begin van den Zeeweg kan deze leiding gesplitst wor den. Aan de eene zijde van den weg kan dan komen een doorloopende 4" leiding en aan de andere zijde achtereenvolgens 1000 M. 7", 1000 M. 6 1000 M. 5" en 2000 M. 4" leiding. De leidingen aan weerzijden van den weg op onderlinge afstanden te verbinden. Kosten rond 69.000. Wil men het water op den benoodigden druk heb ben, dan moet het opgepompt worden. Een watertoren zou tienduizenden kosten. Het goedkoopste is een automatische pompinrichting. Daarvoor kan de ma chinekamer op het filterterrein vergroot worden, waarin dan plaats moet zijn voor twee pempag'gre- gaten van 50 M3. per uur die ook parallel moeten kunnen loopen en een flinke drukwindketel. Ten be hoeve van de motoren zal een electrische krachtkabel gelegd moeten worden. Kosten rond 17.000. Totaal voor waterleidingen 103.000. Hierbij geldt dezelfde redeneering als voor electrici teit en gas. Zullen deze leidingen en inrichtingen rendabel zijn, dan moet aan rente en afschrijving 10.300 gerekend worden, waarvoor ten minste 100.000 M3. water ver kocht moet worden. Daarbij zijn dan alleen de exploi tatiekosten gedekt en is van winst geen sprake, (ter verduidelijking diene, dat het waterverbruik in de ge meente thans tusschen de 250.000 en 300.000 M3. per jaar bedraagt). Recapitulatie van de diverse begrootingen: Electrische kabels 90.000 Gasleidingen 90.000 Waterleiding 103.000 Totaal 283.000 of rond 300.000. Bij de beschouwing van deze kostenberekenmg om den Zeeweg te voorzien van electriciteit, gas- en wa terleiding, kan en mag zij tot geen andere conclusie komen, dan dat eene bijdrage van 80.000, genoemd in het met de Erven v. d. Vliet aan te gane contract, ter exploitatie van de gronden aan den Zeeweg een te geringe bijdrage in de te maken onkosten vertegen woordigt, die in verre niet in verhouding staat tot de risico, die de gemeente op zich neemt, zoo Jat het hoogst noodzakelijk zal zijn, wil de gemeente zich voor groote, jaarlijks terugkeerende uitgaven aan het P.E.N. en de gemeentebedrijven vrijwaren, dat deze bijdrage aanzienlijk verhoogd worde. Poelier. KI. Houtstraat 136 Opgericht 1870 Hazen Fasanten Patrijzen Kalkoenen Gemeste Ganzen Poulardes Braadkippen GemeBteEendvogels Reevleesch TELEFOON 10188. Talingen Wilde Eendvogels Watersnippen Duinkonijnen BLOEMENDAAL. De tent der reddingsbrigade, welke eigendom Is van de gemeente, doet thans dienst als schaftlokaa'.tje voor de werklieden, welke aan de Mollaan-rioleering bezig zijn. De „Opr. Haarl. Crt." schrijft hierover het niet on aardige stukje: We zouden wel eens willen weten, wat de vreem delingen, die dezer dagen de Mollaan over kwamen en natuurlijk niet bekend zijn met plaatselijke toestan den, gedacht moeten hebben, als ze in de verte de opgeworpen grond zagen en vlak daarbij een tentje, een keetje, een schuurtje, in elk geval een bouwseltje, waarop met wit-vlammende letters geschilderd stond: „Bloemendaalsche ReddingsbrigadeWellicht zijn er geweest, die gedacht hebben aan een gron Jstorting, aan een ingestorte onderaardsche gang, aan een riool- gasbedwelming op groote schaal of iets dergelijks, bij welk ongeluk de reddingsbrigade aan het werk was, om bij dichterbij komen te ervaren, dat er niets anders aan 't handje was dan een gewone rioolbuizemeggerij, waarbij het brigade-tentje dienst deed als schaftlo- kaaltje voor het werkvolk. Nu kunnen we ons voorstellen, dat het bestuur van de Bloemendaalsche Reddingsbrigade de gemeente zeer dankbaar is voor deze gratis-reclame voor de B.R.B., dat ze de ingezetenen er als 't ware aan herinnert, dat zij de brigade nog niet steunen naar vermogen maar aan den anderen kant is deze gratis reclame toch een armoedige vertooning. die onwillekeurig doet denken aan een Drentsch dorpje uit de 16e eeuw, waar maar één paar schoenen aanwezig was, waarvan de nota belen om beurten bij bijzondere gelegenheden gebruik konden maken. Of aan een armoedig gezin met 2 dochters en één knap jurkje, dat de dochters om beur ten mogen dragen. De vreemdeling weet natuurlijk niet, dat de tent aan de gemeente behoort, terwijl het naamplaatje van de B.R.B. er op staat en hij zal een hoog idee krijgen van den Kaufmannischen zin der brigade, die haar tent in 't winterseizoen verhuurt aan de gemeente. Maar dan zal diezelfde tent hem af schrikken, aan de Bloemendaalsche kust te gaan zwemmen en de kans te loopen, hij ongesteldheid of verongelukken in die tent te moeten worden bijge bracht. Immers de kans is dan groot, dat men nii het opslaan van de oogen in den waan komt, reeds in zijn kist te liggen en van scnrik opnieuw te bezwijken. Voor schaftlokaal moge het tentje net genoeg bruik baar zijn, als reddingshuisje aan 't strand ziet 't er eenigszins luguber uit en is 't voor de brigade allesbe halve een reclame. Bloemendaalsche Reddingsbrigade In de plaats van raej. B. de Wilde, die bedankt heeft als secretaresse van de Reddingsbrigade, is benoemd de heer J. C. de Vries te Overveen, tot dusver 2e secretaris der brigade. Binnenkort zal een ledenvergadering gehouden wor den, waarbij een voor de brigade zeer gewichtig punt aan de orde zal komen, nl. een voorstel van het be stuur tot reorganisatie der reddingsbrigade. Allen, die 't wel met de brigade meenen, raden \?e aan, deze vergadering bij te wonen. O.a. zal voorge steld worden, de gelegenheid te openen voor het toe treden van leden der Haarlemsche brigade tot de Bloemendaalsche. Prof. Dr. H. H. Kuyper, Jl. Maandag is 't 35 jaar geleden, dat Prof. Dr. H. H. Kuyper, thans wonende te Bloemen,laai, het predikambt bij de Ger. Kerken aanvaardde. Geboren 22 Juli 1864, werd prof. Kuyper in 1889 candidaat om 1 Februari 1891 te Baarn zijn intrede te doen. In 1896 werd deze standplaats met Leeuwar den verwisseld, waar hij in November 1899 eervol emeritaat ontving, wegens zij'n benoeming tot hoog leeraar aan de Vrije Universiteit. Prof. Kuyper, die het vorig jaar (26 Januari) zijn zilveren jubileum als hoogleeraar vierde, doceert, zoo men weet, aan de V. U. Algemeene en Vaderlandsche Kerkgeschiedenis, Kerkrecht, Encyclopaedie en Sym boliek. Bij de politie was reeds eenige keeren aangifte gedaan van looddiefstal. Eindelijk is het hen gelukt eenige stukken lood in beslag te nemen, die van diefstal af komstig waren. Als verdachte van deze misdaad is thans aangehouden zekere M., die volgens zijn ver klaring opgaf het lood .van een onbekend persoon ge kocht te hebben. Proces-verbaal volgde. Personalia. Het diploma A voor de zuivere toepassing van het correspondentieschrift en vertrouwdheid met het sy steem „Stolze Wery" werd verstrekt aan den heer A. C. Stool, alhier.

Krantenviewer Noord-Hollands Archief

Bloemendaal's Editie | 1926 | | pagina 1