jBloemenmagazijn „De Dahlia"
l F
MUZIEK
PLAATSELIJK NIEUWS
AD VERTENTIEN
Ingezonden Mededeelingen
Weekblad voor Bloemendaal,
Overveen, Aerdenhout, Bent
veld, Vogelenzang, jCleverpark
(Haarl.) en Santpoort-Station
ABONNEMENTEN
Bloemcndaalscheweg 42
Telefoon 22324
Post-Cheque- en Gironummer 73407
Haarlem's plannen
J Verbindingsweg - Bloemendaal - Telefoon 2233S J
Het adres voor alle Bloemwerk
speciaal voor Bruidswerk en Kransen
POELIER
VAN DER STAD
HAARLEM S
A, HL van der Steur Jr.
Uitzending van Diners aan huis
I C. J. Gude - Cuisinier
Rusthoek - Bloemendaal
P. TIM
Zaterdagen Februari 1928
Per regel0.20
Kleine annonces „vraag
en aanbod" 1 tot en
met 5 regels0.50
elke regel meer „0.10
(le pagina) per regel 0.45
(volgende pagina's) 0.40
Bij contract speciale tarieven.
Derde Jaargang No. af
ctiUz
Per jaar3.
Per half jaar1.60
Per drie maanden0.85
(Bij vooruitbetaling te voldoen).
Abonnementen kunnen op ieder tijdstip
aanvangen.
Losse nummers a 5 cent ver
krijgbaar bij den boekhandel en
aan het bureau van dit blad
Uitgever: G. Eikelenboom - Bloemendaal
Bureau voor Redactie en Administratie)
Laten we genieten van het leven. Laat ons
lachen en schertsen, kinderlijk dwaas doen, doch
laat ons nooit den draad loslaten, die ons met het
eeuwige verbindt. Laten we onze heiligste gevoe
lens ongeschonden laten en probeeren de con-
sequentie's ervan te dragen.
M. N. ZWAAN.
LIEFDELIED
lk min u die hooger uw droomen draagt
dan luwe bedwelming
van kus of gestreel;
ik schamele vrouw, die u simpel vraagt
den steun van uw handen
als liefde-deel.
Ik weet dat uw liefde soms hooger gaat
dan die voor een vrouwe,
dan die voor een kind;
ik weet dat ge uw eigene lusten haat
omdat ge de menschen
zoo veel bemint.
Ik weet dat uw oogen den honger raan,
die schreit door de gouw;
den honger der zielen
'k wil wakend en sterk aan uw zijde staan
mezelve vergetend;
meer mensch dan vrouw.
Zoo zal 'k u begrijpen en stille bevroên
uw goddelijk zwijgen,
uw menschelijk woord;
dat wil ik alleen voor mezelve nog doen:
geen avond meer peinzen
dat gij me behoort.
Uw kiel is der menschen, ze hoort niet aan mij;
en mag ik niet dragen
die lampe van God,
ik wil .in heur branding zoo schoon zijn als gij
en derven om schoonheid
al ijdel genot.
Zoo zal 'k u niet haten om wat gij me deedt;
de liefde die enkel
op passie berust
vergaat bij de scheiding tot haat en leed,
als alle de kussen
zijn uitgekust.
Maar zoo ge vermoeid van de ondankbre taak
naar liefde mocht hunkren
van vrouw die u mint,
bewaar voor die ure mijn lieve wraak:
'k zal weer tot u komen
als liefde-kind.
ALICE NAHON.
In ons vorige nummer schreven wij, dat er geen
week voorbij gaat, of men leest (in de ècht-Provin-
ciale-dagbladpers der Spaarnestad) van het een of
andere groote plan, dat is uitgebroed en dat dan
vanzelfsprekend moet aantoonen, dat Haarlem
b zig is zich enorm te ontwikkelen. In min of meer
onderbroken tempo's heeft men, vanaf 1917 onge
veer, zijn fantasie den vrijen teugel gelaten over
het uitdenken van allerhande p 1 a n n e n. De groot-
sche, en nuchter beschouwd werkelijk fan
tastische plannen van „Haarlem-Zeehaven",
hebben vanaf 1917 dienst gedaan als krachtargu
ment ter bereiking van de grenswijziging. Geen
ernstig stadsbestuurder geloofde ook maar een
oogenblik aan de mogelijkheid om te Haarlem een
Zeehaven te kunnen houden, wat het aanleg
gen reeds bij voorbaat moest uitsluiten. Als
kracht-argument, ter verdediging van de grens
wijzigingsplannen, kon het havenplan echter
goede diensten doen. Maar nauwelijks was de inkt,
waarmede de Annexatiewet in het staatsblad af
gedrukt werd, droog, of men) haastte zich te Haar
lem erop te wijzen, dat de idee „Haarlem-Zee
haven", toch eigenlijk maar moest worden losge
laten. Daar kon eenvoudig niets van komen!
Haarlem aldus redeneert men verder moge
dan geen „grootsche" (ideote, zou de waarheid
meer benaderd hebben!) plannen meer hebben, het
heeft toch stellig nog „groote" plannen. En nu is
men weer druk bezig met het ontwerpen van
nieuwe havenjplannenü Wanneer er nog eens
uitvoering zal worden gegeven aan haven
plannen, dan zal een ieder, die zich van dat
„groote" werk iets werkelijk grootsch voorstelt,
wel zeer teleurgesteld worden.
Men moet de werkelijk bestaande behoefte aan
een haven in het N. R. Spaarne trachten te zien
met een blik, die niet door grootheidsgedachte,
fantasie, beneveld is. Zeker, er zal zich in de nabije
toekomst meer industrie gaan vestigen te Haar
lem, maar als men onderstelt, dat daarvoor een
haven noodig is, overdrijft men lichtelijk. De ves
tiging-van-industrie te Haarlem hangt voor een
niet gering deel samen met het al of niet vlug
Bekroond met hoogste onderscheiding
ORIGINEELE ONTWERPEN VOOR TUINAANLEG 2
normaliseeren van de Spaarneboorden tusschen
den Spoorbrug over het Spaarne en Spaarndam.
Het N. R. Spaarne is breed. Wanneer de boorden
worden voorzien van een degelijken verkeersweg;
wanneer vooral aan de Oostzijde, de industrie de
hand wordt toegestoken door aanleg van gas-,
electiische- en waterleiding, dan zal de zich ves
tigende industrie daar meer mee geholpen zijn, dan
met de aanwezigheid van een haven,. Men spreekt
van een overlaadhaven. De noodzakelijkheid daar
van is nog nimmer gebleken; wel is er noodig een
haventje, waar vijf tot tien groote Rijnschepen
enkele dagen kunnen liggen, om de doorvaart in
het N. R. Spaarne vrij en ruim'te houden, maar
zoo'n haven is geen levensbelang voor Haarlem,
terwijl de „streek", dat zijn o.a. de ringgemeenten,
er in het geheel geen belang bij kunnen heb
ben. Deze meening sluit geheel aan op de plan
nen van Haarlem, om te trachten, de sluizen te
Spaarndam, welke thans nog van en in beheer
van het Hoog Heemraadschap Rijnland zijn, over
te nemen en onder gemeentelijk beheer te bren
gen. De sluizen zullen, het is reeds gezegd, hun
zelfde afmetingen houden. Waardoor het dus uitge
sloten, is, dat grootere schepen, dan thans tot aan
de Lichtfabrieken komen, het Spaarne zullen be
varen. Dit is het h a v e n p 1 a n van Groot-Haar
lem, nuchter bezien, tot haar ware proporties
teruggebracht. Elk ander geschreeuw over de
groote plannen is humbug en maakt de zaak
bespottelijk. Haarlem heeft nog méér plannen, o ja!
In de eerste plaats het grootsche, plan,
prachtig uitgewerkt, van wegenaanleg in en door
en rondom Haarlem. Een reuze stuk werk, maar
ook al weer enkele jaren oudDaarom zijn er
al weer tal van andere plannen, beoogende het
zelfde doel of ongeveer hetzelfde doel. Men spreekt
nu van „een ringweg om de stad"; van een ver
bindingsweg Amsterdamsche - Straatweg - dwars
door Haarlem-Noord naar Bloemendaal; een ver
bindingsweg Amsterdamsche Straatweg, langs den
Hout in de richting Zandvoortschelaan. De aanleg
van zoodanigen weg geven wij een goede kans!
Voorts is daar het plan van aanleg van een ver
bindingsweg van Haarlem-Noord naar Spaarndam;
een verbindingsweg van Haarlem-Noord in de
richting IJmuiden en het plan van aanleg van een
Noorderhout, d.i. op de terreinen tusschen den
Rijksstraatweg Haarlem-Alkmaar en de oostelijke
grens van Bloemendaal!
Men ziet, er zijn plannen in overvloed te
Haarlem. Spreken we nog maar niet van de hon
derd kleine plannetjes, waarvan men af en
toe leest en hoort. Hoe lang hangen al de autobus-
en tramplannen? Alleen hierover zijn thans
zooveel plannen, dat ingewijden, het complex
plannen een chaos noemen. Nu zou men de
vraag kunnen stellen: „Hoe komt het toch, dat men
in Haarlem zoo rijk is aan fantasie en dat men
daar het ééne plan na en soms met het an
dere fabriekt?" Het antwoord daarop moet zijn,
dat er geen gang zit in het forsch aanpakken van
bestuurszaken. Haarlem is eert groote provincie
stad, met gewoonten en gebruiken van zoo'n stad,
maar het neemt grootere allures aan. Men moest
zich wat meer tot de daad bepalen. Plannen zijn
er genoeg; daden niet veel.
Er is een tijd geweest, enkele jaren geleden, dat
er in het bestuur van Haarlem een bijzondere ken
tering was waar te nemen. Het gemeentebestuur,
waarin toen een paar jonge wethouders waren op
genomen, scheen den goeden weg te zijn opge
gaan. Die periode is ras voorbijgegaan. Thans
houdt men alles weer slepende. Iets werkelijk
„grootsch" ziet men niet. Geen forsche hand aan
het gemeentelijk stuurrad; geen krachtmenschen,
die werkelijk boven hunne tijdgenooten uitsteken,
sieren het bestuur van Spaarnestad, die „een
levende stad" zal moeten worden in de verbeel
ding van een der Schepenen op het Prinsenhof.
Nu weten ook wij zeer wel, dat „financiën" een
ernstig woordje meespreekt bij het voeren van een
krachtig, opstuwend en voortstuwend beleid. Maar
geldt dat argument dan niet voor een stad als
Amsterdam b.v.? En ziet wat daar gebeurt. Daar
ziet men bravourstukjes van gemeentelijk beheer
uitgevoerd, 't Is of een andere geest en bezieling
van dat Stadsbestuur uitgaat en de bevolking be
geestert. Daar komen werken tot stand, waarvan
men in Haarlem niet droomen durft. Wij meenen,
dat men in Haarlem er goed aan doen zal, het
fabrieken van allerhande plannen voorloopig
maar stop te zetten, en dat men eerst maar eens
wat daden van werkelijk krachtig besturen moest
toonen.
Plannen, en altijd maar weer plannen, het wordt
vervelend tenslotte en kunner.' slechts den lach- en
spotlust opwekken. Men komg nu eens met daden
in Groot- Haarlem. Vóór de annexatie kan Haar
lem zich niet uitleven, heette het. Nu is er ge
legenheid en is er de noodzakelijkheid voor
het leveren van bewijs, dat expansie-mogelijkheden
geopend moesten worden voor Spaarnestad.
Een en ander over de Beethoven-kwartetten en
de uitvoering daarvan door het Capet-kwartet.
Reeds sedert 4 Februari brengt Capet ons in een
reeks concerten in den Stadsschouwburg te Haar
lem de 17 kwartetten van Von Beethoven, 't Is
jammer, dat twee keer daarvaj samenviel met de
belangrijke concerten der H.Ó|V„ zoodat het hart
van menig muziekminnaar hëjyij! zal gebalanceerd
hebben „eritre ces üeüx Donderdagavond bracht
de H.O.V. ons n.l. de pianiste Elsa Nolthenius met
het bes kl. t. concert van Osaikowsky en Zondag
middag a.s. Siegfried de Boer, violist, met het
Glazounow concert (niet te verwarren met Willem
de Boer, de bekende Hollandsche violist, die nog
steeds te Zurich werkzaam is). Tot mijn spijt kon
ik niet alle Capet-avonden en matineé's volgen. In
den Stadsschouwburg, kwam de muziek beter tot
haar recht als in 1925, toen de groote concertzaal
gekozen was: natuurlijk zal een kwartet pas bij
uitstek passen in een niet te veel gestoffeerde mu
ziekkamer.
Capet volgde de idee van zijn leermeester Mau-
rin, om de kwartetten van Von Beethoven uit te
voeren; reeds als student aan het Parijsche con
servatorium vatte C. het ideaal dus op om een
kwartet te vormen, dat op de meest sublieme wijze
die prachtige werken overal bemind zou maken.
Reeds vanaf 1894 bestaat het ensemble, ver
scheidene keeren echter door verschillende kun
stenaars samengesteld. Na vele reizen kwam Capet
in ons land in 1903. Sedert 1912 vooral zijn zij
trouwe bezoekers gebleven, terwijl zich nu de
mare verspreidt, dat het quartet ontbonden zou
worden, met 't oog op C.'s overdrukke paedagogi-
sche werkzaamheden; laten we echter hopen, dat
zulks nooit zal gebeuren. In 1912 viel de bijzondere
aristocratie van het spel op, toen Marcel en Henri
Casadesus als cellist en altist met Hewitt als
tweede violist deel uitmaakten van Capet's kwar
tet. Men kent toch algemeen de begaafde familie
Casadesus zeer goed, ook door de „Société des
Instruments Anciens". Toen Marcel Ce. in 1914
sneuvelde, moet het voor de kunstbroeders een
vreeselijke leemte gegeven hebben; Camille Delo-
belle vervulde in 't vervolg de taak van Marcel.
Henri Casadesus ging het kwartet verlaten om zich
meer aan de „Soc. d. I. A." te wijden: zijn plaats
als altist wordt sindsdien ingenomen door Henri
Benoit, terwijl Maurice Hewitt nog steeds als
tweede violist verbonden is. Prachtig ook hebben
deze kunstenaars zich bij elkaar aangepast, zoo
dat de kwartetten van Beethoven in de meest
schoone weergave tot ons komen. Wie ooit een
blik heeft geslagen in de werkplaats van den groo-
ten violist Capet, o.a. in zijn standaardwerk „La
technique supérieure de l'Archet" zal begrijpen, hoe
na hem de meesterwerken van v. Beethoven aan
't hart liggen: voortdurend vallen ook onder zijn
notenvoorbeelden phrasen uit de 17 kwartetten
van den grooten componist: met de meeste zorg
en liefde voor Beethoven's scheppingen heeft
Capet elke maat, elke nóót overdacht om tot de
schoonste uitdrukking te geraken.
Velen is het wel bekend, hoe Beethoven, nadat
hij zijn groote werken, o.a. de 9 Symphonieën,
geschreven had, naar de quartetvorm greep om
zich te uiten. In 1800 verschenen de eerste 6 on
der het opusnummer 18. De toon in deze werken is
optimistisch; véél vloeit er doorheen, zijn ver
eering voor de werken van Haydn en Mozart, doch
vaak komt reeds de echte Beethoven uit den hoek.
De drie kwartetten Op. 59 dragen veel rfieer zijn
persoonlijke trekken, ze zijn rijk aan ernstige mu
zikale gedachten, v. B. droeg ze op aan graaf
Rasoumowsky, russisch gezant te Weenen; B.
vlocht in verschillende deelen van deze werken
„thèmes russes", weshalve zij de benaming de
„Russische kwartetten" kregen. Opus 74 is het z.g.
„Harfenquartett", dat vol licht en gelukkige inspi
raties is. Na dit volgt Op. 95 het „Quatuor Serioso",
dat geladen is van innerlijke beroeringen. Pas na
14 jaren, waarin Beethoven vele en onaangename
conflicten met de buitenwereld en zijn steeds erger
wordende doofheid hem tot een ramp was gewor
den, toen componeerde hij Op. 127, dat in 1826
werd gevolgd door de uitgave van de opera 130
131132133 en 135. Met Or. 130 breekt v. B. met
den geijkten vorm: het is z es-deelig, het volgende
heeft zeven deelen. De groote fuga Op. 133 is
eigenlijk oorspronkelijk het slotdeel van Op. 130.
Heel eigenaardig heeft Op. 135, het laatste kwartet,
weer den vier-deeligen vorm, en ook is het minder
zwaar dan de voorgaande. Vooral die laatste wer
ken moet men door het Capet-kwartet hooren ver
tolken, om ze in hun volle schoonheid te genieten.
Morgen, Zondagmiddag sluit de reeks concerten,
waarna ook dit exquise geestgenot wederom tot
het verleden zal behooren.
ELSA VAN DEN BOSCH.
IN MEMOR1AM.
Mr. J. H. MONNIK.
Kl. Houtstraat 136
e
Telefoon 10188
Opgericht 1870 2
SC Kleverparkweg 154
Tegenover de Middelbaar Technische School
lstc klas Hccrcn^ en Dameskleermakerij
Opgericht 1903 - Telefoon 10303
Steeds nieuwe dessins.
Nieuwe stoffen en modellen voorhanden
j
Iordensstraat 74 - Haarlem - Telefoon 13132
J Prijscourant wordt op aanvrage gaarne toegezonden
Zondag j.l. is te Sommerset West. Kaapkolonie
(Zuid-Afrika) overleden Mr. J. H. Monnik, die tot
midden 1924 hier ter plaatse woonachtig was en
te Haarlem als advocaat en procureur werkte.
Sindsdien had hij zich aan den landbouw verbon
den en was als farmer in Zuid-Afrika gevestigd.
Met hem is een der bekendste Bloemendaalsche
persoonlijkheden overleden, een algemeen geacht
en bemind persoon, die niet in de eerste plaats
leefde voor zichzelf en voor zijn gezin, doch ook
voor anderen.
Hij was de stuwkracht in de Gereformeerde
Kerk. Mede door zijn wijs doorzicht en zijn liefde
voor het kerkelijke leven, werd te Bloemendaal de
Gereformeerde Kerk geïnstitueerd, waarin hij als
diaken en later als ouderling een onmisbare wer
ker werd. Het vertrek naar Zuid-Afrika was voor
de Gerefomeerde Kek een zware slag.
Mr. J. H. Monnik is mede opzichter geweest van
een Evangelisatiegebouw te Santpoort, die later na
zijn vertrek tot kerk werd geïnstitueerd. Tijdens
die totstandkoming van een gebouw voor de Gere
formeerden te Santpoort, heeft de heer Mr. J. H.
Monnik getoond een man te zijn in den volsten
zin des woords, een persoonlijkheid, met een
goed doorzicht, die zich gaf en ook met mid
delen ten dienste stond, waardoor de leden der
kerk te Santpoort van een stal een behoorlijke
vergaderzaal konden maken; zelfs een flink har
monium werd voor dit doel door Mr. Monnik af
gestaan. Zijn overtuiging was, dat te Santpoort
binnen enkele jaren een kerkgebouw zou verrijzen,
toen er nog maar enkele families van deze
gezindte woonden. En nu, ongeveer 3'/2 jaar later,
kan men constateeren den gestadigen groei en
vooruitgang van deze gemeente, zoodat er reeds
plannen zijn gemaakt om tot kerkbouw over te
gaan. c
De_ Haarlemsche correspondent van de Stan
daard schrijft_over dit verscheiden:
In Mr. J. H. Monnik, die te Zuid-Afrika is over
leden, zooals reeds gemeld, is aan de Antirev.
Partij een bekende persoonlijkheid ontvallen.
De overledene, die in 1878 te Vorden is geboren,
liep het Chr. Gymnasium te Zetten af en studeerde
daarna aan de Vrije Universiteit te Amsterdam,
waar hij 19 December 1907 promoveerde in de
faculteit der rechtsgeleerdheid. Nadat hij eerst
eenigen tijd op een advocatenkantoor te Amster
dam was werkzaam geweest, vestigde hij in Mei
1908 zich als advocaat en procureur te Haarlem.
Hij mocht zich al spoedig in een drukke rechts-
practijk verheugen. Vooral in civiele zaken trad
hij meermalen met succes op.
Toen in 1909 de heer A. Gravestein aftrad als
voorzitter der antirev: kiesvereeniging, wegens zijn
benoeming tot burgemeester van Urk, volgde Mr.
Monnik hem als voorzitter op. Onder zijn presidium
werden meermalen belangrijke aangelegenheden
aan de orde gesteld. Onder meer herinneren wij
aan debatten, gevoerd over de quaestie van de
openbare leeszaal. Wij herinneren ons verder nog,
dat Mr. Monnik een leerzame lezing hield over het
ontwerp Armenwet.
Geruimen tijd heeft Mr. Monnik de Gereformeer
de Kerk van Haarlem als diaken gediend. Later
diende hij na zijn vestiging te Bloemendaal, de
Kerk van Bloemendaal als zoodanig. Vooral door
zijn toedoen heeft de Kerk van Bloemendaal een
radio-uitzender gekregen.
In de tijden van de annexatie, en wel in de eer
ste tijden, dat die aangelegenheid aanhangig was,
diende Mr. Monnik de gemeente Bloemendaal van
advies. Het anti-annexatie-comité te Bloemendaal
vond in hem een leider.
Zaal disponibel voor vergaderingen, partijen
enz. Ook zeer geschikt voor besloten dansclubs
TIMMERMAN AANNEMER J
□ELFTKADE No. 2
TELEF. 12334 - NA MEI 1928: 23017 J
HET ADRES VOOR J
BURGERWERK EN VERBOUWINGEN
Van 1908 af tot aan zijn heengaan uit Bloemen
daal, was Mr. Monnik adviseur der Zandvoortsche
Handelsvereeniging. Hij is ook geweest de advi
seur van den Bond van mineraalwaterfabrikanten.
De middenstandsaangelegenheden hadden zijn
volle aandacht. Op het in 1923 te Breda gehouden
Middenstandscongres was Mr. Monnik prae-advi-
seur over de faillissementswet.
Later associeerde Mr. Monnik zich eerst met Mr.
Bruch en daarna ook niet Mr. Simons. Zijn advo
catenkantoor werd een der drukste van Haarlem.
Vooral zijn groote beginselvastheid trok aan en
zijn trouw aan de Gereformeerde belijdenis. In 1924
vertrok Mr. Monnik naar Zuid-Afrika om zich daar
aan den landbouw te wijden. Het heengaan van
hem op nog zoo betrekkelijk jongen leeftijd is te
Haarlem met groot leedwezen vernomen.
Opening van de nieuwe Showroom van Gebrs.
Beekman. Hedenmiddag 3 uur zal de nieuwe
Showroom van Gebrs. Beekman in gebruik wor
den genomen.
De rijwielafdeeling Bloemendaalscheweg 107, waar
tevens de kantoren gevestigd zijn, en de rijwiel-
reparatie-inrichting, zijn vanaf heden in de nieuwe
verbouwde auto-af deeling, achter de showroom,
aan den Bloemendaalscheweg 50-54 ondergebracht.
Hedenmorgen haddèn we het genoegen een
kijkje te nemen in de nieuwe zaak. Ten eerste
komt een woord van lof toe aan den heer H. W.
van Kempen, architect, alhier, die deze verbouwing
tot stand bracht.
De voorgevel, wat voor den aanblik het voor
naamste mag genoemd worden, is modern uitge
voerd, en in 't oog loopend door den eigenaardigen
bouw. Het is schijnbaar de bedoeling geweest van
dén architect om „iets aparts" te geven, en wij
mogen zeggen, dat hij hierin zoowel in de uitvoe
ring van exterieur als van interieur volkomen is
geslaagd.
Het glas in lood, waarin de naam van de firma
„Gebrs. Beekman" met aan de eene zijde een
rijwiel- en de andere kant een auto-figuur doen
zeer aardig aan; eveneens de lichtbak met het
woord „Garage", het lijkt ons toe dat de glas-in-
Iood-uitvoering vooral bij avond zeer goed tot haar
zal komen.
Een benzinepomp is aan den weg geplaatst, daar
voor is een tank in den grond gebracht welke niet
minder dan 6000 liter benzine kan bergen; de be
staande benzinepomp in de inrij van de garage
blijft gehandhaafd.
Bij het binnentreden in den showroom valt het
al dadelijk op, dat er voor een zeer goede dag
verlichting is gezorgd. Staat men voor aan den
weg, dan kan men door de showroom heen een
blik werpen tot achter in de garage. In de show
room staan de bekende merken van automobielen
en rijwielen geëxposeerd, waarvan de fa. Gebrs.
Beekman de vertegenwoordiging heeft. Verder is
een ruime stofvrije vitrine aanwezig, waar onder-
deelen van auto's en rijwielen op smaakvolle wijze
zijn uitgestald.
Achter de showroom is een afdeeling voor rij
wielreparatie. Ook dit gedeelte ziet er keurig
verzorgd uit; we vinden het eigenlijk wel jammer,
dat dit aardige apartementje tot werkplaats wordt