V
Schroder
VOORTZETTING
H. B. W. WEIJLAND
GROOTE HOUTSTRAAT 91
Inventaris Uitverkoop.
ALGEMEEN NIEUWS- EN
ADVERTENTIEBLAD VOOR
BLOEMENDAAL, OVERVEEN,
AERDENHOUT, BENTVELD,
VOGELENZANG, SANTPOORT
STATION EN 'T KLEVERPARK
GEVESTIGD
KLEVERLAAN 75 - Tel, 22498
Frissche lucht.
E. H. BROKMEIER
TEL. 26440
P. VAN DER STAD
POELIER HAARLEM
A. HL van der Steur Jr.
lc kl. Heercn- en Dameskleermakerij
Uitzending van Diners aan huis
C. J. Gude - Cuisinier
A. F. VAN STRAATEN
ZIJLWEG, hoek duvenvoordestraat
P. TIMMERS
UITGAVE FIRMA GRAMME G EIKELENBOOM
TELEFOON 22045 POSTGIRO 128476
BUREAU VOOR REDACTIE EN ADMINISTRATIE
BLOEMENDAALSCHEWEG 78, BLOEMENDAAL
Zaterdag 12 Januari 1929
Vierde Jaargang No. 20
ABONNEMENTEN
Abonnementsprijs: f3.— per jaar.
f 1.60 per halfj., f0.85 per 3 mnd.
bij vooruitbetaling vóór 1 Januari
of 1 Juli. Na dien datum verhoo
ging van 15 ct. voor incassokosten.
Abonnementen kunnen op ieder
tijdstip aanvangen. Losse nummers
verkrijgbaar a 5 cent bij den boek
handel en aan ons bureau,
BL'DAALSCHEWEG 78.
ADVERTENTIËN20 cent per regel. Bij contract speciale tarieven. Kleine Annonces:
Vraag en aanbod, huur en verhuur, koop en verkoop, enz. enz., van 1 5 regels 50 cent.
uitsluitend bij vooruitbetaling. Ingezonden mededeelingen voorpagina 45 ct. per regel,
volgende pagina 40 ct. per regel.
Lid Ned* Unie v. Accountants
IN DE MEER ALS 'T WINTERT.
Als 't ijs met kegels hangt aan 't dak,
en 't vogelvolk van kou verstijft,
als de ijzel inhult twijg en tak
en meezen naar de hoeven drijft,
als boomen splijten van de vorst
en 't Spaarne stolt met ijzige korst,
als 't spoor verwaait, het pad versneeuwt,
de huiskraai krast, de nachtuil schreeuwt,
als alle buren, groot en klein,
bij Janboer op visite zijn,
dan trakteert Els bij zang en gijn,
op een glaasje warmen kruidenwijn.
O. Kerst Zwart.
Vooral in onzen tijd bestaat in het maat
schappelijk samenleven, zoomede in het
geestes- en gevoelsleven, veel behoefte aan
frissche lucht. Evenmin toch als het lichaam,
kan de geest gezond ademen in onfrissche
en nog minder in bedorven lucht. En als wij
dit zinnebeeldig opvatten, dan kunnen wij
deze waarheid in velerlei richting voor ons
zelf uitwerken en <n> toepassing brengen.
Gelukkig kunnen wij hier terstond bijvoe
gen, dat er vaak een flink snuifje van die
frissche lucht is waar te nemen, maar ook
heel vaak is de maatschappelijke atmosfeer
bezwangerd met dompige invloeden en be
derf aanbrengende luchtjes, 't Zou niet
aangaan dit in den breede in een couranten
artikeltje uiteen te willen zetten; daar men
toch, ten aanzien van de „niet-frissche-
lucht", al heel spoedig de "zeggingsgrens
zou nabij zijn. Maar toch is er, tusschen de
grenzen in, nog wel plaats te vinden voor
een1 kleine, geoorloofde beschouwing in de
h'ier bedoelde richting voor een zienswij
ze zonder aanmatiging.
Frissche lucht. Waar toch zou die niet
wenscbelijk, niet hoog noodig zijn? Aller
eerst wordt deze verlangd, ten behoeve
van den geest, die de herder is van ontel
bare en wijd uiteenloopende gedachten en
gevoelens de herder en de bakermat te
vens. Al wat stoffig en ongezond is, moet
noodwendig worden verdreven door frissche,
reine lucht. De geestelijke dampkring heeft
vooral veel zuurstof noodig, zulllen onze
hersenen genoegzaam frissche gedachten
kunnen afleveren voor de oplossing der
groote vraagstukken, welke zich in het
maatschappelijk en zieleleven voor doen.
De met onfrissche bestanddeelen bezwan
gerde atmosfeer bezoedelt ook de gedach
ten, die gezond van onzen geest uitgaan
en met een reine stift onze levensbladen
willen vol schrijven. Wij zullen maar niet
gewagen van de ongezonde, door zwakheid
en hartstochten opgewekte gedachten, die
onze geest produceert.
De wereld is oud, en in den mensch
schuilt nog steeds veel van den ouden
Adam, die het Paradijs moest verlaten,
omdat hij de verboden vrucht 'begeerde. Er
zijn in den loop der eeuwen vermoedelijk
nog heel wat verboden vruchten bijgeko
men, en de oerdeugden van den vroegeren
mensch zullen door de duizenden, neen,
door de millioenen geslachten heen, wel
iets van hare oorspronkelijke kwaliteit heb
ben verloren.
Er is gaandeweg heel wat concurrentie
gekomen in het begeeren en de opvolgende
geslachten hebben heel wat Paradijsappe
len geplukt. Ondanks zijn ontwikkeling en
enorme uitbreiding, 'heeft de menschengeest
vermoedelijk veel van .zijn oorspronkelijke
frischheid en zeer zeker van zijn eenvoud
en van zijn „onwetendheids-onschuld" ver-
<h>
loren, of beter gezegd, ingeboet. Waaruit
blijken zou: dat beschaving en geestelijke
ontwikkeling, naast al het licht, dat daar
van is gaan uitstralen ook nog een schaduw
zijde hebben, die niet verkwikt en waarin de
mensch niet in rust kan en mag neerliggen.
Die ontwikkeling en die zoogenaamde 'be
schaving, hebben tevens verwarring, strijd
en bedorven lucht aangebracht zooveel
zelfs, dat het tegenwoordige, tot verbetering
aangewezen geslacht, het raadzaam en zelfs
hoognoodlg acht, wat ventilatie aan te bren
gen en een zeker kwantum frissche lucht
vanuit de reeds aandringende nieuwe at
mosfeer van dieper gevoel, van ruimer,
rïïfcnsciikevendor en vit-uelie vender- denken,
toe te laten.
Het is bet jongere geslacht, dat de ven-
tiiatie-kleppen aanbrengt en openzet voor
den menschengeest, die dreigde te verstik
ken onder het aangroeiend egoïsme onder
de kilheid en den etagebouw van den kas
tengeest, en door de overheersehing van
den geldduivel in den mensch. Hoe onmo
gelijk het ons nu nog moge toeschijnen, toch
zal eenmaal de gelijkvloerschheid in het
menschenrecht mogelijk moeten blijken zal
er ook sprake kunnen zijn van een groot al
gemeen volksgeluk. Doch hoeveel aanma
tiging, 'hoeveel onrecht, hoeveel dwaze zelf
verheffing en menschenvergoding zal er
eerst nog uit de wereld' moeten verdwijnen,
en hoeveel dwaalbegrippen betreffende den
mensch en zijn bestemming, zullen alsnog
moeten worden opgeruimd, alvorens de
frissche lucht van gezond verstand, van
waarachtig gevoel voor recht, zonder aan
zien van den persoon, wien dat recht ge'dt,
met volle stroomen over de wereld zal
waaien.
Maar tochZijn daar niet reeds ver
schijnselen waar te nemen, in het maat
schappelijk- en ook ten deele in het ziele
leven van den mensch, die er op wijzen, dat
er voorloopig reeds wat zuivere frissche
lucht komt dringen door de kieren van de
enge cellen van bekrompenheid, waarin tot
nog toe, geest en hart gevangen zitten?
Doch vooreerst zal het voorzeker nog
wel bij sporadische verschijnselen blijven.
De afdoende ventielatiekleppen zijn nog
zoo spoedig niet gereed; en de ouderen
onder de menschen 'zullen, als eenmaal
Mazes, rich wel moeten vergenoegen met
een „blik uit de verte'' op het „beloofde
land'' staande op den berg hunner
hooge jaren.
Vooraf zullen zij moeten wijken, die
Spartaansche, heroïsche hardheid in den
levensstrijd, dat hardnekkig volhouden
van die verderfelijke wapenspreuk: „Oog
om oog en tand om tand" en die dwaze,
nog steeds volgehouden wanbegrippen
omtrent menschenwaarde en menschen-
rechten. Het standsgeschil zal gewis zoo
lang mogelijk de in den maak 'zijnde ven
tilators trachten gesloten 'te houlden de
frissche lucht, 'die uit de toekomst nade
ren zal en die reeds door spleet en sleu
telgat zich laat gevoelen, zal niettemin
eenmaal de belemmerende muren, die
geest en hart gevangen houden, die den
wereldvrede, het menschenrecht en het
groote algemeene mensChengelük tegen
houden, doen vallen onder haar zach-
ten, geleidelijken, doch onweerstaanbaren
drang. Die frissche lucht, die eenmaal
ruimte makend en breedspreidend zal op
waaien uit den menschengeest en het
menschenhart, zal zeker de groote samen
leving ten goede komen en frisch doen
opbloeien.
Het halsstarrig vasthouden aan oude
meeningen, uitsluitend beoogen van per
soonlijke belangen, het voortdurend drij
ven van het egoïsme, belemmeren nog
steeds in hooge mate, den opbloei van het
groots rnaatschapji^ijk belang de tot
standbrenging van de werkelijke volks
welvaart en bet hoogst bereikbare volks
geluk. Doch om dat mooie doel te kunnen
bereiken, zal noodwendig de leefwijze van
iederen mensch tot het hoogsteenvou'dige
beperkt moeten blijven en zal het geluk
van den mensch niet moeten worden ge
zocht in hoog opgevoerde weelde en een
aaneenschakeling van zinsgenot Arbeids
kracht en arbeidswil mogen niet worden
gedupeerd ter wille van weeldezucht en
te hoogen opbouw. Een frissche geestes-
werkdng, een onverzettelijke wil to't be
vordering van het algemeen welzijn moeten
eindelijk de 'bedorven lucht in de groote
maatschappij en in het bijzondere leven van
den mensch door krachtige maatregelen af
voeren, en de frissche lucht tot geest en hart
toegang verschaffen. En aan hen, aan wie
de toekomst is, staat het voorzeker, d? ven
tilators in werking te stellen zij het dan
ook, met omzichtigheid en met een terug
blik in het verleden. En die terugblik is
voor de jongere, voor de opvolgende ge
slachten mogelijk; langs den weg de-- erva
ring door de ouderen van jaren en den zoo
moeilijken levensstrijd opgedaan. De som
dier ervaringen, de geschiedenis der uit
komsten van het streven der voorbijgegane
geslachten, leveren voorzeker voor den
krachtigen jongen stuurman op de menig
maal zoo wilde, zoo onstuimige levenszee,
niet te versmaden bronnen van rijke leer
stof op. Want in de verbruikte lucht, die
thans wordt afgevoerd, hebben toch onge
twijfeld ook groote geesten geademd'; en
van hun nadenken, van hunne geesteswer
king zal de jongere wetenschap voorzeker
dankbaar kunen getuigen. Niettemin: de
ventilators, maar ook de deuren en de ven
sters open van het gebouw der groote
maatschappij. maar ook van eigen huis,
van eigen geest, van eigen hart.
Lucht, luCht. Maatschappij en menschen
hunkeren en hijgen naar frissche lucht.
Maar toch.... zij 'blijvede liefde voor
het verleden voor het rijke, leerzame
verleden.
OPPOSANTE GEMEENTENAREN.
Een eigenaardige mentaliteit.
Wat wil Haarlem?
De jongste tijd liet ons een drietal ge
vallen zien van eigenaardige, uitzonderlij
ke pogingen om tot wijiziging te komen van
BLACK WHITE
W
H
I
S
K
Y
zandv00rtschelaan i67
aerdenhout - heemstede
D
E
W
A
R
S
WHITE LABEL
de grenzen van drie of meer ge
meenten. Is het regel, dat de drang tot
grenswijziging uitgaat van de groote of
grootere gemeente om een of meer aan
grenzende gemeente(n) op te slokken, in
de drie door ons bedoelde gevallen, wer
den de pogingen tot opheffing van eigen
gemeente en toevoeging aan een naburige,
ondernomen door inwoners van de te an-
nexeeren gemeente. Inderdaad dus uitzon
deringsgevallen ,die toch de moeite waard
zijn ze eens te bezien, in het bijzonder ook,
of er iets uit te leeren valt. van belang voor
onze eigen gemeente on der-de-rook-van-
Haarlem. Menigeen toch zal met zekere
verbazing hebben kenpis genomen van „op
merkingen" uit het verslag der afdeelingen
op de Begrooting 1929 van de gemeente
Velsen. Eén der leden (van den Raad dus)
informeerde hoe B. en W. stonden tegen
over het vraagstuk van eventueele grens
wijziging der gemeente, in dier voege, dat
de boorden van het Noord-zeekanaal en
geheel IJmuiden bij de gemeente Amster
dam zouden worden gevoegd. Een idee
dat, werd het uitgevoerd, tot gevolg zou
hebben, dat de geheele gemeente Velsen
met haar enorm expansie-verleden èn toe
komst, om hals gebracht zou worden. Men
stelle zich Amsterdam voor met haar West
grens aan de Noordzee, voorts o.a. gren
zende aan Haarlem's Noordelijke grens.
Het resteerende deel van Velsen zou bij
andere gemeenten moeten worden gevoegd:
Beverwijk en Haarlem. Stel dat een zoo
danig voorstel door autoriteiten in over
weging genomen zou worden, laat het zich
dan ook niet indenken, dat Haarlem ander
maal haar eischen zou willen doen gelden
ten opzichte van haar Westgrens? En, nu
wij het toch hebben over deze materie, valt
'het op, dat Haarlem op het oogenfolik ern
stig poogt een belangrijk stuk duingrond
binnen onze gemeente liggende, in eigen
dom te krijgen. Groot-Haarlem heeft een
grooter terrein noodig voor waterwinning.
Het zal wel zoo zijn. Maar, waar Haarlem
tot op het óogenblik een terrein van 100
Meter breed en 4500 Meter lang in blij
vende erfpacht heeft, eveneens binnen
Bloemendaal's terriotoir, lijkt de handeling
van Haarlem, om een terrein van meer dan
500 Meter breed en 5000 Meter lang door
onteigening in handen te krijgen, toch wel
sterk of een voor die stad belangrijke ne
venbedoeling.
Zou hier niet een addertje onder het gras
onderstelt moeten worden? Het is dan ook
alleszins begrijpelijk, dat èn de gemeente
Bl'oemendaal èn de tegenwoordige eige
naresse van- dat terrein van die onteige-
nmig'spo'gingen niets willen weten en er zul
len tegen protesteeren. Wij zijn ten eene
male niet gesteld op een zoo hongerigen
buur op zijn eigen grond, maar in onze
gemeente. Eerlijk gezegd, houden wij zulke
buren liever buiten onze deur. Wij heb
ben het gezien hoe gretig of Haarlem het
uitspeelde bij de annexatie-onderhande
lingen, dat zij reeds zooveel eigendommen
had in het naburige Schoten. Eigendommen
in Bloemendaal te hebben levert over en
kele jaren nieuw annexatie-materiaal voor
Haarlem.
Deze uitweiding staat daarom in zeker
verband met de houding, aangenomen door
de besturen van twee der door ons boven
bedoelde gemeenten.
In het Velsensche geval hebben B. en W.
HAZEN,
FAISANTEN,
PATRIJZEN.
WILDE EENDVOGELS.
TALINGEN.
WATERSNIPPEN.
POULARDES.
BRAADKIPPEN,
SOEPKIPPEN,
JONGE DUIVEN,
DUINKONIJNEN,
REERUGGEN.
REEBOUTEN.
KLEINE HOUTSTRAAT 136 - TEL. 10188
OPGERICHT 1870
P»' Kleverparkweg 14
Tegenover de Middelbaar Technische School
Opgericht 1903 Telefoon 10303
Speciaal adres voor
BONT- EN PELSWERK
le KLAS AFWERKING BILLIJKE PRIJZEN
lordensstraat 74 - Haarlem - Tel. 13132
J Prijscour. wordt op aanvrage gaarne toegezonden
Ra n i 0 in ieders bereik
m l5 e u vraaut demonstratie
TIMMERMAN AANNEMER
DELFTKADE No. 2
TELEFOON 22017
HET ADRES VOOR
j BURGERWERK EN VERBOUWINGEN
dier gemeente fl'in'k en fier hun standpunt
medegedeeld, hierop neerkomende, dat men
Amsterdam heel veel goeds gunt, maar niet
genegen is een voet gronds aan die gemeente
af te staan. Wij herinneren er aan, dat eeni-
ge maanden geleden in de Haarlemsche pers
een bericht werd gelanceerd, als zoude het
gemeentebestuur van Amsterdam zijn be-
geerige blikken reeds lang op IJmuiden ge
vestigd hebben. Het werd op gezag van
Velsensche autoriteiten in .zooverre geneu
traliseerd, dat van een dergelijk 'begeeren
door Amsterdam nog niets bekend was. En
toch heeft het er veel van, dat het geval van
bvt Velsensche raadslid niet geheel op zich
zelf staat, maar dat in sommige kringen te
Amsterdam wel degelijk gedacht wordt
aan de wensehelijkheid (noodzakelijkheid
pleegt men 'het dan te noemen) om de
boorden van het Noordzeekanaal en- heel
IJmuiden onder Amsterdam's scepter te
brengen. De buitengewone ontwikkeling
van IJmuiden met haar pracht-toêko'mst
moge Amsterdam niet bepaald schade doen,
te begrijpen is hpt toch wel, dat Hollands
hoofdstad het weldra op hoogen prijs zou
gaan stellen, wanneer haar ge'bied zich uit
strekte tot en met den zeehaven IJmuiden.
En het is geenszins denkbeeldig, dat Am
sterdam eerlang pogingen zal gaan doen
voor grensuitbreiding, zoowel naar het Oos
ten als naar het Wasten.
Een eigenaardig, uitzonderlijk pogen tot
grenswijziging zien we ook in het geval
Wijk aan Zee en Duin en Beverwijk. In
1927 requestreerde een aantal inwoners
van eerstgenoemde gemeente tot hun
Vroedschap, waarin zonder meer gevraagd
werd om een fusie met Beverwijk. Er is
over dal vreemde verzoek gediscusieerd
en ten slotte uitgesteld. B. en W. van
Wijk aan Zee en Duin hebben zich sedert
goed beraden en de zaak opnieuw bij den