4J
H. B. W. WEIJLAND
In het Heiligdom.
VERHUIZINGEN
B0U WE^EDRIJF
Fa. JAN MULLER en Fa. ADR. VAN DER LANDE
MUZIEK
Steeds het Nieuwste
MEUBELBEWARING
Vtertte Jairqanq No. 25.
ALGEMEEN NIEUWS- EN
ADVERTENTIEBLAD VOOR
BLOEMENDAAL, OVERVEEN,
AERDENHOUT, BENTVELD,
VOGELENZANG, SANTPOORT
STATION EN 'T KLEVERPARK
Zaterdag 16 Februari 1929.
KLEVERLAAN 75 - Tel. 22498
En
Gebr. P. J. Schuuring
M.
Jaccotex, een le klas Eng^lsche stof
A. H* van der Steur Jr*
le kl. Heeren- en Dameskleermakerij
Uitzending van Diners aan huis
j C* JGude - Cuisinier I
UITGAVE» FIRMA GRAMME EIKELENBOOM
TELEFOON 22045 POSTGIRO 128476
BUREAU VOOR REDACTIE EN ADMINISTRATIE
BLOEMENDAALSCHEWEG 78, BLOEMENDAAL
ABONNEMENTEN
Abonnementsprijs: f3.— per jaar.
f 1.60 per halfj., f 0.85 per 3 mnd.
bij vooruitbetaling vóór 1 Januari
of 1 Juli, Na dien datum verhoo
ging van 15 ct. voor incassokosten.
Abonnementen kunnen op ieder
tijdstip aanvangen. Losse nummers
verkrijgbaar a 5 cent bij den boek
handel en aan ons bureau,
BL'DAALSCHEWEG 78.
ADVERTENTIËN20 cent per regel. Bij contract speciale tarieven. Kleine Annonces:
Vraag en aanbod, huur en verhuur, koop en verkoop, enz. enz., van 15 regels 50 cent,
uitsluitend bij vooruitbetaling. Ingezonden mededeelingen voorpagina 45 ct. per regel,
volgende pagina 40 ct. per regel.
LijJ Ned. Unie v. Accountants
Beter alleen, dat qualyck verselt.
Vrijwel als zekerheid ma'g men aannemen,
dat ieder mensch, hij moge dan hoog of
laag Staan in geestesontwikkeling, in ziels-
of gevoelsleven, in bizonderen aanleg of
gaven van hoofd en van hart, er, geheel
voor zich zelf, een vetborgen hoekje in
zijn binnenste op na houdt, waarin hij bi-
zonderheden aangaande zijn leven en le
venservaringen, doch vooral betreffende
zijn of haar zieleleven, met veel zorg be
waart. Het is een heiligdom, waarin nie
mand wordt toegelaten, tenzij hij zeer bui
tengewone uitzondering.
Meestal wordt onder het woord „'heilig
dom" een afzondering van heilige of al
thans teere dingen, hetzij gedachten, han
delingen of röliquiën verstaan. Doch niet
alzoo is 'dit het geval bij het hier bedoel
de heiligdom de binnenste, de geheim
ste bergplaats van het menschelijk over
leg, van zijne beweegreden en handelin
gen, die niet voor de waarneming van an-
dre bestemd zijn.
In dat heiligdom toch, bevinden zich
twee bergplaatsen, die met extra slot en
grendel zijn voorzien. Van dat slot bestaat
geen tweede sleutel. Slechts menschen-
kenners van den eersten rang kunnen som
tijds met een looper van eigen vinding hun
door scherpzinnigheid verschaft, dat slot
openen en een blik slaan in beide kamers:
in de bergplaats van de waarlijk goede en
zelfs edele gevoelens, en tevens in dat si-
nistre, afstootelijlke hokje, waar de som
bere hartstochten hun werkplaats of stu
deerkamer hebben en waar ook de zooge
naamde kleine boezmzonden verblijf hou
den.
Véle oppervlakkige en vele lichtgeloo-
vilge, goedvertrouwde menschen zouden,
wanneer plotseling de deur van dat don
kere verblijf voor hunne oogen geopend
werd, dit feit 'betreuren. Liever waren zij
niet ontgoocheld geworden; liever hadden
zij hunne illusiën of hunne goede meenin
gen betreffende de personen die hun volle
vertrouwen bezaten, bij wier goeden trouw
zij wel hadden willen zweren, in wier hei
ligdom zij niets dan heilige gevoelens,
niets dan goede, zelfs edele eigenschappen
dachten, ongeschonden, ongerept gezien.
Sommige hunner gaan zelfs zoo ver in
hunne zucht om bij hunne dwaalmeenin-
gen te volharden, dat zij de deur van het
donkere bergplaatsje haastig dichtwerpen
en, op gevaar of aan anderen groot on
recht te begaan, nog blijven gelooven,
toch blijven dwalen tegen beter weten
in. Zóó egoïstisch is somtijds de mensch,
dat hij, uit liefde voor zijn. illusiën, uit
liefde voor degenen of voor datgene waar
aan zijn hart hangt, de waarheid niet wil
zien en aan de oprechtheid, de oneerlijk
heid en aan het boos opzet, met gesloten
oogen de overwinning laat en daardoor be
tere gevoelens in de harten van anderen
wékt of voedt. Zóó sluiten wij somtijds, om
een gevaar ie ontgaan, om een geliefkoosd
pad te kunnen blijven bewandelen, opzet
telijk en met taaie volharding, onze oogen...
voor een ander, grooter gevaar, dat wij
wellicht eenmaal, als het zijn werking ge
daan heeft of althans niet meer te voorko
men is, diep zullen betreuren, „Onheilige
gevoelens in een. heiligdom?" zal men vra
gen. Ja, in den Heiligen Tempel van Jeru
salem spraken en aanbaden immers ook de
Farizeën, met ten Hemel gerichte oogen en
zich op de borst slaande, als uiterlijke ver-
0P AANVRAGE GRATIS
ADVIES EN OFFERTE DOOR
ONZEN INSPECTEUR VOOR
- 00K ONDER ARCHITECTUUR -
ONDER LEIDING VAN ONZEN BOUW
KUNDIGE, DE HEER A. S. v. d. MEULEN
VEREENIGDE HAARLEMSCHE BEDRIJVEN
KANTOOR WILS0NSPLEIN 75 OPGERICHT 1880 TELEFOON 11423
Dames- en Heerenkleermakers
Bontwerkers
f
KAMPERSTR. 20-22, HAARLEM
Telef. 12474
Wij hebben ontvangen de nieuwste stoffen in modellen voor
het a.s. seizoen. - Onze stalencollectie is gereed, gaarne be
zoeken wij U hiermede op door U vast te stellen dag en uur.
Uwe bijzondere aandacht vestigen wij op iet artikel
Dit colbert-costuum, op de bekende wijze door ons gemaakt,
leveren wij voor reclame a 98.Wij hebben een uit
gebreide sorteering stoffen en leveren colbert-costuums vanaf
f 55.tot de allerbeste kwaliteiten. - Vraagt onze abonne-
mentsvoorwaarden.
Aanbevelend, GEBR. P. J. SCHUURING.
tooning van hunne oprechtheid in het ge
loof aan den God, Die zij heetten te dienen.
Dobbelaars en woekeraars oefenden im
mers hunne bedrijven uit in het vóórpor
taal van dat heiligdom, van den Godstem
pel. Er groeide ongetwijfeld ook onkruid
in het Hof van Eden.
In zijn binnenste herbergt de mensch
zoo menigmaal zoowel kwade als goede
gevoelens, voornemens en plannen, die door
zijn gelaat niet worden weerspiegeld. Wij
mogen neen, wij moeten aan het goede
gelooven; doch leeren onze levenservarin
gen en onze menschenkennis ons niet even
zeer: het kwaad te duchten? Ja, immers.
Want het leven dat zooveel heerlijks, zoo
veel goeds, zooveel schoons omvat, is niet
temin vol harde lessen. Velen, die in bun
leven de warme zonnestralen der liefde in
dronken, de blijde ontroering van het geluk
hebben gevoeld en de herinnering aan. dat
alles met dankbaarheid in hunne harten
hébben bewaard, hebben ook geweend om
de teleurstellingen, die met dat vele goede
hun deel werden in het leven, die vele
droomen wegvaagden en veel geloof aan
God en menschen aan 'het wankelen brach
ten. Maar. die teleurstellingen waren niet
temin even zoovele Godsgaven. Want zou
den wij, bij ernstig nadenken, ons zielele
ven wel willen blijven tooien met onecht
geluk, met schijnliefde en schijnschoonheid?
De steen in den ring of in eenig sieraad
waarmede wij ons opsieren, doch die her
kend wordt als een onechte steen of als
een nagebootste parel, kunnen wij toch niet
als echt laten bewonderen als ware hij edel
steen van werkelijke waarde, louter en al
leen omdat hij, als geen kennersoog hem
herkent, geacht wordt daarop te gelijken.
Wij menschen mogen, wanneer ons hart
ons daartoe dringt, iemand boven anderen
liefhebben en bewonderen, maar wij mogen
geen afgoderij plegen ten opzichte van veil-
bare menschen evenals wij. Alle men
schen, ook de beste van ons hébben minstens
hunne boezemzonden, waaronder wij, die
kleine niet ernstig geacht wordende tekort
komingen verstaan, die, naar onze meening,
geen afbreuk doen aan de daarmede ge
paard gaande goede en prijzenwaardige
eigenschappen van hun karakter. Maar wij
verliezen, door onze liefde, door onze
vriendschap of door onze bewondering daar
toe geleid, niet zelden uit het oog, dat deze
boezemzonden mede hunnen oorsprong
kunnen nemen uit gebrek aan meer alge-
meene liefde, of wel uit gebrék aan recht
vaardigheidsgevoel, misplaatste trots of een
andere toch ernstige- zonderibron. Er 'be
staat immers ook nog verblinde liefde die
niet, of meestal niet te overtuigen is van de
schijnliefde, die zich op 'haren weg door
het leven, al® ware liefde voordoet, door
veel vertoon en veel betoog. Zulk een liefde
staat ten allentijde 'bloot aan misleiding
van haren goeden trouw.
De ware liefde tracht niet, ten allen tijde
en door allerlei materiaal, het bewijs van
haar bestaan en van hare echtheid te le
veren. Zij demonstreert niet; zij bouwt op
haren goeden grondslag, zij handelt zonder
bijbedoelingen, zonder zelfzucht, en zoekt
slechts gelukkig te maken zoo noodig,
mét voorbijzien van eigen erkenning, van
eigen wenschen en van eigen geluk. Een zoo
danige liefde woont in die helder verlichte
er. lichtuitstralende kamer van 's menschen
binnenste heiligdom. Zij is ongetwijfeld de
hoofdfactor van in werkelijkheid hoogstaan
de menschen.
In de lichte afdeeling van het Heiligdom
in de werkelijke Godstempel alzoo
worden geen speculaties, geen loterijen,
geen hooge inzetten en geen winstbelang
van welken aard dan ook geduld. Geen
schijnliefde houdt daar verblijf en geen men-
sch'envergoding wordt daar voorbereid en
gewettigd. Immers ware en zuivere gevoe
lens ontsteken geen wierook, maar verster
ken in de stille werkplaats der toewijden
de, geen loonverwachtende liefde de
spieren van 'de hand, die zich uitstrékt tot
de daad en die de sleutel van „bet Heilig
dom" hanteert.
Wie kan 't gevoegen, naer elcks genoegen?
Uitvoering v, Chr, Fanfarecorps „Sursum",
dir. de heer J. A. Meng, met welwillende
medewerking van Santpoort's gem. koor
„Vox Humana" dir. de heer Joh. Brand.
Woensdagavond was het op het anders
des avonds zoo stille dorpsplein te Bloe-
mendaal ondanks de wintersche koude een
drukte van talrijke menschen die gekomen
waren om, binnen dé muren van het tegen
over het oude kerkje gelegen Hotel „Vree
burg", te luisteren naar w>at „Sursum" en
„Vox Humana" dien avond ten gehoore
zouden brengen.
Met een aardig vlot woord als inleiding
heette de voorzitter van „Sursum", de heer
van Apeldoorn de aanwezigen welkom. Na
mens de vereenigïng 'bracht hij dank uu
aan de donateurs en aan „Bloemendaalsch
Bloei" voor de geldelijk verleende bijdra
gen. Tevens werd vermeld, dat in de plaats
van den directeur van „Vox Humana" dien
avond de waarnemende dirigent, de heer de
Haas het zangkoor zou leiden. Een woord
van waardeering ook 'kreeg de heer Meng
die met het corps weer versheidene nieu
we werken had ingestudeerd en zich als
steeds tijd nodh moeite had bespaard. Dat
de aanwezige toehoorders in aanmerking
zouden wiillen nemen dat het formaat van
zaalruimte misschien in sommige num
mer'-, te klein zou blijken voor het klank
volume van het harmoniecorps en het
publiek zich ondanks de 'lagie zaaltempe-
ratuur toch zou amuseeren, was. de wens,ch
waarmede de heer van Apeldoorn zijn rede
besloot. Dat beide laatstgenoemde feiten,
het geluid en de koude wel meevielen,
dat hebben de vele aanwezigen kunnen
constateer en.
Begonnen werd met gezang 49 door de
'heer Meng voor het blazersensemble 'be
werkt. Van de instrumentale werken vóór
de pauze'klonk de marsch ,,Le Farceur" van
Sam Vlessing verreweg het 'beste. Het is
dan ook goede muziek, vol van afwisseling
'n marsch die door de leden van het corps
uitstekend werd aangevoeld. De ouver
ture „Antigone" van Fern. Rousseau ver-
loont sterk Wagneriaansche invloeden, hier
en daar gedachten opwekkend aan „Wal
ter's Preislied" uit de „Meistersinger'
Evenals be fa-ntaisie over de opera „Faust"
v. Gounod, bew. door Bouchel, bleken dit
lang ge'en gemakkelijke werken te zijn en
'n woord van lof is 'hier zeker op zijn plaats
aan de energie van directeur en blazers om
zoo'n werk in studie te nemen. Dat hier
en daar wel eens zwakke plekken zaten
is te 'begrijpen; door meerdere uitvoeringen
zullen deze echter, vanzelfsprekend beter
worden en tot vaster samenspel leiden.
Mooi en zuiver klonken in „Faust" ver
scheidene soli vooral' ook dat van den
trombonist 'de heer Scheffer.
Aan het verzoek, in de zaal niet te roo
ken werd voldaan en dit kwam aan de
stemmen van het koor ten goede. Vooral
juist in het begin was het goed' op dreef;
in Ecce quomodo moritur van Handel' bleef
men goed op toon en idereen die weet hoe
moeilijk dit voor a cappella-zang is, zal dit
weten te waardeeren. Dat 'behale het Latijn
ook de Hollandsche taal dien avond in
eere werd gehouden, liet men hooren in
twee liederen van Isr. J. Oknan. „Woud
zang" is wel' 'het mooiste, goed vani stem
ming en werd vol uitdrukking gezongen.
Het koor had vele goede momenten en er
zitten verscheidene aardige stemmen on
der. „Ellen" op tekst van het bekende ge
dicht van Fred, van Eeden viel bijzonder
in den smaak, hoewel men hier en daar
tegen onzuiverheid te kampen 'had. Het
bekende „Ave Verum" van Mozart ging
direct na de pauze en vond een dankbaar
gehoor, velen todh is dit 'beroemde vers in
een of andere bewerking bekend. Na „El-
Kleverparkweg 154
Tegenover de Middelbaar Technische School
Opgericht 1903 Telefoon 10303
in Stoffen en modellen - Voor den Zomer een
ruime keuze reeds voorhanden Prijzen billijk
iordensstraat 74 - Haarlem - Tel. 13132
Prijscour. wordt op aanvrage gaarne toegezonden
len" was de taak van ,,Vox Humana" ver
richt en hadden dirigent en koor een gul
en herhaald applaus in ontvangst te
nemen.
De fantasie over de Opera „Migmon"
van Thomas-Pointet werd eveneens een
succes, temeer daar velen deze opera op
gevoerd zagen en zich tijdens het spel van
„Sursum" verscheidene tooneelën weer
voor den geest konden roepen. Een speel-
sc'he aardigheid werd tentoongespreid in
,La Clochette Magique" van Valier, een
Polka met ,,Carri'llon"-Solo, gespeeld door
de heer J. S. Boelsma. Een stuk overigens
van vrij 011-muzikale waarde; nog -erger
'kwam dit naar voren in „Paquerettes"
Grande Valse van L. J. Baudoraek, een
'bijïna komisch voorbeeld van holheid en
p'hrase. Overigen® -werden deze werken
ondanks dit euvel, gebrek aan muzikale
waarde en inhoud, door „Sursum" met
veel entrain gespeeld. Alles bij elkaar was
het echter een avond vol afwisseling en op
gewekt en prettig musiceeren.
„Sursum" en „Vox Humana" wenschen
wij dan ook voor de volgende uitvoeringen
groei in geestelijken en materieelen zin toe.
E. v. d. BOSCH.
IJSPRET.
Ik heb ze zien zwieren,
bij paren, 'bij vieren,
op 't. spiegelend ij®.
Ik heb ze zien glijden,
cm 't mooiste zien rijden
o-rn d' eer en den prijs.
Ik zag z' op de banen
als felle 'kemphanen
pijlsnel er vandoor.
Ik heb hooren spreken
van tién-meterstreken
en sneller dan 't spoor.
Ik heb ze zien zwaaien
en wenden en draaien
in 't drukste gewoel.
'k Zag zwenken en buigen
en 'k hoorde zc juchen
met jubelend gejoel.
'k Zag 's avonds gebaren
van eenzame paren
in wol en iri bont.
Vaak stil en bescheiden,
maar ook wel die vrijden
met hand of met mond.
Ook zag ik de 'kleintjes,,
zoo lekker en fijntjes
op 't kfein-S'oharrellbaan.
Zij moeten 't nog leeren,
maar zoo zij zi>ch weren,
zal 't, weldra goed gaan,
'k Heb ze allen zien zwieren
en 'd ij'S'pret zien vieren
van 'klein en van groot.
'k Heb ze allen zien draaien
en zwenken en zwaaien
op vijver en sloot.
"k Heb ze allen zien glijden
om 't mooiste zien rijden,
zoowel groot als klein.
'k Zag 't heerlijke leven,
het durven en streven,
In goud zonneschijn.
O. Kerst Zwart.