MET PENSION- EN WONINGGIDS
Nieuwsblad
AERDENHOU?9
BLOENIENDAAL
9 OVERVEEN 9
VOGELENZANG
en omliggende
s gemeenten
2° jaargang ZATERDAG, 23 MEI 1908 No. 21
Het Bloemendaclsch (üeekblad
Prijs per
halfjaar t' 1.25
bij vooruitbe
taling.
Prijs per
nummer f 0.10
s VOOP 9 e
Dit nieuwsblad verschijnt wekelijks onder redactie van Mr. P. TIDEMAN te Bloemendaal
bij den uitgever J. A. BOOM te Haarlem.
Advertentiëu
10 cents per
regel
bij herbaalde
plaatsing
korting.
Modedeelingen van allerlei aard aan de redactie schriftelijk:
Bloemendaalsche weg 227. -:-
II
Alle mededeelingen de administratie, advertentiën enz. betreffende:
Klein Heiligland 5, Haarlem. Telefoon 457.
I Het auteursrecht van den inhoud van dit blad wordt verzekerd overeenkomstig de wet van 28 Juni 1881 (Staatsblad 124) tot regeling van het auteursrecht.
Dr. Bakker, Bloemendaalscheweg, van
.- 1 stil en g uur behalve Zon- en Feest-
spreekuren. dageQ
H. L. van Beusekoin, Zomerzoi'gerlaan. Dagelijks van
89 uur en 12 uur.
J. Th. Bom water, Overveenscheweg, van 12 uur, behalve
's Zondags.
S H. Brongersma, Kleverlaan hoek Korte Kleverlaan,
van 1—2 uur, behalve Zon- en Feestdagen.
W. 0. J. Verhulst, Noorderstationsweg. Dagelijks van
12—1 uur.
Leed vermijden en zich verdrietelijkheden besparen is een
loonende wijsheid.
De visseherij wet-behandeling in de Tweede
Binneillandsch Kamer is afgeloopen, de eindstemming
Overzicht. moet nog plaats hebben. De regeering
en wel speciaal minister Talma heeft
haar toch met goed succes volbracht Ben oordeel over de
wet, zooals deze thans na al de tallooze amendementen is
aangenomen, behouden wij ons voor als wij de wet in haar
geheel voor ons hebben De algemeene indruk is niet anders
dan gunstig te noemen. De jachtwet zal nu ook wel spoedig
aan de orde komen, en eveneens gelegenheid bieden tot veel
geredekavel, want deze materie is nog lastiger te regelen
dan de visseherij wet, omdat met oude verkregen rechten
rekening zal moeten gehouden worden en het ontnemen van
rechten noodzakelijke schadeloosstellingen na zich zullen
sleepen-
Het groote verlies hetwelk onze fondsenhouders in
het afgeloopen jaar hebben geleden, wordt thans merkbaar
in de mindere opbrengst der middelen, met welken toestand
de regeering rekening zal dienen te houden.
De raad van defensie is door den minister van binnen-
landsche zaken in tegenwoordigheid van de ministers van
oorlog en marine in de Trèves-zaal te 's Gravenhage ge
ïnstalleerd. De raad van defensie, zeide de minister, is onaf
hankelijk in zijn oordeel en de regeering blijft verantwoor-
lijk. De ministers van oorlog en marine kunnen de afdee-
lingsvergaderlngen bijwonen en die presideeren, waardoor
zij steeds voeling kunnen houden met de denkbeelden dei-
ervaren mannen die in den defensieraad zitting hebben. Wij
hopen en vertrouwen, dat door de instelling van den defensie
raad meer stabiliteit in de zaken der landsverdediging zal
komen, als tot nu toe het geval is geweest.
Minister Idenburg is als minister van koloniën opgetre
den, na in de handen van H. M. de Koningin den gebruike-
lijken eed te hebben afgelegd.
De voortdurende stijging der cacao-prijzen in de laatste
tijden is oorzaak geweest, dat, zelfs groote cacaofabrikanten
in Sr.antieele moeilijkheden verkeeren en dit eens zoo bloeiende
bedrijf een ernstige crisis doormaakt.
De kunstboter-industrie hier te lande beleeft eveneens
door de stijging der grondstoffen moeilijke tijden. Deze laatste
industrie is overigens in ons land tot eene groote mate van
bloei gekomen en voert jaarlijks voor millioenen uit.
In de nabijheid van Texel heeft men uitgebreide grint-
hanken outdekt, de kwaliteit moet dezelfde, zoo niet beter
zijn dan het riviergrint.
Een deel der leden der Eerste Kamer hebben dit voorjaar
weder een begin gemaakt met hun jaarlijksche uitstapjes
in ons land en bezochten o a. Zeeland. Deze bezoeken kunnen
niet anders dan dienstig zijn om den blik onzer, regeerders
te verruimen en wij zouden het toejuichen, zoo de leden
der Tweede Kamer eveneens de verschillende deelen van ons
land geregeld gingen bezoeken, om zoodoende beter bekend
te worden met de eigenaardige behoeften van de verschil
lende deelen van ons vaderland. In Frankrijk en Duilschland
zijn dergelijke uitstapjes reeds lang gewoonte geworden. De
spoorwegmaatschappijen zullen zeer zeker gaarne vrij ver
voer toestaan.
Het mond- en klauwzeer komt nog hier en daar
sporadisch voor. De strengste voorschriften zijn door de
bevoegde autoriteiten uitgevaardigd oin die ziekte te bestrij
den. o.a. door afzondering van het besmette vee. Een af
doend geneesmiddel schijnt nog niet tegen deze lastige kwaal
gevonden te zijn.
Het geeft niet veel geljjk te hebben als men er kwaadaardig uitziet.
BloembollenveiLingen.
Bloembollenteelt. Uitgeest, 26 Mei;
Vogelenzang, 25 Mei.
Dd hartstochten zyn de poorten der ziel.
Admiraal Evans die de noord-ameri-
Bllitenlandscll kaanscbe wereldvloot in San-Fran-
overzicllt. cisco bracht, heeft, om gezondheidsredenen
zijn betrekking neergelegd, en is ver
vangen door admiraal Spérry, aan wien nu de taak is
opgedragen den Grooten en liidischen Oceaan over te steken
en de vloot weder naar Amerika terug te brengen. In
Amerika gaat het met de industrie nog lang niet naar
wensch. De New York Herald deelt mede dat 413.000
spoorwegwaggons buiten dienst en 12000 locomotieven buiten
gebruik gesteld zijn. Deze buiten werk zijnde wagens en
locomotieven vertegenwoordigen een kapitaal van 360 millioen
dollars, en een dagelijksche winstderving van 4 millioen
dollars. De N. Y. II. betoogt dat meer stoom en minder
wind noodig is, meer werk en minder gepraat, meer ver
trouwen en minder agitatie. Deze nuchtere cijfers zeggen
meer dan ellenlange finantieele beschouwingen. De
partij-organisatie in Amerika schijnt geheel verbroken te
zijn, en niemand kun zeggen welke partij en welke per
soon de zege zal behalen bij de aanstaande presidentskeuze.
De groote uitbreiding die New York ondergaat, zal het
noodig maken, uitgestrekte rietlanden en moerassen in de
nabijheid in te polderen, voor hollandsche ingenieurs een
dankbaar arbeidsveld, terwijl hollandsche aannemersfirma's
hunne krachten kunnen gaan beproeven op dit zoo eigen
aardige, typische hollandsche werk.
Japan heeft in Korea nog erg te kampen met den
onwil der Koreaneu om zich onder het zware japansche
juk te krommen. Korea wordt het Ierland van Japan, de
beschrijving die engelsche reizigers over Korea geven doen
de haren ten berge rijzen geheele landstreken zijn ver
woest en de bevolking aan den hongerdood ten prooi. De
oude keizer van Korea zal wel spoedig door de Japanners
verbannen worden, want aan hem wordt ue tegenstand
geweten die de inboorlingen ten toon spreiden.
In Mandsjoerije gaat het eveneens den Japanners nog
niet naar den vleesehe; de Chineezen zijn aldaar in dage-
iijkseh conflict met hun gele broeders.
Engeland kan het in zijn engelsch-indische bezittingen
al evenmin met de bergstammen klaar spelen, die thans
geholpen worden door Engelands' bondgenoot Afghanistan.
De Emir van dit uitgestrekte land vaardigt de wreedste
straffen uit tegen de onderdanen die Engeland den voet
dwars zetten; tong uitrukken, afkappen van beenen, enz.
zijn de middelen, die de Emir aanwendt om zijn goeden
wil te toonen, echter tot nu toe niet met veel succes.
In Perzië is het nog een wave janboel. Russen en
Turken profiteeren van den anarchistischen toestand, en
bezetten in het noorden en noordwesten geheele landstreken
en branden en moorden aldaar naar hartelust.
In Egypte begint de nationalistische partij zich weder
te roeren, en adressen worden in opgewonden vergaderingen
der inboorlingen aangenomen om de Engelschen te ver
zoeken, Egypte te ontruimen en zoodoende hun belofte na
te komen.
Uit Marocco zijn de berichten nog steeds zeer tegen
strijdig, het eenige wat duidelijk blijkt is, dat Frankrijk
mocht willen zich nooit in dat wespennest gestoken te
hebben. Tusschen spaansche en fransche troepen barsten
ieder oogenblik oneenigheden uit, die door de diplomatie
wel worden bijgelegd, maar steeds eeu gevaar opleveren
voor de pacificatie van dit zoo rijke land, bewoond door
onverschrokken stammen, die, waren zij beter bewapend,
al reeds lang Franschen en Spanjaarden hadden weggejaagd.
De gezanten van den pretendent sultan Moulah Hafid
zijn thans aan het rondreizen in Europa, om aan de ver
schillende hoven erkenning te verkrijgen van hun lastgever.
Overal krjjgen zij nul op het request en worden nergens
officieel ontvangen.
In Frankrijk heeft de regeering bij de laatste
gemeenteraadsverkiezingen een groot succes behaald, een
succes des te beteekenisvoller, omdat aan de gemeenteraden
is opgedragen, de scheidingswetten van kerk en staat vor
der toe te passen. Er wordt druk geconfereerd om een
handelsverdrag van Frankrijk met. Engeland tot stand te
brengen. De fransche protectionisten zullen er wel een veer
bij laten, maar de groote massa van het volk zal er in
beide landen wel bij varen. De staatsuitgaven vermeer
deren in dit land op onrustbarende wijze, gelukkig dat dooi
de spaarzaamheid en werkkracht der fransche natie dit
rijk er niet onder gebukt gaat zooals dit wel het geval
is met Duitschland, alwaar zoo wat alle nieuw inge
voerde belastingen fiasco maken en de minister van finan-
tiën voor steeds grooter moeilijkheden komt te staan, daal
de duimschroeven niet meer aangezet kunnen worden.
Keizer Wilhelm heeft thans Wiesbaden begiftigd met het
standbeeld van onzen Willem den Zwijger, een reproductie
van het standbeeld in Berlijn. De tijd zal wel spoedig aan
breken dat Wilhelm zijn eigen beeld gaat cadeau maken.
Onze koning-stadhouder Willem III had zeer zeker in
Duitschland niet zoo lang op een standbeeld behoeven te
wachten ais in Nederland het geval is. Eulenburg en
consorten worden thans zonder eenige consideratie berecht
en het zal voor de Duitschers eene opluchting zijn als
deze vuile zaak voor goed is geëindigd.
In het Czarenrijk gaat alles zijn gewonen gang, moord,
doodslag, hongersnood, knoeierijen op groote schaal, wisselen
elkaar gestadig af. Door een binnenlandsche ieening zal de
leege schatkist moeten worden geholpen. De haute finance
van Europa heeft er vooreerst genoeg van om dit Danaïden-
vat te vullen. De Russen zuilen het nu zelve maar moeten
opknappen. Het opdrijven der russische koersen gaat niet
zoo goed, als wel in sommige kringen gewenscht wordt.
Het groot aantal admiralen in Rusland moet zich vooreerst
maar in theorie oefenen, want schepen heeft Rusland bijna
niet meer en nog minder goede zeesoldaten en matrozen.
De sultan van Turkse is slecht te spreken over het
terugtrekken der europeesche bezettingstroepen op Kreta,
en vreest dat Muzelmannen in massa zullen gaan verhuizen
als de Kretensers zelve baas worden onder het gouverneur
schap van Zaimis. Des sultans protest zal evenwel even
weinig uitwerking hebben als de aanspraken die hij maakt
op de havenwerken van Heraklea. Frankrijk zal, als ver-
toogen niet baten, tot het gewone middel, een vlootdemon-
stratie, wel zijn toevlucht nemen.
Een ervaren valkenier laat niet meer vogels op dan de jacht
vereiseht.
r» i-i ai ,Van Donderdag 14 MeitotDon-
Burgerh,ke Stand.derdag 21 Mel*
Ondertrouwd: M. J. M. Zuur en G. H. O. van Delden.
Overleden te M e er e n b e r gD. van den Heuvel, 41 j.
F. van Raalte, 59 j.H. de Vink, 49 j.
Gezond verstand is de troon der rede, de grondslag der voorzich
tigheid, want daarmee slaagt men met alles zonder veel moeite.
De twee vloten. De doorgaans wel-
Diyersen. ingelichte Beriijnsche correspondent van
de Westm. Gaz. haalt eenige zinsneden
aan uit het verslag van de Flottenverein, waaruit blijkt de
toenemende activiteit dier vereeniging en de stijgende belang
stelling van het duitsche volk voor zijn vloot.
Dan vergelijkt hij beide programma's, die van Gr. Brit.annië
en Duitschland, met het oog op het tijdstip (Maart 1912)
waarop Engeland opnieuw een overweldigende meerderheid
ter zee zal moeten hebben.
Zonder nu rekening te houden met het vlootprogram van
het volgend jaar, 1909, zullen
Groot-Brittannië in 1909 gereed hebben
7 Dreadnoughts; 3 kruisers van het D-type. 10 groote
schepen van het D-type.
Duitschland 1 Dreadnought.
Groot-Brittannië in 1910; 10 groote schepen van het
D-type
Duitschland1 Dreadnought -j- 3 Dreadnoughts -f" 1
kruiser type D 5 groote schepen D-type.
Groot-Brittannië in 1911:
1 Dreadnought meer =11 schepen type D.
Duitschland1 -j- 3 3 D's -|- 1 kruiser type D 8
schepen type D.
Groot-Brittannië in 1912 (eind Februari of Maart):
8 Dreadnoughts; 3 kruisers type D; 11 schepen type I)
bovendien de «Agamemnon" en de »Lord Nelson".
Duitschlandf D -f 3 D 3D 3 D-f l D. kr. -f 1 D.
kr. -j- 1 D kr. 10 Dreadnoughts-j--3 kruisers type D
13 schepen type D.
Hieruit kunnen de Britsche belastingbetalers zien dat ze
er niet buiten kunnen in 1909 minstens 6 Dreadnought's
op stapel te zetten en. te betalen.
Dreadful indeed! N.C.
Onder het opschrift «Onze arme taal" bevat De Transvaler,
een in Zuid-Afrika verschijnend hollandsch blad in Kolle-
wijnsche spelling, het volgende sterke stukje van onze taal-
verknoeiing in het land van Paul-Kruger
Dezer dagen k.<am ons een kleine kennisgeving in de
handen. Boven aan staat: «Zuid Afrieaansche Foorwaard
Party". Wat is dit voor 'n ding? Lees verder: Het vyfde
van een serie van een Publiek Vergadering zullen gehoudt
wordennaby het Hollandsche KerkMaar
hoe verder men leest hoe doller het wordt. Eindelijk onder
aan, verschijnt dit gemors: «Het boven, tusschen andere
onderwerpen, insluiten het Coolie kwestie gedaantie dei-
onderwerp zaak zullen met gehandeleu worden door de Heers
Tainton, Buckiand, Showers, en Stallard.'' Hoe men deze
kwestie gedaantie der onderwerp zaak moet verstaan en ver
zoenen met de «Foorward" Party moeten wij aan anderen
overlaten. Wellicht zullen de «Heers" die de gedaantie zul
len behandelen wel een uitleg geven van deze raadselachtige
kennisgeving."
Nog iets uit De Transvaler, wat ook velen van ons zich
kunnen aantrekken