WONINGGIDS MET PENSION- Nieuwsblad voor AERDENHOUT - BLOEMENDAAL OVERVEEN VOGELENZANG en omliggende gemeenten ZATERDAG, 8 AUGUSTUS 1908 No. 32 II n Nederland en Venezuela. or Bloembollencultuur van sen lijst van spoorweg, enheid bestaat tot het van tolkantoren in het an planten, niet tot de d, is toegestaan. rief. in den bijenstal. lieu weling in het imkers- kkelijk de roovers van ervaren imker kent ze rond den korf als land- k, wanneer zij de kans chter niet recht in het chtende hun doel moeten kast terug, den stormen daarbij een scherperge- j in het vak," dan zijn kleur. Meent men een' an drukke men hem met honig te voorschijn, dan stal, dat neme men zoo Men tracht dan na te of uit eens anders stal. verwijderen, dan volge leters, om vandaar hun i ze om en bij denstal, bijen, dan behooren ze en of kasten thuis Om t moeilijk strooit men de uitgaande bijen uit, aar ze binnengaan Ook ;elukt het wel, n.l door woning, waarin de roo- 'wijkingen van de gewond iegen, waardoor ze zich gevonden, dan trede men jonnen en een te groot 1 liggende zaak, de oor- ■g het voederen bij dag wacht kunnen houden), n vod, gedrenkt in een •at, en het kwaad is de het dieper ingeworteld, nige wolken rook in het en late zoo den korf of er in dien tusschentgd ning neerzetten, dan ver- dan het vlieggat om ze e gaan, en blaze dan weer krachtig door middel van dat ze het te benauwd r buiten komen stormen, jk is deze kastijding af- iVonen de roovers elders mon waar, dan vorzoolio eigenaar op gelijke wijze elennadeel zullen de niet van ondervinden, de ien ze tjjdens het be- ip zuigen, wordt later jestort. roovershol niet te vin panne men voor'het vlieg den beroofden korf met Is een lapje wollen stof, ten een tiental druppels laat vallen. Bij een kas n aan weerszijden van het dat zoo nauw mogelijk .smaakt, zulk een lapje, itregel is doeltreffend. nderneme het gemakkeltjke oeilijks en het moeilijke als :kelyks. is nu wel het voordeel 't? sgrenzing van het op te des te gemakkelijker in- d kunnen worden. )r het woord, een voor heeft, zou het daardoor krijgen, dan wanneer het ,ien van de juiste kleuren, kbeeld, geen nauwkeurig tduiding door het woord geeft. Hierin ligt dan ook de allereerste beginselen hterlijke zoo moeilijk te n eigenlijke aanschouwing heid gepaard gaande met fs ook het gehoor en het den, om het stompe begrip llende klanken en mede- 3n aanbrengen. i zij dank, thans op hen icht, de eerste stem opging schoolwaarop voor het leciaal onderwijs nog zeer nde menschheid kon ge- )ds op dat aambeeld ge lang die eens roepende e nood dwong en rijk tuk ter hand namen, en ressen en zelfs ook ten- angstelling die het achter- J. L. Kingma. 2e jaargang Hel Bloemendaaluh Weekblad Prijs per halfjaar f 1.25 bij vooruitbe taling. Prijs per nummer f 0.10 Dit nieuwsblad verschijnt wekelijks onder redactie van Mr. P. TIDEMAN te Bloemendaal bij den uitgever J. A. BOOM te Haarlem. Advertentiën 10 cents per regel bij herhaalde plaatsing korting. Mededeelingen van allerlei aard aan de redactie schriftelijk: Bloemendaalsehe weg 227. li Alle mededeelingen de administratie, advertentiën enz. betreffende Klein Heiligland 5, Haarlem. Telefoon 457. -:- Het auteursrecht van den inhoud van dit blad wordt verzekerd overeenkomstig de wet van 28 Juni 1881 (Staatsblad 124) tot regeling van het auteursrecht. iij dit nummer behoort een Bijvoegsel. Aan medewerkers, pensionhouders en andere in zenders wordt beleefd verzocht de copie, gedurende de maand Augustus, niet te bezorgen aan het huis van dm redacteur, maar aan de administratie of, met bericht aan de administratie, de copie ter aflialing gereed te leggen. Woorden zyn schaduwen van daden. Wy zpn met de Nieuwe Courant van 4 Augustus no. 215 van oordeel, dat onzerzpds behoort te worden getoond dat Nederland, indien het niet volkomen genoegdoening voor de ondervonden smaad verkrpgt, vast besloten is zich die zelf te verschaffen. Dit neemt niet weg, dat het vraagstuk wat is de beteekenis van Cura9ao voor ons en voor Venezuela, nu nog een onopgelost vraagstuk, geen onopgelost vraag stuk mag blpven. Wp geven om tot de oplossing daarvan mede te werken en om tevens in het algemeen de belang stelling in onze buitenlandsche aangelegenheden aan te wakkeren, daarom gaarne plaats aan de volgende aan dit onderwerp gewpde studie, waarvan de verantwoording overigens kome voor rekening van den heer Van Wesel. Het diplomatiek incident met Venezuela. In de vergadering van 23 Juli j.l. van de eerste kamer werden den minister van buitenlandsche zaken eenige vra gen gesteld naar aanleiding van de gerezen moeilpkheden met Venezuela. Het betrof hier drie feiten, te weten het sluiten der venezolaansche havens voor curagaoschen schepen, het aanhouden van nederlandsche schepen in open zee door venezolaansche kustbewakers en ten slotte het afbreken der diplomatieke betrekkingen met onzen minister resident door de venezolaansche regeering. De minister verklaarde dat het streven der regeering die haar volle vertrouwen aan den afgetreden minister-resident bleef schen ken zou zpn, de nationale eer hoog te houden en voor de materieele belangen op te komen. Nadat het ministeriëele antwoord in de eerste kamer was gegeven, kwam het telegram in van den gouverneur van Curaijao, dat op 23 Juli was afgezonden. Uit dit telegram blijkt, dat de venezolaansche regeering onzen minister-resident als ongeschikt beschouwt voor vriend- schappelpk tusschenpersoon in de betrekkingen tusschen Venezuela en de nederlandsche natie. Als grond voor deze houding voert de venezolaansche regeering aan, het artikel van de hand van onzen minister-resident in het nummer van Mei j 1. van het tijdschrift der vereeniging Hou en Trou." De inhoud van bedoeld schrpven is voor eenige dagen gepubliceerd geworden in het Handelsblad, welk blad toen reeds het vermoeden uitte, dat de inhoud van het artikel in het Meinummer van «Hou en Trou" aanleiding tot de uitzetting van onze minister-resident zou hebben ge geven. In het geïncrimineerde artikel van de hand van den heer De Keus komen de navolgende zinsneden voor: »Het regeeringsstelsel van den tegenwoordigen, sedert 1899 vrp- wel dictatoriaal heerschenden president, dat economisch op het scheppen en naderhand op grond van allerlei spitsvon digheden op het vernietigen van monopolies uitdraait, heeft het land zoo goed als geruïneerd." En verder: «zoolang de tegenwoordige regeering aan het roer blijft kan van eene herleving van den handel geen sprake zpn, want het is niet te verwachten dat de tegenwoordige president na de 9 jaren, die hp nu vrpwel dictator is, zpne wpze van regee- ren en zpne politiek tegenover het binnenland en buitenland zal veranderen." Het valt niet te ontkennen, dat de inhoud dezer zin sneden gericht is tegen den president als staatshoofd en tegen zpn regeeringsbeleid. Elk vertrouwen wordt aan de huidige regeering ontzegd, terwpl haar kwade trouw wordt ten laste gelegd bp het verleenen van publiekrechtelpke concessies. De woorden van den heer De Reus leiden tot de gevolgtrekking, dat kapitaal en ondernemingsgeest zich van Venezuela moeten verwpderd houden. Het valt daarom temeer te betreuren, dat onze minister-resident deze woorden uit zpne pen heeft laten vloeien, omdat hetgeen daarmede werd gezegd reeds overbekend was en nu niet nog eens behoefde te worden gezegd, terwpl degenen voor wie in 't bpzonder deze woorden waren bestemd, niet voornemens waren kapitalen in 't buitenland te beleggen, maar slechts eene gesalarieerde positie zochten. Ter.ebt heeft de Venezolaansche regeering aan het artikel waarin de hierboven besproken zinsneden voorkwamen, aanstoot genomen en hare maatregelen genomen, geroepen als zp was voor de eer van haar land en zpn regeerders op te komen. Sprekende over de verplichtingen van den gezant, zegt Bluntschli in zpn Rechtsbuch no. 225. nDer Gesante ist verpflichtet die Selbstdfidiglceit und Ehre des States bei welchem er beglaubigt ist, soigfaftig zu achten Prof. Alphons Rivier (Lehrbucb des Völkerrechts, Stuttgart 1899) voegt hier nog aan toe, »«r musz auch fn jeder Beziehung als Freund dieses Staates auftreten." Vandaar dat de keuze van een ge zant met de uiterste zorgvuldigheid plaats grppt en dat een staat kan weigeren een bepaald persoon als gezant te ontvangen, wanneer deze zich ten zpnen opzichte vpandig beeft gedragen, of een onwaardig persoon blijkt te zijn Om eene dergelpke weigering 1e voorkomenpleegt de regeering, die een gezant heeft uit te zendente vragen aan de regeering bp wie deze gezant moet worden geaccrediteerd, of de persoon, dien men tot gezant wenscht te benoemen bp laatstgenoemde regeeving persona grata is (demande d'agréation). Hoezeer de oprechtheid van dit diplomatiek gebruik wordt gehandhaafd is gebleken, toen onlangs bp het openvallen van den post van gezant der V. S. van Amerika te Berlijn als opvolger van mr. Charlemagne Tower werd voorgedragen Mr. Hill. Duitschland maakte bezwaren tegen de voordracht, maar kon slechts redenen van mondainen aard aanvoeren, zoodat Amerika bij de voordracht bleef volharden en dr. Hill ten slotte toch werd benoemd. Ondanks al deze voorzorgsmaatregelen, bestemd om eene lopale verhouding tusschen den gezant en de regeering bij wie hij is geaccrediteerd te waarborgen, kan na de aanvaar ding van het ambt door den gezant deze verhouding gewijzigd worden. De gezant kan door zpn optreden of zpne handelingen de ontevredenheid opwekken der regeering bij wie hij is geaccrediteerd, evenals omgekeerd laatstgenoemde den gezant op eene wpze kan bejegenen, waardoor zpne positie onhoud baar wordt. In deze gevallen wendt de regeering, die zich over den bij haar geaccrediteerden gezant heeft te beklagen, zich door bemiddeling van haren gezant tot de regeering, die eerstgemelden gezant naar haar afvaardigde, met het ver zoek dezen te willen terugroepen, terwpl de gezant, die zpne positie onhoudbaar acht, aan de regeering van zijn land ver zoekt van zijn post te worden ontheven. Onder den eersten indruk der gebeurtenissen rees de vraag gesteld al dat Venezuela het gelijk aan hare zijde had, waar toe heeft zp dan dezen vorm gekozen, om zich van onzen minister-resident te ontslaan? Immers de Venezolaansche regeering heeft onzen Minister-resident zijn paspoort gegeven en hem zekeren termijn gesteld binnen welken hp het land had te verlaten. Dit zpn maatregelen, welke slechts in het Bluntschli no. 164 haalt hiervoor een geval aan uit onze koloniale en diplomatieke geschiedenis door Bijnkershoek in zijne quaestiones publicae dl. II vermeld. In het jaar 1636 zond de koning van Engeland een zekeren heer Van den Heuvel naar Den Haag. Deze Van den Heuvel had de oost-indische compagnie in Indië gediend als fiscaal en was aldaar veroor deeld geworden om met een priem door de tong gestoken te worden Hij vluchtte naar Engeland en meldde zich bij den koning en de engelsche compagnie aan, met het gevolg dat de koning hem commissie gaf en brieven van qualificatie om in vereeniging met den engelschen resident alhier de pretensie der engelschen nl. om satisfactie op het stuck der oost-indische differenten te vervolgen (zie Aitzema, saken van staat en oor- logh Z XVI.) Zoodra Van den Heuvel in Den Haag kwam, werd hij op ver zoek der oost-indische compagnie gearresteerd en op de voor poort gevangen gezet. Na korten tijd werd hij wederom losge laten. Bijnkershoek vond deze handeling van onze regeering onvoorzichtig, omdat de koning van Engeland reeds genoeg geprikkeld was geworden en onze republiek belang had dat hij niet in meerdere mate tegen haar ontstemd geraakte. Blijkbaar was hij van oordeel dat onze regeering niet Van den Heuvel had moeten gevangen nemen, maar den engelschen gezant er op had moeten wijzen, dat deze Van den Heuvel voor haar een persoon was ongewenscht om mede te onderhandelen. uiterste geval worden genomen en slechts door buitengewone omstandigheden worden gerechtvaardigd, zooals dan ook ver schillende leeraren in het volkenrecht aangeven. Men wpst dan op handelingen als samenzweringen, aansporingen tot opstand etc. en beschouwdt deze alleen als geëigend om tot den gewraakten maatregel aanleiding te geven. Deze opvat ting komt ons te eng voor in zoover zp te veel gewicht hecht aan hetgeen objectief als ernstig en misdadig moet worden aangemerkt en daarbij voorbp ziet hetgeen in con crete als strpdig met het staatsbelang moet worden beschouwd en tot onmiddellpke maatregelen noodzaakt. Dr. Alphons Rivier, op cit. pag. 290, zegt «Dem Agenten können seine passe zugestellt werden, weil eraufbört, müglich oder genehm zusein." m.a.w. wanneer de persoon van den gezant in de offieieele omgeving waarin hp is geplaatst zpn aanzien verliest of bp voorkeur elke aanraking met hem wordt vermeden, kan hp door de regeering bp wie hp is geaccrediteerd worden heengezonden. Niet slechts het be lang van den staat waarheen de gezant werd afgevaardigd, maar ook de staat die hem afvaardigde heeft er belang bp, dat de hangende of komende geschillen tusschen beide staten niet door onderling gemis aan waardeering der vertegen woordigende personen onopgelost blijven, of tot verwikke lingen aanleiding geven. Evenzeer kan een onmiddellpk ver breken der betrekkingen inet den gezant voor den Staal, al waar hp is geaccrediteerd gewenscht zpn en komt het ons voor, dat de regelen van het volkenrecht zich daartegen niet verzetten, zooals uit bovenvermeld citaat uit Rivier blpkt. Bluntschli beeft in zpn Rechtsbuch dit geval niet behandeld wel zegt hp onder no. 234 «Beischweren Verletzungen der Rechte order der Ehre eines States kann der Gesante, auch ohne Seine Abberufung abzuwarten, seine Piisse fordern und den diplomatischen Verkehr abbrechen." m.a.w. de gezant kan onder de gegeven omstandigheden dadelpk en eigenmachtig handelen. Waar in het volkenrecht de betrekkingen van wederzpdschen aard zpn en wel met het oog op de daaruit voortspruitende rechten of verplichtingen, zoo kan aan de eene partij geenerlei recht worden toegekend noch eenige verplichting worden opgelegd of zulks moet ook ten aanzien van de andere partp worden aangenomen, tenzp er gegronde redenen mochten bestaan, welke haar daarvan uitdrukkelijk uitzonderen. Wp meenen dus dat het recht tot onmiddel lpke verbreking der betrekkingen, in bovengemeld geval den gezant toegekend, bp analogische uitbreiding ook aan den staat, ten aanzien van den gezant die hp hem is geaccredi teerd, moet worden verleend. Intusschen is er een argument van formeelen aard waar door Venezuela de internationale courtoisie moest ter zpde stellen en het eigenmachtig wegzenden, boven het terug roepen door de nederlandsche regeering moest doen ver kiezen. Venezuela miste het orgaan om den wensch tot terug roeping van onzen minister-resident kenbaar te maken, want Venezuela heeft sedert jaren geen diplomatiek vertegenwoor diger meer bp onze regeering. In 1875 werden de diplomatieke betrekkingen tusschen Nederland en Venezuela verbroken, totdat in 1894 de vene zolaansche regeering den generaal Tosta Garcia naar Den Haag zond met opdracht om te trachten om de goede be trekkingen tusschen de beide staten te herstellen. Deze onderhandelingen hebben tot een gunstig resultaat geleid daar op 20 April 1894 een protocol werd geteekend, waarbij het voornemen werd te kennen gegeven om de diplomatieke betrekkingen te herstellen, terwpl van alle wederzpdsehe vorderingen werd afgezien. In verband met het huidig con flict verdient vooral de navolgende alinea uit den inhoud van het protocol (zie kon. besluit van 16 Jan. 1895 Stbl. no. 8) de aandacht. - De nederlandsche regeering wenschende daarenboven »aan de venezolaansche regeering een bewijs te leveren der «levendige voldoening, die de hooge vriendschappelijke zending van den heer generaal Francisco Tosta Garcia haar ver- oorzaakt, uit opnieuw haar voornemen om met alle haar «ten dienste staande middelen te verhinderen, elke samen- spanning, aanranding of andere handeling, strpdig met de «openbare orde in Venezuela, afwijkende van de beginselen «der meest strikte onzpdigheid jegens de erkende regeering «van dat land, overeenkomstig de regels vastgesteld door het «volkenrecht, en zp zal in dien geest aan de overheden barer

Krantenviewer Noord-Hollands Archief

Het Bloemendaalsch Weekblad | 1908 | | pagina 1