MET PENSION- EN WONINGGIDS
Nieuwsblad
H voor
AERDENHOUT -
BLOEMENDAAL
OVERVEEN -
VOGELENZANG
en omliggende
b gemeenten
3° jaargang
TERDAG, 6 FEBRUARI 1909
No. 6
Het Bloemendaolseh (deekblod
Prijs per
halfjaar f 1.25
bij vooruitbe
taling.
Prijs per
nummer fO.lü
Dit Nieuwsblad verschijnt wekelijks onder Redactie van Mr. P. TIDEMAN
te Bloemendaal.
Advertentiën
10 cents per
regel;
bij herhaalde
plaatsing
korting.
Mededeelingen van allerlei aard aan de redactie schriftelijk
Bloemendaalsehe weg 227.
II
a
Alle mededeelingen de administratie, advertentiën enz. betreffende:
Ged. Oude Gracht 65, Haarlem. Telefoon 141. -:-
Het auteursrecht van den inhoud van dit blad wordt verzekerd overeenkomstig de wet van 28 Juni 1881 (Staatsblad 124) tot regeling van het auteursrecht,
üj dit nummer behoort een bijvoegsel.
Bloemendaal.
Agenda. Hotel Welgelegen, Donderdag 11
Februari 1909. 8 uur. Vergadering
doemendaalsche Amateur fotografen-vereeniging.
Haarlem.
Schouwburg Jansweg. Zaterdag 6 Februari 1909.
otterdamsch tooneel, Dir. v. Eysden. Als de eene hand de
dere wascht. Aanvang 8 uur.
Zondag 7 Februari 1909, 2 uur. Kinder- en Familie
voorstelling. Les Mas Anders.
Zondag 7 Februari 1909. Weldoeners der Menschheid. Aan
vang 7j uur.
Donderdag 11 Februari 1909. Ned. Tooneelvereeniging.
Het Kind. Aanvang 8 uur.
Vrijdag 12 Februari 1909. Lezing Protestanten bond.
Aanvang 8 uur.
Brongebouw. Zaterdag 6 Februari 1909. Bioscope-
voorstelling, Paté Frères. Aanvang 8 uur.
Zondag 7 Februari 1909. Bioscope-voorstelling, Paté
Frères. Aanvang 8 uur.
Veilingen in en om Bloemendaal.
ien overstaan van de notarissen Loeff en Wilkens, te Haarlem.
Woensdag 17 Februari, veiling en Woensdag 24 Februari
'oewijzing van hotel «Welgelegen" te Bloemendaal.
Het hoogere geestelijke kenmerkt zich altijd door iets zeer bewusts.
Geestelijke honger.
Er zijn vele soorten van honger. Er is geld-honger, er
is in de tweede plaats politieke honger, maar er is ook
geestelijke honger.
De eerste en de laatste hebben gemeen, dat zij nimmer
kunnen worden gestild. Geld is het doode weermiddel, waar
achter de vreesachtige mensch waant zich in den strijd des
levens eenmaal vooi goed terug te kunnen trekken om te
rusten, geest is het levende strijdmiddel waarmede de moedige
mensch weet zich de oneindige wereld te kunnen veroveren,
ook wanneer, juist wanneer, zegt het Christendom alle
stoffelijke middelen hem ontvallen. Geldhonger en geeste
lijke honger zijn hartstochten, die zich onmiddellijk op de
werkelijkheid werpen om die te bezitten, de eene richt zich
oneindiglijk op het kwade, de andere oneindiglijk op het goede
om dit te bezitten, zij zijn geen van beide te bevredigen.
Politieke honger is dit wel, hij is gestild zoodra de hoogste
sport op de maatschappelijke ladder is bereikt, ook al is
daarmede in de werkelijkheid nog niets bereikt, noch stoffe
lijk noch geestelijk, hij is hoogstens het middel tot over-
heerschen van menschen met behulp van andere menschen
met een daar buiten liggend doeldie menschen heerschenden
en overheerschten te belpen in hun drift tot stillen van hun
honger naar geld, of hun honger naar geest.
Wat is de oorzaak der verwarring in den politieken toe
stand van het oogenblik Dat van wie zeggen dat zij be
vredigen willen den geestelijken honger hunner medemenschen
velen onoprecht zijn en dat van wie zeggen dat zij bevredi
gen willen aller stoffelijken honger velen zich schamen, er voor
uit te komen, dat zij zeiven rammelen van honger naar den
geest en in den geest niet gelooven, en dat er onder die
laatsten wel zijn die in den geest gelooven, maar er niet
van durven gewagen.
De politieke toestand van een veelbewogen tijd als de onze is
aldus eené ingewikkelde warreling van naar de stof en van naai
den geest gerichte driften, een chaos, waarover het licht
niet zal schijnen, waaruit geene geordende maatschappelijke
schepping geboren kan worden, wanneer niet de geest zijne
meerderheid over de stof opnieuw zal hebben doen gevoelen,
om de onderdeelen van het maatschappelijke leven met zijn
nieuwe licht te beschijnen, op nieuw scheidende aarde van
water, vuur van lucht, op nieuw scheppende het leven, dat
door zijn te groote veelvormigheid dreigde wederom ineen
te zakken tot een elementairen, éénvormigen wirwar.
Wil de geest leven, wil de geest zijn scheppingsdrang
triomfantelijk kunnen botvieren aan de stof die te gehoor
zamen heeft, dan zijn geestelijke leiders de eenig ware
leiders des volks, want in het volk zelf moet de geest vaardig
worden, wil er sprake zijn van eene omvorming des levens
van blijvende beteekenis.
Het is het streven der vereeniging: «Geloof en Vrijheid"
Hen die leiding willen geven aan het geestelijk leven van
het nederlaudsche volk zich onomwonden uit te spreken in
vergaderingen en door bemiddeling dier vergaderingen in
de pers, en door de pers in de huiskamers, van waar de
kracht die blijvend werk verrichten zal, moet uitgaan.
De leiding die ons volk hoog noodig heeft is die welke
zijn geest op betere, op diepere banen brengt langs andere
wegen dan de exacte wetenschap, dan staat of kerk het doen
betreden. De beeldhouwer, die uit ongevormde stot zijn
beeld boetseert, kent voor zich zeiven bij zijn werk geen
vorm, geen dogma. Hij ziet alleen het ideaal en zijn bezieling
doet het overige. Zijn volk te maken tot een levend geeste
lijk geheel, dat doet de wezenlijke leider door zijn bezielde
drift naar 't ideaal.
Schepping, herschepping en heils- openbaring is de titel van
het drietal voordrachten, door dr. A. H. de Hartog,
van Heemstede, te 'sGravenhage voor genoemde vereeniging
deels reeds gehouden. Wie niet, gelijk die spreker (Nietz-
schiaans) zich uitdrukt, aan het diepe vraagstuk het bittere
geheimenis van onzen tijd: «Wat is de wereld?" voorbij
danst, zal de groote geestelijke waarde erkennen van wat
deze leider voor ons heeft gedacht en gloedvol wedergeeft.
Het is zelfs voor hen, ja juist voor hen, die net nog
zooveel geestelijk leven hebben, dat zij er mee spotten, dat wij
het volgende verslag (ontleend aan no. 36 van dit jaar der
N. Ct.) ter leziDg en herlezing en ernstige overdenking in
ons blad eene eereplaats inruimen.
Dr. De Hartog begon met te herinneren aan twee woorden,
die de eeuwen door voor het menschelijk geslacht bewaard
zijn gebleven, en, schoon niet onbelangrijk verschillende,
dezelfde strekking hebbenhet woord van den profeet in
Israël: «De vreeze des Heeren is het beginsel van alle wijs
heid" en het woord van den heiden, den grooten Plato:
«De wijsheid wordt uit verbazing geboren."
«De ontroerende verbazing" -aldus de spr. voortgaande
«de vreeze Gods, het ontzag voor het wereldgebeuren, zie
daar de Eva, de moeder der wijsheid, van alle levende wijsheid."
Elk menscbenkind is ontroerd, verbaasd, vervuld met heilig
ontzag als hij den geest des Heeren hoort ritselen door het
heelal en geen menschenkind is wijs, indien deze Eva hem
niet beeft voortgebracht. Waarachtig is dan ook het woord:
«Het volk is verloren indien het geen wetenschap heeft."
Wetenschap, dat wil niet zeggen afgetrokken kennis of ijle
speculatie, maar het weten, het zien van de Goddelijke ge
dachte in deze zeer beproefde Schepping. De profeten des
Ouden Verbonds riepen dan ook het heelal op om te getuigen
van den Eeuwige en zich in slagorde te stellen onder degenen
die God verheerlijken.
Niet zou men van spreker moeten verwachten eene po
ging om zijn gehoor met afgetrokken denkbeelden bezig te
houden. Neen, hij wilde zijn hoorders er toe brengen om
met eerbied en deemoed te trachten de goddelijke gedachte
na te speuren die bet heelal heeft voortgebracht.
Dit toch is de groote leemte van het christendom onzer
dagen, dat het blijft bij de historiebeschouwing en niet vooit-
gaat met de wereldbeschouwing. Dat is onschriftuurlijk!
Waar de philosophen van dezen tijd hun wijsheid uit
roepen en prediken van de daken, daar is het dringend
tijd voor de christenen om zich te bezinnen en zich reken
schap te geven van de ontroerende werkelijkheid waarin de
mensch staat: De Wijsheid Gods vleesch, hoogste en diepste
werkelijkheid geworden.
De eerste vraag die zich hierbij opdringt isWelke is de
wereld, waarin wij leven, waaruit wij zijn geboren en in
werker duisteren schoot wij zullen wederkeeren
De nuchtere mensch, die slechts aan de oppervlakte zoekt
waar alles helder is vanwege de oppervlakkigheid, meent
dat alles gezegd is wanneer men beweert: de wereld is stof.
Doch de duisterling daalt af tot den bodem der zee, waar
de parelen van groote waarde liggen, de schatten der eeuwig
heid rusten. Hij is niet tevreden met een oppervlakkig ant
woord. Hij zoekt naar de onzienlijke dingen die de zienlijke
dragen en onderhouden. Hij vraagt wat de wereld naar haar
wezen is en wat het wezen der stof is. Alle duisterlingen
nu alle wijsgeeren zeggen: stof is kracht De natuur-weten-
schap kwam die getuigenis bevestigen. De wereld is dus
kracht, niet Stof en Kracht zooals Biichner leerde, maar
louter kracht. Wat is kracht? Onze ziel, ons eigen bewust
zijn zegt het. Kracht is datgene wat zich van binnen uit
als het levende openbaart. Kracht is 's menschen leven, zijn
ziel, het grondstreven van zijn bestaan. Kracht is dus weten
schappelijk te herleiden tot ziel, tot leven, beweging, tot
wil. Kracht is geest. Het materialisme heeft uitgediend wij
moeten spiritualisten worden niet bij stichtelijke betuiging
doch bij wetenschappelijke conclusie.
Wordt vervolgd.)
Wie zich licht laat meesleepen, staat later beschaamd.
Kiezerslijst.
A iriltteli ik o Burgemeester der Gemeente Bloemendaal
Gelet op de artikelen 11, 12 en 13 der
mededeelingen. kieswet;
Noodigt de mannelijke inwoners dezer
Gemeente uit om, zoo zij in eene andere Gemeente over het
laatstverloopen dienstjaar in eene der Rijks directe belastingen
zijn aangeslagen, wat de grondbelasting betreft in eene andere
Gemeente of in meer Gemeenten te zamen, tot een bedrag van
ten minste éên gulden, daarvan door overlegging der, overeen
komstig het bepaalde bij artikel la der Kieswet, voor voldaan
geteekende aanslagbiljetten vóór den 15rlen Februari a. s. te doen
blijken. Deze aanslagbiljetten worden na de vaststelling dei-
kiezerslijsten aan belanghebbenden teruggegeven.
Nog worden de mannelijke inwoners, die op grond van het
bepaalde bij het vierde lid van artikel 2 der voormelde wet
aanspraak meenen te kunnen maken om geplaatst te worden
op de kiezerslijst, uitgenoodigd daarvan vóór den 15den Februari
a. s. aangifte te doen.
De bewijsstukken, bij zoodanige aangifte over te leggen, waartoe
moeten behooren het aanslagbiljet, of een door den Ontvanger
gewaarmerkt kosteloos af te geven duplicaat daarvan, een op
gaaf van bet bedrag van het aandeel in den aanslag en de
noodige bescheiden ten bewijzen van bet gemeenschappelijk
bezit, worden na de vaststelling der kiezerslijsten aan belang
hebbenden teruggegeven.
Tevens worden de mannelijke inwoners dezer Gemeente, die
krachtens artikel 16 derzelfde wet aanspraak meenen te kunnen
maken om geplaatst te worden op de kiezerslijst, uitgenoodigd
daarvan vóór den 15den Februari a. s. aangifte te doen.
Wie tot deze aangifte bevoegd zijn, blijkt uit de artikelen
1 en 2 der Kieswet, luidende:
Artikel 1. De leden van de Tweede Kamer der Staten-Gene-
raal worden gekozen door de mannelijke ingezetenen des Rijks
tevens Nederlanders, die den leeftijd van vijf en twintig jaren
hebben bereikt, voor zoover zjj over het laatstverloopen dienst
jaar in eene of meer der Rijks directe belastingen zijn aange
slagen, het te dier zake verschuldigde voor of op den lsten
Maart voldaan hebben, en
a. over het laatstverloopen dienstjaar zijn aangeslagen in de
grondbelasting voor een bedrag van ten minste een gulden, in
de vermogensbelasting in de belasting op bedrijfs- en andere
inkomsten of naar een of meer der vijf eerste grondslagen van
de personeele belasting, zooals die is geregeld bij de Wet van
16 April 1826 Staatsblad No. 72); of
b indien zij niet overeenkomstig het bepaalde sub a zijn aan
geslagen, voldoen aan eene der volgende voorwaarden:
1°. dat zij als hoofden van gezinnen of als alleen wonende per
sonen op den 3lsten Januari sedert den lsten Augustus van
het vorige jaar hebben bewoond,
krachtens huur, een huis of een gedeelte van een huis,
waarvoor met of zonder bij behoorenden of in huur gebruikten
grond of lokalen en bijgebouwen, niet ter bewoning bestemd,
de werkelijke huurprijs, per week berekend, ten minste heeft
bedragen de som, voor de gemeente of het gedeelte der gemeente,
waar het huis gelegen is, vermeld in de bij deze wet gevoegde
tabel, of wel achtereenvolgens in dezelfde gemeente twee zoo
danige huizen of gedeelten van huizen;
of, krachtens eigendom, vruchtgebruik of huur, eenzelfde
vaartuig van ten minste 24 kubieke Meter inhoud of 24000 kilogram
laadvermogen
2°. dat zij op den 31sten Januari sedert den lsten Januarie van
het laatstverloopen jaar achtereenvolgens bij niet meer dan
twee personen, ondernemingen, openbare of bijzondere instel
lingen in dienstbetrekking of als inwonende zoon in het bedrijf
of beroep der ouders werkzaam zijn geweest en als zoodanig
over dat jaar een inkomen hebben genoten als voor de gemeente
of het gedeelte der gemeente, waar zij wonen, is vermeld inde
bij deze wet gevoegde tabel;
of dat zij op den lsten Februari in het genot zijn van een
door eene onderneming, openbare of bijzondere instelling ver
leend pensioen of verleende lijfrente van gelijk bedrag,
met dien verstande dat voor hen, die in beide gevallen ver-
keeren, zoo noodig, ter bereiking van het vereischte bedrag, het
inkomen, het pensioen en de lijfrente worden samengesteld;
3°. dat zij op den lsten Februari sedert een jaar den eigendom
met recht van vrije beschikking hebben vau ten minste f 100,—
(nominaal), ingeschreven in de Grootboeken der Nationale Schuld
of van ten minste f50,ingelegd in de Rijkspostspaarbank,
in eene gemeentelijke spaarbank, of in eene spaarbank, beheerd
door het bestuur van eene rechtspersoonlijkheid bezittende ver
eeniging, van eene naamlooze vennootschap, van eene coöpera
tieve vereeniging of van eene stichting;
Onder de bijzondere spaarbanken, bedoeld bij het vorige lid
van dit artikel, zijn de banken, opgericht na 1 Mei 1900, alleen
begrepen voor zoover en voor zoolang als zij blijkens opgave
aan bet bestuur der gemeente, waar zij gevestigd zijn, een
waarborgfonds van f25000,bij de Nederlandsche Bank hebben
gedeponeerd.
4°. dat zij met goed gevolg hebben afgelegd een examen, inge
steld door of krachtens de wet of aangewezen bij algemeenen
maatregel van bestuur en in verband staande met de benoem
baarheid tot eenig ambt, de vervulling van eenige betrekking
of de uitoefening van eenig bedrijf of beroep.
Art. 2. Onder hen, die den leeftijd van vijf en twintig jaren
hebben bereikt, verstaat deze wet hen, die dien leeftijd hebben
bereikt vóór of op den löden Mei.
De aanslag der vrouw in de Rijks directe belasting gtddt
voor haren man; die van minderjarige kindereu wi 'i - ../a :-jmn,
waarvan hun vader het vruchtgenot heeft, voo'r hu.'";", ader.
Aanslagen in de Rijks directe helastinge waarvoor f >-t na
31 December van het laatstverloopen jaa aanslag, is
uitgereikt, blijven voor de toepassing van het bepaalde bli aït.
1 buiten aanmerking.
Aanslagen in de grondbelasting wegens .de vu i ren
eener onverdeelde nalatenschap gelden voor de mede
eigenaar, wiens naam niet bij den aanslag in he: 1 >1 e-r
vermeld, mits zijn aandeel in dien aanslag te. minste één gulden
bedraagt.
Door den aanslag in de grondbelasting, iu f. vermeld,
worden de hoofdsom en de Rijks-opcenten ,st:e n.
Aanslag in de vermogens-, bedrijfs- of sou belas