Tusschen Helmond en Venlo.
groot-vizier is afgetreden, de ministers van oorlog en justitie
zijn vermoord, gewond of afgezet. De sultan heeft laten be
loven dat hij de geestelijke wet niet meer zal schenden en
waarschijnlijk heeft op het oogenblik dat wij dit schrijven
reeds de benoeming van een nieuwen groot-vizier plaats ge
had, hoewel uit de elkander als gewoonlijk tegensprekende
telegrammen niet is op te maken of het Kiamil Pasja of
Tenfik Pasja is. Het gebeurde in Constantinopel is natuur
lijk te betreuren. Toch mag het niet doen wanhopen aan de
levensvatbaarheid van den nieuwen toestand. Opmerkelijk is
het, dat geen enkele maal door de revolutiounairen geroepen
is om afschaffing der grondwet of van het parlement en dat
zelfs over een ontbinding van bet laatste tot dusver nog
geen woord is gerept. Hieruit blijkt dns, dat men deze om
wenteling niet kan opvatten als een tegen-revolutie van de
reactie al beeft deze vermoedelijk niet weinig de hand in het
spel gehad.
Thans is de toestand nu zoo. dat het leger de
baas is in Constantinopel. De opstandelingen hebben vol
komen hun zin gekregen, de jong turken zijn gevlucht; hun
voortvarenheid, die voor de geloovige bevolking nog slechts
ten deele rijp voor hun west-europeesche denkbeelden, niet
deugde, heeft hun die parten gespeeld. Aangezien echter
Constantinopel niet geheel Turkije is en de jong-turken, o.a.
te Salomki, nog over troepen beschikken die hun de gehoor
zaamheid niet hebben opgezegd, is het niet onmogelijk.dat
zij moeite zullen doen bun verloren gezag weder in handen
te krijgen. Wie weet, welke ellende nog over dit rijk wordt
uitgestort, alvorens het tot rust gekomen is.
De hooge politiek zit vol raadselen. Dit behoeft waarlijk
geen betoog meer. Dezer dagen heeft te Venetië een samen
komst van keizer Wilhelm en koning Victor Emanuel plaats;
de italiaansche minister van buitenlandsche zaken
Tittoni en prins Bfllon hebben er een gehad 't Lijdt geen
twijfel of achter dit alles schuilt hooge politiek. Nu ver-
eischt het in dit geval echter niet veel doorzicht om te
raden waarover het gaat. Het betreft natuurlijk of hoogst
waarschijnlijk het Drievoudig Verbond en of de jongste
verwikkelingen in het oosten verandering hebben gebracht
in de verhouding van Italië tot zijn beide bondgenooten.
Van Italië kan echter niets dan goeds gezegd worden, daar
het zich gedurende de geheele balkancrisis voorbeeldig cor
rect heeft gedragen. Ook ten opzichte van Oostenrijk heeft
het zich onzijdig gehouden gelijk de duitsche bondgenoot
evenzeer deed.
Waarschijnlijk zal in de besprekingen te Venetië ook de
vlootquaestie een niet onbelangrijke plaats innemen. Oostenrijk
toch gaat, in het vorig nummer vermeldden we het reeds
met eenige woorden, ook aan het bouwen der schijnbaar
onmisbare Dreadnoughts, om een samentrekking der engelsche
zeemacht in de Noordzee te verhinderen in geval een
oorlog het britsche rijk hiertoe dwingt. De bondgenooten
willen nu waarschijnlijk eens weten, wat zij in zulk een
geval aan de italiaansche vloot kunnen hebben, meent het
Berliner Tageblatt.
Het gaat met de demobilisatie in Oostenrijk alles behalve
vlug. Men is aangevangen met de reservisten en wel met
de manschappen die bestemd waren als eventueele vervan
ging bij gebeurtenissen in Bosnië. Officieus geeft men de
verklaring van het langzaam naar huis zenden der troepen,
dat men het spoorwegverkeer niet wil verstoren en dat het
huiswaarts zenden van militairen bij handhaving van het
gewone verkeer, geruimen tijd zal eischen. Inderdaad is men
echter nog bevreesd voor overvallen der benden in het
zuiden en eerst einde Mei zal men met meer kracht tot
ontwapening van het bedreigde gebied overgaan.
Te Tabris, in Perzië heerscht hongersnood. Het land van
de Rijzende Zon wordt trouwens in de laatste tijden geducht
bezocht. Revoluties, binnenoorlogen, gevechten aan de grenzen,
rooverbenden die plunderend het land doortrekken, van
alles en nog wat is er. Van den russischen kant dringen
troepen van den czaar het land binnen. Gezegd wordt dat
De motorbootwedstrijdeii te Monaco.
Gyrinus II, overwinnaar in de 3e serie der kruisers, in vollevaart.
zij moeten dienen om de bewaking der consulaten in Resjt,
Enseli en Asterabad te versterken, hoewel hier weinig ge
loof aan wordt geslagen daar men het er voor houdt dat
deze troepen den sjah zullen helpen bij de onderdrukking
der vrijheidsbeweging in zijn land. De revolutionairen is
natuurlijk de schrik om het hart geslagen op de tijding
dat in Enseli 400 man russische troepen aan land zijn gegaan.
Over den toestand van de fransche marine heeft de com
missie belast met het onderzoek hiervan een voorloopig rap
port uitgebracht, 't Moet er bedroevend uitzien. Op den
laatsten dag van haar pnderzoek bleek, dat op sommige
schepen de voorgeschreven mondvoorraad zoo goed als geheel
ontbrak. De leden der commissie hebben tegen vertegen
woordigers der pers verklaard, dat huns inziens de fouten
niet aan de personen liggen, maar aan het stelsel Bij de
officieren vonden zij veel ijver en goeden wil.
Het gaat er trouwens in heel Frankrijk bedroevend uit
zien. Allerwege steken de socialisten het hoofd op. De groote
staking aan de post, waarover het laatste woord echter nog
niet gesproken is, is nauw ten einde of uit het district
Oise komen onrustbarende tijdingen. De werklieden, die op
de knoopenfabrieken aldaar zijn uitgesloten, betoonen zich
zeer onrustig. Heel de streek staat onder militair toezicht,
daar de arbeiders besloten, hebben tot een algemeene werk
staking van minstens 24 uur. Men vreest dan ook, dat er
nog ernstiger onlusten zullen voorvallen, dan tot dusver,
terwijl alle pogingen van den prefect om een toenadering
tusschen patroons en werklieden te verkrijgen, mislukt zijn,
zoodat hij verklaard heeft er niets meer aan te kunnen doen.
T1 c,, Van Vrijdag 9 April tot
Burgerlijke Stand. v c
J Vrijdag 16 April.
Bevallen: C. M. E. ter Gast—Antusch 2d.; O. E.
ClousVermin z.C. C. A. Moolekamp—van Leeuwen z.
Overleden: J. IJoff 51 j.
Overleden te Meerenberg: W. F. Gelderman 40 j.
D. de Graaff 26 j.J. Kruithof! 64 j.
De suggestie der advertentie.
Diversen. In een Amerikaansch maandblad, vertelt
iemand van een bezoek aan een jong
huishoudentje. De jonge mevrouw wijst hem met trots op
haar huis en ook haar keuken.
(De Juto.)
De bezoeker
vraagt verlof eens
naar de fabrieks
merken te kijken
en nu treft het
hem dat hij op de
batterie de cui
sine" en op de
verpakking dei-
levensmiddelen de
namen vindt der
fabrikanten, die
jaar in jaar uit
geadverteerd heb
ben in de cou
ranten en de tijd
schriften, welke in
de familie van de
jonge vrouw wer
den gelezen.
Waarom, vroeg
hij, hebt U juist
deze werken ge
kozen? O, zei ze,
die hebben we
niet uitgezocht.
We wilden het
beste hebben en
hebben toen natuur
lijk deze genomen.
Is dit geen aardig voorbeeld van de suggestie der adver
tentie? Het jonge vrouwtje wenschte haar keuken te vullen
met het beste en kocht de zaken, die in hare omgeving
het meest geadverteerd waren en wel geheel onbewust.
De namen van haar zout, haar beschuit, haar chocolade,
haar havermout had ze zoo dikwijls onder de oogen geha.;,
dat voor haar die producten en die namen bij elkaar
behoorden.
Zij zou niet tegen de dienstbode zeggenbestel haver
mout, maar bestel «Quakeroats". Zij onderging onbewust
de suggestie der annonce.
Gelijk het gaat met deze vrouw, gaat het op zijn beu;t
met ieder onzer. Indien we dikwijls een naam hebben -
lezen of gehoord, meenen wij het artikel te kennen en
geven wij er de voorkeur aan, boven een artikel van
onbekenden naam.
Hieruit volgt echter, dat het ad verteeren alleen del
treft, indien het stelselmatig wordt voortge/.et, omdat b-1
eerst helpt op langen duur. Men koopt niet een artikel
omdat het wordt geadverteerd, maar men koopt het t s
men het noodig heeft en dan laat men zich gewoonlijk j
de keuze leiden door den naam, die zich in het geheug
heeft weten vast te zetten, of die het gemakkelijkst op dat
oogenblik is te vinden
Adverteeren is een kunst als een ander, de tijd beste-
aan het opstellen der advertentie, aan het kiezen van b
orgaan, waarin geadverteerd moet worden, is wel bestet
Toch wordt er nog veel geld vermorst door slordigheid
en sleur.
Er zijn er die aan het publiek raadseltjes opgeven, dio
alles adverteeren behalve hun adres, die 's Zomers vertellen
dat zij schaatsen maken of hun hotel centraal verwarmei
die in een lokaal blad van het stadje A. gaan adverteeren
en hun reiziger naar B. zenden, die letterteekens gebruike-
welke niet met één oogopslag te lezen zijn, die nooit dn
tekst der annonces veranderen, die met advei-teeren ui -
scheiden, juist als het door hun uitgestrooide zaad begir t
op te schieten en een concurrent laten profiteeren van da
door hen opgewekte belangstelling.
Waarlijk er is aanleiding, hierover eens na te denke...
Menige groote zaak heeft een specialiteit voor den dien t
harer publiciteit. Zij zou dit niet doen, als zij niet wi
FEUILLETON.
nooa ROLAND.
(Slot.)
5)
Zóó dacht derhalve Van Sanderheem over haar reislustig
persoontje.
«En wie heeft u een en ander over die dame verteld?"
De dames van Sanderheem, en wel met den grootsten
lof waaruit ik begreep dat ze héél vervelend moest zijn.
Vervolgens mijn vriend, haar neef Sanderheem, met ik weet
niet hoeveel uitroepingsteekens er achter waaruit ik be
greep, dat ze vrij ongenietbaar moest zijn. Zeker! Wanneer
mevrouw van Brits niet steeds de kennismaking met Sauder-
heem ontloopen ware dan zou hij het van zijn kant
gedaan hebben. En die arme tantes smeedden zulke mooie
plannen 1"
Dat aanprijzen is altijd 't slechtst wat men doen kan 1"
hernam zij koeltjes. Overigens schijnen die dames
schreeuwend lang weg te blijven."
Hij liep onstuimig de kamer op en neer. Zeker! Morgen
nog moesten de tantes aan mevrouw van Brits schrijven en
informatiën omtrent Wilhelmina Schulze inwinnen. Hij
moest en zou er meer van wetenDeze mooie, spotachtige
lippen, deze oogen, waarin het straalde en schitterde als
gansch Italië, of als een brok van het Oosten met palmen
en heilige bergen en fabelachtige sterrebeelden neen, ver
geten kon hij deze vrouw toch niet meerZou hij zich
bekend maken? Maar wat dan verder? Met ouderwetsche
scrupules het vuur blusschen dat altijd sterker en sterker
in hem opvlamde?
»Ja," zeide zij en keek even op het miniatuur-horloge
aan baar armband. »ik heb waarlijk geen tijd meer. Zou
u de goedheid willen hebben, mijne groeten aan de dames
over te brengen? Ik heb onlangs eenigen tijd met mevrouw
van Brits te Parijs doorgebracht. Wilhelmina Schulze dus,
mijne visitekaartjes heb ik tot mijn spijt vergeten."
Hij volgde haar tot aan de deur.
Wat zou hij doen? «Tot weerziens in Weenen!" mom
pelde bij.
«Misschien reis ik nog verder naar Kaïrozeide zij.
«Als men zijn eigen meester is
Toen wilde zij heen gaan. Op eenmaal klonken er stemmen
in de gang, zachte, teedere, ietwat gemaakte stemmen, die
heel ouderwetsch klonken, stemmen, zooals ze voor vijftig
jaar in den smaak waren, om Mijn roosje van Bellamy of
De Buli's Ledige Stoel met trillende pathos voor te dragon.
De pseudo-schilder Breitner hief plotseling wanhopend
zijne handen ten hemel en riep, zijne rol geheel vergetend,
in zijn plotselingen schrik
«Heere in den hemel, mijne tantes!"
«Uwe tantes?" vroeg zij snijdend en verwonderd, «Breit-
nersche tantes dus?"
Hij wist dat er nu geene sprake meer van liegen en
ontkennen wezen kon. «Mevrouw," zei hij, met eene vor
melijke, diepe buiging, «mijn naam is Van Sanderheem!"
«Wel!" riep ze, «dat is ongehoord!"
«Maar niet meer te veranderen!" voegde hij er aan toe
en verdween links uit de kamer, terwijl rechts de deur
open ging en dc tantes binnen trippelden.
;f:
Beide tantes geleken op die oude, uit de mode geraakte
meubelen, waarvan alles verschoten en verkleurd schijnt en
die niettemin elk milieu een zekeren stempel van deftigheid
geven zorgvuldig bewaarde familiestukken, die als
reminiscentiën van een vervlogen tijdperk in het nieuwe
heden kijken, waarin zij niet meer passen
Niettemin waren zij beladen met allerlei producten van
het tegenwoordige, producten van een fin de siècle, waarin
alles, wat in de hoogere dameskringen vingers heeft, schildert
teekent, kerft, snijdt of beeldhouwt en naief en onversaagd
kunstnijverheid stoutweg in het handwerk mengt. Zij kwamen
regelrecht uit de liefdadigheidsbazar en hadden allerlei
dingen gekocht die door freules beschilderd en door vrien
dinnen gesneden of geteekend waren.
Eerst een allerhartelijkste begroeting. Gerard hoorde in
de verte het gepraat, dat als een eentonig gemompel dooi
de zware portières tot hem doordrong. Hij liep als razende
op en neer. Daarop hoorde hij het drietal naderen. Hij had
zich nu wel is waar terug kunnen trekken of opsluiten,
want dit zou niets dan eene logische voortzetting van zijn
eerste deserteeren geweest zijn.
Maar neen, weerzien moest hij zo, haar verklaren, hoe
hij aan zijn pseudoniem gekomen was o, hij voelde zich
terdege schuldig tegenover deze mooie, bedrogen, zwarte
oogen.
Hij liep dus het drietal flink tegemoet, toen ze 't boudoir
in trippelden. Of ze nog boos was? Hoe zou ze zich
nu tegenover hem houden? Vijandig? Vriendelijk? Als eene
vreemde of als eene bekende? «O Gerard!" riep tante
Aldegonde, «als je eens wist wat voor eene verrassing we
je nu brengen?"
«Duivels!" dacht hij, «wat moeten de tantes ingenom- n
met haar zijn, dat zij al haar uitsluitenden trots zoo ma r
op eens prijs geven
Mevrouw Schulze had hem glimlachend aangezien. Nu
kwam ze plotseling met beide handen naar hem toe.
«O, meneer," zei ze heel onbevangen, «me dunkt, d:t
we elkaar reeds eens ontmoet hebben? Hebben we elkaar
al niet eens op reis, in een trein, ontmoet? Wel zeker!
Nu komt me alles duidelijk voor den geest. U heeft me
toen immers nog zoo onderhoudend en boeiend van uiv
onderzoekingstocht in Afrika verteld weet u nog wel? U
heeft u toen tegenover mij voor een schilder uitgegeven,
ondeugende huichelaarNu, een jeugdig heer der schepping
als u is van zulke kleine komedietjes niet afkeerig
«O, dat kan onze neef onmogelijk geweest zijnzei tante
Aldegonde met overtuiging
«Hij was het toch wel, stellig! Tusschen Helmond en
Venlo! Of zou hij het zelf durven loochenen? Ik zou mijn
geheugen in dit opzicht ongaarne gedesavoueerd zien
«Gerard," zei Aldegonde angstig, «kan je je herinneren?"
Gerard stond zoo recht en stijf als een kaars voor haar.
«Er staat me flauw iets van voor," antwoordde hij ontwijkend.
«Gerard!" riep Aldegonde, «je reist toch immers niet
onder een vreemden naamEn Adelaide, die nog altijd
met de handen vol Bazar-artikelen daar stond, zag hem
zoo verschrikt aan, alsof er plotseling uit het smirna's tapijt
een monster verrezen was, dat dreigde al hare Bazar-artikelen
mee t.e nemen.
«Gerard!" zei Aldegonde verwijtend, «dat iemand als jij
dat doet, is beneden je
Sanderheem glimlachte zulk een wanhopend glimlachje
als van menschen, die uit goedhartigheid aan den leiband
loopen, wanneer zij uit ontzag voor die andereu niet op
hunne zelfstandigheid willen pochen. «Tante Aldegonde,"
zei hij met eenige ironie, «ik ben mondig!"
Mevrouw Schulze zag hem flink aan er lag nu iets
hardvochtigs in hare oogen. Zeker, het was haar bedoeling,
hem zoo sterk mogelijk tegenover zijne tantes te compro-
mitteerenMaar verdiende hij iets beters, hij, die haar zoo
bedrogen had?
„O!" nam tante Adelaide 't woord, «in Afrika ben je
nooit geweest! Wat zal mevrouw van Brits van je denken?
En wij hadden altijd zooveel goeds van je verteld
«Mevrouw van Brits," zei hij langs zijn neus weg, «nu, ik
denk toch, dat mevrouw Schulze het haar niet per omgaande
zal melden