Nieuwe 4 eesiurieitiug ILH. 8CHREIJ 0° Haarlem. 4 ZOON, Bijvoegsel van „Jet Bloemendaalsch Weekblaö" inhalatie naar wste method^ iibelmakers, ,EM. isstraat 22, UIKT „BRONSTEÊ's EZONDHEIDSMELK. gecombineerde vibratj 3 met electrische bad- htbestraling I voor Long- en Asthmalijders voortreffelijkste gence en van den tegenwoord l voor bijna alle en in :r voor ernstige ziekten a itiek, Zenuwlijden, Dool sthma, Influenza, Heuj liclit, Openbeenwondei iekte enz. die door gebrel wisseling ontstaan zijn (ei i de meeste ziekten het gt vendien neemt de gecom 3 Vibratie Massage op he der Orthopaedisclie ge je (waarvan attesten te; iggen) een buitengewooi ilaats in. 3han deling is niet alleen i, maar zelfs zeer aange- a zonder ontkleeding en toegepast in de Eerste i Inrichting, kan altijd toezicht uitoefenen, de behandeling voor >ORLIJDERS. Ged. linde gracht 39, A 18 6 4. er vervaardiging i type Engelsche en stoelen. 1AGA1IJN. o. 155. van Zaüerdag 4 December 1909. Onze rubriek Rooinsch Katholicisme heeft aanstoot gegeven bij eerlijke roomschen. Dit doet ons veel genoegen. Immers het bleek daardoor dat er nog roomsch-katholieken zijn die het zich aantrekken, dat huu standje" te boek staat als eene organisatie bestemd om andersdenkenden" ook maatschappe lijk het leven onmogelijk te maken Zij achten dit eene beleedi- ging bun kerk aangedaan. Zij achten bun kerk te goed voor datgene, waarvan wij verreweg het grootste gedeelte der neder- landsche roomsch-katholieken betichten, te weten: voor bet dui- velsche werk door dik en dun elkander te steunen, door dik en dun andersdenkenden te benadeelen. Dit geeft hoop, dat er zich eindelijk onder de roomsch katholieken zeiven eens een partij zal vormen tegen de kerkelijke en politieke drijvers onder hunne geloofsgenooten, die door hun slecht voorbeeld en de tegenkanting die zij opwekken bezig zijn bet zedelijk verval van Ons volk te voltooien. intusschen vinden wij in het misnoegen van eerstgenoemde katholieken aanleiding den Daam van onze rubriek te ver anderen in Partij-politiek." De inhoud blijft vrijwel gelijk, wat wij daarin opnamen bevatte immers op enkele uitzonderingen na staaltjes van of beschouwing over rootnsche partij-politiek. De herdooping ge>ft ons bovendien dit gemak, dat wij in deze rubriek nog andere onzedelijke voorvallen en toe standen kunnen bespreken, waarbij het algemeen belang met voeten wordt gitreden ook al zijn ze niet speciaal' roomsch. In zijne deputaten-rede 1901, getiteld: „Volharden bij het ideaal", heeft dr A. Partij-politiek. Kuyper lezenswaardige dingen gezegd. Lezenswaardig onder meer, omdat zij be wijzen, dat dr. Kuyper is de verpersoon lijking van tegenstrijdigheid, van tegenstelling (anti-these). Luistert maar eens! Hij predikt in die rede: „volhardt mijne vrienden, deputaten, bij het (anti-roomsche) ideaal gelegen in de •alvinistische beginselen, volhardt dus ook bij de beste inspraken an uw geweten, wijkt m.i. w. niet voor van buitenaf u drei gende macht, streeft; niet nar geld en eer, dient uw God in de rije onderworpenheid van heel uw hart, weest protestant dus en herstelt als zoodanigei Jezus' naam in eer, als dien van den Koning ook van het aardsche leven." Daartegenover zegt hij over Rome (blz, 143: „rooit mag worden vergeten, dat Rome een absolute (in den zin var geene verdraagzaamheid duldende)1 macht vertegenwoordigt, die in onverbloemde taal op ons allen, als ketters baar anatliem i d. i. vervloeking) werpt, en krach tens onzen Doop ons onder het rechtsgebied, van haar Bisschop pen trekt. (Hebt ge daarover wel eens nagedacht, protestanten, dat da roomsche geestelijklie d en de rooinsehe propagandisten de plicht hebben u zoo rogelijk roomsch te maken, of wat op hetzelfde neerkomt, u ll et protestant blijven, d. w. z. het u-zelven blijven, zoo moeil'.'k mogelijk te maken? Ondervindt gij. voelt gij dit niet, bewmers van Haarlem en omstreken, in uwe zaken, in uwen omging?) Godsdienstvrijheid", zoo gaat Kuyper voort, „kan door lome officieel nooit anders dan als dwaling worden gebrandmerkt en in Spanje vroeg het Episco paat nog kort geleden (dus kort voor 1901) om sluiting vau alle protestantsche kerken er scholen. (Weet gij wel, gij zooge naamde neutralen, inderdaat bijloopers van Rome, dat Rome in liet afgetrokkene zou Kuyper zeggen, dwz. zoodra zij kans heeft, ook in de werkeijkiieid overal dezefde leerstel lingen huldigt en wil toepaisen?) In het afgetrokkene (zegt Kuyper, voor de beteekenis der woorden, zie boven) kan men derhalve met zulk eene absoute oppermacht nooit op voet van vrede leven, en er raeê saamwerien." Dat is tenminste mannen tail, maar het is taal van een hal ven man, van den halven, den protestanten Kuyper. Wat zegt de andere helft? Dezeiegt: „Het vorenstaande is volgens de andere helft alleen op Nedefand toepasselijk, indien Rome op het punt staat van Nederland een klein Spanje te maken, in welk geval het, van de overgrote meerderheid der bevolking zeker, op ons geheele staatsievin (Kuyper bedoelt waarschijn lijk op ons geheele staats- en maaschapneiijk leven) het Roomsche stempel poogde te zetten. Maar zio staat het", zegt hij, „in Neder land niet. Vooreerst zijn onze Biomsehe landgenooten", volgens hem, „Nederlanders en geen Sp.njaarden, en verreweg de meeste hunner meenen het oprechtelijk zoo ze opkomen, gelijk de meeste Roomschen hier te lande in de 16e eeuw (toen n b de roomsche godsdienst vooral door de cal inisten zoo veel mogelijk werd belemmerd!) voor godsdienstvijheid ook der andersgezinden deze toevoeging slaat niet op de gezindheid der 16e eeuwsche roomschen, die al hunne krabt noodig hadden om voor zich zeiven op te komen). En wat illes afdoet, ze zijn hier te lande minderheid, zonder ooit kans te lebben om meerderheid te worden. En nu volgt het", zegt Kuypir verder, „uit hun systeem zelf, dat deze zelfde macht, die mctterdiad uiterst gevaarlijk wordt, zooara ze meerderheid is, zoolang ze mirderheid blijft al het gewicht van haar invloed juist voor de golsdienstvrijheid in de schaal moet werpen. Het tolerari pos^e (d i. het zorgen dat ze verdragen kunnen worden, let wel lezer, niet het zeiven verdraagzaam zijn) beheerseht hier te laide dan ook hun geheele houding Hun optreden is beleidvol, en hun inschikkelijkheid heeft hen vroeger even willig zelfs Tlorbecke in het Zuiden doen kiezen, (let wel, inschikkelijkheid noemt Kuyper het eeren van den liberaal, die tegen der calvinisten wil de roomschen van hen heeft vrijgemaakt) als ze ïiu vaak hun stemmen uitbrengen op onzen candidaat." Tot zoover Kuyper. Hier hebben wij den geheelen Kuyper! Eenerzijds zijne mannen onder aanroeping van Gods naam, in het afgetrokkene (o bruikbaar woord voor den politicus, die zeker was van den goeden trouw zijner kleine luydenlijnrecht stellen tegenover Rome, waarmede nooi; op voet van vrede te leven, veel min der te werken ware, 'tnderzijds hun kleinere groep vastklin ken, dat wil zeggen dienstbaar maken aan Rome omdat het zonder gevaar kan geschieden, immers omdat de roomschen, volgens Kuyper, zoo schikkelijk zijn! En toch staat op het bo-d, dat deze man voor het voorhoofd draagt: Volharden bij bet ideaal. O, hoe eerzaam dit woordenspel na te gaan van den politieken tbeo' iog, dat wil zeggen van den theoloog, die in zich zelf een anti-t tese isl Want wat is het anders dan spelen met het woord volharden, wannneer men het begrip volharden di. met daden volhouden omzet in het tegendeel, te weten: het door daden zich dienstbaar maken aan de tegenstanders van zijn eigen ideaal f Op bladzijde 15 van de rede: Volharden bij het ideaal, geeft Kuyper als gevolgtrekking den praktischen leefregel uit zijn voren staand betoog gevloeid, aldus: „Als trouwe (wij onderstrepen) Calvinisten, op kerkelijk en leerstellig gebied u tegen Rome te weersteilen, maar in den burgerstaat met hun steun wel terdege rekening houden, zoo dikwijls ze voor uwe Chris telijke school en voor den Christelijken grondslag van den Staat bereid zijn met u op te komen." Och arme! Rome kent scheiding van kerk en leer en staat, leerstellig niet en praktisch alleen zoolang en in die om gevingen waarin het in de minderheid is en toch zullen 'le Calvinisten het helpen tot omvorming van de jeugd, tot omvorming ook van den grondslag van den Staat.' Hit is volhardiüg bij een opportuniteit, dit is een laten varen van het ideaal om redenen van praktisch eigenbelang, ter wille van „succes-politiek", En nu van tweeën één: Of de Calvinistische kerk en de 1 Ook de volgende bijvoegingen en de cursiveeringen zf)n van ons. (Red Calvinistische leer bezitten de macht den burgerstaat aan zich te onderwerpen en te verbeteren, maar dan kunnen zy dit nimmer eerlijk met behulp van Rome doen, en zijn de Calvi nisten die desniettemin met Rome samengaan tegenover hunne bondgenooten huichelaars öf, gelijk de liberalen leeren omtrent elke kerk en iedere leerstelligheidde kerk en de leer bezitten niet de macht den burgerstaat te onderwerpen en te verbete ren, maar dan is ook 't volharden bij die kerk en bij die leer in politieke aangelegenheden van geene beteekenis. Vooropgesteld nu, dat de meerderheid der Calvinisten geen huichelaars zijn. is hiermede bewezen, dat ook volgens hen de liberale staatsleer ten aanzien van het vraagstuk van kerk en staat de eenige aanmemelijke is. En zoo is het en zoo is ook de leer der christelijk-historischende godsdienst vermag den mensch, de personen te beheerschen en te verbeteren en kan aldus maar ook alleen aldus, op den burgerstaat inwerken. Laat ons groote of kleine Spanjaarden noemen die roomsche Nederlanders, welke in het groot of in het klein het hunne er toe willen doen de roomsche kerk (d.i. de universeele roomsche kerkelijke staat) zijn stempel te doen drukken op den neder- landschen burgerstaat. „Glipper" zij de naam voor elke dusgenaamd onzijdige, die waar hij bovenstaanden toeleg wedervaart, zich daarop niet te weer stelt om de burgervrijheid in ons land te redden. Onze lens isleve de roomsch-katholieke, leve elke andere kerk, die geestelijke behoeften van landgenooten bevredigt, maar terug met de kerk, die met den roep van vroomheid en zedelijkheid haren arm naar de absolute heerschappij over maat schappij en Staat uitstrekt. Wie ons nu of later nog beschuldigt, dat wij anti-katholiek zijn, kent het hemelsbreed verschil niet tusschen katholiek en roomsch, wie ons nu later beschuldigt, dat wij anti-roomsch zijn geeft daarmede toe, dat roomsch-zijn en medehelpen der Roomsche kerk de absolute heerschappij over maatschappij en Staat te verschaffen, gelijke begrippen zijn. Hoe jammer dat dit alles gezegd moet worden. De schuld ligt o. a, bij den man die er bijna 40 jaren van zjjn leven aan heeft besteed een groot deel der protestanten op een dwaalspoor te brengen, bij Kuyper, de verpersoonlijking der anti-these. De f 20.000. De Limburger Koerier schrijft: XXX Het Bloemendaalsch Weekblad, een nieuwsblaadje dat voor eenige dorpen in de omgeving van Haarlem geschreven wordt, zou waarschijnlijk buiten den zuidelijken zelfkant van Noord-Holland totaal onbekend gebleven zijn zonder de bekende „onthullingen", die zijn redacteur, mr. P. Tideman er over de lintjes in ten beste gaf. Uit een der jongste nummers het eerste dat ons ervan onder de oogen komt schijnt te mogen worden afgeleid, dat het een vlakaf antipapistisch blaadje is. We vinden er althans een speciale rubriek in getiteld „Roomsch-Katholicisme" en bevattende stekelige berichtjes aan het adres onzer geloofs genooten Indien al die berichtjes van dezelfde kracht zijn als dat, het welk door een onzer lezers omhaald werd in het ons toege zonden nummer, zijn ze nu niet bepaald gevaarlijk te noemen. Dat omhaalde berichtje luidt: Alleen in Maastricht moet de katholieke geestelijkheid f20,000 inhouden op voor de katholieke onderwijzers aan ge subsidieerde scholen bestemde salarissen. Vreemd, dat we hier in Maastricht zelf nog nooit iets van die schraapzucht der katholieke geestelijkheid ten nadeele dei- arme onderwijzers bemerkt hebben. Zou mr. P. Tideman niet zoo vriendelijk willen zijn dat merk waardige nieuwtje eens wat toe te lichten? We willen hem wel een eindje op weg helpen: Volgens de officiëele gegevens van 15 11. zijn er in Maastricht 20 gesubsidieerde bijzondere scholen- Om op de onderwijzers salarissen te kunnen inhouden, moet (je geestelijkheid toch minstens het bestuur over de scholen voeren, waaraan die zoo schromelijk benadeelde onderwijzers verbonden zijn. Welnu, van die 20 gesubsidiëerde bijzondere scholen worden er 7 door de Broeders en 8 door de Zusters in eigen beheer gevoerd, zoodat de subsidies dus uitsluitend hun zeiven ten goede komen, terwijl er 5 zegge vijf door parochiale armbesturen worden bestierd. Nu zouden we alleen maar van mr. P. Tideman het reken sommetje willen vernemen, waardoor hij tot de uitkomst ge raakt, dat aan die vijf parochiale scholen twintigduizend gul den op de onderwijzerssalarissen kan besnoeid worden.... Die vijf scholen tellen samen 14 onderwijzers en 20 onder wijzeressen (de hoofden inbegrepen). 20 000 over 31 menschen, dit zou een inhouding uitmaken van bijna f 6u0 per hoofd. Mr. P. Tideman zal zelf wel willen toegeven, dat dit cijfer minstens onwaarschijnlijk klinkt We zijn dus recht nieuwsgierig naar zijne berekening. Toen de Limburger Koerier, een blaadje dat in Holland den naam heeft door eenige drijvers onder de r.k. nederlanders ge schreven te worden om de r.k. tegen de protestanten op te zetten, ons citeerde, meenden wij eerst op zijne beschouwingen niet te moeten ingaan De voor dit felle partijblaadje ditmaal zeer gematigde toon van het artikeltje geven het blad even wel aanspraak op een antwoord. De bron waaruit wij ons bericht putten is onverdacht en wat nog meer zegtde inhoud van ons bericht wordt door het ant woord van den Limburger Koerier stilzwijgend bevestigd. Tusschen de broeders en zusters en de geestelijkheid ver onderstellen wij zoodanige verhouding dat de eersten aan de laatste te gehoorzamen hebben. Wij hebben dan niet gesproken van de vijf particuliere armen scholen, maar van alle (20) gesubsidieerde bijzondere scholen te Maastricht. Ontkent de Koerier dat gemiddeld per school jaarlijks 1000 op de subsidiën wordt ingehouden, d. i. bespaard? Neen, maar „de subsidiën komen wat de 15 Broeder-en Zuster- „scholen betreft uitsluitend aan de Broeders en Zusters ten „goede omdat die scholen door hen worden gevoerd in eigen „beheer." Is dit in tegenspraak met onze bewering? Natuurlijk niet! Zelfs wordt niet tegengesproken dat aan de 5 parochiale armenscholen, laat ons zeggen gemiddeld 1000 per school, wordt bespaard. Wil men, wanneer dit is toegegeven, ons nu eens verklaren of de subsidie, waarin de protestante nederlanders uit de belastingen meer bijdragen dan de r.kbedoeld is als een steun om er te komen omdat men er anders niet zou kunnen komen of om vereenigingen van r.k. broeders en zusters rijker te maken? En mogen wij, nu wij toch met een ingewijd Limburger doende zijn, v <n deze gelegenheid gebruik maken hem de vol gende vragen te stellen: Op hoeveel schat gij de toenamen van het bezit in de doode hand van kerkelijke vereenigingen in Limburg en Brabant over b. v. de laatste tien jaren? Op hoeveel in het bijzonder het grondbezit? Is het niet waar, dat in beide provinciën de kloosters zoo snel uit den grond rijzen als paddestoelen, maar dan niet om spoedig weer te verdwijnen, maar om te blijven? Nemen die stichtingen niet uitgestrekte landstreken in pacht van de eigenaren zoödat de boeren verplicht zijn pachters te worden van die stichtingen? Zijn er niet tal van dorpen, die aldus geheel ondergeschikt zijn geworden aan die stichtingen, veelal gevormd door uitge wekenen uit Frankrijk en andere landen? Is het niet de onuitgesproken bedoeling der kerk van Lim burg en Brabant te maken een kleinen kerkelijken staat, in den nederiandsche? Is het in dit opzicht niet reeds zoover gekomen dat de gees telijkheid zich daadwerkelijk mengt in de van staatswege inge stelde burgerlijke en strafrecht spraak? Wordt in uwe omgeving nooit openlijk gepredikt tegen neu trale bladen als b.v. de Telegraaf! met aanbeveling Limburger Koerier en Maasbode te lezen? Zijn er in Limburg geen roomschen, die begrijpen dat de goedwillige landbouwbevolking eindelijk zal gevoelen dat men haar tot een soort van moderne lijfeigenen wil maken? Tracht men in Brabant en Limburg niet elke stem die om behoud van maatschappelijke vrijheid roept door spionuage en' vreesaanjaging te smoren? Vreest men niet, dat uit een en ander vroeg of laat wanorde ja oproer zal voortkomen? Is het onwaar, dat toen Limburg's belang (een te Roermond verschijnend orde en vrijheidlievend orgaan) voor het eerst ver spreid werd. huis aan huis werd nagegaan bij welke katholieken dit blad werd bezorgd? Zijn er geen geestelijken in huisbezoek rondgegaan om de menschen te bewegen dat blad niet te lezen? Kan niet de geestelijkheid daarom rekenen op den steun dei- rijke fabrikanten, omdat de geestelijkheid is de beste politie ter bewaring der orde ook in de fabriek? Wordt de geestelijkheid in Brabant en Limburg gerecruteerd uit lieden van wijsgeerigen aanleg, van fijne beschaving van echt geloof of uit lieden van vaak geringe afkomst, wier strijd baarheid evenredig is aan hun heerschzucht Wanneer wij in den loop van b. v. 3 maanden op die vragen, die aangeven wat men in Holland onder protestanten omtient zuidelijke toestanden vreest, een gedocumenteerd antwoord ontvangen, dan zal de Limburger Koerier niet alleen ons zeer verplichten maar tevens medewerken aan het schrijven van een, naar wij vreezen sombere bladzijde in de beschavings geschiedenis van ons-volk. Voorstel tot reorganisatie Onderwijs. van de openbare school te Bloemendaal. a. Doe 1. Het onderwijs aan de bestaande openbare lagere school te Bloemendaal worde zóódanig ingericht, dat 1. het gewoon lager onderwijs voldoet aan de eischen, welke daaraan gesteld mogen worden 2. de school de leerlingen zóóver brengt, dat deze met vrucht examen kunnen afleggen voor de eerste klasse van eene Hoogere Burgerschool of van een Gymnasium. b. Reorganisatie, betreffende 1. Ten einde te bereiken, hetgeen genoemd is onder 1, krijge iedere klasse haar eigen lokaal en haar eigen onderwijzer(es). De school hebbe dan 8 lokalen, elk bezet door 1 klasse. De school besta dan uit: eene voorbereidende klasse,6 leer jaren en eene zevende klasse. Het personeel der school worde samengesteld, als volgt: Het Hoofd der school. 3 onderwijzeressen voor de lagere klassen en 4 onderwijzers voor de hoogere klassen. Hei zevende leerjaar is bestemd voor de leerlingen, welke zich moeten onderwerpen aan het toelatingsexamen van een H. B. S. of van een gymnasium, of voor kinderen die het gewoon lager onderwijs nog een jaar mogen genieten. (N.B.) De tegenwoordige 7de klasse telt thans 18 leerlingen. De leerlingen van de hoogere leerjaren krijgen onderwijs in de gymnastiek (vak S van artikei 2 der Wet op het lager onderwijs). (N.B.) Dit vak is ten vorigen jare ingevoerd te Haarlem, zelfs op de kostelooze scholen. Het nieuwe gymnastiek-lokaal worde van de noodige toe stellen voorzien. Voor dit vak worde een gymnasliek-onderwijzer benoemd, met bevoegdheid M. O. Het onderwijs in de gymnastiek beginne met het derde leerjaar. Tot het ontvangen daarvan worden gecombineerd: a. de jongens van het 3de en 4de leerjaar; b. de jongens van het 5de, 6de en 7de leerjaar; c. de meisjes van het 3de en 4de leerjaar; d. de meisjes van het 5de, 6de en 7de leerjaar. Ieder van deze 4 groepen ontvange per week één uur onder wijs (zij dit ook gesplitst in halve uren). Bedoelde gymnastiek-onderwijzer worde dus aangesteld voor 4 uren per week. De leerlingen van de voorbereidende klasse en die van de le en 2e klasse ontvangen onderwijs in de vrije en orde-oefe ningen der gymnastiek (vak j van bovengenoemd wetsartikel); dit onderwijs worde gegeven door de klasse-onderwijzeres, o. Reorganisatie en uitbreiding, betreffende punt 2. Teneinde te bereiken, hetgeen genoemd is onder 2, worde het Fransch onder de leervakken opgenomen. Het onderwijs in deze taal zij niet verplichtend voor alle leerlingen der school en worde onderwezen buiten de gewone schooltijden. Het onderwijs in dit vak beginne met het vierde leerjaar Het besta in het eerste halfjaar uit vooroefeningen tot de latere methoden, (spreekoefeningen). De leerlingen voor wie onderricht in het Fransch gewenscht wordt, ontvangen dit op Maandag, Dinsdag, Donderdag en Vrijdag, 's namiddags van kwart vóór vier tot half vijf en 's Woens dag van kwart over twaalf tot één uur. De middagschooltijd van de gewone school worde gesteld van half twee tot half vier. (Deze regeling is sedert drie jaren ingevoerd voor de maan den November, December, Januari en Februari Wanneer het onderwijs in de Fransche taal geheel geregeld is doorgevoerd, zal het gegeven worden door het Hoofd der School en drie der onderwijzers of onderwijzeressen. (Thans zijn mej. Rutgers en de heer Popma in het bezit der akte Fransch.) Ter bereiking van hetgeen hierboven is uitgewerkt en waar door de openbare school, naar mijne meening werkelijk goed zal worden, en voorzien zal in de bestaande behoefte, stel ik dus voor: le. Alle acht schoollokalen in gebruik te nemen. 2e. Het gymnastieklokaal van werktuigen te voorzien. 3e. Den namiddagschooltijd vast te stellen van l'/s uur tot 3l/„ uur. 4e. Op Maandag-, Dinsdag-, Donderdag- en Vrijdagmiddag van 33/, uur tot 4'/„ uur en op Woensdagmiddag van 12'/, uur tot 1 uur onderwijs te doen geven in de Fransche taal. 5e. De leerlingen van het ?de tot en met het 7de leerjaar onderwijs te doen geven in vak S 6e. Het onderwijzend personeel uit te breiden met twee leer krachten, waarvan minstens één de acte Fransch 1. o. bezit, en meteen gymnastiek-onderwijzer mei bevoegdheid M. O. (voor 4 uur per week). -£) Het Hoofd der O L School te Bloemendaal. (w. g) A. Yzerman. In Transvaal noemt men „opsnijden" Nieuwtjes, vragen van grond het verkavelen of in stukken en antwoorden, verdeelen van een stuk grond wanneer het uit de hand van één eigenaar in die van meer eigenaars overgaat. De Oprechte Haarlemsche. Courant werd vroeger op de hoogere burgerschool als bevattende voorbeelden van taal in goede stijl bij de taal- en stijllessen gelezen. «Waarom hebt gij u eigenlijk een aeroplane aangeschaft?" .«Omdat mijn dokter mij verandering van lucht, en wel hooge lucht voorgeschreven heeft. (De Auto)

Krantenviewer Noord-Hollands Archief

Het Bloemendaalsch Weekblad | 1909 | | pagina 5