Nieuwe 4
eesiurieitiug
ILH. 8CHREIJ 0°
Haarlem.
4 ZOON,
Bijvoegsel van „Jet Bloemendaalsch Weekblaö"
inhalatie naar
wste method^
iibelmakers,
,EM.
isstraat 22,
UIKT „BRONSTEÊ's
EZONDHEIDSMELK.
gecombineerde vibratj
3 met electrische bad-
htbestraling
I voor Long- en Asthmalijders
voortreffelijkste gence
en van den tegenwoord
l voor bijna alle en in
:r voor ernstige ziekten a
itiek, Zenuwlijden, Dool
sthma, Influenza, Heuj
liclit, Openbeenwondei
iekte enz. die door gebrel
wisseling ontstaan zijn (ei
i de meeste ziekten het gt
vendien neemt de gecom
3 Vibratie Massage op he
der Orthopaedisclie ge
je (waarvan attesten te;
iggen) een buitengewooi
ilaats in.
3han deling is niet alleen
i, maar zelfs zeer aange-
a zonder ontkleeding en
toegepast in de Eerste
i Inrichting,
kan altijd toezicht uitoefenen,
de behandeling voor
>ORLIJDERS.
Ged. linde
gracht 39,
A 18 6 4.
er vervaardiging
i type Engelsche
en stoelen.
1AGA1IJN.
o. 155.
van Zaüerdag 4 December 1909.
Onze rubriek Rooinsch Katholicisme heeft aanstoot gegeven
bij eerlijke roomschen. Dit doet ons veel genoegen. Immers
het bleek daardoor dat er nog roomsch-katholieken zijn die
het zich aantrekken, dat huu standje" te boek staat als eene
organisatie bestemd om andersdenkenden" ook maatschappe
lijk het leven onmogelijk te maken Zij achten dit eene beleedi-
ging bun kerk aangedaan. Zij achten bun kerk te goed voor
datgene, waarvan wij verreweg het grootste gedeelte der neder-
landsche roomsch-katholieken betichten, te weten: voor bet dui-
velsche werk door dik en dun elkander te steunen, door dik
en dun andersdenkenden te benadeelen. Dit geeft hoop, dat
er zich eindelijk onder de roomsch katholieken zeiven eens een
partij zal vormen tegen de kerkelijke en politieke drijvers
onder hunne geloofsgenooten, die door hun slecht voorbeeld
en de tegenkanting die zij opwekken bezig zijn bet zedelijk
verval van Ons volk te voltooien.
intusschen vinden wij in het misnoegen van eerstgenoemde
katholieken aanleiding den Daam van onze rubriek te ver
anderen in Partij-politiek."
De inhoud blijft vrijwel gelijk, wat wij daarin opnamen
bevatte immers op enkele uitzonderingen na staaltjes van of
beschouwing over rootnsche partij-politiek.
De herdooping ge>ft ons bovendien dit gemak, dat wij
in deze rubriek nog andere onzedelijke voorvallen en toe
standen kunnen bespreken, waarbij het algemeen belang
met voeten wordt gitreden ook al zijn ze niet speciaal'
roomsch.
In zijne deputaten-rede 1901, getiteld:
„Volharden bij het ideaal", heeft dr A.
Partij-politiek. Kuyper lezenswaardige dingen gezegd.
Lezenswaardig onder meer, omdat zij be
wijzen, dat dr. Kuyper is de verpersoon
lijking van tegenstrijdigheid, van tegenstelling (anti-these).
Luistert maar eens! Hij predikt in die rede: „volhardt mijne
vrienden, deputaten, bij het (anti-roomsche) ideaal gelegen in de
•alvinistische beginselen, volhardt dus ook bij de beste inspraken
an uw geweten, wijkt m.i. w. niet voor van buitenaf u drei
gende macht, streeft; niet nar geld en eer, dient uw God in de
rije onderworpenheid van heel uw hart, weest protestant dus
en herstelt als zoodanigei Jezus' naam in eer, als dien van
den Koning ook van het aardsche leven." Daartegenover zegt
hij over Rome (blz, 143: „rooit mag worden vergeten, dat Rome
een absolute (in den zin var geene verdraagzaamheid duldende)1
macht vertegenwoordigt, die in onverbloemde taal op ons allen,
als ketters baar anatliem i d. i. vervloeking) werpt, en krach
tens onzen Doop ons onder het rechtsgebied, van haar Bisschop
pen trekt. (Hebt ge daarover wel eens nagedacht, protestanten,
dat da roomsche geestelijklie d en de rooinsehe propagandisten
de plicht hebben u zoo rogelijk roomsch te maken, of wat
op hetzelfde neerkomt, u ll et protestant blijven, d. w. z. het
u-zelven blijven, zoo moeil'.'k mogelijk te maken? Ondervindt
gij. voelt gij dit niet, bewmers van Haarlem en omstreken,
in uwe zaken, in uwen omging?) Godsdienstvrijheid", zoo gaat
Kuyper voort, „kan door lome officieel nooit anders dan als
dwaling worden gebrandmerkt en in Spanje vroeg het Episco
paat nog kort geleden (dus kort voor 1901) om sluiting vau
alle protestantsche kerken er scholen. (Weet gij wel, gij zooge
naamde neutralen, inderdaat bijloopers van Rome, dat Rome
in liet afgetrokkene zou Kuyper zeggen, dwz. zoodra zij
kans heeft, ook in de werkeijkiieid overal dezefde leerstel
lingen huldigt en wil toepaisen?) In het afgetrokkene (zegt
Kuyper, voor de beteekenis der woorden, zie boven) kan men
derhalve met zulk eene absoute oppermacht nooit op voet van
vrede leven, en er raeê saamwerien."
Dat is tenminste mannen tail, maar het is taal van een hal
ven man, van den halven, den protestanten Kuyper.
Wat zegt de andere helft? Dezeiegt: „Het vorenstaande is volgens
de andere helft alleen op Nedefand toepasselijk, indien Rome op
het punt staat van Nederland een klein Spanje te maken, in
welk geval het, van de overgrote meerderheid der bevolking
zeker, op ons geheele staatsievin (Kuyper bedoelt waarschijn
lijk op ons geheele staats- en maaschapneiijk leven) het Roomsche
stempel poogde te zetten. Maar zio staat het", zegt hij, „in Neder
land niet. Vooreerst zijn onze Biomsehe landgenooten", volgens
hem, „Nederlanders en geen Sp.njaarden, en verreweg de meeste
hunner meenen het oprechtelijk zoo ze opkomen, gelijk de meeste
Roomschen hier te lande in de 16e eeuw (toen n b de roomsche
godsdienst vooral door de cal inisten zoo veel mogelijk werd
belemmerd!) voor godsdienstvijheid ook der andersgezinden
deze toevoeging slaat niet op de gezindheid der 16e eeuwsche
roomschen, die al hunne krabt noodig hadden om voor zich
zeiven op te komen). En wat illes afdoet, ze zijn hier te lande
minderheid, zonder ooit kans te lebben om meerderheid te worden.
En nu volgt het", zegt Kuypir verder, „uit hun systeem zelf, dat
deze zelfde macht, die mctterdiad uiterst gevaarlijk wordt, zooara ze
meerderheid is, zoolang ze mirderheid blijft al het gewicht van
haar invloed juist voor de golsdienstvrijheid in de schaal moet
werpen. Het tolerari pos^e (d i. het zorgen dat ze verdragen
kunnen worden, let wel lezer, niet het zeiven verdraagzaam
zijn) beheerseht hier te laide dan ook hun geheele houding
Hun optreden is beleidvol, en hun inschikkelijkheid heeft hen
vroeger even willig zelfs Tlorbecke in het Zuiden doen kiezen,
(let wel, inschikkelijkheid noemt Kuyper het eeren van den
liberaal, die tegen der calvinisten wil de roomschen van hen
heeft vrijgemaakt) als ze ïiu vaak hun stemmen uitbrengen op
onzen candidaat." Tot zoover Kuyper.
Hier hebben wij den geheelen Kuyper! Eenerzijds zijne
mannen onder aanroeping van Gods naam, in het afgetrokkene
(o bruikbaar woord voor den politicus, die zeker was van den
goeden trouw zijner kleine luydenlijnrecht stellen tegenover
Rome, waarmede nooi; op voet van vrede te leven, veel min
der te werken ware, 'tnderzijds hun kleinere groep vastklin
ken, dat wil zeggen dienstbaar maken aan Rome omdat het
zonder gevaar kan geschieden, immers omdat de roomschen,
volgens Kuyper, zoo schikkelijk zijn! En toch staat op het
bo-d, dat deze man voor het voorhoofd draagt: Volharden bij
bet ideaal. O, hoe eerzaam dit woordenspel na te gaan van
den politieken tbeo' iog, dat wil zeggen van den theoloog, die in
zich zelf een anti-t tese isl Want wat is het anders dan spelen
met het woord volharden, wannneer men het begrip volharden
di. met daden volhouden omzet in het tegendeel, te weten: het
door daden zich dienstbaar maken aan de tegenstanders van zijn
eigen ideaal f
Op bladzijde 15 van de rede: Volharden bij het ideaal, geeft
Kuyper als gevolgtrekking den praktischen leefregel uit zijn voren
staand betoog gevloeid, aldus: „Als trouwe (wij onderstrepen)
Calvinisten, op kerkelijk en leerstellig gebied u tegen
Rome te weersteilen, maar in den burgerstaat met hun steun
wel terdege rekening houden, zoo dikwijls ze voor uwe Chris
telijke school en voor den Christelijken grondslag van den Staat
bereid zijn met u op te komen."
Och arme! Rome kent scheiding van kerk en leer en staat,
leerstellig niet en praktisch alleen zoolang en in die om
gevingen waarin het in de minderheid is en toch zullen
'le Calvinisten het helpen tot omvorming van de jeugd, tot
omvorming ook van den grondslag van den Staat.'
Hit is volhardiüg bij een opportuniteit, dit is een laten varen
van het ideaal om redenen van praktisch eigenbelang, ter
wille van „succes-politiek",
En nu van tweeën één: Of de Calvinistische kerk en de
1 Ook de volgende bijvoegingen en de cursiveeringen zf)n van ons. (Red
Calvinistische leer bezitten de macht den burgerstaat aan zich
te onderwerpen en te verbeteren, maar dan kunnen zy dit
nimmer eerlijk met behulp van Rome doen, en zijn de Calvi
nisten die desniettemin met Rome samengaan tegenover hunne
bondgenooten huichelaars öf, gelijk de liberalen leeren omtrent
elke kerk en iedere leerstelligheidde kerk en de leer bezitten
niet de macht den burgerstaat te onderwerpen en te verbete
ren, maar dan is ook 't volharden bij die kerk en bij die leer
in politieke aangelegenheden van geene beteekenis.
Vooropgesteld nu, dat de meerderheid der Calvinisten geen
huichelaars zijn. is hiermede bewezen, dat ook volgens hen de
liberale staatsleer ten aanzien van het vraagstuk van kerk en
staat de eenige aanmemelijke is. En zoo is het en zoo is ook de
leer der christelijk-historischende godsdienst vermag den
mensch, de personen te beheerschen en te verbeteren en kan
aldus maar ook alleen aldus, op den burgerstaat inwerken.
Laat ons groote of kleine Spanjaarden noemen die roomsche
Nederlanders, welke in het groot of in het klein het hunne er
toe willen doen de roomsche kerk (d.i. de universeele roomsche
kerkelijke staat) zijn stempel te doen drukken op den neder-
landschen burgerstaat.
„Glipper" zij de naam voor elke dusgenaamd onzijdige, die
waar hij bovenstaanden toeleg wedervaart, zich daarop niet
te weer stelt om de burgervrijheid in ons land te redden.
Onze lens isleve de roomsch-katholieke, leve elke andere
kerk, die geestelijke behoeften van landgenooten bevredigt,
maar terug met de kerk, die met den roep van vroomheid en
zedelijkheid haren arm naar de absolute heerschappij over maat
schappij en Staat uitstrekt.
Wie ons nu of later nog beschuldigt, dat wij anti-katholiek
zijn, kent het hemelsbreed verschil niet tusschen katholiek en
roomsch, wie ons nu later beschuldigt, dat wij anti-roomsch
zijn geeft daarmede toe, dat roomsch-zijn en medehelpen der
Roomsche kerk de absolute heerschappij over maatschappij en
Staat te verschaffen, gelijke begrippen zijn. Hoe jammer dat
dit alles gezegd moet worden. De schuld ligt o. a, bij den man
die er bijna 40 jaren van zjjn leven aan heeft besteed een
groot deel der protestanten op een dwaalspoor te brengen, bij
Kuyper, de verpersoonlijking der anti-these.
De f 20.000.
De Limburger Koerier schrijft:
XXX Het Bloemendaalsch Weekblad, een nieuwsblaadje dat
voor eenige dorpen in de omgeving van Haarlem geschreven
wordt, zou waarschijnlijk buiten den zuidelijken zelfkant van
Noord-Holland totaal onbekend gebleven zijn zonder de bekende
„onthullingen", die zijn redacteur, mr. P. Tideman er over de
lintjes in ten beste gaf.
Uit een der jongste nummers het eerste dat ons ervan
onder de oogen komt schijnt te mogen worden afgeleid, dat
het een vlakaf antipapistisch blaadje is. We vinden er althans
een speciale rubriek in getiteld „Roomsch-Katholicisme" en
bevattende stekelige berichtjes aan het adres onzer geloofs
genooten
Indien al die berichtjes van dezelfde kracht zijn als dat, het
welk door een onzer lezers omhaald werd in het ons toege
zonden nummer, zijn ze nu niet bepaald gevaarlijk te noemen.
Dat omhaalde berichtje luidt:
Alleen in Maastricht moet de katholieke geestelijkheid
f20,000 inhouden op voor de katholieke onderwijzers aan ge
subsidieerde scholen bestemde salarissen.
Vreemd, dat we hier in Maastricht zelf nog nooit iets van
die schraapzucht der katholieke geestelijkheid ten nadeele dei-
arme onderwijzers bemerkt hebben.
Zou mr. P. Tideman niet zoo vriendelijk willen zijn dat merk
waardige nieuwtje eens wat toe te lichten?
We willen hem wel een eindje op weg helpen:
Volgens de officiëele gegevens van 15 11. zijn er in Maastricht
20 gesubsidieerde bijzondere scholen-
Om op de onderwijzers salarissen te kunnen inhouden, moet
(je geestelijkheid toch minstens het bestuur over de scholen
voeren, waaraan die zoo schromelijk benadeelde onderwijzers
verbonden zijn.
Welnu, van die 20 gesubsidiëerde bijzondere scholen worden
er 7 door de Broeders en 8 door de Zusters in eigen beheer
gevoerd, zoodat de subsidies dus uitsluitend hun zeiven ten
goede komen, terwijl er 5 zegge vijf door parochiale
armbesturen worden bestierd.
Nu zouden we alleen maar van mr. P. Tideman het reken
sommetje willen vernemen, waardoor hij tot de uitkomst ge
raakt, dat aan die vijf parochiale scholen twintigduizend gul
den op de onderwijzerssalarissen kan besnoeid worden....
Die vijf scholen tellen samen 14 onderwijzers en 20 onder
wijzeressen (de hoofden inbegrepen).
20 000 over 31 menschen, dit zou een inhouding uitmaken
van bijna f 6u0 per hoofd.
Mr. P. Tideman zal zelf wel willen toegeven, dat dit cijfer
minstens onwaarschijnlijk klinkt
We zijn dus recht nieuwsgierig naar zijne berekening.
Toen de Limburger Koerier, een blaadje dat in Holland den
naam heeft door eenige drijvers onder de r.k. nederlanders ge
schreven te worden om de r.k. tegen de protestanten op te
zetten, ons citeerde, meenden wij eerst op zijne beschouwingen
niet te moeten ingaan De voor dit felle partijblaadje ditmaal
zeer gematigde toon van het artikeltje geven het blad even
wel aanspraak op een antwoord.
De bron waaruit wij ons bericht putten is onverdacht en wat
nog meer zegtde inhoud van ons bericht wordt door het ant
woord van den Limburger Koerier stilzwijgend bevestigd.
Tusschen de broeders en zusters en de geestelijkheid ver
onderstellen wij zoodanige verhouding dat de eersten aan de
laatste te gehoorzamen hebben.
Wij hebben dan niet gesproken van de vijf particuliere armen
scholen, maar van alle (20) gesubsidieerde bijzondere scholen
te Maastricht. Ontkent de Koerier dat gemiddeld per school
jaarlijks 1000 op de subsidiën wordt ingehouden, d. i. bespaard?
Neen, maar „de subsidiën komen wat de 15 Broeder-en Zuster-
„scholen betreft uitsluitend aan de Broeders en Zusters ten
„goede omdat die scholen door hen worden gevoerd in eigen
„beheer." Is dit in tegenspraak met onze bewering? Natuurlijk
niet! Zelfs wordt niet tegengesproken dat aan de 5 parochiale
armenscholen, laat ons zeggen gemiddeld 1000 per school,
wordt bespaard. Wil men, wanneer dit is toegegeven, ons nu eens
verklaren of de subsidie, waarin de protestante nederlanders uit
de belastingen meer bijdragen dan de r.kbedoeld is als een
steun om er te komen omdat men er anders niet zou kunnen komen
of om vereenigingen van r.k. broeders en zusters rijker te maken?
En mogen wij, nu wij toch met een ingewijd Limburger
doende zijn, v <n deze gelegenheid gebruik maken hem de vol
gende vragen te stellen:
Op hoeveel schat gij de toenamen van het bezit in de doode
hand van kerkelijke vereenigingen in Limburg en Brabant over
b. v. de laatste tien jaren?
Op hoeveel in het bijzonder het grondbezit?
Is het niet waar, dat in beide provinciën de kloosters zoo
snel uit den grond rijzen als paddestoelen, maar dan niet om
spoedig weer te verdwijnen, maar om te blijven?
Nemen die stichtingen niet uitgestrekte landstreken in pacht
van de eigenaren zoödat de boeren verplicht zijn pachters te
worden van die stichtingen?
Zijn er niet tal van dorpen, die aldus geheel ondergeschikt
zijn geworden aan die stichtingen, veelal gevormd door uitge
wekenen uit Frankrijk en andere landen?
Is het niet de onuitgesproken bedoeling der kerk van Lim
burg en Brabant te maken een kleinen kerkelijken staat, in den
nederiandsche?
Is het in dit opzicht niet reeds zoover gekomen dat de gees
telijkheid zich daadwerkelijk mengt in de van staatswege inge
stelde burgerlijke en strafrecht spraak?
Wordt in uwe omgeving nooit openlijk gepredikt tegen neu
trale bladen als b.v. de Telegraaf! met aanbeveling Limburger
Koerier en Maasbode te lezen?
Zijn er in Limburg geen roomschen, die begrijpen dat de
goedwillige landbouwbevolking eindelijk zal gevoelen dat men
haar tot een soort van moderne lijfeigenen wil maken?
Tracht men in Brabant en Limburg niet elke stem die om
behoud van maatschappelijke vrijheid roept door spionuage en'
vreesaanjaging te smoren?
Vreest men niet, dat uit een en ander vroeg of laat wanorde
ja oproer zal voortkomen?
Is het onwaar, dat toen Limburg's belang (een te Roermond
verschijnend orde en vrijheidlievend orgaan) voor het eerst ver
spreid werd. huis aan huis werd nagegaan bij welke katholieken
dit blad werd bezorgd?
Zijn er geen geestelijken in huisbezoek rondgegaan om de
menschen te bewegen dat blad niet te lezen?
Kan niet de geestelijkheid daarom rekenen op den steun dei-
rijke fabrikanten, omdat de geestelijkheid is de beste politie
ter bewaring der orde ook in de fabriek?
Wordt de geestelijkheid in Brabant en Limburg gerecruteerd
uit lieden van wijsgeerigen aanleg, van fijne beschaving van
echt geloof of uit lieden van vaak geringe afkomst, wier strijd
baarheid evenredig is aan hun heerschzucht
Wanneer wij in den loop van b. v. 3 maanden op die vragen,
die aangeven wat men in Holland onder protestanten omtient
zuidelijke toestanden vreest, een gedocumenteerd antwoord
ontvangen, dan zal de Limburger Koerier niet alleen ons zeer
verplichten maar tevens medewerken aan het schrijven van
een, naar wij vreezen sombere bladzijde in de beschavings
geschiedenis van ons-volk.
Voorstel tot reorganisatie
Onderwijs. van de
openbare school te Bloemendaal.
a. Doe 1.
Het onderwijs aan de bestaande openbare lagere school te
Bloemendaal worde zóódanig ingericht, dat
1. het gewoon lager onderwijs voldoet aan de eischen, welke
daaraan gesteld mogen worden
2. de school de leerlingen zóóver brengt, dat deze met vrucht
examen kunnen afleggen voor de eerste klasse van eene Hoogere
Burgerschool of van een Gymnasium.
b. Reorganisatie, betreffende 1.
Ten einde te bereiken, hetgeen genoemd is onder 1, krijge
iedere klasse haar eigen lokaal en haar eigen onderwijzer(es).
De school hebbe dan 8 lokalen, elk bezet door 1 klasse.
De school besta dan uit: eene voorbereidende klasse,6 leer
jaren en eene zevende klasse.
Het personeel der school worde samengesteld, als volgt:
Het Hoofd der school.
3 onderwijzeressen voor de lagere klassen en
4 onderwijzers voor de hoogere klassen.
Hei zevende leerjaar is bestemd voor de leerlingen, welke
zich moeten onderwerpen aan het toelatingsexamen van een
H. B. S. of van een gymnasium, of voor kinderen die het gewoon
lager onderwijs nog een jaar mogen genieten.
(N.B.) De tegenwoordige 7de klasse telt thans 18 leerlingen.
De leerlingen van de hoogere leerjaren krijgen onderwijs in
de gymnastiek (vak S van artikei 2 der Wet op het lager
onderwijs).
(N.B.) Dit vak is ten vorigen jare ingevoerd te Haarlem, zelfs
op de kostelooze scholen.
Het nieuwe gymnastiek-lokaal worde van de noodige toe
stellen voorzien.
Voor dit vak worde een gymnasliek-onderwijzer benoemd,
met bevoegdheid M. O.
Het onderwijs in de gymnastiek beginne met het derde leerjaar.
Tot het ontvangen daarvan worden gecombineerd:
a. de jongens van het 3de en 4de leerjaar;
b. de jongens van het 5de, 6de en 7de leerjaar;
c. de meisjes van het 3de en 4de leerjaar;
d. de meisjes van het 5de, 6de en 7de leerjaar.
Ieder van deze 4 groepen ontvange per week één uur onder
wijs (zij dit ook gesplitst in halve uren).
Bedoelde gymnastiek-onderwijzer worde dus aangesteld voor
4 uren per week.
De leerlingen van de voorbereidende klasse en die van de
le en 2e klasse ontvangen onderwijs in de vrije en orde-oefe
ningen der gymnastiek (vak j van bovengenoemd wetsartikel);
dit onderwijs worde gegeven door de klasse-onderwijzeres,
o. Reorganisatie en uitbreiding, betreffende punt 2.
Teneinde te bereiken, hetgeen genoemd is onder 2, worde
het Fransch onder de leervakken opgenomen.
Het onderwijs in deze taal zij niet verplichtend voor alle
leerlingen der school en worde onderwezen buiten de gewone
schooltijden.
Het onderwijs in dit vak beginne met het vierde leerjaar
Het besta in het eerste halfjaar uit vooroefeningen tot de
latere methoden, (spreekoefeningen).
De leerlingen voor wie onderricht in het Fransch gewenscht
wordt, ontvangen dit op Maandag, Dinsdag, Donderdag en
Vrijdag, 's namiddags van kwart vóór vier tot half vijf en 's Woens
dag van kwart over twaalf tot één uur.
De middagschooltijd van de gewone school worde gesteld van
half twee tot half vier.
(Deze regeling is sedert drie jaren ingevoerd voor de maan
den November, December, Januari en Februari
Wanneer het onderwijs in de Fransche taal geheel geregeld
is doorgevoerd, zal het gegeven worden door het Hoofd der
School en drie der onderwijzers of onderwijzeressen.
(Thans zijn mej. Rutgers en de heer Popma in het bezit
der akte Fransch.)
Ter bereiking van hetgeen hierboven is uitgewerkt en waar
door de openbare school, naar mijne meening werkelijk goed
zal worden, en voorzien zal in de bestaande behoefte, stel ik
dus voor:
le. Alle acht schoollokalen in gebruik te nemen.
2e. Het gymnastieklokaal van werktuigen te voorzien.
3e. Den namiddagschooltijd vast te stellen van l'/s uur tot
3l/„ uur.
4e. Op Maandag-, Dinsdag-, Donderdag- en Vrijdagmiddag
van 33/, uur tot 4'/„ uur en op Woensdagmiddag van 12'/, uur
tot 1 uur onderwijs te doen geven in de Fransche taal.
5e. De leerlingen van het ?de tot en met het 7de leerjaar
onderwijs te doen geven in vak S
6e. Het onderwijzend personeel uit te breiden met twee leer
krachten, waarvan minstens één de acte Fransch 1. o. bezit, en
meteen gymnastiek-onderwijzer mei bevoegdheid M. O. (voor 4
uur per week). -£)
Het Hoofd der O L School te Bloemendaal.
(w. g) A. Yzerman.
In Transvaal noemt men „opsnijden"
Nieuwtjes, vragen van grond het verkavelen of in stukken
en antwoorden, verdeelen van een stuk grond wanneer
het uit de hand van één eigenaar in die
van meer eigenaars overgaat.
De Oprechte Haarlemsche. Courant werd vroeger op de hoogere
burgerschool als bevattende voorbeelden van taal in goede
stijl bij de taal- en stijllessen gelezen.
«Waarom hebt gij u eigenlijk een aeroplane aangeschaft?"
.«Omdat mijn dokter mij verandering van lucht, en wel hooge lucht
voorgeschreven heeft. (De Auto)