Onderwijs- en Godsdienst. Vervolg.) We wezen er reeds op, dat onze regeering bezig was aan de wenschen der katholieken in België tegemoet te komen, toen de opstand uitbrak, 1830. Bij ons volk kwam in dejaren van 18301840 een beweging op om het godsdienstig bewust zijn te verlevendigen, 't Spreekt vanzelf dat die beweging zich ook in politiek deed gevoelen. Zoo zien we dus het nederlandsche volk staalkundig in twee kanpen verdeeld. De vrijzinnigen onder Thorbecke stelden alle godsdienstige gezindten voor de wet gelijk. Zij gunden aan ieder in godsdienstig opzicht, wat hem toekwam en waren voorstanders der openbare school. Daartegenover stonden de anti-revolutionnairen onder Groen van Prinsterer. Zij wilden een school buiten inmenging van staatswege, geheel ingericht overeenkomstig de leerstellige eischen van elk kerkgenootschap, waartoe de ouders der leerlingen behoorden. De Grondwet van 1848 nam het beginsel van vrijheid van onderwijs op. Dr. VasBau, een bekend paedagoog van die dagen, zei„ver stand en hart werden voorwerpen eener armzalige speculatie". „De schoonste parel van 's konings kroon, de roem en het sieraad van Nederland en de zedelijke kracht van het zelfstandig volksbestaan der Natie werd vernietigd" sprak de synodale commissie der ned. hervormde kerk in 1848 Steeds meer werd er geëischt. De wet-Kuyper bracht in 1905 weer meer subsidie, den toestand, dien we nog hebben. En is die zoo mooi om er bij neer te zitten? De niet-vrijzinnigen zullen niet rusten vóór er is wat zij noemen volledige gelijk stelling, (ook met de waarborgen?) En dan nog niet. Is 't niet duidelijk gezegd, nu 1/3, maar 3/3 moet 't worden, bijzonder onderwijs regel, openbaar uitzondering. Laten we 't spookbeeld verbrokkeling van schooltjes, duurder en slechter onderwijs, meer verdeeldheid maar weer niet voorhangen. Onderwijzers, gij hebt u een nederigen werkkring gekozen, niet rijk aan vooruitzichten, maar schoon is uw laak. Houdt door.ernstigen arbeid, door toewijding, de openbare school hoog. Laat zij door uw werken, de plaats innemen, die haar toekomt. Wat al schotjes en schutjes in de samenleving ons volk verdeelen, mogen de kinderen ten minste vereenigd blijven, als kinderen van één volk, van één vaderland, op één school, de openbare school. Werking wet-Kuyper. In het afgeloopen jaar zijn 84 openbare onderwijzers op wachtgeld gesteld. De regeering erkende het recht het godsdienstonderwijs door godsdienstleeraren aan schoolkinderen te geven. Daarom werd bepaald, dat bepaalde uren daarvoor bestemd zouden worden en schoollokalen, desnoods verwarmd en verlicht, be schikbaar waren. Een vraag is 't of van die gelegenheid overal met de meeste belangstelling gebruik gemaakt werd. Krachtige pogingen de koninklijke sanctie aan de wet te onthouden. 300.800 protestanten verklaarden een school met den bijbel te wenschen, ook 164.000 katholieken verzochten geen koninklijke bekrachtiging. We weten de bekrachtiging kwam. Geen wonder dus, dat ook nü 1878 de openbare school godsdienstloos werd verklaardook al wist men, dat 't begrip neutraliteit verkeerd was. Minister Mackay stelde in 1889 voor om te helpen aan den schoolstrijd een einde te maken, aan de bijzondere scholen een rijksbijdrage toe te kennen. De wet werd aangenomen. Lohtnan vulde de wet in 1895 in met toekenning der subsidie ook bij vacatures. Borgesius bracht in 1901 ook een bijdrage voor de gebouwen. Nog was 't niet uit. Er was ontegenzeggelijk gi-oot succes en dat prikkelt. De nieuwe schoolwet van 1887 was een gevolg der nieuwe grondwet. Het tegenwoordig artikel 35 gaf aanleiding tot veel strijd. De anti-revolutionairen meenden, dat in het woord „christelijke" niets anders was te zien dan een bedriegelijke leuze, een christelijke decoratie. De wet van 1887 met haai beginsel van vrijheid en 't opleggen der verplichting op de openbare school christelijke en maatschappelijke deugden aan te kweeken, bracht dus lang geen rust. Sinds 1862 begonnen de anti-revolutionairen met de katholieken eenstemmig sub sidie te eischen. Om de zaak kracht bij te zetten werd er een soort godsdienstige beweging van gemaakt. Men beweerde dat de openbare school godsdienstloos was. Minister Kappeyne van de Capello kwam in 1878 met een ontwerp-wet. Subsidie werd er niet in voorgesteld, evenmin van 't gewraakte artikel, 33 nu 35. Daarentegen werd duidelijk uitgesproken, dat neu traliteit niet bestaat in 't verzwijgen van alles, waaromtrent sommigen een afwijkende meening hebben op godsdienstig gebied. Het noemen van den naam God, Christus, ook niet 't bespreken van een feit kan strijdig zijn met den eerbied verschuldigd aan de godsdienstige begrippen van andersden kenden, maar de vorm, de toon, waarop dit geschiedt, kan krenken. Kinderstudie. Dr. Q. Wayenburg, privaat-docent in paedologie aan de Universiteit te Amsterdam, is voornemens, ook voor onderwijzers, wekelijks een college te geven in de kindei psychologie met hare experimenteels toepassingen. Het Nederlandsch Onderwijzers Genootschap bezit sinds jaren een commissie voor kinderstudie waarvan de heer Th. Lancée te Amsterdam gedelegeerde van het hoofdbe stuur is. Nederlandsche Politiebond. Politie. De 51ste vergadering der provinciale afdeeling Noord-Holland, van den Alge- meenen Nederlandschen Politiebond, zal gehouden worden op Vrijdag 28 Januari 1910, des middags ten 12 uur, in hotel Brinkmann, op de Groote Markt te Haarlem. Te behandelen punten Opening der Vergadering. Goedkeuring notulen vorige vergadering. Mededeeling ingekomen stukken. Verslag afgevaardigde ter algemeene vergadering. Voorstel van een lid te Hilversum, inzake onderschei- dingsteeken, bij het verkrijgen van het gewoon diploma of dat met aanteekening. Voorstel tot het nemen van een renteloos aandeel in de dit jaar te Scheveningen te houden Internationale Politiehonden wedstrijd Verslag der Commissie, in de vorige vergadering benoemd, om op audiëntie te gaan bij Z.E. den heer Commis saris der Koningin in deze Provincie Behandeling van een schrijven van de Afdeeling Zuid- Holland inzake het redigeeren van het Bondsorgaan de Nederlandsche Politie 1 2. 3. 4. 5. 7. 9. Sluiting na rondvraag. Het Bestuur zal ten li1/» uur v.m vergaderen en zal trach ten een spreker te doen optreden. Aller opkomst dus zeer gewenscht. Namens het Bestuur, Secr -Peuningm. A. Lokerse. AchillesBloemendaal II. Sport. Met een sterk elftal toog B.V.V. II 1.1. Zondag 9 Januari naar Velsen. Achilles was de geduchtste tegenstander en dit bleek, toen ons doel al dadelijk bestookt werd en de keeper iets te verwerken kreeg. Achilles was in 't begin de sterkere en weet weldra zeer gelukkig te doelpunten door een schuiver die in een gat sprong en zoo omhoog vloog dat De Vries, daarop niet bedacht, kon visschen. Maar 't duurt niet lang of de stand is gelijk. Dan volgt een periode, waarbij Achilles zoo goed als ingesloten is, hoewel het soms enkele gevaarvolle uitvallen ondernam. Maar de beide backs Kemper en Boskamp zijn in actie, zoodat 't niet gemakkelijk is, door hen heen te komen. Zoo wordt doorgespeeld en toen er gedraaid werd was de stand 3 1 voor B.V.V. II geworden. Bloemendaal speelt nu met den sterken wind achter. Toch wordt Achilles veel beter en veel woester. Daardoor kreeg Bloemendaal's achterhoede handen vol werk, maar in de felheid van 't spel ziet Achilles den goal niet en ettelijke ballen vliegen zoo naast en over 't doel. Toen wist de voorhoede van Bloemen daal nog een puntje te maken. Gevaarlijker dan ooit komt Achilles opzetten. Een voorzet van den rechter wing éen Achilles-speler ongedekt voor doel en intrappen is 't werk van een oogenblik. 't Blijft dan een tijd lang 4"2, totdat Van Riessen met een zachten schuiver in den stand verande ring brengt. Gelukkig dat 't spel gauw gedaan was want in de laatste minuten nam Achilles een bonding aan, alsof ze gelijk wilde maken, en indien de tijd, die nog te spelen bleef langer was geweest, dan zou Bloemendaal II niet met een 52 overwinning naar huis zijn gekeerd. Bij B.V.V. waren vooral Stals, Boskamp, Voet en Kemper schitterend, terwijl de overigen in goede conditie waren. Programma a. s. Zondag 16 Januari. 's Morgens 10 uur B.V.V. IllH.F.C. VII (eigen terrein), 's Namiddags 2 uur B.V.V. IIVitesse (friendlygame, eigen terrein), 's Namiddags 2 uur B V.V. IHollandia (te Hoorn). De trein naar Hoorn vertrekt 11.30, supporters! X. Tijdschriften. Inhoud No. 2: van De Auto van 13 Januari Off. med. van de N. A. C. Hoe moet een ge bruikte wagen voor den aankoop worden onderzocht? Uit de praktijk van den automobilist. De torpedo carrosserie. - De nieuwe automobiel Bayard-Cldment. Onontplofbare tanks. De 9de Belgische Salon. De dood van Delagrange. Automobielkalender. Mntorwielrijden Off. med. van de N. M. V. - De regeling van den motor. Brief uit Afrika. - Van hier en daar. Vragenbus voor motor wiel rijders. - Handels- en Finaucitele Mededeelingen. Allerlei. Correspondentie. Karaktervorming is geen Wetenschappen, weelde, door peinzende philosophen uit gedacht, doch een noodwendigheid. Het geweten moet ontwikkeld worden, want een gezond geweten is het voornaamste prod iet der opvoeding. Aangeboren is het niet, ten minste niet in zijn volkomenheid. De opvoe ding der ouden koos zich, in 't bijzonder volgens de Stoicijnsche leer, het geweten tot richtsnoer. Evenzo/Tl- christelijk-religieuse opvoeding. Het geweten van onze je' (vooral in de hoogere standen) is hier en daar te wëini, of verkeerd gevormd. Of dit orgaan wordt ongevoelig f er sluipt een grenzenloos egoïsme binnen, dat gevaar oplei». voor den staat, óf het lijdt aan hypertrophic en sukkelt ij overspannen altruïsme, waardoor het voor den staat even gevaarlijk wordt. De tweede ideale taak, die met meer bewustheid ten uit voer moest worden gebracht, bestaat hierin, dat men d jeugd een bezit schenke van groote waarde, niet alleen i- goede, maar ook in slechte dagen, ja zelfs tot in den dood. Het opvoedingsmateriaal voorheen zooveel kleiner dan thans, werd vroeger beter geassimileerd, ging in vleesch en bloed der leerenden over. Om een gewone uitdrukking te gebruiken: men bezat in schijn minder, in werkelijkheid meer; „men had wat in voorraad". Zoo geniet men meer van eenige fraaie voorwerpen, die men zich door spaar zaamheid en geduldigen arbeid kon aanschaffen, die men zelf liefdevol rangschikt en in de woning verdeelt dan de milliardair geniet van een geheel museum met kostbaar heden, welke een geleerde voor hem bijeengezameld en een stoffeerder gerangschikt heeft. De vrucht van de hedendaagsche opvoeding is dikwijls een mat, haast weerzinwekkend ,,nil admirari". De vrucht, van een goed begrepen opvoeding moet echter die stille hoogschatting zijn, welke Goethe aanprees, die voorname berusting en gelatenheid, die zoo weldoend te voorschij- treedt uit de biographieën van groote mannen en die alleen ontstaan kan uit de vertrouwdheid met de beste boeken der wereldlitteratuur. Moderne menseken zullen bezwaarlijk op de gedachte komen, in kommer en strijd troost te zoeken in de werken van een Cicero of een Seneca. Maar gevoel volle brieven en gedenkschriften, ja, zelfs de spreuken op de muren van oude gevangenissen leggen getuigenis af van den grooten troost, dien gewezen grootheid eens schonk aan sterke zielen. De jeugd is de tijd, waarin men vriendschap sluit voor het leven. De hoogere opvoedingsinrichtingen moeten ons van vrienden in eigenlijken en figuurlijken zin voorzien, want zij moeten ons vol teederkeid en geestdrift stemmen voor hen, die in de eerste plaats onze vriendschap verdienen voor alle groote mannen uit het verleden. Met ons lief, met ons leed, met onze geestdrift, met onzen twi| fel treden we dan moedig nader tot de onsterfelijken, tot de leiders van zoovele geslachten, die ook ons hun wijsheid en liefde niet zullen onthouden. Alle werkelijk groote men- schen hebben de jeugd innig liefgehad en zijn door het opkomend geslacht op aandoenlijke wijze vereerd. Hoe ver drongen zich de leerlingen om Socrates, hoe juichten dc studenten Schiller toe, hoe klommen ze op ladders, om ge- loovig naar Ruskin te luisteren. De jeugd kan en mag philosophen en dichters niet ontberen. Waar zij ontbreken, is strafbare roof gepleegd aan jonge zielen. Maar ons leven, dat op praktische doeleinden is gericht, drijft onswij hebben geen tijd te verliezen. De nijvere kultuurmensch zou gaarne spoedig heel veel meeleeren en meegenieten, doch moet met smart het beste aan anderen overlaten. f [litDie Zukunft) Niet degeen die weinig heeft, maar die meer verlangt, is arm. Herald of the Golden Age. *argang. - MMBB Een nieuwe uitvinding, welke vooral bij banden-punctures zeer geapprecieerd zal worden, omdat tnen dan de motor kan laten loopen om den hoorn in werking te brengen en daarbij door 'n dansje den tijd zoekbrengen. Ook op lange tochten kan men zich onderweg dan eenige oogenblikken verpoozen. (De Auto). gens de gelegenheid tot karaktervorming zoo ruim voorhanden is als in den dagelijkschen omgang. In een steeds wisselende omgeving van menschen en din gen leeft het kind in in de levensgewoonten, zooals die sinds overoude tijden naar zedelijke en godsdienstige beginselen zijn geworden en die 's menschen verhouding tot den medemensch en de omgevende natuur aangeven Zonder eenige methode grijpt het kind wat tot hem spreekt nm onder voortdurend gevaar voor mistasten met behulp van steeds herhaalde terecht wijzingen van ouderen geleidelijk een eigen plaats te gaan innemen. Op elk gebied leert het kind ook voortdurend van ouderen, zonder dat een der partijen zich daarbij als leerling of schoolmeester voelt. Zoo ontwikkelen zich in een kind de eerste begrippen omtrent samenhoorigheid reeds enkel door zijn verblijfin den familiekring Het deelt daar alle voordeelen, maar moet ook het zijne bijdragen om het welzijn van de anderen te bevorderen 't Is dan ook niet goed denkbaar, dat er een goed staatsburger zal groeien uit een kind, dat thuis niet geleerd heeft zich ordelijk te gedragen en waar noodig een handje uit te steken. Eiken morgen zien wij tal van betrekkelijk jonge kinderen spelende makkertjes voorbijgaan, om met ernst en toewijding nog kleiner dreumessen naar school te geleiden. Wanneer wij daarbij constateeren, dat heel dat jeugdig troepje geregeld be houden aanlandt, dan zien wij dat onder den drang van be hoeften en toestanden het jeugdig familielid zich zonder schoolsche leering of tucht tot een werkzame en zorgvolle persoonlijkheid ontwikkelt. Mits maar geen plagerij of exploitatie in het spel zijn, vindt het kind zulke aan hem gestelde eischen heel billijk, zelfs aangenaam; want wie herinnert zich niet hoe in zijn jonge jaren voor het eerst de een of ander oudertaak aan zijn zorgen Werd toevertrouwd en hoe hij volgaarne het spel staakte om het in hem gestelde vertrouwen te rechtvaardigen Thuis is er ook geen sprake van dat ziekelijk zoeken naar den aanleg van het kind; die aanleg vertoont zich ongezocht, waar ieder zoover doenlijk mag verrichten wat hij graag wil. De ouders zullen de kinderen hierin laten begaan, omdat ieder het best doet wat hij het liefst doet en de familie daarmee het meest is gebaat. Zoo komt elk kind als individu thuis het best tot zijn recht. Het kind is daar ook omgeven door menschen van verschil lenden leeftijd. Naar mate het hun gedachtengang leert volgen, gaan allerlei tradities onbewust op hem over. Tevens ondergaat het den kalmeerenden invloed van de grootere ervaring en de rustigere levensgewoonten van ouderen Ook voor zijn verantwoordelijkheidsgevoel is de betrekkelijke vrijheid, die het kind thuis kan genieten beslist bevordelijk. Ik meen hier met vrijheid niet speciaal ontspanning en rust, veel minder bandeloosheid, maar vooral de gelegenheid om zich bezig te houden met datgene, waartoe het kind zich krachtens zijn aanleg of begeerte voelt aangetrokken. Bij het ontwikkelen van zijn liefhebberijen, het studeeren of het ver- leenen van vrije hulp thuis zal het kind zich van eigen kraebt bewust worden. Ouderliefde en de geestelijke verwantschap der ouders zullen dit waarschijnlijk bevorderen. Ook is het bij minder goed geëquilibreerde naturen wenschelijk, dat conflicten zich voordoen, alvorens het kind de kracht of de macht heeft om groote schade aan te richten. Van de ouders en familie leden is meer dan van iemand anders te verwachten, dat zij het kind als het ware instinctmatig de grenzen zullen wijzen, die de samenleving met anderen aan zijn willen en handelen stelt; immers zijn zij zelf degenen die direct en indirect het zwaarst getroffen worden door eiken lateren misstap van hun kind. Tusschen een zoo krachtig mogelijk ontwikkelen van d® individualiteit en een zoo duidelijk mogelijk doen eerbiedigen van de rechten van anderen, zal het verantwoordelijkheids gevoel zich thuis het geleidelijkst ontwikkelen. Uit het voorgaande blijkt, dat zoowel het huis als de school eigenaardige voordeelen voor de opvoeding biedt en dat bet er meer op aankomt elk afzonderlijk naar waarde te schatten dan ze te willen verwarren of een van beide over het hoof» te zien. (Wordt vervolgd.) Prijs pt halfjaar f bij voorui taling. s pi nummer f Mededeeling Hot auteursrecht Bil nummer bt EEI Agenda. Za Jai den Kennemer Kring ii Hotel Van Ma n d ag 24 Jan T.-h kiesvereeniging »t Zondag 23 Janui de tlenibrug. Zondag 23 Jani Terrein aan der. Schot Schot Zaterdag 22 Janv Botterdamsch T.ioneel rouwen, blijspel. Zondag 23 Jan Gezdschap, dir. Janmt Donderdag 27 oiling. N V. Het T< Ilenri de Vries. John Zaterdag 29 Jai Set klokje van den Klu Rolschaatsenbaan. Zaterdag 2 2, a n u ar i, 8 uur. 1 Zondagmiddag van 2- So e i e Vrijdag 28 Jan de Haarlemsche afdeel der Toonkunst. Elias, Ho Vrijdag 28 Jani der Provinciale afdeeli Hederlandscben Politie De De eedsquestie bew juiste beoordeeling va Het hooge ethisch wordt o. i. te weinig schennis, wanneer iet de woorden der wet gezindheid in het ha lmachtig". Overigens komt o: van bet vonnis juist v 1 et woord gezindheid nil -.3 beteekenen, gezindte geletterden duidelijk ei zij beredeneert niet, c 161 wetboek van s godsdienstige gezbidh gezindheid kan beteel digen zin, zonder de i Volgens het steed Stads-Editie heeft De een blad dat wij niet critiek op dezen ka zwaartepunt ligt en -loor die opmerking volgens het citaat i stond er: de getu wijze hunner godsdie onjuiststonden die bet wetboek van burt wetboek van strafvc stafzaken blijkbaar 1 in burgerlijke zaker dat elk kerkgenootsC verklaren voor zijni

Krantenviewer Noord-Hollands Archief

Het Bloemendaalsch Weekblad | 1910 | | pagina 6