IT e t recht te II a a r 1 e in
L.l. Dinsdag besliste de rechtbank in eene
zaak van derden arrest dat degeen onder wien
beslag is gelegd wel het doen van verklaring
kan tegenspreken, maar zich in zoover bloot
stelt aan eene veroordeeling in proces-kosten
wanneer zijn tegenspraak ongegrond wordt ver
klaard. Dit geschiedde zelfs ofschoon de derde
beslagene in den achterban toch eene behoorlijke
verklaring had afgelegd.
In een andere zaak werd beslist, dat voeging
niet kan worden gevraagd wanneer de stukken
reeds ter beslissing in handen van den rechter
zijn gesteld.
De maatschappij „de Noordpool" te IJmuiden
verloor Dinsdag haar proces tegen de „Exploi
tatie-maatschappij" aldaar, welke laatste maat
schappij, bestaande uit de heeren (Jroen, zich
verbonden had de administratie der Noordpool te
voeren. Een der heeren G. had zich met een
boekhouder ten kantore der Noordpool daartoe
vervoegd, doch was teruggewezen, omdat de
Noordpool in het .contract de verplichting van
den heer (I. las 0111 zelf en zonder derden
te komen administreeren. De rechtbank achtte
deze uitlegging der overeenkomst onjuist.
F a i 11 i ss e 111 enten.
Bij vonnissen van de Arrondissements-reeht-
bank te Haarlem d.d. 14 Februari lhll, werden
de navolgende personen in staat van faillissement
verklaard
Pieter Ileynis, schoenwinkelier, wonende te
Zaandam, curator mr. J. F. E. Boele;
Joh. Hendrik Apetz, schilder en kruidenier,
wonende te Yelsen, curator mr. G. Bakker te
I laarlem
Dirk v. d. Outenaar, tuinman, wonende te
Bennebroek, curator mr. W. Thöne;
M. Stavinga, rijwielhandelaar, wonende te
Haarlem, curator mr. F. Willekes Mac Donald;
M. Mica, schilder, wonende te Haarlem, curator
mr. G. Bakker;
Rechter-Commissaris in deze faillissementen,
mr. II. van Logliem de Josselin de Jong.
Opgeheven de faillissementen van
H. Vrugtman, banketbakker, wonende te
Haarlem; en C. J. \V. Blazer, boekhandelaar,
wonende te Schoten.
Deze faillissementen waren uitgesproken op
24 Januari 1911.
Tweede coperatief 1 andhuis
in Nederland.
Wij, die „mooi Nederland" vrijwel kennen, en
die Nunspeet gezien hebben bij zomerweelde en
in winterpracht, die er het teere lentegroen zagen
ontspruiten en er genoten van bonte herfsttinten,
wij rekenen Nunspeet's omgeving tot een der
bekoorlijkste streken van ons vaderland. Wie
liet traject AmersfoortZwolle afspoort ziet, zij
het dan zeer oppervlakkig, deze lustwarande.
Nunspeet! het oord der wijde heide en der
zandstuiving, maar ook het gebied der zilver-
groene dennen op zaehtglooiende heuvels en der
sprookjesachtige berken; Nunspeet op een klein
uur gelegen van de Zuiderzee. Welke plaats is er,
die een dergelijke verscheidenheid van mooi kan
aanwijzen? Waar vindt men de combinatie van
bosch en hei en zeevan welige weilanden en 't
schilderachtig waas der Yeluwe-boerderijtjes,
schuilgaand in 't hout, van mooie dorpen en wat
over nog is van ridderlijke verblijven? Waar
weet men aan te duiden, waar de frischheid der
zeelucht met den prikkelenden adem der dennen-
bossehen vermengd wordt?
Nunspeet: gezondheids-, rust- en ontspannings
oord bij uitnemendheid. Voor den stoeren wan
delaar en den koenen wielrijder biedt Nunspeet
tochtjes en tochten te kust en te keur. De geheeie
Yeluwe ligt voor hen open: de Gortelsehe- en
Yierhouterbosschen, die van Oud- en Nieuw
Soerel, van Leuvenum! Naar Oldebroek, Hulshorst,
Elspeet, Uddelermeer. En de meer bedaagden of
de rustwillenden, zij, die „het niet zoeken in
verre tochten vinden hetzelfde natuurschoon
in de onmiddellijke omgeving van het vriendelijke
dorp.
Op een der bekoorlijkste plekjes heeft de
coöperatieve woningvereeniging Jemeenschap-
pelijk Eigendom" van Botterdam, door onder
wijzers opgericht, haar Landhuis gebouwd. De
naam van dit familiepension „Dennenheuvel"
duidt zoo juist de ligging aan te midden van 't
ruischende hooge hout. Het terrein zeifis een
stukje mooie natuur, een gedeelte van een heuvel
achtig stuk bosch, met hooge dennen begroeid
aan het Groene Laantje te Nunspeet.
Het praktisch, maar smaakvol ingerichte
vrijliggende huis is voorzien van eene mooie eet-
011 conversatiezaal en een paar flinke zitkamers,
ruime serre en dito veranda, keuken, bijkeuken,
badkamertje, kelder enz. Yoorts zijn op de twee
bovenverdiepingen een dertiental frissche slaap
kamers, terwijl een zestal er van op ruime balkons
uitkomen. Aan de achterzijde van het gebouw
bevindt zich een borgloods, ook voor fietsen,
sportwagens en speelgoed. De prijzen zijn burger
lijk n.l. ƒ2 tot ƒ2,75 per dag afhangend van
tijd en slaapkamer, terwijl de leden 10 korting
hebben.
1 Juni wordt 't geopend. Leden en hun ken
nissen schreven alleen voor 73.50 '111 op de
leening. I11 Januari werd 't tien-jarig bestaan
der vereoniging feestelijk gevierd. I11 1910 opende
„Eigen Hulp" te Beek bij Nijmegen een coöpe
ratief landhuis, genaamd „Rozenberg".
Kichard Wagner.
MUZIEK. Den 13en Februari 1883 is
Richard Wagner te Yenetië ge
storven. Hij was'een der merkwaardigsten en
grootsten van de 19e eeuw. In 1813 is hij te
Leipzig geboren, verloor reeds jong zijn vader;
hij was de jongste van 9 zoons en toen hij 7 jaar
was, ging liij naar Dresden en daarna naar de
Thomasschule te Leipzig en wilde «lichter worden
studeerde daarna muziek, maar had met zijn
eerste Ouverture geen succes en leefde ook te
veel als „student".
Later begon de ernstige studie; zijn opus 1
was: Sonate in B dur, vervolgens een lvonzert-
Ouverture in 1833 te Leipzig uitgevoerd, evenals
een Symphonie in dur. Hierna wijdde hij zich
aan de opera en componeerde in 1834 de roman
tische opera „die Feen" dié^ehter niet opgevoerd
werd. Hij behoorde tot het „revolutionaire Jung
Deutschland" en hij componeerde toen nog in
Fransehen en Italiaanschen stijl zijn opera „das
Liebesverbot". In dien tijd schreef hij ook „für
eine Zeitung für die elegante Welt Aufsatze
und Korrespondenzen". In 1830 werd hij direc
teur van het Magdeburger Theater. Hier leerde
hij zijn eerste vrouw Minna Planer kennen, die
„niiehtern, gutmütig aber hausbacken" was en
Wagner niet begreep. Na een kort verblijf te
Koningsberg, ging hij naar Dresden, waar hij
't ontwerp voor zijn „Rienzi" maakte; daarna
voor korten tijd naar Riga, waar't ook al „klein-
lich und unbehaglieh" was. Te Riga componeerde
hij een „Festhymnus" ter eere van Nicolaas I
en schreef het tekstboek en de beide eerste
acten van „Rienzi". Door den nood gedwongen
vertrok hij vandaar naar Londen en maakte
't ontwerp van den „Flicgende Hollander". I11
Londen kon hij ook geen „festen Fuss fasscn"
en in 1839 vertrok hij naar Parijs, waar hij ook
veel geldelijke zorgen had.
I11 1841 eerste opvoering van „Columbus-
Ouverture" en „Faust-Ouverture", „Rienzi" en
„Fliegende Hollander". „I11 Deutschland wucherte
die alte Oper fort" bovenal Meyerbeer. Eerst dooi
de Kritiken van Robert Schumann en Berlioz
kwam er „Geist und frisehe Bewegung in die
Kritik, aber auch der Beginn des Kampfes dei-
den Wagnerbestrebungen die geistige Pforte zu-
gleich öfFneten". I11 Parijs deed Meyerbeer veel
0111 Wagner's werken bekend te maken en Wag
ner schreef in de (lazette Musicale vol lof over
Meyerbeer; later is zijn oordeel over Meyerbeer
geheel veranderd. I11 1850 schreef Wagner„Die
Kunst und die Religion", waarin hij nog zegt:
dat liet Christendom een beklagenswaardigen in
vloed o]> de kunst heeft en later zegt hij dat
het „Heil der Kunst nur in den Christliehen
Mysteriën zu suehen ist". Door tusschenkomst
van Meyerbeer werden zijn „Rienzi" en „Fliegendt
Hollander" in Berlin en Leipzig opgevoerd, die
was oorzaak dat Wagner weer naar Duitschland
terug kwam. 1842 is „Rienzi" in Dresden opge
voerd. Wagner tot kapelmeester benoemdin
1843 „Fliegende Hollander" in Dresden opgevoerd.
Als hofkapelmeester had hij een drukken werk
kring. Hij wilde Weber's werk voortzetten, n.l.
„I)ie Reform des deutschen Theaters", liet vooral
opera's van (Muck opvoeren en werd een der
„ausgezeichnetsten Orchesterdiri genten" genoemd.
Hier componneerde hij „Tannhauser"', maakte
het ontwerp voor de „Meistersinger" en begon
ook „Lohengrin". I11 1845 eerste opvoering van
„Tannhauser", doch men begreep zijn nieuwe
manier nietin zijn „Lohengrin" ging hij nog
verder op zijn nieuwe manier. „Das Frinzip der
Leitmotive, der die Personen und entscheidenden
Yorgange auf der Bühne charakterisirenden
Phrasen, welclie wiedcrkehren, so oft die sie
betreflende Situationen oder Gedanken berührt
werden, ist, wie Richard Polil sagt, im Lohen
grin zum ersten Male consequent durchgeführt
der deklamatorische Stil ist durch ein reiches
instrumentales Leben unterstützt und gehoben."
In 1848 dacht Wagner, dat hij ook zijn Her
vormingsideeën kon openbaren. I11 1849 sloot
hij zich bij den opstand in Dresden aan door
woord, schrift, redevoeringen. Zijn vrienden
werden gevangen genomenmet zijn vriend
Semper vluchtte hij uit Dresden, eerst naar
Weimar, waar Liszt toen „Hof-kapellmeister was.
In Liszt vond Wagner „sein Zweites Jch", zoodat
hij met recht de toekomst van zijn werken „in
die ILinde Liszts legen konnte". Deze ontmoeting
is ook 't begin van 't „Wagnerianisme". Wagner
wilde: „ganz der sein, der ieh sein kann und
daher jedenfalls auch sein soil, vermag ieh nur
dann,wenn ich allen den Ausserlichkeiten entsage,
die für mich nur unter ausserem Zwange zu
gewinnen sind. Ich bin in allem, was ich tue
und sinne, nur Künstler."
De groothertog van Weimar gaf toestemming
«lat Liszt in 1850 den „Lohengrin" opvoerde.
I11 1850 begon Wagner te Zürich zijn Tetralogie,
«lie in 1853 verscheen als „der Ring'der Nib.
huigen". Ook zijn „Tristan und Isolde" en zijn
werk: „Oper und Drama", (waarin hij zijn
theorie over de samenwerking van alle kunsten
verklaarde, en waarin hij wel eens wat eenzijdig
overdreven was in zijn veroordeeleii hij heeft
veel strijd in zich zelf). Wagner had plan 0111
zijn „Ring" met een „Vorspiel" in 4 avonden op
te voeren. Het „Rheingold", die „Walküre" en
de beide eerste akten van „Siegfried" waren in
1857 gereed, toen hij door eene plotselinge ver
lamming getroffen werd (Rheingold en Walküre
had Liszt reeds) hij stelde 't vervolg van „Sieg
fried" uit en begon aan „Tristan und Isolde".
Dit laatste werk werd als „unaufführbar und
unmöglieh" beschouwd. Hij werd daardoor niet
ontmoedigd. Zürich had hij verlaten en was in
Italië en Frankrijk geweest; door vorst Metter-
nieh had Napoleon voor hem belangstelling op
gevat en in 1860 werd Tannhauser in Parijs
opgevoerd, unter grosser Opposition einerseits
und stürmischem Bei fall von der andern Seite
des Publikums". I11 1860 reisde Wagner door
Europa, van Londen naar Petersburg, Leipzig.
Ilij componeerde onderwijl, „die Meistersinger
von Nürnberg", „ein lebendiges Kulturbild mittel
alterlichen Lebens, mit der popularen Gestalt
von Hans Sachs als Mittelpunkt." De eerste
opvoering te Münehen 1868. I11 1863 verscheen
er een tweede uitgave van zijn „Ring des Nibe-
lungen" met een voorrede, waarin hij o. a. zegt
dat „nur ein deutscher Fürst hol feu kann, der
durch eine Unterstiitzung' seiner Plane eine
Stiftung' gründen könne, die auf den deutschen
Kunstgeschmack von grossem Einfiuss sein
werde". Deze vorst was Ludwig II van Beijeren,
die WagneT in 1863 in Münehen benoemde.
Wagner schrijft o. a.„das Undenkliehste und
doch einzig Nötige ist volle Wahrheit geworden
Er nennt mich seinen einzigen Lelirer und
Erzieher, das Teuerste für ihn auf der Welt!...
Er ist mir vom Himmel gesendet, durch ihn
bin icli, und verstehe ich mich". I11 1865 werd
„Tristan und Isolde" (prunkvolle In scene setzung)
te Münehen opgevoerd, onder directie van Hans
von Bi'tlow; het echtpaar Schnorr zong de titel
rollen. Hierna volgden pracht-voorstellingen van
Fliegende Hollander, Tannhauser, Lohengrin.
Wagner werd toen echter te veeleischend, zoodat
zijn beschermer hem uit de hoofdstad moest
verwijderen, waarover hij gekrenkt was en naar
Luzcrn ging; hij schreef daar zijn smaadschrift
„das Judentum in der Musik". In 1870 was de
„Götterdainmerung" gereed en had Ludwig II
weer hulp aangeboden. I11 1870 huwde hij ten
t weede male, 1111 met 'osima von Bülow (dochter
van Franz Liszt). I111872 werd te Bayreuth het„Büli-
nenweih festspielhaus" opgericht en in 1876 werd
van 1 17 Augustus de „Ring" in zijn geheel gege
ven, waarbij de oude Kaiser Wilhelm I tegenwoordig
was, omdat hij „das Uiïternelimen als eine nationale
Sache" beschouwde. Wagner bereikte op't gebied
der dramatische „Wahrheit" zooveel meer dan
zijn voorgangers o. a. (Muck, omdat hij iü den
nacJiklassischen Zeit gelebt liat und alle Errungen-
scliaften dei' naeh Beethovemchcn Zeit red 1 ich aus
zunutzen verstand". Wagner hield zich b.v. niet
meer aan de zangmelodie, aria's, duetten, enz.
De Tetralogie is het „groszartigste deutsche Musik-
drama, das je erdacht werden konnte". In deli
winter van 18811882 voltooide hij zijn laatste
werk „Parcifal", dat den 26 Juli 1882 in Bayreuth
zijn eerste opvoering beleefde.
Evenals „Lohengrin" behandelt „Parcifal" ook
de „(1 ralssage", die veel overeenkomst heeft met
het gedicht van Wolü'ram von Eschenbach. In
de „Götterdammerung" verzinkt de Ileidensche
Wereld, „Parcifal" is de Inleiding tot het Christen
dom. Wagner's wenseh was het om den „Ring"
en „Parcifal" uitsluitend te Bayreuth te laten
opvoeren! Die wenseh werd niet vervuld.
Den winter van 18821883 was Wagner te
Venetië en stierf daar plotseling. Ludwig II liet
het lijk naar Bayreuth overbrengen, waar het
in de nabijheid van het „Festspielhaus" begra
ven is.
De villa waar Wagner woonde (en zijn familie
1111 nog woont) heeft den naam „Wahnfried",
d. i. „Dort wo mein Walmen Frieden fand
„Wahnfried" sei dies Haus genannt." (Gevel-
opschrift
Zijn zoon Siegfried is wel een bloedverwant
maar geen «/m^verwant wat zijn muziekwerken
betreft.
Het Wagnertheater ligt bij Bayreuth op een
heuvel, heel rustig. Inwendig is't zeer practiseh
en gunstig voor de akoustiek (geluid-klankleer)
(vorm van hoefijzer, amphitlieatersgewijze oploo
pend) alle plaatsen zijn gelijk van prijs, uitgezon
derd de „Fiirstenlogen" en iiet orkest is overdekt
Dit laatste is van groot belang bij Wagner's werken
omdat daardoor vooral het „koper" veel meer ge
dempt klinkt. Yan Richard Wagner kan men niet
beweren dat hij een „kalm leven" gehad heeft!
Fit zijn brieven blijkt ook duidelijk zijn ziele-
strijd en zijn strijd met de buitenwereld en vele
zorgen van prozaïschen aard.
E enige motto's van II. Wagner.
Gerade der Beste, und sehr gerade er, bat die
höchste Güte zu üben, urn nicht der Elendste
zu sein.
Die Scharfe jedes Leidens stumpft sicli bald
ab, sobald wir dafür Mitgefühl linden; ja, dies
eben ist wold der einzige Quell der wahrhaftesten
und beglückendsten Liebe.
Nur wer mich liebt, kann meine Werk© ver
stellen.
Y 0 0 r d 1* a c h t a v 0 n d v a 11 den h e e r
A1 b e r t Y o g e 1
De heer Vogel begon Dinsdagavond zijn voor
dracht met Julius Caesar van Shakespeare en
wel het bekende gedeelte, eerst de toespraak
van Brutus en daarna die van Antonius bij 't
vermoorde lijk van Caesar) tot de opgewonden
volksmenigte. Hij was in romeinscli eostuum
en door zijn voordracht werd die heele scène
zee r „aansohou wel ijk"
Daarna volgde (in gewoon eostuum van 1911)
de Toespraak aan de hoofden van Lebak van
Multatuli, waarbij hij rustig zat en ook niet zoo
veel stemverheifi ng en uitzetting noodig had.
I11 die toespraak staat toch veel moois en veel
waars, dat ook wel voor alle menschen geldt,
want ook hier is nog veel te werken en veel
groots tot stand te brengen op allerlei gebied.
Een iegelijk drage het zijne of het hare bij en
arbeide op het groote levensveld.
Tot slot heeft de heer Y 'ogel nog een gedicht
voorgedragen, waarbij de Schoone Salomba en
Matho de hoofdpersonen zijn en wij ons terug
moeten denken in den tijd van Karthago en de
woeste benden't Was een hartstochtelijk
tooneel, maar mooi toch ook. De voordracht van
alle drie de nummers van 't programma was,
dunkt mij, in overeenstemming met den inhoud
van de woorden. Wat een geheugen moet men
hebben voor zoo iets!
Y i o o 1 e u r s u s E. A. Cats.
Het was voor een goed bezette zaal dat de
leerlingen van den vioolleeraar E. A. Cats te
Haarlem Woensdagavond hun proeven van be
kwaamheid lieten liooren.
Een door den heer Cats gecomponeerd vrouwen
koor „Engelenzang" viel bij allen zeer in den
smaak, evenals trouwens al het gehoorde. Den
heer Cats werd als een welverdiende huldiging
een fraaie kans aangeboden.
Het aexthetisch schoolgebouw,
VAN BOEK voordracht, gehouden te Rotter-
EN dan 1 en 's Gravenhage in 1910,
TIJDSCHRIFT, door J. I). Ros. (Uitgave N. V.
uitgeversmaatschappij „Ontwik
keling" te 's Gravenhage.
In dit geschriftje komt de heer Ros eerst op
tegen de tamelijk verspreide meening als zou de
Nederlandsche vereeniging „Schoonheid in op
voeding en onderwijs" zich voornamelijk bezig
houden met schoolgebouwen en wandversiering.
Het doel der vereeniging is echter meer schoon
heid in het leven te brengen, de middelen te
vinden om den schoonheidszin bij den jongen
menseh te ontwikkelen en aldus den kunstzin
bij het volk, het gelieele volk, op hooger peil te
brengen. Het kind, zegt de schrijver, brengt een
voornaam deel van zijn leven, en wel dat, waarin
hij het meest vatbaar is voor indrukken, in de
school door. Daarom zij het schoolgebouw aes-
thetisch! Indien de school ongezond is, zal zij
nadeelig werken op het lichaam, indien ze leelijk
is, zal ze nadeelig werken op de ziel van het
kind. Hierbij dient echter steeds de aesthetische
ontwikkeling van den architect den noodigen waar
borg te geven voor het verkrijgen van een zoo
wel in- als uitwendig harmonisch geheel, en zal
met de heerschende meening dat de eerste de
beste bouwkundige wel in staat is een schoolge
bouw te leveren, dienen te worden gebroken. Er
zijn scliolen, die er uitzien als prisma's met gaten
er inmeestal worden dan daarbij nog de muren
gebruikt als aanplakborden van bet gemeente
bestuur. Naast de deuren en tusselien de ramen
leest men: „Werving voor de marine, voor het
O. I. leger. Verplichte Stierenkeuring", geen
wonder dat de jeugd dit voorbeeld volgt en alle
schoolmuren versiert met liiëroglyphen met zede-
looze opschriften. Re schrijver geeft verder een
reeks aanwijzingen en raadgevingen voor doel
matige en aesthetische versieringen voor het in-
en uitwendige der school, en geeft een getuigenis
van een hoofd eener school in een provinciestad,
die eerst aan de slechtste en daarna aan de best
en mooist ingerichte school geplaatst was: „Re
„invloed van de omgeving was duidelijk merk-
„baar op kinderen en onderwijzers in reinheid
„en kleeding".
Xederhmdx Indïé, ail. 3. Uitgave Elsevier, geeft
het vervolg van Maurits Wagenvoort's Zoeklichten
over lmulin.de, waaruit ik niet kan nalaten het
volgende mede als een mijner eigen herinnerin
gen aan iets heel moois, over te nemen:
„Voor een oogenblik de herinnering terug naar
„de Preanger-regentschappen. Re spoorreis van
„Bandoeng naar ttaroet, aan den voet van
„den grommenden Goentoer, voorheen de Don-
„derberg genoemd, is een der aan schoone uit
lichten rijkste, welke men ter wereld kan maken,
„al mist zij de in de wolken verdwijnende grootseh-
„lieid der bergpassen van den Kaukastts of de
„angstverwekkende majesteit der Kntulx in Ztiid-
„Perzië.
Er is een meer Bagendit van haagi
„bedwelmende liefelijkheid. De menschen, dieet
„omheen wonen in dorpjes van lichte bamboe,
„huizen, behoeftige visschers en landbouwers
„arme lieden dus, bedelvolk allicht naar Nurks
„uitlegging, lijken spelers en speelsters in een
„pastoraal. Niet zoodra heeft het paardengetrappel
„van een rijtuig de komst, van bezoekers aan.
„gekondigd, of de vrouwen en kinderen hurken,
„met bloemen in de hand, neer aan den weg;
„stil, sprakeloos, opziende slechts met smeekenden
„blik. Een lange straat naar hetjmeer Bagendit,
„een straat van neerhurkende moeders en kin.
„deren met tuilen in de handdoor hun stille
„smeeking wordt de bezoeker geleid naar den
„oever, waar een «n&ionporkest hem met zacht,
„klik-klak-klanken begroet.... Hij behoeft geenl
„woord te sprekenreeds wordt op twee liolK
„boomstammen het vaartuig der visschel
„van het meer een bamboetentje geschovcj
„daarin een leunstoel gezet. Ilij behoeft sleef
„op te stappen, vier knapen zullen hem doet
„spelevaren op het doorschijnende watervlak.
„Welk een dag! De vulkanen om den licht
„blauwen waterspiegel zijn met witte wolkflardq
„omneveld: geen geluid dan het watergepli
„tegen de langzaam voortglijdende canoes, da
„aan de overzijde, het weemoedig geklik-klj
„van een andere anklong, onzichtbaar same
„vloeiende met het maatgeklank van de neil
„gehurkte groep aan den oever. In het voorbijga:
„trekt een der roeiers uit het water wat e
„lange stroohalm schijnt, wat een riet is, wa;
„aan een gevlochten kooitje hangt, dat de visseh
„verschalkt. Aldus de vischvangst op dit ui.
„der gelukzaligheid.
„Dit alles bezit een zoetheid van haast II
„dwelmende weedomde bezoeker stapt uit
„een eilandje niet een bebloemd heuveltje, w;
„bij een nieuwe bloemenhulde beeft te ontvang
„Straks, aan den oever terug, waar het ankloi
„klinkklank zachtkens klokt, vindt bij opnioi
„de moeders en kinderen Is dit dan wellic
„het geboorteland der weeklagende dichters?
„heldere zon is het hier als maneschijng(
„rozen zijn er te zien, maar de dampkring' is
„van rozengeur vervuld, men waant er <1
„nachtegaalslag te vernemen, al zwijgen er
„vogels.
I)e illustraties zijn weer prachtig! Eén di
is jammer in deze uitgave: de verdeeling d
afleveringen, in een bepaald aantal bladzijden cl
Daardoor eindigde de tweede en nu ook <lc
derde midden in een artikel niet alleen, n a
zelfs midden in een zin. Later, als de gel icq
uitgave compleet is en saamgebonden tot
groot boek, is dit bezwaar natuurlijk opgehevo
maar- zóó werkt de onderbreking eenigszi
storend bij het lezen. Wie nog niet heeft i
geteekend, schafle zich later het werk in z|
geheel aan, niemand zal er spijt van hebben I
de prijs is waarlijk niet te hoog voor zulk «I
prachtstuk. Ik voor mij verklaar gulweg,
iedere nieuwe aflevering weer een bron is
genot van het lezen en het in afbeelding terugzi
van mijn schoon geboorteland.
(Hds in zake Zegel en Registratie voor het gr'
publiek, door J. F. Roessingh, ontvanger der r<
strat.ie en domeinen te Groenlo2e herziene dr
Uitgave J. Noördujji Zoon, Gorinehem, 1!
Prijs 0.45.
Uit liet voorwoord halen wij, ter verduidelijk
liet volgende aan: ,,'t Komt zoo dikwijls v<
„dat menschen, die gewoonlijk met de zegel,
„noch met de registratie wet iets te maken hebb
„plotseling voor een geval staan, waarbij een
„kennis dier wetten hun goed te pas zon kom.
„Ik besloot dit boekje te schrijven in de la,
dat bet in zulke gevallen hulp zou brengen.
A. v v oer MeerBroxugeest
Uit liet ons toegezonden ja
FINANCIEELS verslag over bet 22ste boekji
MEDEDEELINGEN. der Maatschappij voor Hgpoi
vair Crediet mor Xedcrlandgey
tigd te 'sGravenhage blijkt:
Het getal aandeelhouders bedraagt thans 21
wélke tezamen bezitten löOO, waarvan er thai
145 zijn volgestort.
Het bedrag der uitstaande pandbrieven gin
vooruit met f36.300 en bereikte een totaal cijl'e
van f12.589.600.
Hiertegenover stond onder le hypothecs
verband uit een bedrag van fl3-.367.903.t
verminderen met f411.659voor aflossing ba
stemd per 1 Januari 1911. In 1910 werd eeil
bedrag van f 1.359.450op hypotheek uitgezet
Het waarborgfonds bedroeg per 31 Decembej
1909 f502.132, zijnde 4"/„ van f 12.553.300.—hel
bedrag der op dien datum uitstaande pandbrie
ven, dit fonds werd in verband met den voor
uitgang van het bedrag der uitstaande pandbrie
ven vergroot met 4% van f36.300of f1452—
en bereikte alzoo op 31 December 1910 liet
cijfer van f 503.584.
De firma Sjoerds Van Ivesse
HANDEL EN te Haarlem verzocht ons eenige
INDUSTRIE, regelen te wijden aan een nieuwe!
verfsoort: „Blundell's Petrifying1
Liquid", door haar sinds eenigen tijd hier te
lande ingevoerd. De verf kan, volgens het onsi
ter hand gestelde prospectus, geheel vervangen
geglazeerde tegels, steenen en andere verven.
Ze is gemakkelijk te gebruiken en geeft eene
gepolijste oppervlakte, waarop vocht geen invloed
beeft en die op de gewone manier kan gewasschen
worden. Yerder bezit de verf nog vele andere
eigenschappenzoo bijv. weerstaat zij met goed
gevolg den vernielenden invloed van zon, regen
en vorst, is geheel ondoordringbaar en veel
duurzamer dan de beste olieverven. In 't kort
dus, met deze Petrifying Liquid kunnen, aldus
bovenbedoeld prospectus, de mooiste resultaten
verkregen worden. Men raadplege zijn schilder
hierover maar eens. 't Loopt naar liet voorjaar
De droom van den chauffeur.
«Drommels! Alweer een gebroken as (De 4uto.)