Vroetschap van Haerlera.
to
er pen: een hm;
fiepost Bloeuies-
te bi tomen Kli
iw Berger,
rlen potlood, eei.
1IJV0EGSEL VAN
£C)
wigebo
rht
.ondUgavond a.->. d
de Rohohaaiseu mm,
vlyt te Amsterdam eeo
st kun.st- en schoonrijib.n
op de rolschaatsen nit-
laatste op het gebied
Isch tignren-rijden, rijde
*P 10 cM afstand, aiiii
erwielen, welke toer zeer
eresant is. Tevens zullen
*u instructeur hun vaar-
walsen en two-step 01,
.Bloemen daal"-A.\
het terrein van Bloeus
'boden door mevr. Vis-,
gelegenheid van het r
verspeeld
;ekozen eene vereenigin;.
tij zal geven, en wie h<
gelukte haar te vers
un is Zondag de ga-t.
tal ook dan onget
:e spel op Bloemeudaal»
'ï- gastheeren zal er al!. -
kostbare plaque hier te
9 April de witte kleuren
olgt uit:
V nes.
Van Maren,
h JU
Voet. Houtgraaf.
ét
tnkevoort Roskam v. ltu -
e, die momenteel op .1.
den.
het terrein de metlailb
uirvan de leiding is lot
.1. de Haan, een aan-
en hehiien, wordt in ,lc
werking' van het publiek
otdrift is een uitvloeisel
emand zal schaden, maar
nisme veroorzaakt onver-
Ons publiek hoede ziel,
weder ons gunstig is,
tme ontmoeting worden,
hopen, met trots teruu
Adr. C.
e onpartijdige beschouwing
missen, maar men moet be
laid.
burg lansweg te Haarlem.
Het Poortje.
ivol u-p in ons vorig num-
erigheid Het Poortje of u>
hebben behandeld, willen
retelling even in herinn
Maandagavond plan s.
Een Engel.
t Rotterdamsch Toonec I-
I). van Eysden te Haarlem
iel van Alfred Capus. De
inden van de heeren van
Tartaud en Henri Morien
naer van Twist, Tartaud—
rderman.
n een volle zaal te trekken.
i e m e n t e n.
,e Arrondissements-.lb ,'lit-
4 April 1911 werden de
in staat van faillissement
re C. de Jong van Lier—
irator mr. A. A. Stli eman.
Jr., te Wijk aan Zee en
n.
in deze faillissementen
an Meerkerk.
bert J a p i c x" o a n de
Friezen.
kui.em Gêremoanne 1911.
Ldnsljue
i" it Fryskselslcip Gy
iert
■dde
ure,
iid komt min dér de t
e, de jouns om ach
,vtse Houtstrjitte byt
to hawwen. Dér wire
r dragen, dér wirde
min petear en wille
r hawwe wy 'n litfi
tte wy Fryske spre
y 'n echte Frvske w
de noclit, mar ek r dat
r frjemd komme, tig( goed
'n oanhald hawwe 1
ne mei ljue fen hjar ege"
Friezen byenoar, it giet
-omme it woerij lit en
volle, det jimme el lid fen
Dér is vet for 'n hopen
icil jimme ek wol 'n denelf'
ilds Frysk praten to h- are"
i brükmen to hearen
yske sankjes op to 1 eljca
ren, üs mieden, lis bo" !j'
jimme sjogge, as yn f
net komme ef noasket d'
den vn 't jinge wy f"1' u"
te wêze wolle en hwet n
hn dwaen to kinnen hwet
:in, moat lis jildponge
oun stiet. Dêrta kit j'"!"!'
iel]>e en sikersonk der vvirq
>i hüsMlden. Dy yi lage 1S
jier (mear mei ek) f1'
op 'e gewoane
rmoannen b bde en
arch, meastens tr ,e ka
én Gêrsmi ure ban
uboarch, j;. m
:er.
,rt ek 'n a:n.
erdag I April 1911. No. 13.
XXII.
TT et was als
n eenen geur
van onbespro
ken bloemen
die door de
Raedtsael
trockgelyck
een waerdije
van paerelen
aent strand,
en een sucht
tot de goede
vaaderstadt in
oesem gedraagen, als de Heeren
■urn en Kruseman den Praeses
aenschijn der Vroetschap in syn
ieten groeyen, toen dese ampte-
vercondigd, dat hij als Burghe-
ederomme benoemd was. Aldus
toer den meester niet missen;
e welvaert van elck oprecht
die gehoorsaemheyt betracht,
tede heerlyck bloeyen onder
rheyd en tot volmaecktheyd
lat, hoe oock veelen grabbelen
aesteu nadeel, de klaare deughd
1 en heul moge vinden.
j
ns was de Raedt wat aen 't
(.-■staegh moest de stuurman op
,r;, letten en een oogh int seyl
De Heere Bregonje wilde het
leren, toen hij by het vijfde
it. .er besloten sou worden of de
an eenen schoolbewaarder eene
:gh moest onderghaan, den tydt
door den Raedt te vermoeyen
uzelarijen, die, gelyck de Wet-
II. )e Breuk als een wijser heer
.•i t in te setten, behooren bij den
ie, e i der Algemeene Wercken
I as ditmaal den Heere Van der
;i cr het visschen in gemeentelyck
weynige alsser syn in den
met heerschappije den henghel
le kunnen bequaemen tot het ver-
nlckt van een vischjen, so hadt toch
i-r 0' en naar wat de Heere Van der
11ji meer willighlyck van selven, dan
dwang, voor sluyekerije aent light
n degeenen die, als vrrjgevoeh-
loordwercktuygen ongestraft het
w.mter ontvolckten, hyermede schade
qoedaerdighé poorters brenghende,
,i'.c meer bescheyden de vischjens een
v, a o'uytet waeter henghelen.
li dt saeck spraecken drie Raedts-
n un oock de Praeses. Alhoewel er
lusf: spraeck aldernatuurlykste en een-
.di.bste woorden syn om den toon
aert der zaeke te schicken,
gin. de Heere Van der Kamp met malle
I u'vrdae' een bravade geeven en sprack
moment van (bij verpachting
tii éten we enkele gedeelten) „uitschake-
andere heeren scherpten hun
n 1i ter, want de Heere Van Rossum,
ic v..-! de zelfde zaeck bewoordende,
dit punt gecomen zijnde, „laten
en de Heere Van Styrum
n find liet „uitzonderen", terwijl de
•prack van „laten vervallen".
"u nen het snaterbecken der aekste-
- reu aa zwanezang onderscheiden.
bu i i ander punt was de Heere
o, wederom erreg aen 't trappen-
'u i. Hij ginc niet krom, maer vol
1 we plichten en sonder schrikke-
geschreeuw rechtaen met 't bekam-
1 ren vant plan ter uytbrevdinghe der
-l i; ifuens onser gemeente en gaf oock
nude ilyck van geen sier-plaut, son-
t' an. lev nut, der Vroetschap te weezen
u.ick ien in den Raedt wel sitten en
fijn als paerden die nacht en dagh
De Vroetschap liet hem de
ti optrecken en allen ginghen met
f-rn sc i cp naar de volgende sittingh.
11 de andere dinghen die gebeurt
v et ik nyet veel meer te segghen.
di schipbreuck van den Heer
1 b'U' jonje, (die in de reeds vroeger be-
'tl saeck omtrent de eygenschap en
ihmis van den bovenmeester aen de
'School voor zwakzinnigen" thans aen
;er wal quam te vervallen) soude ick
un aenroeren, maer dit mallen van
ileu. B. werd door den Heere Loosjes
i laeter door den Heere Van Styrum
1 aent eynde door den Praeses so ge-
eloord, dat ick syn oor thans maer
!,-V(t hiervoor aen den mast sal spijeke-
Atwaohten wat hy laeter op 't papier
"ODit; v-t sal setten, is wellicht beeter.
1 Jus toi dan.
CORBASIUS.
Baar lemmer tjes. Ze zijn zoo goddeloos
ze beseffen in de verste verte niet wat
'-in hen heen gebeurt, in wellc een geweldigen tijd
/vat ze zijn en wat er van hen en hunne
borden moet ze doen maar zoowat.
Van die mooie lotisicootjes,
RECHT EN van nog meer lieve lootjes, en van
WET. nog wat anders.
IV. (Slot).
De tegenwoordig geldende wettelijke bepalingen
op het stuk van loterijen, zijn van de vroeger
bestaande zeer onderscheiden, docli munten alles
behalve door duidelijkheid uit. Herhaaldelijk
bleek ons, dat men er nog steeds niet goed
van op de hoogte is en telkens doet zich het
geval voor, dat mensehen die zich een zeer on
schuldige aardigheid willen veroorloven, waarbij
niemand op de gedachte kwam om er liét denk
beeld van loterij, in de gewone beteekenis van
het woord, aan te verbinden, er in loopen. Later
komt men, tot zijn schrik en verbazing, tot de
verrassende ontdekking, dat men in strijd met
de wet heeft gehandeld. Vooral in den winter
ziet men hier en daar, onder de eene of andere
benaming, het een of ander ondernemen, of het
publiek tot iets in de gelegenheid stellen, wat
min of meer met het kansspel in verband staat.
Daar de loterijwet niet zeer populair is, doet de
overheid dan wel eens één oog dicht en misschien
wel eens tweemaar al is de zaak nog zoo on
schuldig, op eene andere plaats denkt men er
soms anders over, en blijkt het dan dat de onder
neming uit een streng wettelijk oogpunt niet
mag worden -toegelaten, dan komt men natuurlijk
bedrogen uit.
Zeker fabrikant, wiens waar overigens geen
behoefte had aan reclame, wilde een paar jaar
geleden er toch eens een maken. Hij plaatste
eene annonce, waarbij hij twee woorden opgaf.
Men werd uitgenoodigd, uit die twee woorden
den naam van een bekend handelsartikel te
vormen zooals men wel begrijpen zal, het
artikel van dien fabrikant en zijne brieven
aan zeker onpartijdig bureau te bezorgen. Aan
de oplossers van den eersten den honderdsten,
den tweehonderdsten, den drie honderdsten brief
enz., werden prijzen in geld uitgeloofd. Jt Was
wezenlijk een heele aardigheid en daar <le kunst
van oplossen in dit geval niet bijzonder moeilijk
was, kwam een verbazende hoop hieven in. De
firma, zeer sóliede, behandelde de zaak in vollen
ernst en deze liep dan ook tot aller tevredenheid
en genoegen af.
Des te grooter was de verbazing, toen de fabri
kant, wiens naam nu natuurlijk bekend werd,
al vrij spoedig bericht kreeg, dat hij zich aan
een strafbare daad had schuldig gemaakt en dus
zou worden vervolgd. Slechts de meer ingewijden
begrepen waarom. Jammer, er was geen inleg
gevraagd en niemand had gevaar geloopen om
ook maar één lent te verliezen.
Maar men wist niet, dat de toen nog zeer
jeugdige loterijwet zich keert tpgen hen, die uit
winstbejag gelegenheid verschaffen tot deel
neming in loterijen, en hare bepalingen met dit
beginsel in overeenstemming zijn.
Hoe onschuldig en aardig de zaak ook was,
de wet gaat nu eenmaal uit van de meening,
dat een fabrikant of handelaar eene dergelijke
gelegenheid om haar prijzen mede te dingen,
niet zal openen, wanneer hij niet redelijkerwijze
verwachten kan, dat zijn omzet er iets grooter
door zal worden.
Maar, wat is dan een loterij?
Elke gelegenheid, door iemand opengesteld
om mede te dingen naar prijzen of premiën in
geld of goed, wanneer de mededingers aan
zekere voorwaarden moeten voldoen.
i-K van dit ktatete geen -sprake, -dan 4s ér -ook
geen loterij, in den zin der wet wel te verstaan.
Men denke zich b.v. de vergadering van een
tuindershond. Op die vergadering worden voor
de aardigheid onder de aanwezige leden eenige
daartoe beschikbaar gestelde tuinbouwartikelen
verloot; maar toch is er geen loterij, omdat de
aanwezigen niet alleen niets te betalen hebben,
maar zelfs niets behoeven te doen. Zij hebben
geen enkele voorwaarde te vervullen.
Maar in den regel gaat het anders toe; wat
ook in tien aard der zaak ligt. In het door ons
medegedeelde voorbeeld van den fabrikant moest
wel degelijk aan eene voorwaarde voldaan wor
den. Men moest immers uit twee opgegeven
woorden den naam van een handelswaar vormen?
Overigens doet het niets tot de zaak op welke
wijze het mededingen naar den prijs plaats heeft,
als de toewijzing der prijzen of premiën plaats
heeft door het lot, óf door een andere kansbe
paling, waarop de deelnemers geen overwegenden
invloed kunnen uitoefenenzoodat sprake is van
louter geluk.
Naar onze meening vallen Lotisico en alle
dergelijke „op de Staatsloterij werkende" inrich
tingen, wel degelijk in de termen van de loterijwet
en Lotisico is indertijd ook vervolgd, maar heeft
het pleit glansrijk gewonnenwel een bewijs
welk een prachtexemplaar van een wet die
loterijwet toch is.
Om op de zaak terug te komen, natuurlijk
zal de regel wel wezen dat men iets te betalen
heeft, dat men bv. postzegels moet opzenden bij
de oplossing van een prijsraadsel, of dat men
een lot, of een bepaalde hoeveelheid winkelwaren
moet koopenmaar aan welke voorwaarde men
voldoen moet om als deelnemer in een loterij
te worden aangemerkt, is geheel in het midden
gelaten; zoodat volstrekt niet van inleg sprake
behoeft te zijn.
En zooals uit het bovenstaande reeds kan
worden opgemaakt, behoeft het trekken van een
prijs niet bepaald afhankelijk te zijn gesteld van
liet lotzooals men dat woord in het dagelijksch
leven opvat. De gewonnen prijzen kunnen b.v.
ook worden aangewezen door middel van dobbel-
steenen of door een andere toevallige gebeur
tenis, zooals in het hierboven gemeld geval, <len
honderdsten of tweehonderdsten brief.
Verbóden is dus ook het houden van verlo
tingen, waarin de deelneming zoogenaamd
gratis wordt verstrekt, dus zonder inleg, zooals
door winkeliers meermalen placht te worden
gedaan. Immers, de waarde der prijzen zit in de
winst van den winkelier. Van tweeën een: óf
de qualiteit van de waar is minder, óf de win
kelier wordt schadeloos gesteld door den groo-
teren omzet, die door liet uitzicht op een prijs
wordt verkregen.
En daarom zijn zelfs die ondernemingen ver
boden, waarbij men wel moet inleggen, maar
geen gevaar loopt of heet te loopen dien
inleg kwijt te raken. Die inleg komt misschien?
eens terug, zij het ook na verloop van vele
jaren. Het gemis van rente is echter zeker en
de uit te betalen winst wordt juist gevonden
uit de rente van de gezamenlijke inleggelden,
die de ondernemer ten eigen bate kweekt.
Intusschen, als op den uitslag op de kans
bepaling overwegende invloed kan worden ge
oefend door de deelnemers zeiven, dan is de
onderneming geen loterij meer in den zin dei-
wet. Dit is b.v. bet geval bij prijswedstrijden,
door middel van zulke spelen, waarbij het winnen
althans ten deele afhankelijk is van persoonlijke
kracht of behendigheid.
Uit al het bovenvermelde blijkt vrij duidelijk,
dat de bepalingen der loterijwet niet al te een
voudig en duidelijk zijn neer geschreven, nu
niet precies bewerkt hebben wat men er mee
beoogde en dat, wanneer men inderdaad van
meening is, dat liet publiek op dit gebied be
scherming behoeft en die bescherming afdoende
baten kan, iets wat nog niet zoo heel zeker
schijnt, een grondige'herziening volstrekt geen
overbodig werk zal wezen. Als bij Lotisico
en Consorten de markt verloopt, zullen er toch
wel weer andere handelswegen worden gezocht
en gevonden.
Opmerker.
Het is een vreemde zaak in ons. 1 Vant de mensch
is de maat aller dingen, en waar is het mooi der
dingen, als wij het er niet in zien. Haar wij moeten
zoeken het evenwicht. Te mooi kunnen wij nkts vin
den, niets dat blijvend. Maar als wij teelijk en naar
vinden, moeten we voor oog en houden, hoe we 't eens
op zijn mooist gevonden hebben.
De raad vergaderde Donderdag
GEMEENTE- 30 Maart 1.1. des namiddags te
BESTUUR. '2 uur. Voorzitter de burge
meester. De wethouder de heer
Van IIoolT en de heer I. Bispinck waren afwezig.
Na de lezing der notulen die naar aanleiding
van een opmerking van den lieer Bijvoet over
het ontbreken van een dankbetuiging aan de
schoolcommissie voor haar rapport, met een
kleine wijziging werden goedgekeurd, las de voor
zitter een schrijven voor van den heer Van Hooff,
waarin (leze mededeelde a. s. Dinsdag de Maria-
stichting te kunnen verlaten en zijn vertrouwen
uitsprak spoedig weder aan het openbare leven
te kunnen deelnemen. De raad nam met blijken
van instemming van dit schrijven kennis en ging
daarna over tot de behandeling der ingekomen
stukken.
Nummer een hiervan was het proces-ver baal
der opneming van kas en boeken van den ont
vanger der gemeente over liet eerste kwartaal
van het jaar 1*911, sluitende met een kassaldo
van ƒ1714,59.
Daarna volgde een schrijven van den heer
J. H. Wildervanck de Blécourt over de ver
kaveling van enkele perceelen, welk schrijven
eehtér niet ter visie had kunnen liggen, daar het
eerst in den loop van den dag was ingekomen.
Op voorstel van B. en W. ging het naar dit
college om advies.
Volgde een schrijven van de heeren A. C. M.
Meijler, te Rotterdam, D. Bremer te Haarlem, II.
Bremer te Weesp en W. F. Bremer Jr. te Bloemen-
daal, waarin adressanten als eigenaren van een
dubbele villa aan den Vijverweg te Bloemendaal
aan den raad verzoeken hun toe te staan deze villa
te mogen afbreken en opnieuw te mogen opbouwen
volgens de thans bestaande afmetingen en in
deelingen op dezelfde plaats, als op een bijgaande
tfekening is aangegeven. De raad stond dit ver-
zpek toe.
Afwijzend werd beschikt ojj een verzoek van
den heer Carl Wiemeijer, eigenaar der villa
„Louise" te Aerdenhout, om ontheffing der be
paling b van art. lObis.
Vervolgens overgaande tot behandeling dei-
agenda nam de raad zonder discussie bij punt 2
On rname van grond tot rerbreeding van wegen, het
volgende besluit
De Raad der Gemeente Bloemendaal
Gelet op een bereidverklaring van de Maat-
-sohappij -tót - Boboer-ou-exploitatie van onroerende
Goederen „Veenduin," om eenige strooken grond
af te staan tot verbreeding van de Donkerelaan,
en tot verbetering van de Boschlaan;
Gehoord het advies van Burgemeester en Wet
houder
Gelet op de artt. 137 en 194e der Gemeentewet
Besluit van voornoemde Maatschappij voor
de som van één gulden aan te koopen:
1° een strook grond langs de Donkerelaan
2° een strook grond langs de Boschlaan;
een en ander zooals op de bij dit besluit
behoorende kaarten met groene kleur aan
geduid is.
Omtrent punt 3: Instelling der betrekking van
plaatsvervangend hoofd der school, werd met alge
meene stemmen, eveneens zonder discussie tot
het volgende besloten:
De Raad der Gemeente Bloemendaal;
Overwegende dat liet wenschelijk is aan elk
der oj>enbare scholen binnen deze Gemeente,
een plaatsvervangend hoofd der school aan te
stellen
Overwegende, dat het billijk is aan deze plaats
vervangende hoofden een toelage te verleenen,
boven hun salaris als onderwijzer;
Gelet op het advies van den Arrondissements-
Schoolopziener
Gelet op art. 20 der Wet tot regeling van het
lager onderwijs
Besluit 1° aan elke openbare school binnen
deze Gemeente in te stellen de betrekking van
„Plaatsvervangend hoofd der school";
2° aan de onder 1° genoemde betrekking een
toelage te verbinden van f 100.'s jaars;
3° te bepalen, dat de plaatsvervangende school
hoofden tclkenjare door Burgemeester en Wet
houders zullen worden benoemd uit de aan de
school verbonden onderwijzers boven den leeftijd
van 23 jaar, die in het bezit zijn van den rang
an hoofdonderwijzer
4" artikel 1 der „Verordening, regelende de
jaarwedden van de hoofden en het verdere onder
wijzend personeel der openbare scholen in de
Gemeente Bloemendaal" aan te vullen met de
volgende alinea
3° bis. voor elk der plaatsvervangende school
hoofden, 100.gulden meer dan onder 2° en
3° is bepaald.
Dit besluit treedt in werking den 1 sten April 1911.
Bij punt 4: Verhooging der belooning voor het
geven van onderwijs in de Fransche taal, besloot
de raad op voorstel van den lieer Jacometti deze
belooning zoowel voor onderwijzers als voor de
hoofden voor het geven van onderwijs in de
fransche taal indien dit buiten de gewone school
uren geschiedt te vergrooten met f 100.
Op verzoek van den heer Van der Hulst zal
te Vogelenzang een onderzoek worden ingesteld
of er termen zijn den heer De Wild eene toe
lage te verstrekken voor ev. te geven onderwijs
in de fransche taal.
Het 5e punt: Bouw van een school te Vogelen
zang werd op voorstel van den heer Teding van
Berkhout tot de volgende vergadering aange
bonden, nadat de heer Jacometti in overweging-
had gegeven omtrent den bouw dezer school zich
om advies te wenden tot de Gezondheidscom
missie.
Vervolgens keurde de raad, gehoord het gun
stig advies der Financieele Commissie, met alge
meene stemmen goed dat f3175.24 uitgetrokken
wordt voor de rioleering van verschillende weg
gedeelten in de gemeente.
Ook het 7e punt: Wijziging van het bouw- en
wegenplan voor Meerenhergwerd zonder discussie
met algemeene stemmen als volgt goedgekeurd:
De raad van de Gemeente Bloemendaal;
Gelezen een adres van de Commissie van Toe
zicht over het gesticht „Meerenherg" te Bloe
mendaal d.d. 17 Februari j.l., houdend verzoek
om eenige wijzigingen te willen brengen in het
bouw- en wegenplan voor gronden van het ge
sticht Meerenherg. vastgesteld bij raadsbesluit
van 25 Augustus 1910 No. 131
Gezien het advies van de Gezondheidscommissie
d.d. 7 Maart 1911;
Gelet op art. 6 der Bouwverordening- voor de
Gemeente Bloemendaal
Besluit 1° in afwijking met het bepaalde
in voornoemd raadsbesluit, vast te stellen:
a dat de richting en ligging van het Noor
delijk gedeelte van den meest westelijken op
boven vermeld bouw- en wegenplan voorkomend^
dwarsweg, zal zijn, zooals op de bij dit besluit
behoorende kaart is aangegeven;
b dat de wegen, voorkomende op genoemd
bouw- en wegenplan, aangelegd zullen mogen
worden op een hoogte van 0.15 Meter boven
de rails van den spoorweg op de onder a bedoelde
kaart nader aangeduid, ter plaatse waar de aan
te leggen weg aan de rails aansluit;
2° toe te staan, dat de bovenkant van den
vloer der beneden woon vertrekken van de op
bovenomschreven gronden te bouwen huizen op
ten minste 0.30 Meter boven den aangrenzenden
weg zal mogen worden aangebracht.
Aan de orde was punt 8: Overname van de
Aerdenhoutslaan. De voorzitter zeide: „Er is
gebleken uit de bladen dat uit Haarlem een
lieflijke geest naar ons overwaait. Wij willen
toonen door de hand die ons wordt toegestoken
niet af te wijzen dat wij dit op prijs stellen.
Daarom stellen B. en W. u voor, voor de som
van een gulden van de gemeente Haarlem in
eigendom over te nemen het perceel genaamd
Aerdenhoutslaan". Met algemeene stemmen nam
de raad dit voorstel aan.
Daarna kwam 9: Gaslevering door Heemstede
ten behoeve van VogelenzangHieromtrent deelde
de voorzitter mede, dat hij bezoek had gehad
van den burgemeester van Heemstede die hem
was komen polsen over eene mogelijkheid van
gaslevering door deze gemeente aan Vogelenzang.
Gaarne wilde de voorzitter, alvorens hierop
antwoord te geven, de meening van den raad
weten en zijn verklaring dat het dagelijksch
bestuur van Bloemendaal met dat van Heemstede
hierover in nadere onderhandeling kan treden.
De heer Teding van Berkhout vroeg hoe de
Vogelenzangers er zelf over denken, welke vraag
door den heer Van der Hulst werd beantwoord
met de mededeeling dat dezen er zeer verlangend
naar zijn.
Toen gaf de raad zijn toestemming en verleende
tevens voor de eerste onkosten een crediet
van 250.
Het hierna komende puntBenoeming van een
hoofd der openbare school te Overveen, werd op
voorstel van den voorzitter in besloten zitting
behandeld.
Voor de rondvraag was niets.
Die hevige, fijne pijnen, die wij ondergaan door
m/iskenning en onrecht, die moeten wij willen onder
gaan, dan bedaart de onrust op een wonderbare wijze.
Vervolg antwoord aan den Heer Van Kessel.
Wanneer men ziet, dat dit zelfde geschiedenis
boekje voor de r.-k. volksschool aan de georga
niseerde moordpartijen op duizenden o a. in
Zutfen, Naarden en Haarlem gepleegd alleen
deze woorden wijdt„Don Frederik, de zoon
van „Alva trekt naar Holland, hij verovert
Zutfen, Naarden en Haarlem," en dat van de door
Alva geheven belastingen (100e, 10e en 20e pen
ning) gewoon weg wordt gezegd: de belastingen
zijn nooit betaald, dan spreken wij protestanten
op grond van onderzoek en studie van grof be
drog en van waarschijnlijk opzettelijke lengen be
doelende andersdenkenden te grieven in wat
hun heilig is. En wij protestanten verwonderen
ons niet meer over liet feit dat zich onlangs voor
deed in de gemeente Velsen, waar aan een room-
schen jongen, door een boekhandelaar, welke zijn
gezindte niet kende, een boek over Willem van
Oranje werd voorgelegd en die uitriep: „wat
„Willem van Oranje, die kerel, als hij nu leefde
„zou ik 'm ook doodschieten zooals Balthasar
„Gerards deed!" Zoo worden de roomsch-katho-
lieke kinderen opgeruid tegen de grondleggers
onzer volks- £ii staatseenheidWelke waarde
kunnen wij, protestanten, dan hechten aan de
roerende betuigingen van aanhankelijkheid der
roomsch-katholieken aan onze koningin? O, zeker
er zijn roomsch-katholieken, die van de eigenlijke
intentie's van den clerus niet op de hoogte zijn
en die als nederlander warm loopen voor het
onafhankelijk blijven voortbestaan van ons volk,
en daartoe behoort gij, waarde heer Van Kessel,
waarschijnlijk ook, maar wat durft gij, wat ver
tegenwoordigt gij in uw kring? In de groote
zaal van het Paleis voor Volksvlijt werd voorleden
Zondagmiddag een „meeting" van roomsch-
katholieken gehouden, om te protesteerentegen
ongeloof, revolutietegen de leugen? tegen het
neerhalen van het heilige in het wereldsclie slijk
of om te getuigen voor wereldvrede? Neen, om
te protesteeren tegen de feestelijke viering van
Italie's eenheid dagteekenend van 50 jaren her.
Blijkt daar niet ook uit, dat gij roomschen vormt
een internationale strijdbende? Gij roomschen
zijt toen aangespoord den paus veel geld te sturen,
met den paus als heervoerder ten strijde te trek
ken, den paus altijd te gehoorzamen. liet is wel
Maar zoolang er nog één protestant leeft 0111 te
getuigen van vrijheid en verdraagzaamheid, om
liet licht der rede, om de kracht van innerlijke
godsvrucht, om den gloed der ware menschen-
liefd'e over te dragen aan een jonger geslacht,
hebt gij nog geen gewonnen spel, al sluiten
zich onder aanvoeren van allerlei drogredenen
verschillende soorten protestanten bij hen aan!
Wat zullen dezen over 10 jaar zeggen als gij, nog
overmoediger geworden, met elkander den eiscli
gaat stellen, dat Juliaantje roomsch moet worden
wil ook zij aanspraak hebben op eene, van altijd
aan den paus gehoorzamen uitgaande, eerbiedige
hulde
Maar wij dwalen af. Wat geven wij ons moeite
om te getuigen jegens lieden die altijd eenzijdig
worden ingelicht en daarom ook met de
beste veelzijdigste voorlichting niet meer be
grijpen kunnenNeen Van Kessel, gij roomschen,
hebt met elkander even weinig van lieftallige
schapen, als de nationaal vereenigde Sociaal
democratie, gij vormt eene strijdorganisatie die-
het op den ondergang van andersdenkenden toe
legt, moet toeleggen. Wanneer wij niet toegeven,
en wij geven niet toe, dan moet gij ons ver
nietigen of ongehoorzaam worden aan de macht
die gij altijd gehoorzamen wilt. Met geloof,
met religie, met wetenschap of wijsheid heeft
dit alles niets meer te maken; geld en wereld
lijke macht wil uw Paus en wilt gij voor hem.
Welnu, waarde heeren, ziet dit dan te krijgen, sluit