Vroetschap van Haerlera. to er pen: een hm; fiepost Bloeuies- te bi tomen Kli iw Berger, rlen potlood, eei. 1IJV0EGSEL VAN £C) wigebo rht .ondUgavond a.->. d de Rohohaaiseu mm, vlyt te Amsterdam eeo st kun.st- en schoonrijib.n op de rolschaatsen nit- laatste op het gebied Isch tignren-rijden, rijde *P 10 cM afstand, aiiii erwielen, welke toer zeer eresant is. Tevens zullen *u instructeur hun vaar- walsen en two-step 01, .Bloemen daal"-A.\ het terrein van Bloeus 'boden door mevr. Vis-, gelegenheid van het r verspeeld ;ekozen eene vereenigin;. tij zal geven, en wie h< gelukte haar te vers un is Zondag de ga-t. tal ook dan onget :e spel op Bloemeudaal» 'ï- gastheeren zal er al!. - kostbare plaque hier te 9 April de witte kleuren olgt uit: V nes. Van Maren, h JU Voet. Houtgraaf. ét tnkevoort Roskam v. ltu - e, die momenteel op .1. den. het terrein de metlailb uirvan de leiding is lot .1. de Haan, een aan- en hehiien, wordt in ,lc werking' van het publiek otdrift is een uitvloeisel emand zal schaden, maar nisme veroorzaakt onver- Ons publiek hoede ziel, weder ons gunstig is, tme ontmoeting worden, hopen, met trots teruu Adr. C. e onpartijdige beschouwing missen, maar men moet be laid. burg lansweg te Haarlem. Het Poortje. ivol u-p in ons vorig num- erigheid Het Poortje of u> hebben behandeld, willen retelling even in herinn Maandagavond plan s. Een Engel. t Rotterdamsch Toonec I- I). van Eysden te Haarlem iel van Alfred Capus. De inden van de heeren van Tartaud en Henri Morien naer van Twist, Tartaud— rderman. n een volle zaal te trekken. i e m e n t e n. ,e Arrondissements-.lb ,'lit- 4 April 1911 werden de in staat van faillissement re C. de Jong van Lier— irator mr. A. A. Stli eman. Jr., te Wijk aan Zee en n. in deze faillissementen an Meerkerk. bert J a p i c x" o a n de Friezen. kui.em Gêremoanne 1911. Ldnsljue i" it Fryskselslcip Gy iert ■dde ure, iid komt min dér de t e, de jouns om ach ,vtse Houtstrjitte byt to hawwen. Dér wire r dragen, dér wirde min petear en wille r hawwe wy 'n litfi tte wy Fryske spre y 'n echte Frvske w de noclit, mar ek r dat r frjemd komme, tig( goed 'n oanhald hawwe 1 ne mei ljue fen hjar ege" Friezen byenoar, it giet -omme it woerij lit en volle, det jimme el lid fen Dér is vet for 'n hopen icil jimme ek wol 'n denelf' ilds Frysk praten to h- are" i brükmen to hearen yske sankjes op to 1 eljca ren, üs mieden, lis bo" !j' jimme sjogge, as yn f net komme ef noasket d' den vn 't jinge wy f"1' u" te wêze wolle en hwet n hn dwaen to kinnen hwet :in, moat lis jildponge oun stiet. Dêrta kit j'"!"!' iel]>e en sikersonk der vvirq >i hüsMlden. Dy yi lage 1S jier (mear mei ek) f1' op 'e gewoane rmoannen b bde en arch, meastens tr ,e ka én Gêrsmi ure ban uboarch, j;. m :er. ,rt ek 'n a:n. erdag I April 1911. No. 13. XXII. TT et was als n eenen geur van onbespro ken bloemen die door de Raedtsael trockgelyck een waerdije van paerelen aent strand, en een sucht tot de goede vaaderstadt in oesem gedraagen, als de Heeren ■urn en Kruseman den Praeses aenschijn der Vroetschap in syn ieten groeyen, toen dese ampte- vercondigd, dat hij als Burghe- ederomme benoemd was. Aldus toer den meester niet missen; e welvaert van elck oprecht die gehoorsaemheyt betracht, tede heerlyck bloeyen onder rheyd en tot volmaecktheyd lat, hoe oock veelen grabbelen aesteu nadeel, de klaare deughd 1 en heul moge vinden. j ns was de Raedt wat aen 't (.-■staegh moest de stuurman op ,r;, letten en een oogh int seyl De Heere Bregonje wilde het leren, toen hij by het vijfde it. .er besloten sou worden of de an eenen schoolbewaarder eene :gh moest onderghaan, den tydt door den Raedt te vermoeyen uzelarijen, die, gelyck de Wet- II. )e Breuk als een wijser heer .•i t in te setten, behooren bij den ie, e i der Algemeene Wercken I as ditmaal den Heere Van der ;i cr het visschen in gemeentelyck weynige alsser syn in den met heerschappije den henghel le kunnen bequaemen tot het ver- nlckt van een vischjen, so hadt toch i-r 0' en naar wat de Heere Van der 11ji meer willighlyck van selven, dan dwang, voor sluyekerije aent light n degeenen die, als vrrjgevoeh- loordwercktuygen ongestraft het w.mter ontvolckten, hyermede schade qoedaerdighé poorters brenghende, ,i'.c meer bescheyden de vischjens een v, a o'uytet waeter henghelen. li dt saeck spraecken drie Raedts- n un oock de Praeses. Alhoewel er lusf: spraeck aldernatuurlykste en een- .di.bste woorden syn om den toon aert der zaeke te schicken, gin. de Heere Van der Kamp met malle I u'vrdae' een bravade geeven en sprack moment van (bij verpachting tii éten we enkele gedeelten) „uitschake- andere heeren scherpten hun n 1i ter, want de Heere Van Rossum, ic v..-! de zelfde zaeck bewoordende, dit punt gecomen zijnde, „laten en de Heere Van Styrum n find liet „uitzonderen", terwijl de •prack van „laten vervallen". "u nen het snaterbecken der aekste- - reu aa zwanezang onderscheiden. bu i i ander punt was de Heere o, wederom erreg aen 't trappen- 'u i. Hij ginc niet krom, maer vol 1 we plichten en sonder schrikke- geschreeuw rechtaen met 't bekam- 1 ren vant plan ter uytbrevdinghe der -l i; ifuens onser gemeente en gaf oock nude ilyck van geen sier-plaut, son- t' an. lev nut, der Vroetschap te weezen u.ick ien in den Raedt wel sitten en fijn als paerden die nacht en dagh De Vroetschap liet hem de ti optrecken en allen ginghen met f-rn sc i cp naar de volgende sittingh. 11 de andere dinghen die gebeurt v et ik nyet veel meer te segghen. di schipbreuck van den Heer 1 b'U' jonje, (die in de reeds vroeger be- 'tl saeck omtrent de eygenschap en ihmis van den bovenmeester aen de 'School voor zwakzinnigen" thans aen ;er wal quam te vervallen) soude ick un aenroeren, maer dit mallen van ileu. B. werd door den Heere Loosjes i laeter door den Heere Van Styrum 1 aent eynde door den Praeses so ge- eloord, dat ick syn oor thans maer !,-V(t hiervoor aen den mast sal spijeke- Atwaohten wat hy laeter op 't papier "ODit; v-t sal setten, is wellicht beeter. 1 Jus toi dan. CORBASIUS. Baar lemmer tjes. Ze zijn zoo goddeloos ze beseffen in de verste verte niet wat '-in hen heen gebeurt, in wellc een geweldigen tijd /vat ze zijn en wat er van hen en hunne borden moet ze doen maar zoowat. Van die mooie lotisicootjes, RECHT EN van nog meer lieve lootjes, en van WET. nog wat anders. IV. (Slot). De tegenwoordig geldende wettelijke bepalingen op het stuk van loterijen, zijn van de vroeger bestaande zeer onderscheiden, docli munten alles behalve door duidelijkheid uit. Herhaaldelijk bleek ons, dat men er nog steeds niet goed van op de hoogte is en telkens doet zich het geval voor, dat mensehen die zich een zeer on schuldige aardigheid willen veroorloven, waarbij niemand op de gedachte kwam om er liét denk beeld van loterij, in de gewone beteekenis van het woord, aan te verbinden, er in loopen. Later komt men, tot zijn schrik en verbazing, tot de verrassende ontdekking, dat men in strijd met de wet heeft gehandeld. Vooral in den winter ziet men hier en daar, onder de eene of andere benaming, het een of ander ondernemen, of het publiek tot iets in de gelegenheid stellen, wat min of meer met het kansspel in verband staat. Daar de loterijwet niet zeer populair is, doet de overheid dan wel eens één oog dicht en misschien wel eens tweemaar al is de zaak nog zoo on schuldig, op eene andere plaats denkt men er soms anders over, en blijkt het dan dat de onder neming uit een streng wettelijk oogpunt niet mag worden -toegelaten, dan komt men natuurlijk bedrogen uit. Zeker fabrikant, wiens waar overigens geen behoefte had aan reclame, wilde een paar jaar geleden er toch eens een maken. Hij plaatste eene annonce, waarbij hij twee woorden opgaf. Men werd uitgenoodigd, uit die twee woorden den naam van een bekend handelsartikel te vormen zooals men wel begrijpen zal, het artikel van dien fabrikant en zijne brieven aan zeker onpartijdig bureau te bezorgen. Aan de oplossers van den eersten den honderdsten, den tweehonderdsten, den drie honderdsten brief enz., werden prijzen in geld uitgeloofd. Jt Was wezenlijk een heele aardigheid en daar <le kunst van oplossen in dit geval niet bijzonder moeilijk was, kwam een verbazende hoop hieven in. De firma, zeer sóliede, behandelde de zaak in vollen ernst en deze liep dan ook tot aller tevredenheid en genoegen af. Des te grooter was de verbazing, toen de fabri kant, wiens naam nu natuurlijk bekend werd, al vrij spoedig bericht kreeg, dat hij zich aan een strafbare daad had schuldig gemaakt en dus zou worden vervolgd. Slechts de meer ingewijden begrepen waarom. Jammer, er was geen inleg gevraagd en niemand had gevaar geloopen om ook maar één lent te verliezen. Maar men wist niet, dat de toen nog zeer jeugdige loterijwet zich keert tpgen hen, die uit winstbejag gelegenheid verschaffen tot deel neming in loterijen, en hare bepalingen met dit beginsel in overeenstemming zijn. Hoe onschuldig en aardig de zaak ook was, de wet gaat nu eenmaal uit van de meening, dat een fabrikant of handelaar eene dergelijke gelegenheid om haar prijzen mede te dingen, niet zal openen, wanneer hij niet redelijkerwijze verwachten kan, dat zijn omzet er iets grooter door zal worden. Maar, wat is dan een loterij? Elke gelegenheid, door iemand opengesteld om mede te dingen naar prijzen of premiën in geld of goed, wanneer de mededingers aan zekere voorwaarden moeten voldoen. i-K van dit ktatete geen -sprake, -dan 4s ér -ook geen loterij, in den zin der wet wel te verstaan. Men denke zich b.v. de vergadering van een tuindershond. Op die vergadering worden voor de aardigheid onder de aanwezige leden eenige daartoe beschikbaar gestelde tuinbouwartikelen verloot; maar toch is er geen loterij, omdat de aanwezigen niet alleen niets te betalen hebben, maar zelfs niets behoeven te doen. Zij hebben geen enkele voorwaarde te vervullen. Maar in den regel gaat het anders toe; wat ook in tien aard der zaak ligt. In het door ons medegedeelde voorbeeld van den fabrikant moest wel degelijk aan eene voorwaarde voldaan wor den. Men moest immers uit twee opgegeven woorden den naam van een handelswaar vormen? Overigens doet het niets tot de zaak op welke wijze het mededingen naar den prijs plaats heeft, als de toewijzing der prijzen of premiën plaats heeft door het lot, óf door een andere kansbe paling, waarop de deelnemers geen overwegenden invloed kunnen uitoefenenzoodat sprake is van louter geluk. Naar onze meening vallen Lotisico en alle dergelijke „op de Staatsloterij werkende" inrich tingen, wel degelijk in de termen van de loterijwet en Lotisico is indertijd ook vervolgd, maar heeft het pleit glansrijk gewonnenwel een bewijs welk een prachtexemplaar van een wet die loterijwet toch is. Om op de zaak terug te komen, natuurlijk zal de regel wel wezen dat men iets te betalen heeft, dat men bv. postzegels moet opzenden bij de oplossing van een prijsraadsel, of dat men een lot, of een bepaalde hoeveelheid winkelwaren moet koopenmaar aan welke voorwaarde men voldoen moet om als deelnemer in een loterij te worden aangemerkt, is geheel in het midden gelaten; zoodat volstrekt niet van inleg sprake behoeft te zijn. En zooals uit het bovenstaande reeds kan worden opgemaakt, behoeft het trekken van een prijs niet bepaald afhankelijk te zijn gesteld van liet lotzooals men dat woord in het dagelijksch leven opvat. De gewonnen prijzen kunnen b.v. ook worden aangewezen door middel van dobbel- steenen of door een andere toevallige gebeur tenis, zooals in het hierboven gemeld geval, <len honderdsten of tweehonderdsten brief. Verbóden is dus ook het houden van verlo tingen, waarin de deelneming zoogenaamd gratis wordt verstrekt, dus zonder inleg, zooals door winkeliers meermalen placht te worden gedaan. Immers, de waarde der prijzen zit in de winst van den winkelier. Van tweeën een: óf de qualiteit van de waar is minder, óf de win kelier wordt schadeloos gesteld door den groo- teren omzet, die door liet uitzicht op een prijs wordt verkregen. En daarom zijn zelfs die ondernemingen ver boden, waarbij men wel moet inleggen, maar geen gevaar loopt of heet te loopen dien inleg kwijt te raken. Die inleg komt misschien? eens terug, zij het ook na verloop van vele jaren. Het gemis van rente is echter zeker en de uit te betalen winst wordt juist gevonden uit de rente van de gezamenlijke inleggelden, die de ondernemer ten eigen bate kweekt. Intusschen, als op den uitslag op de kans bepaling overwegende invloed kan worden ge oefend door de deelnemers zeiven, dan is de onderneming geen loterij meer in den zin dei- wet. Dit is b.v. bet geval bij prijswedstrijden, door middel van zulke spelen, waarbij het winnen althans ten deele afhankelijk is van persoonlijke kracht of behendigheid. Uit al het bovenvermelde blijkt vrij duidelijk, dat de bepalingen der loterijwet niet al te een voudig en duidelijk zijn neer geschreven, nu niet precies bewerkt hebben wat men er mee beoogde en dat, wanneer men inderdaad van meening is, dat liet publiek op dit gebied be scherming behoeft en die bescherming afdoende baten kan, iets wat nog niet zoo heel zeker schijnt, een grondige'herziening volstrekt geen overbodig werk zal wezen. Als bij Lotisico en Consorten de markt verloopt, zullen er toch wel weer andere handelswegen worden gezocht en gevonden. Opmerker. Het is een vreemde zaak in ons. 1 Vant de mensch is de maat aller dingen, en waar is het mooi der dingen, als wij het er niet in zien. Haar wij moeten zoeken het evenwicht. Te mooi kunnen wij nkts vin den, niets dat blijvend. Maar als wij teelijk en naar vinden, moeten we voor oog en houden, hoe we 't eens op zijn mooist gevonden hebben. De raad vergaderde Donderdag GEMEENTE- 30 Maart 1.1. des namiddags te BESTUUR. '2 uur. Voorzitter de burge meester. De wethouder de heer Van IIoolT en de heer I. Bispinck waren afwezig. Na de lezing der notulen die naar aanleiding van een opmerking van den lieer Bijvoet over het ontbreken van een dankbetuiging aan de schoolcommissie voor haar rapport, met een kleine wijziging werden goedgekeurd, las de voor zitter een schrijven voor van den heer Van Hooff, waarin (leze mededeelde a. s. Dinsdag de Maria- stichting te kunnen verlaten en zijn vertrouwen uitsprak spoedig weder aan het openbare leven te kunnen deelnemen. De raad nam met blijken van instemming van dit schrijven kennis en ging daarna over tot de behandeling der ingekomen stukken. Nummer een hiervan was het proces-ver baal der opneming van kas en boeken van den ont vanger der gemeente over liet eerste kwartaal van het jaar 1*911, sluitende met een kassaldo van ƒ1714,59. Daarna volgde een schrijven van den heer J. H. Wildervanck de Blécourt over de ver kaveling van enkele perceelen, welk schrijven eehtér niet ter visie had kunnen liggen, daar het eerst in den loop van den dag was ingekomen. Op voorstel van B. en W. ging het naar dit college om advies. Volgde een schrijven van de heeren A. C. M. Meijler, te Rotterdam, D. Bremer te Haarlem, II. Bremer te Weesp en W. F. Bremer Jr. te Bloemen- daal, waarin adressanten als eigenaren van een dubbele villa aan den Vijverweg te Bloemendaal aan den raad verzoeken hun toe te staan deze villa te mogen afbreken en opnieuw te mogen opbouwen volgens de thans bestaande afmetingen en in deelingen op dezelfde plaats, als op een bijgaande tfekening is aangegeven. De raad stond dit ver- zpek toe. Afwijzend werd beschikt ojj een verzoek van den heer Carl Wiemeijer, eigenaar der villa „Louise" te Aerdenhout, om ontheffing der be paling b van art. lObis. Vervolgens overgaande tot behandeling dei- agenda nam de raad zonder discussie bij punt 2 On rname van grond tot rerbreeding van wegen, het volgende besluit De Raad der Gemeente Bloemendaal Gelet op een bereidverklaring van de Maat- -sohappij -tót - Boboer-ou-exploitatie van onroerende Goederen „Veenduin," om eenige strooken grond af te staan tot verbreeding van de Donkerelaan, en tot verbetering van de Boschlaan; Gehoord het advies van Burgemeester en Wet houder Gelet op de artt. 137 en 194e der Gemeentewet Besluit van voornoemde Maatschappij voor de som van één gulden aan te koopen: 1° een strook grond langs de Donkerelaan 2° een strook grond langs de Boschlaan; een en ander zooals op de bij dit besluit behoorende kaarten met groene kleur aan geduid is. Omtrent punt 3: Instelling der betrekking van plaatsvervangend hoofd der school, werd met alge meene stemmen, eveneens zonder discussie tot het volgende besloten: De Raad der Gemeente Bloemendaal; Overwegende dat liet wenschelijk is aan elk der oj>enbare scholen binnen deze Gemeente, een plaatsvervangend hoofd der school aan te stellen Overwegende, dat het billijk is aan deze plaats vervangende hoofden een toelage te verleenen, boven hun salaris als onderwijzer; Gelet op het advies van den Arrondissements- Schoolopziener Gelet op art. 20 der Wet tot regeling van het lager onderwijs Besluit 1° aan elke openbare school binnen deze Gemeente in te stellen de betrekking van „Plaatsvervangend hoofd der school"; 2° aan de onder 1° genoemde betrekking een toelage te verbinden van f 100.'s jaars; 3° te bepalen, dat de plaatsvervangende school hoofden tclkenjare door Burgemeester en Wet houders zullen worden benoemd uit de aan de school verbonden onderwijzers boven den leeftijd van 23 jaar, die in het bezit zijn van den rang an hoofdonderwijzer 4" artikel 1 der „Verordening, regelende de jaarwedden van de hoofden en het verdere onder wijzend personeel der openbare scholen in de Gemeente Bloemendaal" aan te vullen met de volgende alinea 3° bis. voor elk der plaatsvervangende school hoofden, 100.gulden meer dan onder 2° en 3° is bepaald. Dit besluit treedt in werking den 1 sten April 1911. Bij punt 4: Verhooging der belooning voor het geven van onderwijs in de Fransche taal, besloot de raad op voorstel van den lieer Jacometti deze belooning zoowel voor onderwijzers als voor de hoofden voor het geven van onderwijs in de fransche taal indien dit buiten de gewone school uren geschiedt te vergrooten met f 100. Op verzoek van den heer Van der Hulst zal te Vogelenzang een onderzoek worden ingesteld of er termen zijn den heer De Wild eene toe lage te verstrekken voor ev. te geven onderwijs in de fransche taal. Het 5e punt: Bouw van een school te Vogelen zang werd op voorstel van den heer Teding van Berkhout tot de volgende vergadering aange bonden, nadat de heer Jacometti in overweging- had gegeven omtrent den bouw dezer school zich om advies te wenden tot de Gezondheidscom missie. Vervolgens keurde de raad, gehoord het gun stig advies der Financieele Commissie, met alge meene stemmen goed dat f3175.24 uitgetrokken wordt voor de rioleering van verschillende weg gedeelten in de gemeente. Ook het 7e punt: Wijziging van het bouw- en wegenplan voor Meerenhergwerd zonder discussie met algemeene stemmen als volgt goedgekeurd: De raad van de Gemeente Bloemendaal; Gelezen een adres van de Commissie van Toe zicht over het gesticht „Meerenherg" te Bloe mendaal d.d. 17 Februari j.l., houdend verzoek om eenige wijzigingen te willen brengen in het bouw- en wegenplan voor gronden van het ge sticht Meerenherg. vastgesteld bij raadsbesluit van 25 Augustus 1910 No. 131 Gezien het advies van de Gezondheidscommissie d.d. 7 Maart 1911; Gelet op art. 6 der Bouwverordening- voor de Gemeente Bloemendaal Besluit 1° in afwijking met het bepaalde in voornoemd raadsbesluit, vast te stellen: a dat de richting en ligging van het Noor delijk gedeelte van den meest westelijken op boven vermeld bouw- en wegenplan voorkomend^ dwarsweg, zal zijn, zooals op de bij dit besluit behoorende kaart is aangegeven; b dat de wegen, voorkomende op genoemd bouw- en wegenplan, aangelegd zullen mogen worden op een hoogte van 0.15 Meter boven de rails van den spoorweg op de onder a bedoelde kaart nader aangeduid, ter plaatse waar de aan te leggen weg aan de rails aansluit; 2° toe te staan, dat de bovenkant van den vloer der beneden woon vertrekken van de op bovenomschreven gronden te bouwen huizen op ten minste 0.30 Meter boven den aangrenzenden weg zal mogen worden aangebracht. Aan de orde was punt 8: Overname van de Aerdenhoutslaan. De voorzitter zeide: „Er is gebleken uit de bladen dat uit Haarlem een lieflijke geest naar ons overwaait. Wij willen toonen door de hand die ons wordt toegestoken niet af te wijzen dat wij dit op prijs stellen. Daarom stellen B. en W. u voor, voor de som van een gulden van de gemeente Haarlem in eigendom over te nemen het perceel genaamd Aerdenhoutslaan". Met algemeene stemmen nam de raad dit voorstel aan. Daarna kwam 9: Gaslevering door Heemstede ten behoeve van VogelenzangHieromtrent deelde de voorzitter mede, dat hij bezoek had gehad van den burgemeester van Heemstede die hem was komen polsen over eene mogelijkheid van gaslevering door deze gemeente aan Vogelenzang. Gaarne wilde de voorzitter, alvorens hierop antwoord te geven, de meening van den raad weten en zijn verklaring dat het dagelijksch bestuur van Bloemendaal met dat van Heemstede hierover in nadere onderhandeling kan treden. De heer Teding van Berkhout vroeg hoe de Vogelenzangers er zelf over denken, welke vraag door den heer Van der Hulst werd beantwoord met de mededeeling dat dezen er zeer verlangend naar zijn. Toen gaf de raad zijn toestemming en verleende tevens voor de eerste onkosten een crediet van 250. Het hierna komende puntBenoeming van een hoofd der openbare school te Overveen, werd op voorstel van den voorzitter in besloten zitting behandeld. Voor de rondvraag was niets. Die hevige, fijne pijnen, die wij ondergaan door m/iskenning en onrecht, die moeten wij willen onder gaan, dan bedaart de onrust op een wonderbare wijze. Vervolg antwoord aan den Heer Van Kessel. Wanneer men ziet, dat dit zelfde geschiedenis boekje voor de r.-k. volksschool aan de georga niseerde moordpartijen op duizenden o a. in Zutfen, Naarden en Haarlem gepleegd alleen deze woorden wijdt„Don Frederik, de zoon van „Alva trekt naar Holland, hij verovert Zutfen, Naarden en Haarlem," en dat van de door Alva geheven belastingen (100e, 10e en 20e pen ning) gewoon weg wordt gezegd: de belastingen zijn nooit betaald, dan spreken wij protestanten op grond van onderzoek en studie van grof be drog en van waarschijnlijk opzettelijke lengen be doelende andersdenkenden te grieven in wat hun heilig is. En wij protestanten verwonderen ons niet meer over liet feit dat zich onlangs voor deed in de gemeente Velsen, waar aan een room- schen jongen, door een boekhandelaar, welke zijn gezindte niet kende, een boek over Willem van Oranje werd voorgelegd en die uitriep: „wat „Willem van Oranje, die kerel, als hij nu leefde „zou ik 'm ook doodschieten zooals Balthasar „Gerards deed!" Zoo worden de roomsch-katho- lieke kinderen opgeruid tegen de grondleggers onzer volks- £ii staatseenheidWelke waarde kunnen wij, protestanten, dan hechten aan de roerende betuigingen van aanhankelijkheid der roomsch-katholieken aan onze koningin? O, zeker er zijn roomsch-katholieken, die van de eigenlijke intentie's van den clerus niet op de hoogte zijn en die als nederlander warm loopen voor het onafhankelijk blijven voortbestaan van ons volk, en daartoe behoort gij, waarde heer Van Kessel, waarschijnlijk ook, maar wat durft gij, wat ver tegenwoordigt gij in uw kring? In de groote zaal van het Paleis voor Volksvlijt werd voorleden Zondagmiddag een „meeting" van roomsch- katholieken gehouden, om te protesteerentegen ongeloof, revolutietegen de leugen? tegen het neerhalen van het heilige in het wereldsclie slijk of om te getuigen voor wereldvrede? Neen, om te protesteeren tegen de feestelijke viering van Italie's eenheid dagteekenend van 50 jaren her. Blijkt daar niet ook uit, dat gij roomschen vormt een internationale strijdbende? Gij roomschen zijt toen aangespoord den paus veel geld te sturen, met den paus als heervoerder ten strijde te trek ken, den paus altijd te gehoorzamen. liet is wel Maar zoolang er nog één protestant leeft 0111 te getuigen van vrijheid en verdraagzaamheid, om liet licht der rede, om de kracht van innerlijke godsvrucht, om den gloed der ware menschen- liefd'e over te dragen aan een jonger geslacht, hebt gij nog geen gewonnen spel, al sluiten zich onder aanvoeren van allerlei drogredenen verschillende soorten protestanten bij hen aan! Wat zullen dezen over 10 jaar zeggen als gij, nog overmoediger geworden, met elkander den eiscli gaat stellen, dat Juliaantje roomsch moet worden wil ook zij aanspraak hebben op eene, van altijd aan den paus gehoorzamen uitgaande, eerbiedige hulde Maar wij dwalen af. Wat geven wij ons moeite om te getuigen jegens lieden die altijd eenzijdig worden ingelicht en daarom ook met de beste veelzijdigste voorlichting niet meer be grijpen kunnenNeen Van Kessel, gij roomschen, hebt met elkander even weinig van lieftallige schapen, als de nationaal vereenigde Sociaal democratie, gij vormt eene strijdorganisatie die- het op den ondergang van andersdenkenden toe legt, moet toeleggen. Wanneer wij niet toegeven, en wij geven niet toe, dan moet gij ons ver nietigen of ongehoorzaam worden aan de macht die gij altijd gehoorzamen wilt. Met geloof, met religie, met wetenschap of wijsheid heeft dit alles niets meer te maken; geld en wereld lijke macht wil uw Paus en wilt gij voor hem. Welnu, waarde heeren, ziet dit dan te krijgen, sluit

Krantenviewer Noord-Hollands Archief

Het Bloemendaalsch Weekblad | 1911 | | pagina 3