ONAFHANKELIJK ORGAAN VOOR NEDERLAND óe'jaargang. ZATERDAG 23 MAART 1912 No. 12. Bureau van Redactie en Administratie: Bloemendaalscheweg 49. Tel. 1837. Bloemendaal. Een Worsteling. Het Bloemendaabch MM Prijs per halfjaar f 1.25 bij vooruitbe taling. Prijs per nummer fO.10 Advertentiën 10 cents per regel; bij herhaalde plaatsing korting. Het auteursrecht van den inhoud van dit blad wordt verzekerd overeenkomstig de wet van 28 Juni 1881 (Staatsblad 12+) tot regeling van het auteursrecht. lit nummer bestaat uit 4 bladzijden. Woensdagavond werdt in hotel PLAATSELIJK Vreeburg te Bloemendaal de 35ste NiEUWS. ledenvergadering gehouden van de onderafdeeling kennemer- i van den Algemeene Nederlandsehen Politie hond. In deze druk bezochte bijeenkomst werd door heer mr. A. Bruch, advocaat en procureur Haarlem een lezing gehouden over: „De politie el in betrekking tot strafzaken". Spr. behan- 'h Ie de beteekenis van den politiehond in and met het opsporingsonderzoek in enger waarbij de hond onschatbare diensten be- u kan. Vervolgens weerlegde Spr. uitvoerig ninachtend oordeel van prof. Reiss, hoogleeraar Te politiewetenschap te Lausanne en mdelde de vraag of het al dan niet geoor- ul'd is den politiehond in geval van noodweer bruiken. Dit mag,volgens spr. alleen dan als de 1, gelijk een wapen, een zoo willig werktuig worden, dat hij door onderricht en dressuur algeheel gehoorzaam is, dat hij volkomen li lelt volgens de ontvangen bevelen. Echter M T de politieambtenaar ook voor de daden den hond verantwoordelijk. <k behandeld^ nir. Bruch de vraag of de iehond bij arrestatie of inbeslagname mag len gebruikt. Volgens een arrest van den ■gen Raad van 21! Juni 1911 blijkt, dat zulks Hoofd is, indien de hond werkelijk is een i i iehond naar de omschrijving van den advo- -generaal, een door africhting en dressuur lanig onderricht dier dat alleen handelt over- orii.-tig de ontvangen bevelen of aanwijzingen ui zijn meester." n slotte behandelde spr. den politiehond in beteekenis voor het bewijs in strafzaken. He heer Lokerse, inspecteur van politie gaf le lezing een korte uiteenzetting van het -li van den politiehond volgens de bedoeling regeering en hield een kort pleidooi voor le keuring en handhaving van de bevoegdheid eend door een verkregen certificaat. II Uit het p o 1 i t i e-r a p p o r t. 1i' o c e s s e n-v e r b a a 1 zijn opgemaakt wegens rijden zonder licht; het rijden over een nbaar voetpad; het geven van een geluid- mal met een sirene, binnen de kom der ieente; wegens openbare dronkenschap; mis- uleling; het loopen over verboden gronden het storten van puin, buiten een daarvoor ngewezen bergplaats. bevonden en terug te bekomen bij Van Veer Bloemendaalscheweg 65 te Bloemendaal 1 ii damesparapluiebij H. v. d. Nel station ■utpoortMeerenberg, twee brieven; bij Blok Heerenvest 114 Haarlem, een zilveren man- tknoop, met. gonden plaatje waarop lettaan politiepost te Bloemendaal een rozenkrans. Verloren een gouden Zeeuwsche broche damesparapluie, en een gouden ring met .inwoeien steen. BURGERLIJKE STAND. Van Zaterdag 1" tot en met Vrijdag 22 Maart. Geboren: d. van W. G. J. Roosen en H. E. Lensen. d. van 1'. Treffers en J. A. Ph. van Gelder, d van K. II. L. Bernelot Moens en J. M. A. ITekhuijsen. van G. W. Tweehuijsen en S. J. Peters. Ondertrouwd: E. IT. Ameling en M. Schouten. Overleden: T. van Daalderen 76 j. Promotie-competitie 3de SPORT. klasse Bloemendaal D. V. V. 2-1. Deze spannende wedstrijd vond plaats op 't Bloemendaal-veld. Als leider trad op de heer Ivens, bijgestaan door twee onpartijdige grensrechters. Bloemendaal nnst v. Rietschoten en Roskam, doch heeft eenige veteranen weer in haar ge lederen. D.V.V. is volledig. De Duinoorders winnen den toss en v. d. Bergh trapt af. Dadelijk ontwikkelt zich aan beide zijden een vlug spel, met B.V.V. iets in de meerderheid. Eenige goede aanvallen der Witten stranden echter op de hechte D.V.V. verdediging. Dan komt D.V.V. goed samenspelend op de Vries af. Kees en Cor zijn echter ook niet van gisteren, en gooien alles terug. Rust gaat aldus met 0 in. Na de pauze is Bloemendaal aan 't woord. De voorhoede speelt heel goed samen. Ongeveer na 8 minuten spelen weet Stals met een pracht- schot zijn club de leiding te geven 10. D.V.V. pakt na wat beter aan, doch Kees en Cor geven geen kans tot schieten. Na 20 minuten schiet Leo van bijna half veld op de goal. De keeper laat den bal ontglippen, en Bloemen daal leidt met 20. Nu is D.V.V. niet meer te houden, en zijn ze voortdurend in de meerderheid. De Witte ach terhoede werkt als een paard. Nog enkele min. zijn er te spelen. Nauwelijks ontkomt 't B.V.V. doel aan een groot gevaar wanneer de beide backs achter elkander missen. Twee minuten voor 't einde weet D.V.V. een tegenpuntje te maken. Aldus heeft Bloemendaal de zwaarste degradatie wetstrijd met 21 gewonnen. 't Geheele elftal speelde ditmaal goed samen. Cor en Leo muntten vooral uit. A.s. Zondag moet Bloemendaal naar „Dor drecht". Wie wat voor zijn club voelt trekke mede om zijn favorieten aan te moedigen. Nu „Bloemendalers," met opgeheven hoofd naar Dordrecht toe. Je moet en hunt winnen, wanneer de wil van Zondag er nog is. L. V. Andere uitslagen dezer competitie zijn Victoria Dordrecht 01 D.E.C. Spartaan 22. Heemsteedsche Brieven. XXIV. Het jongste raadslid de heer Peeperkorn (r.k.) is tot wethouder benoemd. In de tweede raads vergadering door hem bijgewoond, werd hij al aanstonds tot wethouder verheven. In hoeverre andere raadsleden deze betrekking niet wilden bekleeden, dan wel dat hij de man er voor was, durf ik op 't oogenblik niet be slissen, genoeg hij is het en we hebben weer als van ouds twee r.-k. wethouders. Wat de vacature van het raadslid Crommelin betreft, daaromtrent kunnen wij het volgende mededeelen. De r.k. kiesvereeniging gaf te kennen, dat, wanneer de protestantsche kiesvereeniging een candidaat stelde waarmede zij zich wel zou kunnen vereenigen, zij die candidatuur dan niet zou be strijden. Op de jongstgehouden vergadering der protestantsche kiesvereeniging werd dat gevoelen der r k. kiesvereeniging medegedeeld. Blijkbaar is de bedoeling der r.k. deze: wij bestrijden nu uw candidaat niet, als gij in 1913 onzen candi daat Droog niet bestrijdt. Daar gingen in de protestantsche kiesvereeni ging stemmen tegen op. die het raadslid Droog wel willen loozen. Andere stemmen daarent gen vonden het voorstel zoo kwaad niet Wij kunnen nu, zoo redeneerde men, zonder strijd onzen candidaat er in krijgen, dit woog vooral zwaar met liet oog op den toestand der kas. Om kort te zijn, onze kiesvereeniging kan er bij slot van rekening niets aan doen als de r.k. kiesvereeniging haar candidaat wil overnemen. De heer Waller werd candidaat gesteld en naar ik hoor, kan de r.k kiesvereeniging zich met die candidatuur wel vereenigen. Wij zullen dan de heer Waller noogsiwaarschijn lijk bij enkele candidaatstelling der raad zien binnentreden. En voor de verkiezing van 1913 zal hieruit voortvloeien dat onze kiesvereeniging de candi- diltuur Droog niet bestrijdt. Ons aantal kiezers staat tegenover de r.k. tot nog toe te zwak om den strijd aan te binden, dat heeft de jongste verkiezing weer bewezen. Gus stemmenaantal is wel grooter, maar wij moeten altijd rekenen op een betrekkelijk groot gtltal thuisblijvers, de rk. kiezers komen veel beter op. Ons ledental groeit gestadig en over enkele jaren is ons aantal wel zoo groot dat er best eén 160 a 150 thuisblijvers kunnen zijn om toch nog te overwinnen. Laten we dus geduld hebben. En laat het bestuur van de protestantsche kiesvereeniging maar doorgaan met zooveel mogelijk na te gaan wie er nog niet op de kiezerslijst staat en er tdeli op staan kan. Ik geloof dat wij gerust kunnen zijn omtrent de werkzaamheden van 't bestuur, er zitten werkelijk wakkere mannen in Het bestuur van de vereeniging tot bevordering van het Vreemdelingenverkeer heeft, zeer tot ons genoegen, een teeken van leven gegeven. Op zijn verzoek aan den raad om een eenvou dige wachtgelegenheid voor de stoomtram aan dé IJzeren-brug te mogen plaatsen is gunsig beschikt. Een woord van lof komt het bestuur voor noemd, daarvoor toe, dat is werkelijk eene heele verbetering. Geheel onbeschut toch kan men soms lang op de stoomtram, die nu juist niet altijd op den aangegeven tijd aankomt en vertrekt, wachten. I)eze nieuw te bouwen wachtgelegenheid is dus zeer welkom. Een Heemsteder. PHONETiSCHE KRONIEK. Spraakleer. Door J. L. Kingma. Vorming der mede klinkers,of hoe ze worden voortgebracht. De S. (zie No. 8 BI. Wbl.) De uitspraak van de s doet ons denken, op het gehoor af, aan het z.g. sissen voortgebracht, door sommige dieren, o a. door de slang, Dit sisgeluid wordt bij ons de s genoemd. De tot nog toe gebezigde grondslagen waarop de s gebouwd wordt, hebben dit tegen zich, dat ze allicht eene z.g. fluit-s doen ontstaan. Menigmaal komt het dan ook voor, dat de s min of meer fluitend wordt gehoord. Vibreert men die s, dan hoort men ongeveer de j. Het koint in mijn practijk dan ook niet zelden voor, dat de patient juiker inplaats van suiker, joep voor soep, joo voor 200, j'aal voor 2,.al enz. zegt. Ik pas dan ook steeds met succes, de volgende behandeling toe. Bij het vastleggen van de t, legt men een siaafje, bijv. een breinaald, of een dun smal plat houtje, voor de lengte ongeveer van 2 a 2'/'» centimeter op de tong, tusschen de tweede en derde tand rechts, van de boven kiezen af, drukt men daarna dat staafje een weinig naar de hoogte, walirdoor de lucht gele genheid heeft om te ont.-nappen, dan ontstaat er een sisgeluid dat de s vormt. Legt men het staafje in het midden van den tongtop, dan ontstaat de kans dat de fluit-s bovengenoemd voor den dag komt. Daar de s in zulk een nauw verband staat met de t (tongwand-sluitklank) en de lucht hier feitelijk door een gleuf in den tongwand ontsnapt, is haar phonetische benaming: T o n g w a n d g I e u f-b 1 a a s k 1 a n k De uitspraak van de s, die ook de c, ss, sch, en ssch vertegenwoordigt, kan tweeledig zijn zij moet zacht klinken achter 0', 0 (in mos, bom enz.) oeu' en uu, bijv. in: rossen, bossen, bos- schen, kousen, poesen, kussen, mussc/ien, lieu sch, enz. Daarentegen is zij scherp achter de a, e', i' ee linieer) en ie als in: wasch, wasscAen, was, wassen mes, messen, flesck, flessc/ien, mis, missen, visck, vissc/ien, wies, wiesen, kies, kieseken, citroen enz. Deze zachtere, of sch-rpere uitspraak hangt volkomen af van de mondwijdte. Naarmate haar breedtelijn smaller wordt, wordt ook de articu latie zachter. De articulatiegrondslag van de s is een bree- den mondstand waardoor de scherpte, eigen aan het sisgeluid, aanwezig blijft. Naarmate men nu de mondhoeken naar elkan der brengt, wijzigt zich deze scherpte tot eene zachtere blazing. In vibreerenden toestand komt de s niet voor. Bij eene verkeerde óf gebrekkige articulatie beeft de s o.m. de l ten grondslag. In dezen toestand ontstaat meestal het z.g. lispelen, dat in hoofd zaak niet anders is dan het geluidloos voort brengen van de l. Spreek bijv. de tweede l van ballen, tellen, tollen enz., bij ietwat snelle arti culatie, geluidloos uit, dan krijgt men ongeveer balsen, telsen, tolsen. Bij dit soort lispelen komt dan ook, even als bij de 1, de lucht uit beide mondhoeken. Dit gebrek kan op de volgende wijze worden bestreden Men laat eerst de t vastleggen en tracht dan de s te verkrijgen door middel van de b han deling hierboven genoemd en laat daarna de volgende oefeningen uitspreken tsa, tso', tsoe, tse', tsi', tsie, tsu', tsuu, tsat, tsot, tsoet, tset, tsit, tsiet, tsut, tsuut, atsa. otso oetsoe, etse', itsi', ietsie, utsu' uutsuu, atsat, otsot, oeGoet, etset, itsit, ietsiet, utsnt, uutsuut. Daarna, wanneer deze woordjes goed worden uitgesproken, laat men die nog eens artieuleeren, doch nu met lang aanhouden van de s, waarna men dan de volgende woordjes laat oefenen sa, so', soe, se', si', sie, su', suu, sat, sot, soet, set, sit, siet, sut, sunt, sats, sots, soets, sets, sits, siets, suts, suuts, sas, sos, soes, ses, sis, sies, sus, suus, sassa, sosso, soessoe, sesse', sissi siessie, sussu', suussuu, sassen, sossen soessen, sessen, suussen. Bij de woorden alsschool, schaap, schrift enz. zorgt men in het begin, de s gescheiden van de ch uittelaten spreken bijv., s-chools cliaap; s-ch-rift enz. Na de s telkens wat wachten Hier na gaat men tot kleine leeslesjes over. Recapitulatie. Behandeling 1. Neusholten gesloten. Scherpe blazing door een g'euf in den tong- wand onder de oogtand, 't zij rechts of links. Geen vibratiegelu d. Articulatie grondslag, een breeden mondstand, die zich wijzigt bij de 0', 0, oe, u' en uu, waar door eene zachtere blazing ontstaat. Behandeling 2. Neusholten gesloten. Scherpe blazing door een gleuf in den tongtop (zooals bij de j vorn ing). De tongpunt ligt beneden, tegen de voortanden aan. Verder gelijk behandeling 1 hierboven. Zieke tanden, een gevaar VOLKS- voorde volksgezondheid. GEZONDHEID. IV. In de vorige artikelen hebben we de tadcaries leeren kennen als een echte ziekte der bescha ving, een cultuurziekte, en het is ook w er de beschaving, die ons in staat stelt haar zoo al uiet geheel uit te roeien, dan toch belangrijk te beperken. Vooreerst kunnen wij binnen de grenzen van onze maatschappelijke verhoudingen en vlogen FEUILLETON. III. (Slot). Door een lage deur kwam hij uit de kamer van de schooljuffrouw in een groot vertrek, dat vol banken en tafels stond. Hier uit 't donker «ing bij op een bank zitten, om middelen te beramen, die haar zouden kunnen redden maar er kwamen steeds herinneringen bij hem op. Hij zag weer zichzelf als arme student van liet. derde jaar. Eens op een wintermorgen gaat bij naar de kliniek, terwijl hij zijn best doet zijn voeten zóó te zetten, dat niet iedereen de gaten in zijn schoenen ziet, die met bordpapier toegeplakt zijn. Zijn overjas is nauw als een koker en zoo afgedragen, dat een kleerenjood er den vorigen zomer nog geen drie roebel voor geven wou. Het voortdurend gebrek lijden stemt hem pessimistisch en brengt hem in een toestand, die het midden houdt tusschen verveling en droefheid. Zulk een stemming kan men makke lijk van zicli afzetten, eenige glazen thee, of een biefstuk zijn hiervoor voldoende, maar thee heeft hij niet gehad en waarschijnlijk zal hij ook 's middags geen eten krijgen. Hij haast zich om precies om kwart voor negen aan het hek van liet park te komen. Dan ontmoet hij daar een jong meisje, hij gaat haar voorbij, en kijkt om, om haar mooie, lange aschblonde vlechten nog eens te zien. Zij slaat de oogen niet op, maar trekt de wenkbrauwen samen. lederen dag ontmoet hij haar op dezelfde plaats. Zij ging naar de Kra- kauer buurt, nam daar een tram en reed naar Praga. Ze kon hoogstens 17 jaar zijn, maar zag er uit als een een oude vrijster, met een doek over haar pelsmuts, overschoenen die te groot waren en een ouderwetsch manteltje aan. Altijd had ze boeken, schriften of beschreven papieren onder haar arm. Eens in het gelukkige bezit van eenige kopeken, die voor liet middag eten bestemd waren, besloot hij er achter te komen, waar ze heen ging. Hij ging in dezelfde tram zitten, maar de onbekende wierp liem zulke verachtelijke blikken toe, dat hij beschaamd dadelijk van de tram sprong en op deze wijze zijn eten misliep en niets ervoor in de plaats kreeg. Hij voelde zich daardoor echter niet in 't minst afgeschrikt, zij kreeg voor hem alleen nog hoogere waarde. Uren lang kon hij aan haar denken, aan hare oogen, hare mond en haar haar. lederen morgen ging hij naar het park om het werkelijke meisje te vergelijken niet het beeld, dat hij in zijn geheugen van haar bezat; en de werkelijk heid was veel mooier, dan zijne fantasieën en hare heldere, verstandige oogen joegen hem angst aan. In dit tijdperk trouwde plotseling een zijner vrienden, een groot „socialist", die altijd bezig was hoofdartikelen voor couranten te schrijven en deze uit gebrek aan boekenmateriaal nooit af maakte Hij trouwde een geëmancipeerd meisje, arm voor zes en even moedig. Zij bracht in het huishouden een oude sofa, twee pannen, een gipsbuste van Mickiewicz en verscheidene prijzen van het gymnasium mee. Het jonge echtpaar ging ergens op een vierde verdieping wonen en begon dadelijk honger te lijden. Ze begonnen dus beiden privaatlessen te geven met zooveel enthousiasme, dat ze elkander eerst 's avonds terugzagen, als ze 's morgens van elkaar weg gegaan waren. Maar hun huis werd een verzamelplaats van socialisten, die 's avonds op vuile sandalen er heen slenterden, lang plakken bleven en veel sigaretten van anderen rookten. Wanneer ze zich heesch gepraat hadden, werden eenige kopeken verzameld, waarvoor de huisvrouw broodjes met worst ging halen om die dan netjes van een mooie schaal te presenteeren. Daar kon men kennis maken met vele onbe kende grootheden en soms kon men er een halve roebel leenen. Eens op een avond ont dekte Obarecki zijn aangebedene onder de bezoekers, hij werd wit als een doek. Hij praatte met haar en bracht haar 's avonds thuis, hij wilde toen niet met haar spreken, alleen maar hare nabijheid voelen, en in hare oogen kijken, deze treurige, geheimzinnige, medelijdende en rustige oogen. Iedereen scheen haar groote achting toe te dra gen zij werd de „darwiniste" genoemd, maar veel kon hij niet over haar te weten komen. Ze had liet gymnasium afgeloopen, ze gaf privaatlessen en droomde er van in Ziiricli of Parijs in de medicijnen te gaan studeeren, en ze had geen cent. Van nu af ontmoetten ze elkaar dikwijls in de „salon". Juffrouw Stanislawa bracht dikwijls een pond suiker, een paar broodjes of coteletten in papier gewikkeld mee; Obarecki bracht nooit iets mee, maar zijn mond verslond de broodjes en zijn oogen de geefster. Eenmaal zelfs, toen hij haar thuis bracht, vroeg hij haar ten huwelijk, maar ze lachte er om en zie scheidden met een stevigen handdruk. Kort daarop verdween ze, ging naar Podoliën als gouvernante in het huis van een magnaat. En nu vindt hij haar weer terug in dit ver laten nest, waar alleen boeren wonen, waar zij natuurlijk van ellende vergaan moest. Al zijne nude wensclien en droomen, al zijne hartstochtelijke verlangens ontwaakten weder, de oude passie deed zijn bloed sneller stroomen. Hij ging nog eens naar bet meisje kijken en bewonderde de ontblootte schouders, die in krach tige lijnen naar borst en hals afliepen. Zij sliep nu, de aderen op haar slapen waren gezwollen en ze ademde met moeite en reute lend. Dr. Paul ging naast het bed zitten en streek over de glanzende haren en drukte ze liefkoozend tegen zijn wang, te wijl hij het uitsnikte. „Stasin, mijn lieveling, fluisterde hij zachtjes, nu zal je nooit meer van mij wegloopen, is 't wel. Nu blijven wij eeuwig samen". Hij ging weer aan het hoofdeind van het bed zitten en droomde verder. Zijn jeugd, die zoo lang schijndood geweest was, ontwaakte weder. Nu zou alles anders worden. Hij voelt in zich de kracht van een reus. De nacht ging voorbij, langzaam verliepen de uren en toch waren er al meer dan zes voorbij, sedert de jongen weg gestuurd was. Om vier uur 's nachts begon dr. Paul te luisteren, hij reageerde op ieder geruisch. Nu scheen het hem toe, alsof iemand aan het raam klopte, dan weer of de deur geopend werd, maar het was de wind, die huilde en de schuif van den kachel, die bewoog. Toen hij voor de zesde maal de temperatuur opnam, opende de zieke de oogen, staarde hem lang aan en zeide eindelijk: „Wieis daar"?

Krantenviewer Noord-Hollands Archief

Het Bloemendaalsch Weekblad | 1912 | | pagina 1