Bloemendaal, jtaarleni, jtccmstcdc en omliggende plaatsen.
ALGEMEEN WEEKBLAD
\AN DE LEZERS.
VOOR
KANTOREN
Bloemendaalscheweg 49. Tel. 1837. Bloemendaal.
Gedempte Oude Gracht 63. Tel. 141. Haarlem.
ters, doet uitsluitend uw inkoopen
en, die in „Het Bloemendaalsch
blad" adverteeren.
zoudt ge zoo vriendelijk willen
daar ook eens te zeggen, dat
i annonce in „Het Bloemendaalsch
blad" uwe aandacht op hun
vestigde?
7
I I
i
No. 13.
Üëëküöï
7e Jaargang.
ZATERDAG 29 MAART 1913.
r Prijs per
halfjaar f 1.25
vooruitbe
taling.
1 Prijs per
nummer fO.10
Ad verten tien
10 cents per
regel
bij herhaalde
plaatsing
korting.
nummer bestaat uit 4 bladzijden.
terland, waak over uwe vrijheid.
talrijke belangstellende menigte vulde
ïdagavond de groote zaal van de
-Friesche Munt" te Enkhuizen, waar
tngekondigd het optreden als spreker
m heer Jos. van Veen te 's-Graver.-
ïewezen r.-k. priester. De Enkhuizer
it geeft er het volgend verslag van:
:n aanvang zijner rede verklaarde de
ran Veen, dat men niet moest ver-
ui, dat hij in zijn kwaliteit van r.-k.
r hier het woord zou voeren, doch wel
hij zijn waarschuwende stem laten
tegen het gevaar, dat ons land en
nze vrijheid en onafhankelijkheid be-
j»'an de zijde van het katholicisme, van
amsche stelsel. Want er is inderdaad,
js spr., een roomsch stelsel, dat bij
|eurige beschouwing blijkt een politiek
|'e hëïïbën, "de verovering van machx
loed naar de inzichten en ten bate
lomsche staatkundigen door middel
dragers van den roomschen gods-
De romeinsche legerscharen hier
de gebracht, zijn na de vernietiging
meinsche wereldheerschappij in wer-
iebleven door de godsdienstige orga-
roomsche centrum werkt ais een
eheim genootschap, waarvan de ieek
eet, maar die op den duur zich zoo
:ig doet gelden, dat men tot het heser
an 't gevaar, dat steeds is voortge-
:rd en dan treedt het verzet in. Spre-
jjst er op, hoe in Italië alles zich kant
de macht, die Rome wil doen gelden;
inje wordt gewerkt om zich 't juk af
hudden; Frankrijk onttrekt er zich
-"ortugal is eveneens in verzet geko-
Dit is zeer zeker een opmerkelijk
lijnsel in die roomsche landen, en
;ht het zich ten taak te wijzen op de
akeiijkheid, om in Nederland de oogen
nen voor 't gevaar, waaraan de vrij-
Jie we met zooveel strijd hebben ver-
n en die onze roem is, bloot staat bij
memende macht van Rome.
is een politieke kwestie, die van die-
omt en hooger gaat dan de vraag-
n, die in de laatsten tijd in de politiek
n voorgrond treden, als tarief, invali-
enz.
politiek komt voort uit de diepte des
chelijken gemoeds.
Spreker gaat den gang na, waarlangs de
verroomsching der landen en volken te
werk gaat, door toepassing van 't systeem
der pénétration pacifique, het vreedzaam
binnendringen; na vestiging in een bepaald
gebied verzekert men zich steeds meer
macht en invloed, om eindelijk te streven
naar de overheersching, alles aan zich on
dergeschikt te maken.
Deze methode wordt door de roomsche
kerk in ons land met succes toegepast en
de tegenwoordige politiek Iaat daarvoor het
terrein geheel vrij. De coalitie werkt de
verroomsching in de hand. Spreker onder
stelt, dat Kuyper en Lobman zich wel be
wust zijn van den loop, die deze beweging
op den duur zal krijgen, maar zich verze
kerd houden dat op 't juiste oogenblik zal
kunnen worden ingegrepen en gezorgd, dat
't niet te ver gaat. Wie 't werken van Rome
echter in den grond kent, voelt, weet, dat
dit niet juist is. 't Roomsche leger rust geen
dag en geen uur, is altijd werkzaam en
goed van middelen voorzien.
En de concentratie Uit 't program blijkt,
dat de vrijzinnigen 't dreigend gevaar wel
zouden willen keeren, maar geen hunner
denkt er aan, meer te doen dan verdedigen.
Onder hen zijn allerlei specialiteiten, maar
geen specialiteit ten aanzien van dit vraag
stuk, en de lauwheid der liberalen geeft aan
een actie tegenover Rome weinig kracht.
In 't tweede deel zijner rede behandelt
spr. de groote verandering in de roomsche
organisatie sedert 1870. Met het onfeilbaar
verklaren van den Paus, wat vooral het
werk is geweest van de Jezuïeten, zijn dezen
in macht en aanzien gestegen. De positie
der waardigheidbekleeders is sedert geheel
gewijzigd en afhankelijk gemaakt. In de
pauselijke encyclieken wordt voorgeschre
ven waarnaar de aanhangers zich hebben
te richten, waarhij opmerking verdient, hoe
de wetten in de verschillende landen worden
genegeerd en men zich plaatst boven de
burgerlijke wetten, waardoor 't burgerlijk
gezag ondermijnd wordt. Spreker herinnert
aan de oppositie, die daartegen in verschil
lende landen is opgegaan, aan de sensatie,
die gewekt is tegen het oordeel, over de
kerkhervormers uitgesproken.
Op elk terrein des levens openbaart zich
die macht der buitenlandsche organisatie,
die nu laatstelijk nog onder begunstiging
van de tegenwoordige politieke constellatie
in ons land heeft weten te bewerken, dat
koninklijke besluiten, regelende de positie
der kerk in Indië, worden verkracht, om
tegemoet te komen aan den wensch der lei
ders. Spreker wijst op 't bedenkelijk ver
schijnsel van de stichting eener Indische
partij, die geen vrede heeft met het drijven
der kerkelijken.
En wat ons eigen land betreft, trekt de
groote uitbreiding van kloosters de aan
dacht: gemiddeld verrijzen per halfjaar 5
'nieuwe kloosters en wel was er eenige
reden voor den heer Hofman te Gouda,
toen hij zeidë: alleen Zweden kan gelden
als een protestantsch land, Nederland niet.
Na de pauze wijst spreker op het ver
schijnsel, dat de roomschen zich hoe lan
ger hoe meer gaan afzonderen in organi
saties, de gemeenschap met andersdenken
den verbreken, ook op dat gebied, waar
men oppervlakkig zou zeggen, dat er geen
reden voor bestaat. Er worden gesticht
speciaal roomsche vakvereenigingen, room
sche tuinbouwscholen, een roomsche school
voor gemeente-ambtenaren, een roomsche
pers, 'n roomsch tooneel, roomsche bios
copen, roomsche sportvereenigingen, een
roomsche eierveiling en wat al niet meer.
Tegenover dat alles mogen we niet on
verschillig blijven. Er dienen maatregelen
gepomen te worden, om aan die macht, die
tot overheersching zou leiden, paal en perk
te stellen, niet om de roomschen te tiran-
niseeren; 't gaat niet tegen de personen,
maar tegen 'n systeem.
Tot die maatregelen rekent spr.: de in
voering van een stelsel der evenredige ver
tegenwoordiging, waardoor de protestan
ten los zullen komen van Rome; een wet op
't z.g. „recht van antwoord", 't recht om
zich bij een aanval in een of ander blad te
mogen verweren; een wettelijke regeling
op de immigratie van personen, die elders
als staatsgevaarlijk zijn verboden: Neder
land laat tot dusver allen toe, die deel uit
maakten van clubs en sociëteiten, welke in
andere landen' verboden organisaties zijn,
waardoor men in vreemde verhouding komt
te staan tegenover die mogendheden; uit
zonderingswetten voor de subsidieering van
roomsche scholen, om te voorkomen, dat de
staatssubsidie voor deze scholen, voor an
dere doeleinden gebruikt worden; een be
lasting op de goederen in de doode hand;
toezicht op de handelingen van voogdij
raden; strafbepalingen op opruiende ge
schriften, die bedoelen den eerbied voor de
burgerlijke wetten afbreuk te doen; een be
sluit, dat alle pauselijke voorschriften vóór
de afkondiging door een staatscommissie
moeten worden ingezien en gekend; beper
king van de roomsche propaganda in
Indië; controle op de inrichting der kloos
ters.
Na de ontwikkeling van dit programma
richt de spreker een opwekking tot de aan
wezigen, om dit vraagstuk goed onder de
oogen te zien en in 't belang der vrijheid,
overeenkomstig de oude traditie te strijden
tegen het dreigend gevaar.
Van de gelegenheid tot debat wer.d geen
gebruik gemaakt, waarna de heer A. H. C.
Kip van Amsterdam, die de vergadering
had geleid, in een slotwoord nog enkele
punten in verband met de rede van den
heer Van Veen in een scherp licht stelde.
Zijn woorden sloegen in, zooals bleek uit
de wijze, waarop de vergadering van haar
ingenomenheid getuigde, toen deze spreker
eindigde.
MUZFEK.
Tn Tiet Bloemendaalsch Weekblad van 15 Maart
1013, komt in liet bijvoegsel, tweede kolom, een
zin voor, die mij bij 't lezen dadelijk opviel, omdat
ik de opmerking zeer op liaar plaats vond. Daar
leest ge n.l. liet volgende: ,,Ook naar liet gebied
van wetenschap, kunsthandel en bedrijf, kruipt
FEUILLETON.
DE PLEIZIERREIS,
door
J. STEYNEN.
n den steiger lag de fraaie boot gereed, en j
ke passagiers verdrongen zieli reeds op de
flanken. Na zich wel geïnformeerd te hebben i
]t werkelijk de boot voor Keulen was, gingen
evers aan boord, en zochten een plaats op
.'oordek. Cesar hield met de menigte nauwe-
eenige rekening, drong er op onbeschofte
Ier doorhenen, trof er hier een met den elle-
trapte daar iemand op de voeten, stiet iets
een dame met een koffer tusschen de rib-
wdardoor deze het slechts aan de volte te
bn had dat zij niet omvergeworpen was; en
[leze onhebbelijkheden verrichtte hij zonder
ig e uus te vragen noch zich zelfs om den toe-
fd dei slachtoffers te bekommeren, want zoo
ïc~',er Cesar in zijnen normalen gemoedsstaat
len kon, zoo lomp en onverschillig werd hij
Is wanneer hij in een slecht, humeur was, en
humeur van thans was, tengevolge van den
organen hoon bij het voorval met den koffer,
zoo afgrijselijk, als het gedurende de reis, ja, zelfs
bij zijn tocht naar Londen, ja, gedurende zijn gan-
sche leven nooit geweest was. Suzanna, die zich
van den verderen dag niet dan verdriet en akelig
heden voorstelde, indien zijn booze bui niet over
ging, trachtte hem, met haar gewone vriendelijk
heid, wat op te vroolijken.
- Het is heerlijk weer, gelukkig, zei ze blij
moedig om zich heen ziend naar het drukke, aar
dige verkeer, dat een gezelschap van touristen ge
meenlijk pleegt te vertoonen, zie de zon eens
prachtig op het water schijnen; het is een ver
rukkelijke dag.
Ik wou, dat het nacht was, bromde Cesar,
een zwarte nacht van storm en regen, en dat de
boot verging niet man en muis.
Suzanna, wier zenuwen tegen zulk ^en luguber
vcrbeeldingstafereel niet waren opgewassen, beef
de, maar, zicli vrij spoedig herstellend, troostte z?
hem verder. Ik begrijp, dat het je verdriet
doet weer terug te keeren. Ook ik vind het bedroe
vend na al wat wij genoten bebnen, beste. Maar
komt niet overal een einde aan
Ik wou, dat aan mijn aardscli bestaan een
einde kwam, bromde Cesar, en zijn stem was niet
ongelijk aan de omfloerste trom bij een militaire
begrafenis.
Zijn echtgenoote wanhoopte dan, liem in een
beter humeur te brengen, en werd, nu ze geen
afleiding meer had, meer en meer ten prooi aan
haar eigen verdriet om de terugreis.
In deze naargeestige stemming begon de tocht.
De boot voer af, en gleed wederom statig tus
schen de schoone oevers over het blinkende water.
Men passeerde de beminde plaatsen, waaraan voor
de Kevers zulke heerlijke herinneringen verbon
den waren en steeds bleef de stemming van Cesar
en Susanna allerdroevigst. Toen na ruim twee
uren varens, Remagen bereikt was, mocht Su
zanna een veelzeggenden blik op de Erpeler Lei
werpen en Cesar vruchteloos naar het verre Wal-
porzheim zoeken, maar geen van beiden sprak
een woord; toen Rolandseck en Nonnenwerth ge
passeerd waren en men nabij den Drachenfels
kwam, zwegen beiden nog steeds, en kon men
zeggen, dat hun humeur in plaats van een weinig
gebeterd, nog afschuwelijker was geworden, maar
toen tusschen Bonn en Keulen de lucht betrok,
wisselden de echtelieden een, bijna vroolijken,
blik van verstandhouding en toen zij, te Keulen
aangekomen, door een regenbui werden verrast,
zagen ze elkander zeer blijmoedig aan, en drukten
steelsgewijze elkaar de hand. Goddank, zei
•Cesar met een vreugdevol gebaar naar de lucht.
Dat verzacht veel, deed zij met een geluk
kigen glimlach.
het zwarte gevaar, om zich van het terrein mees
ter te maken". Misschien lijkt u dit overdreven
en vindt ge, dat er geen muzikaal-zwart-gevaar
te duchten is, en toch is 't ook hier noodig op zijn
hoede te zijn. Bewonderen en gevoelvol genieten
is zeker de gemakkelijkste opvatting, maar denkt
u over dezen zin eens na, want de opmerking is
werkelijk niet overbodig in onzen tijd. Men be
denke dat er ook muzikale pausen zijn, die met
recht „den toon aangeven" en ioen alsof zij de
eenig ware opvatting van een werk hebben, en
toch zijn dergelijke pausen evenmin onfeilbaar als
de paus te Rome. Met het „ware" wordt soms ook
heel zonderling en willekeurig gehandeld als 't de
vertolking van werken geldt. Moet een dirigent
eigenlijk subjectief of objectief zijn volgens uw
oordeel En wanneer vindt ge dat iemand goed
dirigeert Gewoonlijk kennen de hoorders toch
niet de orkest- of koor-partituur, hebben die zeils
nooit gezien, maar een oordeel heeft bijna ieder
een! Waarop berust dat dan wel Ik zou zeg
gen: op de gehoor- en gevoels-aandoeningen, want
wie nooit de partituur bestudeerd heeft, kan toch
niet nagaan of een dirigent juist weergeeft wat
de componist bedoeld heeft. Om slechts iets te
noemen: De eenige plaats waar Wagner-muziek
gehoord wordt, volgens de wensclien van Wagner,
is: Bayreuth, want alleen daar is 't „verzonken"
orkest en gedeeltelijk overdekt opdat het koper
gedempt zal klinken. Al liooren we nog zoo
„mooi" Wagner-muziek hier op concerten, 't is
niet 't ware, volgens de bedoelingen van den com
ponist, daar het koper nu juist te sterk klinkt en
het geheel natuurlijk ook anders tot ons komt van
een „verhoogd" orkest, dat geheel open is. Tegen
woordig moet het koper boven alles uit klinken
Eén persoon heeft getoond, dat zij muzikaal-waar
heid-Revend is, n.l. Wanda Landowska, die ons
Bach-muziek te hooren geeft, volgens Bacli-bedoe-
lingen. Hiermede heeft zij (en hare helpers) een
goed werk gedaan, zou ik denken om meer dan
een reden, voornamelijk echter omdat zij de wer
ken zoo getrouw mogelijk weergeeft; wat nu lang
niet alle uitvoerders doen. Zijn vele uitvoerders
ook, niet te subjectief als 't geldt werken van an
deren te vertolken? Het is'Hltijd een groote vraag,
in hoeverre men subjectief en objectief moet zijn,
zoowel bij 't uitvoeren als 't hooren, want er zJ»n
zóóveel opvattingen mogelijk. Welke is echter de
beste Er wordt zoo dikwijls geoordeeld en ver
oordeeld zonder dat men de kennis of bevoegd
heid daartoe heeft en 't komt mij voor dat '1
beter zou zijn in zulke gevallen niet te oordeelen,
althans niet te twoordeelenbescheidener zou 'i
in elk geval zijn, want om werkelijk goed te kun
nen beoordeelen, moet men veel. heel veel zelfs,
leeren en studeeren, voortdurend, daar ook de
toonkunst leeft en zich voortdurend ontwikkelt ?n
allerlei richtingen.
KUNST.
Aan de Fransche pers ontleenen wij de volgende
nieuwheid
Peinture.
Par ces temps de Salons, par Ier de peinture
s'impose. Des statisticiens inême s'en mêlent.
C'est ainsi que Tun d'eux a calculé que la super-
ficie des toiles couvertes chaque année par nos
peintres nationaux, représentait une étendue de 15
kilometres carrés, soit: portraits, 1 kilometre
200; paysages, 2 kil. 300; scenes d'intérieur, 1
kil.; scenes militaires, 3 kil. 900; peinture anti
que, 3 kil. 500; peinture décorative, 2 kil. 100;
peintures diverses, 1 kilometre.
Bien entendu il n'est pas question des amateurs,
et des vulgaires barbouilleurs qui, croyant faire de
la peinture, sont heureux de „taeher" diversement
de la toile.
V olkskunst.
De Noordhollandselie Vereeniging tot bevorde
ring van Volkskunst stelt zich ten doel, mee te
wérken aan het streven, thans in geheel Europa
levendig geworden, om de volkskunst, die eens zoo
groote beteekenis had, weder tot bloei te bren
gen.
- Het is een lieele troost, dat het slecht weer
wordt, sprak hij op gemoedelijken toon.
We hadden er nu toch misschien niet veel
meer aan gehad, beaamde Suzanna.
Hun booze humeur week, en blijmoedig ver
volgden zij met den trein hun reis, welke verder
zonder eenig onaangenaam incident afliep. Het
regende onophoudelijk.
Dien avond laat, door dè straten der kleine
stad reeds op weg naar hun drogistenwinkel, was
hun vreugde volkomen. Het stortte, alsof het
met bakken uit de lucht gegoten werd; de echte
lieden waren gedrenkt van het overvloedige water,
doch uiterst tevreden hierover.
We hadden er nu toch niets meer aan gehad,
zeiden ze herhaaldelijk tegen elkander, en deze
overweging scheen lien al bizonder gelukkig te
maken; toen zij hun woning bereikten, waren
beiden gaandeweg in een toestand geraakt, die
niet veel verschilde van extaze.
Goddank, "dat wij weer terug zijn, juichte
Cesar althans, en Suzanna lachte vriendelijk.
Ik had het daar geen dag langer uitge
houden.
Daarna omshelden ze elkaar, en waren uiter
mate tevreden.
EINDE.