ALGEMEEN WEEKBLAD
Kantoor voor redactie, administratie en advertentiën
Gedempte Oude Gracht 63. Telephoon 141. HAARLEM.
nn
neeriug', waarvai hü
i s, er maar bijgeeft
liet anders kot
val afgeslagen,
an, dat liij getacht
tg van art. 369 der
mate grenzei te
ij, die werkelij} ar-
>nr de invalidijeits-
innon komen. Vant
was ook, dat ïrettb
ik dermate tot spoed,
behoorlijk onder-
ijk zou zijn ge\feest.
ukken bewees! dat
was, dat hij ont-
liebben de verzeke-
a van de baan te
de Radenwet moest
door eene andere,
ïij alleen partieele
En des te geruster
omdat ook leden
p sommige punten
roering der Talnia-
>rt geweest. De be-
l het geheele debat
igen der Ie Kamer,
redeneerkunst van.
)e dagbladpers heeft
is, dat Treub voor
:ien zijn pleit schit-
i.
id van sociale wet-,
dat er ethische he
rn ingeënt op eene
er kapitalistisch is.
iet worden gemaakt
wetten, verkregen
ie lijnrecht indrui-
mrden, waarop nu
erkeer .onder de k-
plaats heeft. Een
irvan is de woning-
hoeveel overdrij-
liesen in de eerste
uiken inderdaad
)nbilbjk ook .tegeu-
jheid, die Maar
net de verschillende
len. De bescheiden
Redactie ingeruimd,
endien is die. plaats
8e Jaargang.
ZATERDAG 7 MAART 1914.
No. 10.
■gt Heine
L ieder."
„andrc
Vogel',
en hoe sarcastiscsi,
fring geconsiaieeid
euwen er inderdaad
zal bestaan, zooals
c li recht besta.it, L
u zijn gevonden, die I
den arbeid van een
ianus zuilen heb-
e voorpostengevech-
in alle parlementen
eker belangstelling
•n van den histori-
le hervormers zelf.
den zal, weet nie-
even voorspelt Mul-
n schoolmeester bü
tn de fout over het
i. gering' zal scbrnt-
ïg, „die de Heracli-
verwart." Nu, oir
erwacht ik, dat in
ïe oplossing gevon-
mt natuurlijk niets
iten van lien, die
ïg daarvan hun tijd
ten. Want ook hier
ïdanks uiterlijkeii
welvaart, de heer-
ten van de fioorn-
trouwens nog uit
ledeelingen in het
oest het niet meer
dat in niet-Room-
te nimmer tegen
t gewaarschuwd,
irdt uitgezien naar
ïhen uitkomt? Hier
lijk, hoe de Room-
ijheid voor zichzelf,
tie, verlangt, maar
slfs maar een m>
is, wordt vernomen
een voor on o kt
rlijk streven Y
ter aicademi
ai macht, wa i
noodig kan w ui
ugspunt van die u"
ondankbaa kif ei
st erbarmelijk ve
u vóór 1848 de E
doet splijt do
ngerechtigh :id.
niet meer u
der grootste lied
en spijt, wel nood-
van verweer k
p economisch, po -
terrein. Tenzij
'kelijke autoriteit'.'
ts, waar dezen b.
durft daarond,r(
koesteren?
O.
ri.
Bloemendaolscli Ueehblad.
Prijs per
halfjaar fl.50
bij vooruitbe
taling.
Prijs pei
nummer fO.10
Advertentiën
10 cents per
regel
bij herhaalde
plaatsing
korting.
Dit nummer bestaat uit 6 bladzijden.
In dit weekblad is tijdelijk opgenomen
„HET MIDDEN", waarvan de eerste afzon
derlijke reeks is afgesloten met No. 34 van
24 Januari l.l.
de heer Jan de Meijer thans spijt heeft van zijn
gulheid en hem mocht willen wraken als scheids
rechterdat hij het zeggeDan ben ik
bereid tot een nieuwe pari, hoe groot ook de ont
stemming zij, die deze zaak tusschen ons gegeven
heeft. Als man van eer kan de heer Jan de Meijer
het immers zóó niet laten.
H. A. N.
Business.
Het komt ons meer clan eens ter oore,
dat lieden, die voor ons firma's bezoeken
v< or annonce-contracten, door deze firma's
niet goed ontvangen worden.
Het ]ijkt ons voor deze firma's niet
kwaad, eens een voorbeeld te nemen aan
Amerika, waar een zakenman steeds, hoe
ook, zelf te spreken is voor wie liem
i zakelijk bezoek, van welken aard ook,
komen brengen. Menschen, die voorgeven
het te druk te hebben om, een bezoeker,1
h kort ook, te woord te staan, of niet thuis
ci ven, zijn menigmaal dezelfden, die op
h i kantoren uren verbrengen met onza
kelijke gesprekken.
Neen, ons lijkt de waarlijk zakelijke op
ing der Amerikanen beter. Wij noodi-
een ieder uit, dit uitnemend voorbeeld
deze échte business-men te volgen,
ieder, die voor zaken komt, goecl te
vangen. Het zal tot den bloei van hun
k medewerken. Voorts noodigen wij lien
met hen, die voor ons weekblad ko-
ii, een advertentie-contract af te slui-
Di t zal tot nog grooter bloei hunner
k bijdragen. Neemt een proef.
i JZIEK.
DE SIRENE.
Onze W e d denschap.
December was de datum, -waarop ik ze neer
schreef. Binnen een maand zou ik den heer
i Meyer overtuigen of zelf ongelijk erkennen.
Januari werd ze afgedrukt in „Het Midden".
8 Januari was ik gereed, niet met een nieu^ve
allatie, maar met kleine voorbereidingen. Doch
heer De Meyer kwam pas op.
1 Januari. Op dien dag, een Zaterdagmiddag,
de bijeenkomst, met den heer A. Veltman
a scheidsrechter. Mijn amanuensis en Mejuffrouw
man walen mede tegenwoordig.
k had na afloop den aangenamen indruk, de
te hebben gewonnen, en niet te zijn gedwon-
tot het terugnemen van e e n i g e vroeger
lane bewering; en de heer De Meyer nam
.m ook op zich, erover te schrijven. Hij, als
iezer, zou, naar ik begreep, ongelijk er-
k nen; en ik zou mijn ongeduld breidelen tot
10 Februari, want eerder had de heer De Meyer
g n tijd.
leden, 23 Februari, ontvang ik dan nu einde
lij niet een duidelijke erkenning van ongelijk
maar een deftig verslag van de inspectiereis
van den heer De Meyer, zóó gesteld dat de zaak
er voor oningewijden niet duidelijker door wordt.
Wat er heette te haperen aan mijne sirene
zou door onze pari worden uitgemaakt. Het
resultaat is, dat de heer De Meyer verklaart, dat
ik als ik maar voor blijf ploeteren, inderdaad wel
kans heb er te komen!
Het lust mij niet, publice of privatim op onder
geschikte punten verder te kibbelen met (N. B.)
een mede-bestuurslid van mijn Sirene-comité, en
constateer slechts dat samenwerking verder onmo
gelijk is. Dat komt ervan als een bestuur laat
staan het comité zelve nooit (in 3Va jaar) wil
of kan ordentelijk vergaderen. Ik zal mijne instru
menten en archief dus ter dispositie van het
comité stellen op de met Sint Juttemis te houden
algemeene vergadering.
Wil men eerder vergaderen, dan heeft men het
mij slechts te melden, en ik zal een vergadering
voorstellen aan mijn bestuur, dat de geheele
Sirene voorloopig liever wil laten in den toestand
van schijndood.
Maar practischer lijkt het mij, een nieuw en
levend comité tot stand te brengenhet moge
min vormelijk schijnen, maar er is toch alle reden
toe. Ik verdedigde mij tegen de heeren Loman
en Rutters bij eene demonstratie op 8 November;
en ziet, de heer De Meyer viel mij hoffelijk doch
geheel onverwacht aan op hetzelfde punt. Nu ik
hem schaakmat had, evenals den heer Rut
ters in de „Nieuwe Hoornsche Courant"
wordt het Comité nóg niet wakker.
Dr. H. A. Naber.)
Hoorn, 25 Febr. 1914.
I k heb in het voorgaande afgerekend met den
heer Jan de Meijer, ook als lid van het Bestuur van
het Sirene-Comité, waarin wij samen niet passen.
Maar voor h e m is de zaak hiermee niet geheel
uit, want de heer Veltman, die door mij als
scheidsrechter was voorgesteld, en als zoo
danig gulweg door den heer De Meijer was welkom
geheeten, rnaakte geen enkel bezwaar tegen wat
ik hierboven schreef. Omdat wij zouden twisten
over zeer korte tijdsintervallen, leek deze jonge
en ondernemende bioscoopleider, die vroeger voor
orgelbouwer had gestudeerd, precies de man dien
wij als scheidsrechter behoefden. Maarals
Aanleiding was een hoffelijke, doch onver
wachte openlijke aanval van den heer De Meijer
bij mijne demonstratie te Haarlem op 8 November.
Haarlemsche Baclivereeniging; zesde concert
op Dinsdag 3 Maart 1814, 8 uur; orkest van
het Concertgebouw te Amsterdam, onder
leiding van den heer Willem Mengelberg,
eerelid en lid van verdienste der H. B. V.,
solisten: de heeren Lucien Capet, viool, en
Alfred Casadesus, alt.
Dit concert begon met de zeer bekende ouverture
voor Goethe's treurspel „Egmont". Men zie de be
schrijving in het boekje, waardoor veel wordt ver
duidelijkt voor de hoorders, die van het werk nu
zeker ook meer waar genot hebben gehad. Hoe
oneindig veel meer heeft Beethoven in deze ouverture
met eenvoudige middelen gezegd; met enkele accoor-
den, maatindeeling, b. v., en toch geeft hij zeer hoor
baar den inhoud van het treurspel (in hoofdtrekken
in de ouverture) met de zeer verschillende stemmin
gen weer, zoodat men het treurspel mee beleeft.
Na Beethoven: „Sympkonie Concertante" van W.
A. Mozart, voorgedragen door de beide solisten, met
orkest-begeleiding. Mij dunkt voor liet orkest moet
het heerlijk zijn zulke solisten te begeleiden eu voor
de solisten even heerlijk door zulk een orkest begeleid
té worden. De eenheid der 2 solisten en die der so
listen met het orkest, was in liooge mate te bewon
deren. De geheele uitvoering van dit werk was in
één woord buitengewoon mooi en de muziek zelf
Hoe heeft de componist van de „Zauberflöte" alle
instrumenten van liet orkest en de viool en alt der
solisten „bezaubert", want wat wij in de drie deelen
van deze symphonie hoorden was van een zeldzame
toovermacht. Geen wonder dan ook, dat bij 't einde
het publiek allen zeer toejuichte. Het zou volgens
mijn opvatting nog idealer zijn, als Mozart-muziek
met een orkest van of 1/3 aantal leden werd uit
gevoerd, dan zou nog meer liet ragfijne en door
schijnende van deze muziek uitkomen. Na- dit bui
tengewone werk, was het moeielijk om van 't vol
gende ook onpartijdig" te genieten, liet was zoo
iets Totaal verschillend. In die twee kleine orkest
stukken was veel verdienstelijks.
In het daaropvolgende „Air" van L. Capet voor
viool en alt met orkestbegeleiding was wel veel moois
en lieflijks. Als slotnummer van dit concert kregen
we weer eens de 6e symphonie (pathétique) van
Tschaikowsky, een van de geliefde stukken van het
orkest en door Mengelberg geheel uit 't hoofd gedi
rigeerd. Deze soort muziek hoor ik van dit orkest
bizonder gaarne, en vooral Mengelberg is hierbij uit
muntend. Het zekere „berauschende" wat een be
paald soort muziek kenmerkt (ook deze symphonie,
vooral de marscli en het 5/* deel), past mijns inziens
meer bij Mengelberg, dan liet zuiver geestelijke of
vergeestelijkte element der muziek van andere com
ponisten. Een fraaie krans werd den dirigent aan
geboden als liuldebewijs na zijn benoeming tot eere
lid van de .Royal Philharmonic Society" te Lon
den. Ook dezen avond zullen de leden van de H.
B. V. dankbaar gedenken.
Onze Haarlemsche Toonkunst-afdeeling heeft in
zeer korten tijd twee zeer gevoelige verliezen gele
den, door liet overlijden van den president der afdee-
ling mr. W. Jager Gerlings en van den heer W.
Robert, directeur der zangvereeniging, der muziek
school (van „Zang en Vriendschap" niet te vergeten).
Daar ik beiden vele jaren gekend heb, en weet, dat
zij beiden steeds vol ijver voor Toonkunst werkzaam
waren, meen ik dat liet goed is, ook in dit blad hier-,
van te getuigen, want het was voor beiden vaak een
moeilijke taak, en de buitenwereld waardeert dik
wijls veel te weinig alles wat ongemerkt in het be
lang van Toonkunst gedaan wordt. En heusch, door
deze twee werd geen moeite gespaard. Behalve dat ik
ook voortgezet. In korten tijd kan er veel verande
ren: in liet vorige nummer schreef ik over het Hen
schel-concert, waar ik vlak voor den heer Robert zat
en in de pauze nog met liem sprak over de bizondere
begeleidingen van Henschel
In menig opzicht heeft ook ondergeteekende reden
met dankbaarheid te blijven denken aan 't vele goede
in den loop der tijden van dezen werkzamen leider
en leeraar ondervonden.
Carmen.
Woensdag a.s. komen de Italianen in den Schouw
burg „De Kroon" met „Carmen". De hoofdrol
wordt vertolkt door Rosita Cesaretti, die als
„Carmen" door de pers algemeen zeer gepre
zen is, en zich in deze rol gaandeweg een befaamd
heid door het geheele land heeft verworven.
Het zal zeer vol zijn, Woensdagavond. Wij ver
nemen, dat de toeloop thans reeds groot is.
W. ROBERT, f
de vele goede eigenschappen van den heer Robert als
dirigent van de zangvereeniging leerde kennen en
waardeeren, heb ik als leerlinge der zangklasse op de
muziekschool aan zijn onderwijs ook een deel mijner
theorie- en liarmonie-kennis te danken, want laat ik
't bij deze zeggen: de heer Robert wist veel van alles
wat muziek betreft. Dat bleek al heel spoedig als
men met hem over een of ander onderwerp sprak.
Ik heb het voor hem steeds betreurd, dat de zang
vereeniging van Toonkunst de laatste jaren zoo wei
nig goede krachten als medewerkenden had.
In de allereerste plaats is liet voor het gezin van
beide overledenen een groot verlies, maar het leven
gaat voort, en de arbeid wordt op muzikaal gebied
PLAATSELIJK NIEUWS.
De vrije liberalen en de heer Drion te
Bloemendaal.
II. (Vervolg.)
Wat is, zoo gaat de heer Drion voort, achterwege
gebleven, doordat links in 1913 gewonnen heeft
Ten eerste: tariefsherziening. In de Tweede Kamer
heeft de heer De Savornin Lohman tariefsherziening
ook nu weer ter sprake gebracht, de tariefwet zou
dus door rechts doorgedreven zijn1).
Wel heeft Kuyper dadelijk na de verkiezingen, die
zich tegen het tarief zoo duidelijk hadden uitgespro
ken, geschreven: „nu het tarief op zij", maar op
velerlei wijze is gebleken, dat Kuyper ter rechter
zijde aan invloed verloren heeft.
Ten tweede bleef ons bespaardGrondwetsherzie
ning op rechtscho wijze. Dit is van beteekenis voor
het kiesrecht, voor de kerkgenootschappen, in het
bizonder de Ned. Ilerv. kerk, voor het dan zeker niet
gekomen vrouwenkiesrecht, en voor het volksonderwijs
waarbij aan de linkerzijde zonder eenige toegift in
linksche richting eene regeling zou zijn opgelegd.
Ten derde is voor de Nederlandsche ambtenaren
achterwege gebleven verlenging van den tijd, waarin
zij, als onder Heemskerk Jr., zich onvrij gevoelden
in hunne persoonlijke uitingen. De liberalen zien in
eene opvatting als waarvan het ministerie-Heems
kerk ten deze blijk gaf, altijd misbruik van macht.
Aan de rechterzijde heersclit daaromtrent eene geheel
andere opvatting. 2)
Thans komt spreker aan beantwoording der vraag:
Wat is niet veranderd
Ter rechterzijde is steeds gewaarschuwd, een over
winning van links levert een gevaar op voor den
godsdienst. Is daarvan iets gebleken Die vraag
te stellen is reeds belachelijk. Kern van de liberale
beginselen is eenheid voor de overtuiging van ande
ren. De geschiedenis van liet liberalisme bewijst dat
het zoo was, de tegenwoordige toestand bewijst dat
het zoo nog is.
Is er dan gebleken van gevaar voor de zending
Neen! Er is van links wel gewezen op het gevaar
voor drijven in bepaalde richting in Indië; dat dit
noodig was, heeft minister Pleyte bewezen. Voor
den Mohammedaan is zijn godsdienst alles, zijn ge
heele leven is gedrenkt met en beweegt zich, ook in
het dagelijksche, in godsdienstige gebruiken en op
vattingen. In Indië levert derhalve drijven in een
bepaalde richting gevaar op. Iedere liberale regee
ring heeft daarom steeds vermeden te doen alsof de
zending uitging van de regeering, al steunt de regee
ring dezelfde zending krachtig ter wille van het
goede, dat zij vermag te brengen.
In Arabië was men ^tijdens liet vorig bewind
zoo ver van te verkondigen: de Nederlandsche regee
ring is bezig te kerstenen.
De landsverdediging. In de verkiezingsdagen heette
het: wie nog maar iets gevoelt voor vaderland en
onafhankelijkheid, kan een linksch candidaat niet
steunen. Doch wat zag men daarnaoorlogs- en
marine-begrooting aangenomen met steun van de ge
heele linkerzijde, uitgenomen de sociaal-democraten.
Het zittend ministerie heeft aangekondigd, krach
tigo maatregelen tot verdediging van Nederlandsch-
Indië. De plannen van den minister schijnen zeer
breed te zijn. Ons verdedigingsstelsel van Indië is
inderdaad in treurigen toestand. En nu minister
Rambonnet zeide: „ik ben gekomen om onze weer
baarheid ter zee te bewerken of om heen te gaan", zal
er, al zijn de technici verdeeld over het „hoe", en al
hangen veel andere moeilijke zaken met deze samen
aan de linkerzijde een belangrijke groep zijn, die voor
de verdediging van het Rijk belangrijke offers toe
staat.
De leden van die groep zijn van oordeel, dat een
volk dat zich niet verdédigt, verdient onder den
voet te worden geloopen. De toespraak van den spre
ker wordt hier onderbroken door den luiden bijval
der vergadering.
Dan vraagt spreker: wat zal wel veranderen Al
gemeen kiesrecht zal worden ingevoerd, dit is niet
meer iets bizonders, het is de werkelijkheid brengen
in overeenstemming met de algemeene overtuiging.
Vrouwenkiesrecht zal mogelijk worden gemaakt; de
liberaal heeft vooral eerbied voor alle aanspraak op
recht, alle andere vragen zijn voor hem aan die vraag
ondergeschikt. En nu komt aan de verstandige
vrouw, die het niet heeft, eerder dan aan dezen of
genen dronkaard die het wel- heeft, het recht toe
mee te spreken in het bestuur van het land.
Evenredige vertegenwoordiging wordt voorbereid.
Dit onderwerp laat zich, goed, alleen in den breede
bespreken, de bedoeling ervan is, dat iedere partij in
de Staten-Generaal zooveel invloed heeft als even
redig is aan haar stemmen aantal in het land. De
moeilijkheid schuilt hierin, dat öf het stelsel juist
is, maar dan zoo ingewikkeld, dat alleen zeer knappe
koppen het begrijpen, öf zeer eenvoudig, maar dan
vol theoretische fouten.
Bij de samenstelling van de staatscommissie voor
deze zaak ingesteld, is, eenigszius onbegrijpelijk ho
pen lijk toevallig, de Bond van vrije liberalen uitge
schakeld. 3) Een voordeel van evenredige vertegen
woordiging' is, dat ze stembus-verbonden overbodig
maakt, en elke kabinets-formateur zuiver kan over
wegen, wat hij tot stand kan brengen. Een tweede
voordeel, dat iedere partij meer voor eigen beginselen
kan opkomen. Volgt de schoolvraag.
Niettegenstaande het verzet van Kuyper, nog
daags vóór de verklaring van zijne partij, heeft deze
zich bereid verklaard in de staatscommissie, die tot
taak heeft zoo mogelijk verzoening op dit punt voor
te bereiden, vertegenwoordigd te zijn. De moeilijk
heid voor deze commissie is goede waarborgen te vin
den voor deugdelijk onderwijs, zonder dat de vrijheid
van de bizondere scholen te veel aan banden wordt
,'olegd. Gelukt het minister Cort van der Linden
tieze pacificatie tot stand te brengen, dan zal dit de
grootste overwinning zijn, die een staatsman van den
tegenwoordigen tijd kon behalen. (Bijval.)
Hierna gaat spreker over tot de plannen van mi
nister Ireub. In de eerste plaats de uitbreiding van
art. 369 der Invaliditeitswet over behoeftige ouden,
die niet of niet lang genoeg in loondienst zijn ge
weest. Minister Talma heeft, zonder recht, deze men
schen uitgeschakeld. Zoo komt het nu voor dat lie
den die 9000,— of 10.000,— bezitten 2,— in
de week trekken en werkelijk behoeftigen niets. Trou
wens geheel de regeling van rechts was slecht opge
zet. Er zou 2y, millioen in het jaar noodig zijn, het
is gebleken, dat er 9y2 millioen noodig is. Wanneer
een directeur eener naamlooze vennootschap zich zoo
misrekende, zouden de commissarissen hem de deur
vv ijzen. Minister Treub heeft het plan aan degenen, die
de 2? nu eenmaal ontvangen, het recht daarop
te laten, doch hij wil hen, die geen loontrekkende
arbeiders waren, in de regeling opnemen. Om kosten
te sparen, wil hij de uitvoering leggen in de handen
der gemeenten; vooral voor kleinere gemeenten is dit
zeer verstandig.
De kosten der ongevallen-verzekering bedragen
niet minder dan ongeveer 0,33 op iedere 1,
die den werkman wordt uitgekeerd. Een kleine 'ge
meente van 3 of 4000 inwoners zal 60 of 70 rente-
trekkenden tellen, daar zullen niet meer dan 5 of 6
minder eenvoudig te beoordeelen grensgevallen voor
komen, waarover moet - worden nagedacht. De ge
meenten zullen in den regel met de kosten wel uit
komen, arme gemeenten kunnen subsidie krijgen.
Geen onverdeelde instemming heeft bij spreker de
door minister Treub bedoelde uitsluiting der bedeel
den; er zijn bedeelden die 0,75 of zelfs minder
ontvangen van hunne diaconieën, enz. Het aantaT
uitgesloten bedeelden zou volgens de opgave van de
regeering, 42000 bedragen; alleen wanneer de mi
nister van financiën de voor hem benoodigde
J 42.000.000 in het jaar niet zou weten te vinden,
zou spreker zich bij de uitsluiting neerleggen.
Onverdeelde instemming betuigt spreker met het
plan om het dure en omslachtige plakzegelstelsel, in
Duitschland onmogelijk gebleken, te doen vervallen.
De oude wet bevat 80 artikelen over rentekaarten en
het beplakken met zegels waarvan millioenen per
week zouden noodig zijn. Bij deze wet Talma hangt
verder het bedrag der rente af van de betaalde pre-
miën, zoodat de rente, die de arbeider trekt hooger
wordt, naarmate liij ouder is; maar van de 100 ar
beiders zijn er 95 die niet invaliede worden en jonge
arbeiders met een gezin hebben, invaliede wordende,
juist behoefte aan hooger rente dan de anderen. Die
wil Treub hun ook geven. Hij wil ook de zg. Radenwet
en de geheele bureaucratische organisatie overboord
werpen, hij wil niet, zooals men hem van rechts ver
weet, aan de wet van Talma peuterenmaar ze ge
heel omwerken, vooral ook door de uitvoering zooveel
mogelijk te leggen in de handen van de belangheb
benden zeiven. Ten slotte wil Treub instellen eene
betere en ingrijpende gelegenheid voor de arbeiders
om door vrijwillige bijdragen de ouderdoms- en
invaliditeitsrenten te verlioogen.
Aan het eind van zijne rede zegt de heer Drion;
al deze veranderingen ten goede, welke het zit
tend kabinet beoogt, zijn 1°. veranderingen die van
liberalen zin getuigen; 2vruchten van den bóom
der liberale beginselen. Met vervoering heeft al wat
liberaal is, in 1913 gestreden om het eenmaal zoover
te brengen. Onder ëéne voorwaarde zal dit alles en
nog veel meer tot stand komen, te weten, dat wij allen
enthousiast blijven en in dit opzicht de mannen van
rechts en de sociaal-democraten ter zijde streven, dat
wij, ieder in eigen omgeving: payer de notre per-
sonne, durven te slijten, ons opofferingen willen ge
troosten in dienst van den liberalen staat.
De rede maakte, ook blijkens den lang aangehou
den bijval aan het slot, een levendigen indruk bij
de aanwezigen.
Men beware dit verslag dezer rede, die zulk een
helder overzicht geeft van verleden, heden en toe
komst van de hoofdpunten van ons tegenwoordige
politieke leven. Het kan te pas komen.
De afdeeling Beverwijk van den Boud van vrije
liberalen, die, voor 1914 nog een aardig kassaldo
heeft, geve ons minstens eenmaal in de 2 maanden
soortgelijke avonden als wij met, den heer Drion heb
ben medegemaakt. Kiezers-opvoeding dat is thans
n°. 1.
'l In de Eerste Kamer heeft de luidruchtige heer
Van der Biesen bij interruptie ongeveer hetzelfde
verklaard; Nederland is dus veelzijdig gewaar
schuwd. Red.
2) Daar wordt de eerste rang toegekend aan
autoriteitsgeloof, niet aan met, wetenschappelijke ge
gevens werkend redelijk overleg. Vandaar, dat eene
roehtsche regeering, hoe ook samengesteld en hoe
talentvol ook spelende met woorden, in waren zin
democratisch niet k;1n zijn. Red.
3) Niettegenstaande juist de secretaris van dezen
Bond, de heer Drion, van evenredige vertegenwoor
diging eene bizondere studie heeft gemaakt. Red.