Xotd Ca/l-Rcstaurant„flopli n te hebT>en. En de meiischen wor- l neftrgemaaid, en de soldaten zijn de -d: beulen. De Nederlanden kwijnen in een i vel van bloed en tranen; de slacht offer vallen a.ls versmachte bijen bij dui- zi f,d( en de koning de koning erft. i I-in 1 ïlenspiegel aanvaardt bij eiken nieu- eii droevigen morgen met een blij gelaat zijn indrukwekkende taak ab Jlij zingt: geen ander. Slaat den trommele van dirre dom deyne, slaa t op den trommele van dirre dom dom. Oorlog om oorlog! Leve de (leus! Rukt den hertog zijn ingewand uil. Kkxp met de zweep in zjjn aangezicht! Slaat op den trommel, de holle trom. Vloek zij den hertog, dood den beul. v' dén honden den bloedhond voor. Leve de Geus. hem bij de tong op, bij den arm op, tong, die het vonnis velt, n arm, die liet onderschrijft. ,op de krijgstrom. Leve de Geus! zingt hjj met .zijn klare stem voor de en, die hij te allen kant voor den - bij honderden werft, en hü ziet vol a.t'dij naar de nnuiluifte wilde ge-, 1 n zijner mannen, als zij met liun kot-, stemmen samenzingen zijn machtig in van Slaat op den trommel! Leve ie i'us a andermaal leidt hij een mirakelen- -h te lid prelaat, weer een andermaal een i.elcovigen botterik, wear een an ler- den bloedheit ig zeiven bij den neus, en :j b steeds welgezind bij zijn indruk- w, tule taak. iuit lleyst vaart hij op een sehoonen n 1 igen dag uit met de vloot der Wa rzon en als te laoid voeri de stout- igo. snaaksche duvel hier wi er me- !'i: meil stuk uit. En terwijl bij zijn man daden Tij 1 de Vlaanische man zijn of wel wakke e vurige lie le.cn zong, k ulo in zijn paleis te Valladolid de van Vlaanderen; die neuriede geen I 'die lachte nooit; die kende geen uur zoet gesprek; die was somber: die v. stil: die zweeg tui wrokte, wrokte op woeste volk van leeuwen, die zicli dan man r niét buigen zouden, i zouden gaarne Uilenspiegels avon- i'it n nog met u volgen, doeli ze zijn in een mate geestig en scltaou en li-u zoozeer missen door een korte igave, dat wij u eer xadc.i het boek /.'■n. Het omvangrijke werk, van '1(13 Lijden kost ingenaaid 3,75, gebonden stcvigen, goeden hand 4,50. l)'e uitU r is de heer S. L. van Loioy te Am- dam. Het is een boek, dat zouden bijna zeggen, elke Vlaming, elke l'aialer, elke Groot-Nederlander in huis b, n moet, als een der meest aangrij- 1 verhalen der lotgevallen van zijn Ik: als het onstuimig grootsch en dicli- lijk verslag van een wereldgebeuren: de om de vrijheid van den geest. be .luli-afleveriug van „De Nieuwe Gids" li het vervolg van Van Hulzen's roman: in liet lichtende strand", eenige speci- d ia van het aangename werk van Felix Timmermans, een artikel van Dr. A. H. de Hartog over. „De Beteekenis van den vorm in liet werel IgeheeT'. Dr. J. B. -Schepers schrijft onderhoudend over Bredero's invloed op zijn tijdgenooten en over plagiaat in het algemeen in dien tijd. Peter Spaan draagt, soms zeer fijne, soms ietwat precieuze dagboek-fragmenten bij, en een gedicht aan Albe t Plasschaert. Jac. van Looy wijdt een gedicht aan den Pauwoog-vlinder. Llein Boeken en Willem Kloos dragen letterkundige beschouwingen 1 ij, terwijl Frans Net seller en Chr. Nuys op de gewone wijze de Binnen- en Buiten- landsclie politieke ovetzichten bezorgden. G], de door den Larenschen Kunsthandel te \Yrenen gehouden tentoonstelling zijn een aantal werken verkocht. De persbeoor- 'deeliugen in de Weener bladen zijn zeer gunstig. Wij ontvingen naar gewoonte de laatste nummers van liet tiendaagsch photoweek- blatd „Focus" onder redactie van Adriaan Boer. Zii bevatten weder, behalve leerzame opstellen, menigen fraaien kiek. In den Larenschen Kunsthandel vindt men tentoongesteld een hoogst zeldzame lithogra phic van H. J. Haverman, het .por tret va,n urn gestorven schilder Albert Neui- liuys voorstellend. Van deze litho bestaan slechts 12 afdrukken, allen genummerd en door Haverman getee'kend. In de CjOmédie frau(;aise te Parijs speelt men weder eens een werk van den bij zijn léven veel gesniaiden Viiliers-ide-l'Tsle Adam, namelijk „La Révolte'. Te Londen wordt in Grosvenor House een omvangrijke tentoonstelling van het werk van Fransche schilders uit de 19de eeuw voorbereid. Van deze tentoonstelling is de koning van Engeland beschermheer. „De Vrije Mensch", het maandschrift van Felix Ortt, begint deze maand met een „Inleiding tot. wijsbegeerte" van dezen schrijver; voorts een artikel „De adelstand als openbaring' van den anti-'christ", „Uit Tolstoi's Levensboek" door Peter Kheltr cbitsky, en een aantal boekbesprekingen; van Frederik van Eeden's „Sirius en Sides rius" II heet het daar, „dat het boek tot het type beho'ort van „De kleine Johan nes" 11 en 111, een type znoals wellicht geen andere schrijver dan Van Eeden voort brengt. Het is in hoogt"mate belangwekkend. Flikkeringen van een grootsche levens- en godsdienstopvatting en van een opper,- meusclielijk, haast tlieoc atisch socialisme vindt de optaerkziamip le .er,, die Van Fedetós andere latere werken kent, duidelijk te rug. De schrijver heeft zichzelf een gewel dige opgaaf gesteld; met spanning zullen velen uitzien naar de vervulling". Van den Duitscher Paul Scheerbart ver scheen een boek over liet bouwen van ijzer met glas; „Glasarchitecturlieet het werkje. Men gaat, naar de schrijver meent, een tijd tegemoet, waarin men uitslui tend met glas met ijzeren verbindingen bouwen zal. En menige groote verandering kan het gevolg daarvan zijn. Zoo zullen doorschijnende vloeren eu waaiden mede helpen de huizen te verlichten. Groote gla zen kolommen vol lampen zullen de stad verlichten, eiizoovoorts, en de geestdriftige Duitscher spreekt reeds van een nieuwe moraal, als de mcnschen in zijn glazen huizen zullen wonen. Eerstdaags verschijnt een belangrijk werk over den schilder Céztume. De schrijver is zijn vriend Ambroise Vollard. De N. .V. Uitgeversmaatschappij voorh. C. Harms Tiepen, Amsterdam, zendt ons eene nieuwe aflevering van liaar maand blad „Holland". Deze aflevering bevat een karakteris tiek van den schilder Simon Maris door Johan Bories. Voorts vinden we er ver scheidene fraaie photo's van schilderijen van Simon Maris, C. Spoor, H. Buisman, Willy Sluiter, Krabbé, T. G. Meissner, Aclxi M. de Groot, enz. De criticus Frans Ver meulen schrijft over de tentoonstellingen der „Onafhankelijken" en „Lucas''. Omtrent eerstgenoemde beet, het, dat daar bij zulke veelsoortige inzendingen veel te onderken nen en te leeren valt. Zoo bijv. liet groote verschil tusschen de Nederlandsclie en de buitenlandsche z.g. „modernen". Hiervan zegt hij o. m. Waar wel eens de bewering werd gesteld, dat de Hoilandsche ultra- modernen niets anders waren, dan eene uit Parijs geïmporteerde luidruchtigheid, daar zou ik- willen opmerken hoe we hier, dc groepen breed omvangend, al aanstonds een het- wezen rakend verschil tusschen de Nederlanders en de meerderheid der bui tenlanders kunnen vaststellen, een verschil, dat ik ook opmerk reeds tusschen de Hol landsclie zeventiend' eeuwers en hunne tijdgenooten in Frankrijk, Italië en Spanje. Dit verschil in het doorsnee-karakter zooals ons dat bij onbevangen overzien blijkt kan in 't kort aangegeven worden als een verschil tusschen overleg (bereke ning) en naïveteit, lil dezen zin: dat de Hollauiclsche kunst er eene is van bereke ning, tegenover de kinderlijke direktheid der buitenlanders. De Italiaansche, Fran sche, Spaansche, Russische kunstenaars zijn pathetisch, extatisch, enthousiast en hun verrukking, hun blijheid, hunne extaze, 'zeggen ze onbevangen uit, in knderljjke argeloosheid. De Hollander heeft z'n grim lach, hij wikt en weegt en overlegt; lii.i kent z'n Pappenheimersde Hollander óók al is hij kunstenaar is iemand, die liefst niet enkel de ééne welbekende kat, maar een heel honden- eu apentheater uit den boom kijkt. Alle Hoilandsche kunst heeft perslot iets van den „slag om den arm", en in iedere Hoilandsche huid schuilt perslot nog 'n partikel van den peper- en krontenweger. DE STELLING VAN AMSTERDAM. Forten en werken van de Stelling' van Amsterdam. 1. Fort bij Edam; 2. Fort bij Kwadijk; 3. FoTt bij Purmerend; 4. Fort a. d. Nekkerweg; 5. Fort a. d. Middenweg; 6. Fort a. d. Jisperweg; 7. Fort bij Spijkerboor; S. Fort bij Marken-Binnen; 9. Fort bij Krommeniedijk: 10. Fort bij den Ham; 11. Fort. bij Veldhuis; 12. Fort a. d. St. Aagtendijk: 13. lort, bij Veisen; 14. Fort bij IJmuiden15. Fort i. d. Zuidwijkermeer10. Fort ben. Spaarndam; 17. Fort bez. Spaarndam; 18. Fort bij Penningsveer19. Fort a. d. Liebrug; 20. Werk a. d. Liede. 21. Fort bij Vijfhuizen; 22. Batterij a. d. IJweg; 23. Fort bij Hoofddorp; 24. Batterij a. d. Sloter- weg; 25. Fort bij Aalsmeer; 26. Fort bij Ku del staart27. Fort a. d. Kwakel; 28. Fort a. d. Drecht; 29. Fort bij Uithoorn; 30. Fort Waver-Amstel; 31 Fort in den Botshol; 32. Fort bij den Winkel; 33. Fort Hij Abcoude; 34. Fort bij Nigteveelit; 35. Fort bij Hinderdam; 36. Fort bij Uitermeer; 37. Port. Hij Muiderberg: 38. Vesting Weesp; 39. Vesting Muiden; 40. Fort Pampus; 41. Werk bij Diemerdam; 42. Werk op bet Vuurtoreneiland. De heer des huizes ligt ziek te bed. Hij is hevig overspannen. De geneesheer ver schijnt, beziet den zieke met zorgvollen blik. Die gemalin van den kranke verhaalt met onthaal van woerden, wat hem eigen lijk scheelt. De dokter schrijft een recept; geeft dit aa.n de echtgenoote. Om de hoeveel tijd moeti ik het hem ingeven? vraagt zij. De dokter is kennelijk verbiaasd. Zij her haalt haar vraag. - - Maar hij moet niets innemen, mevrouw. U moet het innemen. Om de twee uur I een theelepel. Dit is de laatste anecdote, dopr den Fransehen tooneelsclirijver Tristan Ber nard verteld. Les plus sages le sont dans los clioses indifférentes, maas ils ne le sont prèsque jamais dans leurs plus sérieuses affaires. L a R o c li e f o u c au ld. HET NIEUWE LEVEN. De biologische verschijnselen. 1) (Slot.) Wat gebeurt bij dien geest, werpt nu een helder licht op de beteekenis van het organisch zelf. Gelijk de geest vermag te kiezen uit de zich aanbiedende motieven, waar hij, abstraheerend en reflecteerend, allerlei mogelijkheden overziet, en uit deze het hem passende, redelijke neemt, zoo gaat het organisch zelf, d. i. die geest op nog lager niveau, pp overeenkomstige wijze I te 'werk. Ook liet organisch zelf kiest, i werpt weg hetgeen het ongeschikt acht, gaat in op hetgeen zijn leven bevordert. j Dat wij hier bij onderscheid overeenkóm- stigheid hebben, blijkt uit liet apparaat waaraan de geest en de apparaten, waar- 1 aan liet organisch zelf gebonden is. Dat van den geest, het brein, met name de groote hersenen, en die van het organisch zelf, de lagere zenuwcentra, zijn van een zelfde qualiteit, een zelfde stof. Een derge lijke nerveu.se stof heeft Nómec ook ge vonden in de planten. Evenmin als do wilsvrijheid iets mysterieus is, physisch gesproken, berust op het latent blijven of actief worden van prikkels, die liier mo tieven lieeten (in het geval van latent blijven heeft er compensatie plaats, door- dat tegenover het motief, den prikkel van I buiten, een ander motief, een prikkel van binnen, in tegengestelde richting werkend, wondt aangebracht, hetgeen kan waar de psychische elementalen tot een eenheid zijn versmolten, een ik vormen, dat als elke idealiteit hare eigen realiteit bteheerscht), evenmin is er iets geheimzinnigs in de onbewuste wijsheid van het organisch zelf. Wat, het vermag ziet men aan de structuren der organismen, aan het instlinc t der dieren, aan de wijze waarop het schadelijke prik kels afweert en ziekten overwint. M ii hebben liet organische ;,u steeds hoogcre formatiën zien worden. Resultaat van dit proces is hot leven znoals. wij liet op aarde kennen, het treedt op in drie voudige gestuite: als cel, als plant, als dier. Uit het voorafgaande blijkt dat, naast Darwin, Lamarck ook een eereplaats to- komt onder de moderne biologen. Want heeft Darwin liet|mid,del aangewezen, wa tr door de Natuur liet ongeschikte uit/.ili eu het geschikte bewaart, n.l. de selectie die met den bestaansstrijd is verbonden, Lamarck toont dat o,r ook oen innerlijke macht is, die de evolutie wekt, n.l. tie functie, waardoor het orgaan wordt ge wrocht. Men stelle zich een organisch wezen voor, dat zich moet voeden, omdat [zulks, gelijk wij zagen, in de rede ligt. oedsel nu wordt van elders opgenomen, moet van elders in het lichaam treden; er is kans dat zekere peripherieën au liet lichaam meer geschikt zijn voor de osmose dan andere, hier is dus alvast een spjjsverteeringskanaal in aanleg, want hel wezen, dat ook psychisch bleek, zal het [aangenaamste zoeken, zal dus liet bon no digde importeeren daar waar het de minsu moeite kost. Door telkens herhaal- g. kruik van deze gebieden tot ditzelfde doel ontstaat op den duur het orgaan; op ge lijke wijze ontstaan elders andere orgauoi b'.v. 'zekere gebieden, die den meesten druk ondervinden, moeten zicli uit devoedin de benoodigdc kracht compeiiseerengeheim klit niet, dan beteek'ent dit uitputting, <ii< het zelf gewaar wordt, liet streeft dus naar gedurig herstel, sterke voeding, lichaamssfeer ontwikkelt zich eu misschien idat liet best als het plasma liier dat steeds als gevoelig wordt voorondersteld uit het water of andere stof zich kalk bereidt. Wordt deze afgezet in de lichaams sfeer onder lioogen druk dan vormt zich een systeem van schalen als bij de crusla ceeën of van been leren als bij de gewt r- volde dieren - op geheel analoge wijzi schept zich liet zelf, in wisselwerking niet de buitenwereld, zijn organen zoodat, tenslotte, het organisme zijn eigen werk, zijn eigen winste is. Want de selectie brengt niets bij, heeft geen positieve macht, zii is slechts negatief van invloed waar 1 zij het gebrekkige teil ondergang doemt, het geschikte doet overleven. Een groote gedachte dus: liet Leven heeft zicli zelf gemaakt, ik, de mensch, ben ni'n eigen schepping, als ik tenminste be looi met deze woonden, dat in zoogdier, vogel, rep tiel, viseh, enz. hetzelfde leven werkt, da zich aan dit alles heeft ontworsteld om te komen in mij tot volmaakter h'auw, tot dieper zelfbesef. In de theoso hische lit r- a.tuur wordt dit beoldsprakig, aangeduid, als het heel dat de Saturnusmensch een soort mineraal was, de Z:tmiemens®b een plant, dat hij later een schaaldier word, on verder oen viseh en eindelijk een zen met longen. Bedenkt men da,t de mensch in do oucle theoeophische letterkunde steeds béteekent het Wereldzelf, dun is de opvatting h,eel juist: het Wereldzelf door loopt al deze vormen eer het zich a.ls mensch in u en in mij openbaart. En als men dit goed overdenkt, welk een blik geeft dit dan op de toekomst! Dit zelf kan veel meer dan den gewonen mensch maker,, het zoekt nu naar den geestelijken mensch. D'e wetenschap, do,oir velen beschouwd ais een noodlottige macht., die de waerekl ongoddelijker maakt, geeft veeleer steun aan onze schoonste verlangens, verzekert de vervulling van onze stoutste drootnen. Dr. H. W. Pli E. v. d. B e r g li v. E ij s i n g n. De gezondheidstoestand van Prof. B o 11a.nd. L.l. Zaterdag ontstond onverwacht de weiischelijkheid v.an snel operatief ingrij pen. De operatie had in den namiddag plaats en slaagde naar wenschde dage lijksche berichten uit het ziekenhuis Wal len te Leiden, waar de geleerde patient verpleegd wordt, luidden telkens nogal be vredigend. Op Vrijdag kon worden verno men, dat alles naar wensch ging, de 'tem peratuur aaiende was eu de patient zich beter gevoelde. Blijft alles vooruitgaande, dan zou er wellicht in den loop der vol gende week sprake van kunnen zijn, dat over een enkel bezoek wer I gedacht. v/h „De la Station", Stationsplein, HAARLEM. Eenig adres voor het geven van Diners en Banquets de Noces, en het houden van Vergaderingen.

Krantenviewer Noord-Hollands Archief

Het Bloemendaalsch Weekblad | 1914 | | pagina 5