„oom -Wasscherij „Hoek en Vaart", fa. jan klauwers zoon. a Anton de R nenmagazijn „ERI g LOEMWERKEN J. H. A. GIELF 14 - Haarle orsatter) Telefoon 523. SANTPOORT. HERINGA WUTHf, HAARLEM CENTRALE-VERWAL s »§i. J. h JAN-GIJZENVAART. te voorraad van de HAARLEM. Mschmarkt I, hoek Jans Telefoon 249. t juiste adres letten ïicure - Shampooiri lstraat (bh dn Grooto Markt HAARLEM. Tel. In ïruidsbouquetten, Grafki Versleringen, enz. enz. Telefoon Bruidsbouquetten, Grafkransi |yrkste" is een jonkman, die prao- 560. STEEDS HEER Mevrouw G. v. d. BRINK, iliteit in s eeïaie afdeeling Heeren Fijngoederen. Eigen Waterinstallatiën. Hoogst hygiënisch. I I -ill VOORHAVEN TE EDAM. *RaaveokV SLECHTS U l.lijft irehruikeil EEK K E E I St u toon zoo schoon, 'mensch en goön, 5ze dan weet te ontrukken. e ii r 1 sr c en TEEM G0,, Hoflever traat 34, HAARLEM Telefoon inwoordiger voor Haarlem en on S3 Mtffi staatkunde en sociologie. Mr. Hen, de directeur van de tram- 'iia.ppij, heeft omtrent den finan- «stand berichten gelanceerd, die "takers in een manifest met- de .ewezen zijn niet geheel met de overeen te stemmen, wil men toch geen klaren wijn Want zoo iet-s verhoogt den 301- de tegenpartij. Ik hoorde als geru c:h t, dat de burgemeester Cp,Haag sterk financieel geïnte- bij de II. T! M. Indien dat zoo i i diens positie als bemiddelaar jutraler op. Ik herhaal, dat ik louw als een los gerucht, door Hitigd. ie bericht uit de krant - dat puwenhuis tot armoede is ver- ui t voor hem bij pa rt ij genoot en Ga ff O ESI t gevraagd. Zou dat dus het van den demagoog bij uitne- ■«wiens invloed op de massa door -•>oit is kunnen worden ge- Dat ziet er treurig voor hem 3l Troelstra in goeden doen is dein. partij beheerscht. De wilde stroom, door Domela Nieuwen- een tweede Mozes uit de rots s is door Troelstira in vaste ba il. Zoo verdwijnt langzaam de van een leven, dat in de ge- van de arbeidersbeweging een èernt, die door niemand andere K|1 A If R F S3 'iel1 ingenomen. Vast staat dat NPlIl llsTm nlllrhl* «l001" zi'n volgelingen zoo is ver- UhSBB 111 ïS If It Uil II Domela, Nieuwcnhuis. Dn VSsas MulS BeèiiiW Vjrschap betreft. In 1903, toen ik alist verslag moest geven van de hi deringen, heb ik opgemerkt, dat zulk een invloed liad als Domela [mis, die kalm, maar venijnig, puionnaire gedachte opwekte bij li -in zaten, ik dacht toen, wat jzijn, als deze man de macht van id. D. w. z. gesteund was door feu beul en liet Comité du Sa-lut ,jaii zou er allereerst in füj schoon schip zijn gemaakt, md iedereen zijn hoofd wel mo- les ?5 Cents, Kinderen Centj-i ('I; 3Vaut iu ;lie11 kalmen man eenvoudige toespraak voelde ieiaer- k van prima gegarandeerd NatuurPail,vezig ''ü11 mrl eeu fanatisme, leus vo,oa- terug zou beven. wordt een noodschot gelost, dat Verdwijnen pleegt vooraf te gaan. ,ok ..Van Christen tot Anarchist" et e opmerking, dat hij er in j '5i door het zand van de levens- I poor te trekken, dat bleef, wij l et einde van dat spoor thans waar is, wat in de gelootfspun- Engelsche kerk is opgenomen: Ier op deze wereld zijn niet om maar om te worden, tan u Domela Nieuwenhuis denken eigen leven, indien hij dat be ll. a. Ritter. engde Koepellaan BLOEMENDAAL. aparte Haarwasch- en Kapsalo door H H. Doctoren aanbevole risch drogen door de nieuwste ting geschiedt uitsluitend door li v veekerijen: Houtvaart Overveen. Telefoon Intercomm, 1481, ich beleefd aan voor alle voork, u Letteren en Kunst. mm van Gogh- Kaulbach, „De Sterkste". Uitgave van L. J. Veen, Amsterdam iigelegd is en op end' op een sell. De zwakke is zijn broer, een kunstzinnig jonkman, die aan VSische leven een broertje dood zaken en al wat daarmede ge- tellen is, tot in het diepst van ,m verfoeit. Het meisje vim den ■V-voelt, meer voor den „sterkste" met dezen. Op liet eind begrijpt x, dat deze zwakste iu zich om- >11 rijker schat van, hpogere, ge- Ten dan haar practischer, koeler,. dit werk iets van verfijning, iets rio-e kunst meenen te zullen vin- in eenigszins teleurgesteld zijn, 4 j zij vinden zullen, is een los weg niet slordig geschreven verhaal, De uitgever C. A. J. van Dishoeck te Bussum zond ons de zesde der vermaarde „Prikkel-Idyllen" van Cornelis Vetli, zijn de: „De Gids voor padvinders. Indianen- vcrlmal". Wie in Holland kent Veth's „Prikkel- Idyllen" niet, die allerkoddigste paro dieën op de ijzingwekkende romantiek, die onze voorouders, ja, ook soms nog onze ouders gretiglijk slikten, en met geestdrift verteerden? Wie las „Do allerlaatste avon turen van Sherlock Holmes" niet? „Crimi neel allerlei"? „Nella, of het slachtoffer van Misdaad en Bedrog"? enz. Thans is het een vermakelijk Indianen-verliaal, dat ons wordt- voorgezet. Het zijn de avon turen van een aantal Nederlandsche pad vinders temidden van de Hurons, een, be trekkelijk niet O'ver-onfatsoenlijk, soort In dianen, onder liet, commando van een uit geslapen opperhoofd, De oude Rot ge naamd. Wat een mensch al niet beleeft daar, het is ongeloofelijk. Wat zegt ge bijvoor beeld van eeu dans, een zoogenaamden be grafenis-dans, waarbij de Indiaansche maagden en jongelieden zich plat op den grond laten vallen, nu voor-, dan achter over, onmiddellijk weer opstaan zonder de handen te gebruiken, driemaal op den grooten teen in het rond draaien en, sterk door den neus, zingen: O weio wei Heden ik. Maak je niet Maak je niet Morgen gij. O wei, o wei dik, blij, -fvrecihtheid en eenvoud gecompo- Ah, wat schrikkelijke verwikkelingen vol nijdassigliedeii, wat oorlogen, boschbranden, tochten door landschappen, waar de flora onzichtbaar is, letterlijk bedolven als deze wordt door de fauna, vertegenwoordig! door hare bloedverstijvende specimina. Aanzie de narigheden, welke door het lot voor de- Nederlandsche padvinders worden weggelegd, hoe een hunner ten slotte wordt gemarteld met kietelveer, spelden, buigtangen en andere gereedschappen, waarbij het razende Indiaansche publiek delireerend zingt: Nu aan 't martelen Bloed zal kartelen! Bleekgezicht spartelen, Roodhuid dartelen. Het bovenstaande moet beschouwd wor den als een poging .om met het geven van enkele grepen uit dit werkje onzen le zers op de menigmaal voortreflijke aar digheden opmerkzaam te maken, en hen op te wekken om deze geestige boekjes te koppen. De prijs is slechts 35 cents. In den prijskamp voor het Beets-gedenk- teeken zijn een 20-tal modellen ingezonden. Te Moskou bereidt men eene tentoon stelling van werken van te Parijs woon achtige Russische schilders voor. „Nous vivons sous la règne du qua- trième pouvoir. Le journal, roi du l'Uni- vers se rattaclic a tout, va partout, porte partout la passion et la lumière. La même feuille se glisse dans le palais et dans l'usine, parle a l'intelleetuel et a l'igno- rant, partout interrogée, commentée, ai- mée du plus grand nombre, redoutée de quelques-uns. L'histoire de ce „epiatrième pouvoir" a tenté un esprit curieux et averti et olie vient de paraitre sous- ce titre A Travers la Press e, en un beau volume de 700 pages, illustré de photo gravures". Het maandblad „De Ploeg" van Juli be vat L. Simons, Onze beschaving op deu ToetsFrans Verschoren, Blauw bloe- meke in het KorenMr. Leignes Bakhoven, Abra data-s en PantheaT. Landré, Inder daad tie Dood in den Pot?; Kees Meijer, Nieuws van Overal; Portretten van; Vin cent van Gogh en Theo van Gogh. Bij de uitgevers Fert Cie., te Parijs, verscheen een merkwaardig boek, „a Tra vers la pr e s s e" geheeten. Dit boek bevat de geschiedenis der pers van af de oudste tijden tot op dezeu dag. Vooral de hoofdstukken, die handelen over het mo derne dagblad, zijn interessant eene klare en volledige uiteenzetting van de tech nische en administratieve organisatie, de inkomsten en uitgaven, de redaktie, de annonoen, en al wat met het couranten- bedrijf, verband houdt. Adolphe Brisson zegt in de voorrede van dit werk Rudyard Kipling dichtte onlangs een ode aan Frankrijk. Het maandschrift „La Poétique" schreef een prijsvraag voor een vertaling ervan uit, eu liet laatste nummer bevat nu de beste der ingezonden verta lingen. neerd. En liet is naar het levendat wil zeggen, het behandelt het dagelij ksoli le ven als iets gemeenzaams, zonder verwon dering, als iets zeer gewoons, naar de ge matigde naturalistische methode. Zoo'n boek is zoo .eenvoudig als het leven zelf. „La Vie des lettres" zond ons weder haar laatst uitgekomen nummer. Het be vat weder een keur van, vaak belangwek kende, stukken. Van de hand van Charles Morice, den bekenden schrijver over kunst en letteren (zijn boekje over Verlaine is bekend) ver scheen een bundel beschouwingen over ..Quelques maitrés modernes". Hij behan delt in dezen bundel o. a. Paul Cézanne, Whistler, Fantin-Latour en Constantin Meunier. Wetenschap. Openbaring en rede. In het nummer van 7 Maart is onder het hoofd: „Wetenschap" eene beoordee ling' van Dr. Ilaentjens' boek over Re- monstrantsche eii Calvinistische Dogma tiek; daarover zou ik van mijn standpunt, als Swedenborgiaan, het volgende wensclien op te merken. Ik lees daarin „Maar de Gereformeerde dogmatiek heeft door de Openbaring tot de bron bij uitnemendheid van onze Godsken nis te verheffen, de waarde van het denken veel te laag aangeslagen, en de verdienste van de Remonstrantsche dogmatiek daartegenover was, dat zij aan de rationeele Godskennis de eere- plaats gaf en aan de Openbaring slechts bijkomstige waarde toekende. Waar blijft de ratio, als men de Openbaring de voornaamste kenbron onzer Godskennis acht?" Er is meer in dat stuk, waarover een Swedenborgiaan zou willen schrijven, maar die drie volzinnen geven stof genoeg voor een artikel, en karakteriseeren den mo dernen geest, die tegenwoordig algemeen heersclit, en die volgens mijn begrip na jaren van studie in Swedeuborg door geene bestaande Theologie, noch Wijsbegeerte, voldoende kan worden beoordeeld. Ik ge loof, dat alleen Swedeuborg eene beoor- deeling geeft. Wanneer wij beginnen met het begin, met den Schepper, die de Oneindige, de Onbegrijpelijke is, die de geheele Schep ping maakte met een doel, een doel, dat gelegen is in Zijn Wezen, in Zijn on eindige Liefde, die begeert Zichzelven te geven en daardoor een schepsel gelukkig te maken, dat Hij daartoe naar Zijn beeld en gelijkenis voortbracht, d. w. z. met wil en verstand begaafd om door opname van Zijne Liefde eu Zijne Wijsheid meer eu meer in gelijkheid aan Hem te groeien en daardoor gelukkig te zijn, dan hebben wij de basis van eene levensbeschouwing, die aan de hoogste rede voldoet, maar tot dusverre in geen enkel systeem gevonden wordt. Vraagt'het aan anderen, of zij een begrip hebben van het doel der ScheiD- P'ing, van hun eigen leven, en niemand in de kerken of daarbuiten zal u antwoor den: „God schiep de wereld om uit het menschelijk geslacht van alle werelden een hemelscli koninkrijk te maken." Wij gaan niet in op de vragen, die er naast .liggen en er uit volgen, en even redelijk kunnen worden beantwoord. Stel den Oneindigen Schepper en het eindige schepsel tegenover elkander en zie dan verder, dat het eindige schepsel is een leeg vat, door God geschapen, met het vermogen om het Goddelijk Leven te ont vangen, het eenige Leven, dat bestaat en dat van God uitstraalt, vanuit de gees telijke zon der geestelijke wereld en de eerste emanatie is van God, den Schepper, en uitstraalt als Goddelijke warmte en Goddelijk licht, als liefde en wijsheid, die door den wil en door het verstand worden opgenomen, die aanhoudend toevloeien en hem beleven en doen ageeren, zooals bij een ver verwijderd voorbeeld een stoom machine werd gebouwd om door ontvangen stoomdruk te ageeren. Zie verder, dat er dri(> graden van substantie zijn, die als oorzaak en gevolg van elkander afhangen, n.l. de eenige wezenlijk bestaande, Onein dige Goddelijke substantie, die de geeste lijke substantie allereerst vormde en daar mede de natuurlijke substantie. Vraag' nu, - een vraag, die iu de Hei lige Sclirift reeds ontkennend is beant woord Hoe kan het eindige het onein dige begrijpen niet alleen, maar uitvinden? Vraag een leerling, die iets van wiskunde weet: Wat is de uitkomst van oneindig gedeeld door een heel groot getal; en wat is de uitkomst van oneindig vermenigvul digd met, een heel groot getal? en hij zal u antwoordenin beide gevallen blijft on eindig onaangetast, en waarom? Omdat er geene verhouding, geene relatie bestaat tus- sclien het oneindige en het eindigemen kan ze met elkander niet vergelijken, het oneindige laat zich door eindige waarden niet veranderen. En nu zijn dit nog maar onmetelijke getallen; maar zij beknoren een mensch met rationeel verstand te doen zien, dat een eindig mensch niets over den Oneindige kan uitvinden, dat het eene dwaasheid is om daarover te willen s|>eculeereii, zelfs door middel van het God delijk talent des verstands, den mensch door den Schepxier geschonken. Maar van de andere zijde moet de kennis komen. De Oneindige, die den mensch maakte, die Zich dus reeds heeft geaceomodeerd, kan Zich voor Zijn schepsel aooomodeereu, Hij moet Zich aan Hem openbaren, Zich voor hem vertoonen en zeggen: „Zie, hier ben Ik, en dat ben Ik." Zonder zulk eene bijzondere Openbaring zou de meusch nooi t, ook door nog zoo veel sjieculatie, kimnen weten, dat er een (iod is en nog minder iets over dien God kunnen weten, en dat hij er tegenwoordig iets van meent te weten, is het onver mijdelijk gevolg en overblijfsel van vroe gere welbegrepen Openbaring. Maal ais de tijden vervallen, vervalt ook de juiste konnis der Openbaring, en dan gaat een mensch sx>eouleeren, zooals Calvijn deed, die zich een Souvereinen God stelde, zonder liefde, welke toch Zijn WTezeu is en drie Goddelijke Personen één God noem de, waarop Episcopius in de verwerping van irrationeels dogma's niet de fouten corri geerde, maar de nog ove.gebïeven waarhe den buiten wierp. Want ook Openbaring moet worden ver staan, en als die kennis verloren gaat, is liieuwe Openbaring noodig, die alleen van den Schepper komen kan, en ook in alle redelijkheid van eenen Vader der mensch- heid mag worden verwacht. En da:i moet worden erkend, dat ziilk eeu nieuwe Open baring voor een rationeele eeuw ia alle opzichten rationeel moet zijn, en daarenbo ven wetenschappelijk en philosofisch. Aan dien eiscli voldoet de Openbaring, door middel van Swedenborg gebracht. En waarom een ieder die dan niet aanneemt? Dat antwoord voert nu te ver. Waarom hebben aardsche vaders goede, gehoorzame, liefdevolle kinderen en ook booze, onge hoorzame e i g e n w ij z e kinderen, die het beter weten dan hun vader? Omdat God den mensch niet kan dwingen, maar vrije keuze laat Den Haag. NASCHRIFT. Gr Geachte Redactie! Gaarne maak ik van de gelegenheid, door u mij geboden, om ox> het bovenstaande te antwoorden, ge bruik. Den belangstellenden lezer verwijs ik naar een beoordeeling van mijn hand van het Swedenborgisme, naar aanleiding van een werk van Swedenborg, dat in 1911 door het Swedenborg-genootschap1 te Voor burg is uitgegeven en door den heer Bar- ger va-n een aanhangsel van Swedenborg's wetenschappelijk werk is voorzien. Deze beoordeeling is oxigenomen in het Tijd schrift voor Wijsbegeerte, jaargang 1912, 2e aflevering, blz. 250 v.v'. De belangstel lende lezer zal dan zelf kunnen beslis sen of ten aanzien van de door mij in mijn boek behandelde xiroblemen, het Sweden borgisme tot begripsverheldering of tot be gripsverduistering leidt. A. H. H. CORSET1ÈRE. Keizersgracht 717 - Amsterdam. Telefoon 1751. Ateliers voor Reparation-

Krantenviewer Noord-Hollands Archief

Het Bloemendaalsch Weekblad | 1914 | | pagina 9