ALGEMEEN, WEEKBLAD
«ement voor Militairen
Uitgave der N. Vennootschap „HET^MIDDEN". Kantoor voor redactie en administratie:
Gedempte Oude Gracht 63. Telephoon 141. HAARLEM.
Geeft elkander „HET BLOEMENDAALSCH WEEKBLAD" ter lezing.
argang
ZATERDAG 26 SEPTEMBER 1914
No. 39
Hel Bloemendoolsch WeeRblnd.
Prijs per
halfjaar f
hij vooruitbe
taling.
Prijs pei
nummer f 0.10
ET-
Ad verten tiën
10 cents per
regel
bij herhaalde
plaatsing
korting.
1 nummer bestaat uit 2 bladzijden.
it weekblad is tijdelijk opgenomen
MIDDEN", waarvan de eerste afzon-
b reeks is afgesloten met No. 34
y -} Januari l.l.
wij ons öfad gaarne oeef in /janden
,'ilitairen widen zien, tjeOöen wij vanaf
voor onöer-ofjicieren en minderen
a donnement van 20 cent per maand
fy rid.
omiteit tot ontspanning van mili-
ontving intusschen nog: van de
W. D. 10,— C. F. B. de H.
van mevr. W. P. ƒ1,per
van den heer W. de B. J 2,per
volgend nummer zul de lezer een
likel vinden van de hand van
li. Wieringa, getiteld:
hristendom en Vaderlandsliefde.
Bedreigd.
III.
eder doet wat hij kan, in eigen
in steuncomités, voor gewonden,
men, voor vluchtelingen, maar toch.
"fnreekt ons, in dezen tijd van ople-
ationaliteit, één groot nationaal doel
en van die grooter natiën die, zij 't
egens elkander vijandig, elk één
ationaal doel hebben ais richtsnoer
hun handelen met alle nationale
Een positief doei waarvoor wij
nd kunnen strijden, dat heeft ons
an noode.
doel bestaat. Maar in welke rich-
1 het te vinden? In welke niet?
1 in de richting van deelneming aan
srnationaal krijgsbedrijf.
moet er gestreden worden, ook
ons, willen wij niet teil onder gaan.
i'.ih moet onze strijd dus zijn een natio-
'och geen partijstrijd, dus een strijd
/elfontwikkeling tot krachtige mo-
natie. een strijd van kracht- en tucht-
k keling binnen onze landpalen, waar-
1 ct Duitsche volk in menig opzicht ons
C piegel kan zijn.
- ar de lucht is vol van internationali-
Dan volgt hieruit logisch, dat ook
anc internationale roeping hebben te
Hen, om, hoe krachtig en tuchtvol al-
ook, toch niet te gronde te gaan.
1 ie internationale roeping kan geene
re zijn dan eene roeping tot vormen
mverkelijken van Recht. Want alle
is verwerkelijking van Recht, met
Itl opdringen van eigen recht aan den
en in oorlogstijd zit niet anders dan
op tot nieuwe rechtsvorming in de
1 'I tijdelijk maar niet op den duur kan
üzeren net rondom de aarde van
1 ch aan mensch verbindende wegen en
•n verbroken blijven.
1 t internationale verkeer zal straks te
-T worden naar gelang thans de oorlog
leener is en inniger,
zorgen dat er dan eene Internationale
fsgemeenschap gereed staat om het
ikkelde voikerenleven van Europa te
1. dat is nu de taak van de werkelijk
ale staten.
erika, Denemarken, Nederland, Noor-
n. Zweden en Zwitserland, allen he
il, maar geen hunner nog naar 't leven
an, zij vormen den natuurlijken bodem
eene internationale Europeesche
tsgemeenschap, welke in aanleg even
,bÜ is als ze in werkelijkheid veraf
't en aan den ophouw waarvan te wer-
die strijd- en slagvaardigheid ver-
t. waarin het element der vernielzucht
eekt. Wij, klein volk, dat zich van
eüng ver heeft te houden omdat het
eene vernieling van eenigen omvang
aarlijk zou kunnen dragen, hebben zulk
ïhijd van noode.
die richting spreke men met elkan-
wekke men elkander op, op het
be richting gesprokene en geschre
vene, wijze men elkander, men leide
in die richting eikander op, tegelijker
tijd dat elke dag de volksopvoeding onder
leiding der legerautoriteiten een schrede
verder brengt naar versterking van kracht
en zelfbewustzijn en volmaking van tucht.
Het internationale in het algemeen, is het
primaire geworden. In hoever de nationale
krachten en talenten van elk volk, uit den
aard van dat volkskarakter, volgens den
loop zijner geschiedenis en overeenkomstig
de ligging van het land, eerste rangs-fac-
toren zouden kunnen uitmaken van eene in
ternationale Europeesche volkerengemeen
schap, het is thans niet alleen verstandelijk
aan de hand van statistieken te onderzoe
ken, maar te gevoelen en te bedenken.
Moge van Nederland de stoot uitgaan
om de voorbereiders van de Internationale
door dwang gesanctionneerde Rechtsge
meenschap van Europa, want alleen zulk
een rechtsgemeenschap verdient dezen
naam, voorzichtiglijk de eerste stappen te
doen zetten op den bodem der werkelijk
heid. T.
Over den oorlog, gehoord of gedacht
Van een onzer medewerkers: Te Brugge
berekende men voor één nummer van het
Fransche dagblad de „Matin" 5 franken
2,50). Het Fransche tijdschrift „l'Ilustra-
tion", werd er verkocht voor 10 franken
liet nummer; van de in het Duitsch en in
het Fransch te Brussel door de Duitschers
uitgegeven krant kostte te Brugge een num
mer 60 cent.
Van een Belgisch soldaat te Ostende:
De Turco's loopen met afgesneden ooren
van Duitsche soldaten aan een om den hals
hangend touwtje geregen; van de hoofden
der gevallen Duitsche doodskophuzaren
snijden ze wangen, lippen en neus weg. De
turco's gooien 300 meter vóór den vijand
hun geweren weg, trekken een mes, een
soort klewang en rennen als dol op den
tegenstander in.
Van iemand uit Vlissingen: Op onze
Schelde houden 2 groote oorlogschepen,
hij meende gezien te hebben: de Brabant en
de Utrecht, met 6 a 7 torpedobooten de
wacht.
-r -V
Uit Ostende: De kust van België wordt
van den ochtend tot den nacht door een 70
Engelsche schepen in lange rij ankerend,
bewaakt, des nachts kiezen zij zee.
Mr. Struycken, staatsraad» schrijft over vol
kenrecht in „Van onzen Tijd", hij kenmerkt
het verschil tusschen oorlogvoeren oud en
nieuw als: oorlog tusschen de menschen
van een bepaald volk en oorlog tuschen de
staten van bepaalde volken, welker burgers
elkander niet haten. In Mühlhausen werden
onlangs lichtgewonde Fransche soldaten
krijgsgevangen binnengereden, staande op
de step der rijwielen van Duitsche.
Dat is dus uit den nieuwen oorlog. Wat
de Turco's doen, schijnt nog uit den heel
ouden. Wij doen een voorstel omtrent den
nieuwsten oorlog: elk volk wijst zijne 300
sterkste mannen aan, onder toezicht van
een internationalen scheidsrechter trekken
deze driehonderden tegen elkaar aan een
grootcn maniliatros.
Uit Berlijn seint Wolff op 24 Sept.:
Duitschland is (0. a.) door de zorgvuldige
voorbereiding der financieele mobilisatie,
in economischen en financieelen zin, volko
men toegerust. Hoe is dit te rijmen met
de bewering: Duitschland is overvallen?
Of moet 't luidenDuitschland is niet over
vallen maar aangevallen, terwijl het volko
men toegerust was? Maar dan wil dit nü
toch zeggen: toegerust tot dézen oorlog.
Of is Duitschland duurzaam toegerust ge
weest tot eiken oorlog
Uit Zwitserland: Men denkt hier over
den oorlog als in Nederland; in vergelijking
met de nuchter-zakelijke Hollandsche cou
ranten deden de onbeduidende in gezwollen
taal gestelde artikelen in Duitsche couran
ten vreemd en onwezenlijk aanWat
Italië betreft is het algemeen gevoelen, dat
bij de eerste zekere aanduiding, dat Frank
rijk aan den winnenden kant geraakt, Italië
zal trachten, zijn slag tegenover Oosten
rijk te slaan. N. R. Ct.")
Uit een hoofdartikel van de „Gazette de
Lausanne", dat de opvatting weergeeft der
Fransch sprekende Zwitsers: Een eerlijke
hoogachting voor liet aan intellekt en kunst
zoo rijke Duitschland, afschuw echter
van liet Duitsche (lees: Pruisische. Red.
Bi. W.) militairisme, waar handelen onder
den druk van overmacht, de plaats inneemt
van eene vrije ontwikkeling en eerbiediging
van het individu. („N. R. Ct.")
Uit Duitschland: Wanneer men, waar de
militaire treinen talrijk worden, zoo'n ein-
delooze reeks wagens, opgepropt met man
nen, bezadigd en intelligent van uiterlijk,
allen van ouderen leeftijd, voorbij zag rol
len, werd men eerst recht bevangen door
ontzetting over die waanzinnige menschen-
slachting, naties van hun beste krachten
beroovende, al dezen voorraad van men-
schenkracht en menschcngeluk voerend
naar hun verderf. („N. R. Ct.")
Uit een artikel van Ulrich Rauscher (wel
draagt hij zijn naam met eere) in de Frank
furter Zeitung: Van 1814 tot 1914 vervol
ledigt zich langzaam in 3 geweldige stij
gingen het lot van het groote Duitschland:
eerst de vrijheid (1814), dan de eenheid
(1870), ten slotte: de heerschappij! Vor
ming van het Rijk, zelfbewustwording van
kracht en ten slotte de glorie. Niet een leeg
van Engelschen afgezien imperialisme, geen
herhaling van de fouten van Napoleon, maar
heerschappij en glorie, aldus te profetee-
ren: alle wachtposten der beschaving over
de geheele aarde (excusez du peu. Red.
Bi. W.) worden afgelost en met Duitsche
manschappen bezet (adieu, Nederlandsche,
Fransche en Fngelsche wijsgeeren, dichters,
technici en geleerden adieu. Red. Bi. W.).
Duitschland ontwaakt, geen volk ter we
reld behoudt zijn vroegeren rang, want
allen leven van het slapen der Duitschers
en gaan te niet met het Duitsche ontwaken.
(Goeden morgen. Red. Bi. W.)
De Belgen hebben van uit Antwerpen een
heuvel, waarop een 42 cM.-beiegeringsstuk
der Duitschers was gesteld, op 13 K.M. van
de stelling, beslopen, de bemanning gedood,
het stuk vernield.
Uit Egypte: Dit land verkeert in oor
logstoestand met Duitschland en Oosten
rijk; men verwacht hier spoedig de annexa
tie door Engeland.
Uit een der Engelsche oorlogshavens:
Deze week werd een oorlogschip waarvan
commandobrug en schoorsteen was weg
geschoten, gehavend binnengebracht uit
Noordzee of Atlantischen Oceaan.
Uit Zwitserland: Op het meer van C011-
stanz worden geregeld nachtelijke oefenin
gen gehouden met een luchtschip, waaruit
vervaarlijk werkende hommen of torpedo's
worden geschoten.
Van een reiziger in Zwitserland: De
staat van verdediging van Zwitserland,
waar alle mannen van 2040 jaar in dienst
zijn, wekt de grootste bewondering door
kracht en volledigheid. Ik zag in eene
plaats de vrouwen zich oefenen met de
brandspuiten; alle mannen waren in dienst.
Een flink volk.
Uit Ned.-Indië: Douwes Dekker schrijft
in een belangrijken open brief in „Het
Volk", dat onze regeering z. i. op de be
volking van Ned.-Indië vast kan rekenen.
PLAATSELIJK NIEUWS.
De manoeuvres te Bloemendaal.
De manoeuvres, reeds eenmaal uitgesteld,
hadden Vrijdag in onze duinen plaats.
Reeds zeer vroeg kwam de Koningin aan
in het buitenhuisje „Thalatta", vanwaar het
uitzicht op de duinstreek prachtig is. Mr.
't Hooft, de eigenaar van „Thalatta" ver
welkomde de Koningin met een korte toe
spraak, terwijl de jongste zoon een ruiker
aanbood. Het gezelschap bestond uit de
generaals Klerk de Reus en Van Tuyll,
luitenant Wittert en freule v. d. Pol. Ge
durende een poos sloeg de Koningin vanaf
het dak dc troepenbewegingen gade, en
gaf dan haar voornemen te kennen zelf
tusschen de troepen te gaan. Zoo ge
schiedde. Na van de familie 't Hooft af
scheid te hebben genomen, volgde de
Koningin temidden der militairen de bewe
gingen in de duinen.
Het was verrukkelijk weer. De zon be
scheen ons mooie duinlandschap. Te allen
kant langs de wegen zag men troepen
militairen, hier wielrijders, die achter hun
blinkende fietsen in het gras lagen; ginds
artilleristen die langs de steile wegen
met hun munitiewagens kwamen omlaag
rennen; elders infanteristen in gesloten
groepen opmarcheerend; mitrailleurs, door
de tweespannen van sterke honden de
hoogten opgetrokken, werden opgesteld aan
beide frontlinies, een aan de Kijkduintrap,
een aan „Het Kopje"; de troepen werden
opgesteld; aan den Haarlemschen water
toren was een Roode-Kruis-colonne neer
gestreken, en in de weidsche, schoone
duinstreek, daartusschen in gelegen, begon
de veldslag.
Het gaf een fraaien aanblik onder de
heldere blauwe lucht, deze bewegingen dei-
kleurige groepen militairen. In de botsing
werd menigeen pijnloos verwond, uitslui
tend om aan de ijverige Roode -Kruis-
afdeeling werk te geven. De slag liep na
tuurlijk in het nadeel van een der partijen
uit, maar daar heide partijen Nederlanders
waren, kan het ons onverschillig laten
welke partij dat was. De overwinnaa s
waren de Nederlanders in elk geval. En
lang zullen ze leven! In den weg om de
ruïne van Brederode zagen we cenige dui
zenden manschappen zitten, die hun boter
hammen aten, allen overlevenden dus. En
welk een overlevenden; men had slechts
een blik op het nabije Brederode te slaan
om te bemerken dat deze mannen aller
minst op ruïnes leken, integendeel, hechte
menschelijke gebouwen waren het.
De weinige gewonden en gesneuvelden
maken het, naar de laatste berichten luiden,
best, nog beter dan vóór den Kijkduin-slae.
Van de vermoeienissen is een ieder uitge
rust. Allen zijn in den besten welstand. Wat
wij ook aan u, lezeressen en lezers, toe-
wenschen.
Vrijwillige Landstorm.
Wij vestigen de aandacht erop, dat des
Woensdagsavonds ten 8 uur, de oefeningen
in het gymnastieklokaal der Openbare La
gere school te Bloemendaal plaats hebben,
als gewoonlijk onder leiding van den ser
geant-majoor-instructeur Vink.
De rijwiel-afdeeling oefent a.s. Zondag
morgen ten halftien; aantreden bij den koe
pel in het Bl.oemendaalsche bosch. Aan
deze oefening neemt de vereeniging „Voor
Vaderland en Koning" uit Haarlem, deel.
De voordeden van den vrijwilligen land
storm zijn, dat men ter plaatse geoefend
wordt; terwijl de minister de verzekering
gegeven heeft, dat men zoolang mogelijk
ter plaatse blijft.
Plaatsgebrek belet ons, hier meer aan
toe te voegen dan een korte opwekking tot
een ieder, die daarvoor in aanmerking
komt, om zich op te geven bij een der hee-
ren: A. Koolhoven, A. J. v. d. Flier, M. J.
Doemen, J. C. Ffoutgraaf, J. Lindeman en
Van der Valk.
Het ongeval dat mr. M. Slingenberg. den
commandant van de afd. Haarlem I van
den Vrijwilligen Landstorm overkwam, ge
schiedde bij Blokland, de oefening was af-
geloopen, "een valwind was de oorzaak. De
heer Slingenberg bevindt zich naar om
standigheden in welstand en is weer aan
den arbeid; hij werd op 4 plaatsen ge
kneusd en de rechterarm brak. Een flink
man.