IJJÉöw* Geeft
lezing. 'Si
elkander „HET BLOEMENDAALSCH WEEKBLAD" ter
KERK-AGENDA, Zondag 8 November.
Haarlem: Jongelieden Kerk (Get. Protb.) 10g u„
Mej. Blok v. Laar; Eglise Wallonne 10£ heures
da matin, Mons. Chouillet, Pasteur a la Haye;
Rem. Ger. Gem. 10 u., Ds. Beijerman, Rem. Pred.
te Meppel; Ev. Luth. Gem. 10 u., Ds. Schade van
Westrum; Ver. Doopsgez. Gem. 10 u., Ds. Hylkema,
Avondmaal, 7 u., Ds. Plantenga, Dankzegging.
BloemendaalNed. Herv. Gem. 10 u., Ds. Van
Leeuwen, 6j u., Ds. Van Leeuwen.
Heemstede: Ned. Herv. Gem., 10 u., Ds. Barbas,
van Haarlem.
Houtrijken Polanen Ned. Herv. Gem., 10 u.,
Ds. B. Baljon.
Spaarndam Ned. Herv. Gem.,10 u., Ds. S.A.Baljon.
Santpoort: Ned. Herv. Gem., 10 u., Ds. Vunde-
rink, Pred. te Haarlem.
IJmuiden Ned. Herv. Gem., 10 u., Ds. Creutz-
berg, 5 u., Ds. Creutzberg, Doopsbediening
Doopsgez. gem. en Ned. Protb. 10£ u., Ds. Attema,
Zandvoort: Ned. Herv. Gem 10 u., Ds. Post-
humus Meijjes.
AGENDA.
BLOEMENDAAL.
Café „Rusthoek" iederen Zondagmiddag en avond
concert.
HAARLEM.
Bureau van Consultatie tot verleenen van rechts
bijstand aan onvermogenden. Iederen Vrij
dag houdt bet bureau des namiddags ten half-
twee zitting in het gerechtsgebouw aan de
Jansstraat.
Koloniaal Museum (Paviljoen.) Dagelijks ge
opend van 104 ure.
Museum van Kunstnijverheid. (Paviljoen.)
Dagelijks geopend van 104 ure.
Gemeentelijk Museum. Dagelijks geopend van
10—4 ure. Entree f 0.25 p.p. Ie "Woensdag
van de maand vrij. Zondags van 10—3 vrij.
Bisschoppelijk Museum. (Jansstraat 79.) Ge
opend behalve Zondags en R.-K. feestdagen
van 105 ure. Toegang 25 cents.
Stad s-B ibliotheek. (Prinsenhof.) Dagelijks ge
opend (behalve Zondags) van 104 uur.
Groote Kerk. Dinsdags van 12 ure, en
Donderdags van 2—3 ure. Orgelbespeling.
Teyler's Stichting. (Spaarne.) Geopend (be
halve Zaterdags en Zondags) van 11 3 ure.
De bibliotheek alle werkdagen van 14 ure.
Kunstzaal De Bois, Kruisweg 68, Haarlem,
tentoonstelling van Kunstwerken. Dagelijks ge
opend van 9 5 uur.
Schouwburg Jansweg: Zondag 8, Maandag 9,
Dinsdag 10 en Woensdag II November: 8 u.
Past d'r op!; Donderdag 12 November: 8 u.
Groote Stadslucht.
geschreven zijn met schrijfmachine-
schrift.
PLAATSELIJK NIEUWS.
De tram.
De Overveensche Train heeft in den
laatsten tijd een eenvoudiger dienst inge
steld. Deze bestaat daarin, dat met een
wagen minder gereden wordt, waardoor de
tramwagens dadelijk bij aankomst weer
moeten vertrekken. Men overdrijft dat ech
ter wel een weinig. Wij hebben het bijge
woond, dat een wagen aan den Bloemen-
daalschenweg zoo goed als weer op
den terugweg was vóór hij goed en wel
was aangekomen, en een groep wachtende
passagiers nauwelijks kon worden ingela
den. Het gelukte den menschen eindelijk
nog, zij het dan ook in een toestand van
volkomen uitputting en met een verminkt
zenuwgestel, mee te komen.
Jubileum.
Zondag herdacht mejuffrouw De Boo den
dag waarop zij vóór vijf-en-twintig jaar in
dienst trad bij de familie De Kanter. Zij
ontving van de Maatschappij tot Nut van
het Algemeen een medaille voor getrouwe
plichtsbetrachting.
Herdenking.
Zooals wij onzen lezers mededeelden,
vierde de heer H. Vis, Zondag zijn 1214
jarig jubileum als koster der Ned. Herv.
Kerk te Bloemendaal. Vermelden wij nog,
dat de heer Vis door ds. Barger bij de
godsdienst-oefening met een kort woord van
het chemisme in zijne absoluutheid de hoo-
gere kategorie op, welke in het chemisme
schuilt; altijd komt het bizondere tot zijne
waarheid in zijne zelfveralgemeening, ge
lijk omgekeerd het algemeene tot zijne
waarheid komt in zijne zelfverbizonderin-
gen; altijd komt iets tot zijne waarheid in
eigen tegendeel, in datgene, waarin het zich
opheft, waarin zijn naam verdwijnt. Het
ware in het chemisme komt derhalve in
zijne alomvattendheid, het ware in deze
alomvattendheid echter in derzelver ver
enkeling, in den vorm des levens, aan het
licht.
Is deze de waarheid van het chemisme,
dan moet het laatste erin terug te vinden
zijn, maar: veranderd.
De verhouding van het chemische en
het levende aanzijn zal dus, als elke
verhouding, eenheid van overeenkomst en
verschil moeten blijken. Het organische aan
zijn nu komt met het chemische hierin
overeen, dat het „zich ontwikkelt en stelt",
maar het verschilt er hierin van, dat het
zich bovendien „herstelt en herhaalt'.
In den vorm des levens bereikt de natuur
opnieuw weliswaar een aanzijn wat op
geheven is, is niet verloren maar zij
valt diaarin niet terug tot de begrensdheid
waardeering wend gehuldigd, en de kerke-
raad na den dienst den jubilaris in huldi
gende woorden toesprak, waarna hem een
keurig bloemgeschenk werd aangeboden.
Vrijwiltige Landstorm
Morgen, Zondag, maken de afdeelingen
van den Vrij willigen Landstorm Haarlem
een fietstocht. Aantreden des morgens ten
9 uur aan den Julianaweg bij den Zijlweg.
Het Jaarboekje.
Ons Jaarboekje „Help u Zelf" is in be
werking. Het verschijnt tegen het einde des
jaars. Wij wekken een ieder op, reeds nu
een exemplaar van het handige, voor be
woners van Haarlem en Omstreken onont
beerlijke, boekje te bestellen.
Uit het p o 1 i t i e-r a p p o r t.
Processe n-v e r b a a 1 zijn opgemaakt
wegens: openbare dronkenschap; loopen
over verboden grond; diefstal van een rij
wiel en burengerucht.
Gevonden en terug te bekomen bij
H. M. Schieferdecker, Mollaan n". 5, te Bloe
mendaal, een gouden broche; P. Schoon,
Zomerzorgerlaan n". 8, te Bloemendaal, een
koperen gewicht; Oskam, Rollandspad n".
19, te Overveen, eenige Engelsche sleutels
in étui; aan het bureau van politie te Over
veen, een huissleutel
Verloren: een gouden ring en een
cocarde.
BURGERLIJKE STAND.
Van Vrijdag 30 October tot en met Don
derdag 5 November.
Geboren: z. van W. Kleef en A. van
Schagen; d. van A. J. P. Janssen en A. M.
van Opzeeland.
Getrouwd: J. J. H. M. Klesssns en
E. A. M. M. Albers; H. Timmer en T.
Woudstra.
Overleden: T. Koorn, 74 j.
SPORT.
„Bloemendaal"„Edo" 23.
„Bloemendaal" heeft dezen wedstrijd on
gelukkig verloren. Hoewel de witten den
geheelen wedstrijd sterker zijn gew.eest, is
„E.D.O." de gelukkige geweest. Reeds on
middellijk na het begin maakt „E.D.O." den
eersten goal. Dit prikkelt „Bloemendaal"
en onze witten zijn langen tijd aanvallend.
Toch duurt het lang, voordat zij weten te
doelpunten. Als de linksuiterst namelijk er
met den bal van door gaat, schiet hij van
de wing tegen den onderkant van de doel-
lat. De bal springt dan Verder in 't doel.
Vóór de rust wordt dan niet meer ge
scoord, zoodat de rust intreedt met gelij
ken stand. (11)
Na de thee blijft „Bloemendaal" langen
tijd op de „E.D.O."-helft domineeren, maar
veel geluk met schieten hebben de heeren
niet. Was er in deze periode een goede
schutter in de witte voorhoede geweest,
dan was de wedstrijd glansrijk gewonnen.
Nu duurt het nog een heelen tijd, voordat
de rechtsbuiten uit een mooien voorzet van
links weet te doelpunten. (2l). Het pu
bliek is dol van vreugde. Zou „Bloemen
daal" de oude tegenstandster uit de 2de
klas verslaan Het gejuich is nog niet be
daard, als de rechtsbinnen gelegenheid
krijgt om den voorsprong te vergrooten.
Alleen voor den „E.D.O."-keeper staan
de, schiet hij den bal in diens handen. Dan
valt „E.D.O." een penalty ten deel, die on
houdbaar wordt ingezet. Dit ontmoedigt
„Bloemendaal" geenszins. Integendeel, hef
tig valt het witte quintet aan, maar zonder
resultaat. Het gelukt „E.D.O." zelfs een
derden goal te maken, nadat er eerst nog
een penalty is gemist. Weldra fluit de
scheidsrechter tijd en heeft „Bloemendaal"
en de eindigheid van het natuurlijke aan
zijn. Het organisme is niet als het verstijfde
krvstal, eindigheid, welker vorming plaats
gevonden hééft, maar rusteloosheid, welke
zich aanhoudend vormt, voortbrengt en
stelt, welke niet ophoudt te worden. Het le
ven is de aanhoudende strijd tegen vernie
lende invloeden, maar tevens de macht, deze
aan te wenden tot eigen instandhouding. Ja,
het is de macht tegen zichzelve; in zijne
bestendige stofwisseling vernietigt het be
stendig eigen voortbrengsel, om in weer
wil, en op voorwaarde, van deze bestendige
zelfvernieling en zelfdooding het leven te
blijven. En het organisme is zoo, hoewel in
verhouding tot de onzienlijke idealiteit van
het leven realiteit, niettemin als onzienlijke
eenheid van eigen oneindiglijk zich stel
lende en opheffende aanzijnswijzen, zelf
idealiteit. Eerst in zijn ideëel aanzijn stelt
het begrip der werkelijkheid het onzien
lijke Eene, hetwelk niet dan in en door zijne
veranderingen blijvend is een aanzijn, dat
met eigen begrip overeenkomt. Zelfs in dien
zin, dat het, in weerwil zijner eindigheid,
oneindig is: het „herhaalt zich". Als ver
enkeling vergankelijk, vermag het individu
nochtans zijne soort te bestendigen. Zelf-
herstelling en zelfherhaling zijn de organi
zeer onverdiend verloren. Het is te hopen,
dat Moeder Fortuna niet in alle wedstrij
den onzen „Bloemendaal"-spelers den rug
toekeert.
Zondag a.s. „Bloemendaal II"—„V.V.C.
II"; aanvang 10 uur, op 't „Bloemendaal"-
terrein. v. V.
UIT ANDERE üEMEENTEN.
Cursus Aesthetica.
Woensdagavond hield in het gebouw „De
Nijverheid Jansweg, de heer H. C. Ver-
Kruysen, leeraar aan de Kunstnijverheid
school te Haarlem, een lezing over „Scnoon-
heid en Kunst de eerste uit een reess
t an lezingen. Deze cursus wordt in boven
genoemd gebouw op alle Woensdagavon
den geregeld gegeven; de toegangsprijs
tot den geheelen cursus is 2,50 per per
soon.
Deze eerste avond gaf ons reeds een
uitnemenden indruk van de bizondere be
langrijkheid van dezen aesthetischen cursus.
Spreker begon met er op te wijzen, dat
nimmer de kunst diep te doordenken is zon
der dat wie haar te doordenken poogt, begrip
van het ware bezit. Dit begrip van het ware.
toch is het ware begrip te noemen. Dat
ware begrip is het, wat ons begrijpen doet,
dat niets denkbaar is zonder het menschehjk
denken. Op het denkend IK heeft alles be-
tiekking, evenals het denken zelf betrek
king heeft op het andere, dat het, betrek
kelijk dan, tegenover zich heeft; zoo zijn
twee denkbaarheden, welke tot elkander in
betrekking staan, betrekkelijk en niet ge
scheiden, ofschoon ze wel onderscheiden
zijn. Zoo is het IK nooit zonder het andere,
en deze beiden veronderstellen als tegendee-
len elkander wederzijds. Dus door iedere
denkbaarheid wordt verondersteld een te
gendeel, waarmede het, hoewel onderschei
den ervan, toch één is. Immers elke denk
baarheid, eenzijdig gedacht, is eene be
grensdheid te noemen, en waar een grens
is, veronderstelt men ten anderen kant een
ommezijde, een tegendeel; een grens be
duidt evenzeer vereeniging als scheiding.
Wat gesteld worden kan, kan ook worden
opgeheven. De werkelijkheid van de zicht
bare wereld is te noemen eene werkelijk
heid, die zich opheft, en daarom is deze
werkelijkheid als eenzijdigheid eer het on
werkelijke. Wanneer nu eene stelling de
waarheid niet is, en hare tegenstelling blijkt
zulks evenmin, dan moet de waarheid we
zen de denkbaarheid der eenheid van stel
ling en tegenstelling. En zoo is de waarheid
der ware werkelijkheid als eenheid van het
denkend IK en al het andere, tevens de ware
volledigheid der eenheid, welke immers in
zich alle tegenstrijdigheden opheft. Eene
werkzame veeleenigheid wordt deze een
heid dan. In zichzelve is de waarheid werk
zaam en strijdig, zij grondt zich op zich
zelf. Het Ware of het Oneindige moet, wijl
het alomvattend is, ook zichzelf waar ma
ken,- en dit kan geschieden door de werk
zaamheid; die is namelijk: een onderschei
den in zichzelf, een eeuwige zelfbestendiging
in zelfverkeering. Zoo is de idee der waar
heid geenszins eene vergankelijke eindig
heid, doch oneindige eenheid. Het Onein
dige bepaalt zich in eene voortdurende wor
ding tot eindigheden, welke het zelf toch
steeds te buiten gaat. Eindigheden, bepaald
heden, eenzijdigheden .hoewel onhoudbaar
op zichzelven,, zijn dus volstrekt onontbeer
lijk. Hare waarheid vindt een denkbaarheid
eerst in haar opheffing. De mensch ook is
vereindigde oneindigheid, denkend gaat hij
zijn eigen eindigheid te buiten, en komt zoo
tot veroneindigde eindigheid. De mensch is
te noemen de ommezijde van het Onein
dige zelf; zoo komt de Eeuwige Oneindige
Waarheid uit zichzelf tot zichzelf, dat is tot
bewustzijn, dat is tot bewustwording. In ons
sche functies, waarin de levende vorm de
waarheid openbaart van de vormbestendi-
ging door stofwisseling, welke aan het aard-
sche chemisme waren kenbaar geworden.
I 426. In de natuurkennis verhouden
zich bewegingsleer, verschijnselenleer en
levensleer als voorbereiding, stelligheid en
verinwendiging van besef omtrent het ver
schillend buiten zichzelf verkeer end e en
van zichzelf vervreemd ware.
Alles is te denken in drieërlei verhou-
houding; alles is eerst in zijne volledige ont
wikkeling gedacht, als het doordacht is in
zijne voorbereiding, stelligheid en opheffing.
Dit ligt in het begrip „ontwikkeling" zelf;
wat zich ontwikkelt, ontwikkelt zich uit iets
anders, zijne mogelijkheid of voorbereiding,
tot zichzelve, zijne stelligheid, en tot iets
anders, zijn doel. Want juist datgene,
waaraan het zijne stelligheid ontleent, is
tevens datgene, waarin het zijn einde vindt:
zijne grens; wijl iets is, heft het zich op,
gaat het over in iets anders. Deze drie
ledige verhouding is het beginsel der ge-
heele werkelijkheid, ook der werkelijkheids-
Zeer, welke in al hare geledingen niets dan
deze verhouding openbaart. Zij is, als de
werkelijkheid zelve van Rede, Natuur en
Geest, één groot organisme, het organisme,
denkt zich het Goddelijke. Het goddelijke
doorwoont ons. Het doel van het heelal is
de zelfverwerkelijking der Goddelijke Idee.
Indien dit althans nog een doel genoemd
worden kan. De Bewegelijkheid van het
geheel, waarin niets standhoudt, kan ook
geen begin hebben; zij wortelt in de werk-
zaamheid zelf, en elk oogenblik heeft zij
weder een begin. Zij is voortdurend ont
staand en vergaand, eene blijvende wording,
Het is hierom, dat bewijzen, die altijd op
bepaaldheden steunen, voor het stellend,
verkeerend en vereenigend denken geen he.
teekenis kunnen hebben.
Tot zoover de eerste lezing van dezen
belangrijken cursus. De spreker vond bij
de aanwezigen een aandachtig gehoor en
welverdiende belangstelling.
Gaarne wekken wij onze lezers op, dezen
zeer leerzamen cursus te volgen.
Museum van Kunstnijverheid.
Het museum van kunstnijverheid, te Haar.
lem, werd gedurende de maand October
bezocht door 580 belangstellenden. Uit de
aan het museum verbonden boekerij werden
159 boek- en plaatwerken in de gemeente
Haarlem uitgeleend. Voroloopig worden
geen werken naar andere plaatsen van ons
land verzonden.
De aan het museum verbonden school
voor kunstnijverheid werd gedurende de af.
geloopen maand bezocht door 199 vrouwe
lijke en mannelijke leerlingen.
In de rotonde van het museum van kunst
nijverheid zal vanaf Zondag a.s. een buiten
gewone tentoonstelling gehouden worden
van oorspronkelijke Japansche houtsneden.
In deze bizonder fraaie collectie komen wer
ken van Hoson, Gehke, Hokusai, Biko,
Hogro en anderen.
Zondag is de toegang kosteloos.
BLADVULLING.
Gewaarborgd.
Oppasser (in den dierentuin): „Kinderen,
niet zoo dicht bij het hok van den leeuw:
hij zou je kunnen bijten!"
Kinderen„O, die bijt ons niet, wij zijn
lid!"
VAN HIER EN DAAR.
Een nieuwe draadlooze telephoon
in Japan.
De Japanners hebben hun eigen systeem
van draadlooze telephonie. Het is een uit
vinding van Torikata, en werd reeds door
de Japansche regeering aangekocht, terwijl
het in Frankrijk en Engeland gepatenteerd
is. Op bevel der Japansche Regeering moe
ten nu alle groote schepen voorzier, zijn
van een „Torikatafoon"-instrument. De
ervaringen, die de drie groote stoomvaart
lijnen met het systeem hebben opgedaan,
zijn inderdaad schitterend. De strekwijdte
der apparaten bedraagt 100 K.M. Een groot
voordeel van het Japansche systeem ligt
in zijn eenvoudmen spreekt en luistert met
hetzelfde gemak als bij een gewone huis-
en kantoor-telephoon.
(Maandbl. t. d. Vervalschingen.")
Sluitzegels.
De uitgever G. W. Belinfante, Den Haag,
brengt sluitzegels in den handel, ten bate
van het Koninklijk Nationaal Steuncomité.
De zegels zijn in aangename kleuren uit
gevoerd. De voorstelling is een drietal
figuren, verpersoonlijkingen van den Ar
beid, de Waakzaamheid en de Weldadig
heid.
Deze sluitzegels worden bij de 18 en bii
de 6 stuks verkocht, respectievelijk tegen 25
en 10 ets. De zuivere opbrengst komt ten
bate van het Nationaal Algemeen Steun
comité.
waartoe dat eene beginsel zich ontplooit.
En binnen deze volledige begripsleer toont
derhalve ook de leer van „het verschil
lend buiten zichzelf verkeerende en van
zichzelf vervreemde ware", de natuurleer
dus, dezelfde verhouding; hare drie, gele
dingen, de bewegings-, de verschijnselen- en
de levensleer, zijn onderscheidenlijk leer van
mogelijkheid of voorbereiding, van stellig
heid en van opheffing van het natuurver
schijnsel welke als opheffing van het
„buiten zichzelf verkeerende" eene verin
wendiging tevens is.
De vorm dezer spreuk brengt ons intus-
schen nóg iets tot bewustzijn. Verhouden
zich bewegings-, verschijnselen- en levens
leer als voorbereiding, stelligheid en ver
inwendiging van besef omtrent de natuur,
dan is hiermede tevens de verhouding uit
gesproken tusschen wijsheid en werkelijk
heid. Geschiedt de ontwikkeling van W
natuurbegrip, van ons natuurbegrip, over
eenkomstig de ontwikkeling van de natuur-
idee zelve, dan is hierin begrepen, dat
de wijsheid niet is eene redeneering ovf'
de werkelijkheid, maar de werkelijkheid zel
ve, die zich in ons verinwendigt van denk
bare tot gedachte werkelijkheid.