Spreekuur der Redactie. de Redacteur, )gal genadig afgekomen, als r over welke uitdrukkingen lestrijd met den heer Van haar de beschikking hadt. zeer goed begrepen, als ge at waar mijn hart tot spre- sprak". maar minder juist is itrent het oordeel van ons sympathieën en antipathieën, eft in al zijne lagen een in- ifkeer van onrecht, daarom en overweldiger Jan Pieters- aar liefst gezwegen, omdat weten zich ten aanzien van zelfs nu nog niet zoo heel wij pro-Nederlanders in hart i Engeland in den Boeren- ;oed in onze oogen doen en het redres maakte veel goed. het althans, behoort het nu sende menschen ook ten op- itschland te gaan, totdat het lerstelt. tijd blijft zeker een raadsel, de plank totaal mis, als gij Nederland niet pro-Fransch daarvoor te diep in het hart n zou, meest .ontwikkelden en de itsten vond men toen zelfs krijk warm gezinden en nu s zijn? emelk-volk als gij van het maakt, blijkt het, goddank, sijn en die .rasechte rust en waarvan gij gewaagt, lijken e opvatting omtrent de psy- olk eens duchtig moeten her- )e Telegraaf" van de laatste i op na. t pro noch anti, doet mij den- van wien De Genestet ge en-man, wat heb je er an? Hoogachtend, Uw dw. WILLEKES MACDONALD. andsch kloosterwezen. Ramiwyck, geesteskind van r Lina Tervooren, had in rabautsch klooster hare oi>- )iten. Op zestienjarigen leei'- ij naar hare, uit Indië weer- lers terug, al was zij gaarne zusterkens en de waarde 3ven. Het leven bracht haar cheid en strijd; ze achtte ite den eenigen uitweg te n tot het klooster haretoe- lemen. Die moeder-overste re, verstandige vrouw: deze ui van Mia zeer goed, doch vooreerst alleen een poos hebben, zoinder dat dit tot ond. En dat was goed ge- Mia wel dadelijk haar no- ti aanvangen; want ai ver- vereld, de wereld liet haar leerde haar ten slojtte het der huwelijksliefde kennen, it de idyllische zijde van .even geschetst. Oorspronke- de kloosters geene andere in. hun, die den levensstrijd ,ven wensckten te ontvluch- de gelegenheid te bieden, niet uit het oog verloren, uit het antwoord, dat ons gaf op onze vraag na ons zijn klooster, of hij het niet ker vond in de wereld den de zonde aan te binden deze muren dien te ont- fergeefc niet, dat het kloos- is voor de zwakken." antwoord laat een indruk r deze is toch niet van lau ds men bedenkt, dat die tedig reeds zoover zijn aan- t zij allerlei werk kunnen ïetwelk hen gedurig met de aeld in aanraking brengt; >ch niet weder tot deze te- ls de zwakte geweken blijkt, oiet alzoo tegenwoordig el- zijn de kloosters veranderd r en strekking. Het con- leven is een actief gewor- ang geleden wees prof. Nip- dat zij moeten dienst doen wachtposten in den strijd iselijke heerschappij. En de der Pol in zijn brochure isterwezen in Neder- van C. L. G. Veldt, Den inert, dat aan de Orde 1 het bevorderen van de su- 111 de ro.omsche kerk over dng. e tijden sprak deze van zen- root deel dier samenleving nar in verzet gekomen, lS itsnapi. De wereldlijke gees- te veel met haar samen- n aan de aanspraken dei /er staat en samenleving vot- :ht bij te zetten. Hier ra1 n en congregaties als keur- Over dezen ommekeer in het eigen lijke wezen van het kloosterleven wees ik reeds vroeger in dit blad, en pok op de onzekerheid van het wettig be staan van het meerendeel der kloosters iu ons vaderland. In zijne bovengenoemde brochure ves tigt de heer Van der Pol opnieuw de aandacht op dit actueele onderwerp. Wat maakt men zich toch druk met de kloosters? zoo wordt van clericale zijde gevraagd. Laat hen toch met vrede, die broeders en zusters, wier taak aan de ziekbedden, wier werk voor de op voeding der jeugd waarlijk niet gemak kelijk en benijdenswaardig is en door hen met bewonderenswaardige toewij ding wordt verricht. Wij onderscheiden tusschen de organi saties zelf en de individuen. Alle eere van ganscher harte aan hen, voorzoover edele ijver hen bezielt. Wie persoonlijk velen hunner heeft gadegeslagen, kan niet nalaten dat, walt hun toekomt, hun ook te geven. Zoo spreekt ook de schrij ver van Het Kloosterwezen in Nederland met grooite waardeering van velen der broeders en zusters, die aan het onderwijs hunne krachten ge ven. Over de ziekenverpleging, toch van zoo grooten omvang en diepe beteeke- nis, wordt in de brochure niet gehan deld; evenmin als over den economi- schen kant der kloosters. „Moge" zoo zegt hij „moge de positie van leeke- broeders onder de geloovigen van eenig aanzien en ontwikkeling een weinig be gierde en zelfs geminachte zijn gewor den, een feit is, dat daarbij zich vele menschen tot bescheiden, godvruchtige, der wereld inderdaad afgestorven ge loofshelden hebben gevormd. Elke schijn van geestelijken hoogmoed is liun vreemd. Hetzelfde geldt in nog meerdere mate van duizenden religieuse zusters, die uiteraard op een bescheiden bestaan zijn aangewezen. Sociaal mogen ze nog zoo weinig beteekenen, misschien zelfs n ideelig zijn als gehoorzame werktuigen tot ondernemingen, die beter onuitge voerd bleven, als individuen verdienen zij vaak hoogachting door haar geheel belangeloos leven en werken, en door haar oprecht gemeende, kinderlijke godsvrucht." Woorden, welke wij gaarne onderschrijven. J. Herderschee. (Wordt vervolgd.) ONTVANGEN BOEKEN, ENZ. I)e Machine-, Rijwiel- en Automobielen- fabriek „Simplex" geeft voor 1916 een aan genaam uitziende kalender uit. Op elk der twaalf bladen is een werkelijk voortreffe lijke photo afgedrukt, een lust om naar te kijken, elke maand- Het aantal bezoeken, dat wij den laatsten tijd ontvangen, noopt ons een spreekuur vast te stellen, waarop wij gaarne met onze bezoekers persoonlijk van gedachten wisselen zuilen. Dat spreekuur hebben wij bepaald op alle Donderdagen ten 10 uur. RECHT EN WET. Bij vonnis der Arrondissements-Recht- bank te Haarlem, d.d. 7 December 1915, is J. Mooij, winkelier en venter in galante rieën, wonende te Oostzaan, in staat van faillissement verklaard, met benoeming van mr. M. Slingenberg te Haarlem (Ged. Oude Gracht n". 92, telefoon 826), tot cu rator en mr. P. J. G. van der Muelen tot rechter-eommissaris- VOOR ONZE DAMES. De wintermode. Nu pas kunnen wij ons een volkomen beeld vormen van het geen wij dezen winter te zien krijgen. De hals wreekt zich voor de achteloosheid, woaronder hij niet minder dan anderhalf jaar heeft moeten lijden, en wil daarom nu dubbel worden vertroeteld. Kant, flu weel en batist, in dubbele lagen over elkaar zetten het hoofd als het ware op een scho teltje, Behalve die halsgarneering, waarin we gedurende den winter nog verscheidene variaties kunnen verwachten, concentreert de aandacht der mode zich op de vorm van den rok, die kort en wijd blijft en op de schoenen. De lijn van het moderne schoeisel heeft absoluut geen reden van bestaan. Ze is grillig en ongemotiveerd. Fijn is alleen de groenlaken schoen, waar van de kleur zich moet herhalen in het toilet. De mooiste vrouwen van Rusland. Als de schoonste en fraaist gevormde vrou wen van Rusland noemt men de bewoon sters van de gouvernementen Kursk, Orel en Kostroma. Ook haar kleeding is schil derachtiger dan die uit de andere streken. De jonge meisjes dragen als hoofdtooi een halve-maanvormige muts. met soms bijna recht omhoog staande horens, z.g. „Soro- ka". De rok, rond geknipt, is 's zomers van linnen en 's winters van wol en met bonte kleuren versierd. Hier overheen dragen ze een soort schort, eigenlijk meer een lange blouse met mouwen en met bont borduur werk, „Lanavoska" genaamd. Deze „Lana- voska" wordt alleen in dit deel van Rus land gedragen. In den winter komt over alles heen nog een jakje. Hals en ooren worden dan beschermd door een linnen doek, die over de bewuste soroka gebonden wordt. Bizonder eigenaardig is de dracht der bruiden. Ze hebben op het hoofd een hooge, suikerbroodvormige, van achteren uitgesneden muts. Hieraan is bevestigd een ruime, tot den grond reikende sluier. Het is jammer, dat de schoonheid van de mees te Russische vrouwen maar zoo kort duurt. De oorzaak hiervan is hun vroeg huwe lijk; tegen dertig jaar zijn ze zoo dik, dat er van eenige bekoorlijkheid geen sprake meer is. SPORT. Hockey. AmsterdamBloemendaal I 35. Door deze overwinning wist B. H. C- zich op de tweede plaats der 1ste klas te zetten, alleen de eeuwenoude kampioenen T. O. G. O. hebben zij nog boven hen en het zal voorwaar dan ook een mooie wed strijd worden, wanneer ze 9 Januari tegen hen moeten kampen. De wedstrijd van 1.1- Zondag had een zeer spannend verloop. Geijl wist B. H. C. de leiding te geven, doch dit werd wegens buitenspel geannuleerd. Toch gelukte het hem dan, nadat de Am sterdammers reeds de leiding hadden geno men. den gelijkmaker te maken. Na de rust zijn de oranje-witten een weinig in de meer derheid en IJzerman gaf direct na de bully, met een snellen rush Bloemendaal den voorsprong. Even later wist Van Beugen Bik, door op een mooi schot van IJzerman in te loopen, den stand op 31 te brengen. André de la Porte verdedigde zijn doel weer uitstekend, terwijl Reinders en De Vries weer een fraai backspel te zien geven. De Vlaming wist uit een der Amsterdam-door- braken met een onhoudbaar schot den voorsprong te verkleinen. Van Beugen Bik en Van Aalst maakten nog ieder een goal voor hun elftal, terwijl Carp een paar mi nuten voor tijd Bloemendaals vijfden en laat sten goal maakte. Zoo eindigde ook deze wedstrijd met een overwinning voor B. H. C. Bloemendaal IIAmsterdam II 32. Ook zij wisten de Amsterdammers te ver slaan en zich dus op de tweede plaats staan de te houden van de reserve 1ste klas. Westerman. die Zondag zeer aardig op dreef was, wist er al spoedig 2 punten achter elkaar te maken, dit werd den Am sterdammers te erg en zij wisten dan ook voor half-time den stand weer op gelijken voet te brengen. Na rust werd er van beide kanten met vuur om het winnende puntje gespeeld, wat ten slotte aan de oranje-witten gelukte, daar Crabsberg uit een corner met een fraai schot den keeper in het net liet vis- schen. Als scheidsrechter Jacometti, die vooral na half-time zeer goed voldeed, tijd fluit, kan Amsterdam met een nederlaag huiswaarts keeren. 18 December: M. H. C. IVB. H. C. IV. 11 December: M. H. C. IVB. H. C. III. 11 December: B. H. C. IVAmsterdam III. In een te Maassluis verschijnend blad dicht de poëet Gerrit van Dijk het volgende sportvers: De Zondag wordt ons tot een rustdag ge- [schonken. Zij is dan verricht, onze daaglijksche taak. Helaas toch, zoovelen zij drinken zich [dronken, En andren ook zoeken een plaats van ver- [maak. Wellicht zegt nu iemand: „ik loop in geen [kroegen, Dat is wel een plaats waar ik gansch niet [wil zijn: 't Is waar, ik zoek ook wel eens vaak mijn [genoegen Door henen te gaan naar het voetbalterrein. O, wil toch ook daardoor den Sabbat niet [schenden. Het geldt uwe ziel, want die staat op het [spel, En 't voert ten verderve naar de eeuwge [ellende, 't Is tegen Gods wil, dus bedenkt dit nu wel. Inzonderheid gij, die Gods Woord eerst [gaat hooren En daarna nog toegeeft aan dergelijk [kwaad; Tracht daardoor niet langer Gods stem te [versmoren. Want dan wordt eens de uitroep: voor [eeuwig te laat! Pred. 11:9. Ziehier een goede les uit ..De Kampi oen"- Wat verdient de voorkeur hij de tegen woordige gladde, glibberige modderige straatwegen: „harde" of minder „opge pompte" banden, met het oog op „slippen' Eenige malen gaf deze vraag in onze om geving aanleiding tot verschillende beoor deeling. In het algemeen wordt aanbevolen de banden flink op te pompen- Al zijn de ge leerden zooals overal elders het er niet geheel over eens. meenen wij toch te hebben opgemerkt, dat de kans van slippen minder groot is bij flink opgepompte dan bij slappe banden. Maar let er vooral op. dat uw wielen goed sporen en vrijwiei even op zeer glibberige plekken. Ziehier eenige wenken, om ons rijwiel geruischloos te maken. Wij ontlenen ze aan „De Kampioen": Spatborden. Het kan voorkomen, dat deze rammelen, al zitten de moeren en stangen nog zoo vast. Vooral de tegen woordig toegepaste doorloopende voorspat borden maken soms een hinderlijk geluid, dat weggenomen kan worden door een lapje van een ouden binnenband tusschen het spatbord en liet kroonstuk te leggen. Remmen. Veelal is het gerammel een gevolg van een verkeerde, maar door vele fabrikanten gevolgde, constructie-methode. Zij brengen n.I. de veer, die de remmen in den oorspronkelijken stand terug moet duwen, boven bij het stuur aan. Daardoor wordt alleen de remdhandle gespannen ge houden en hangt de remboog slap in de geleiders. Het verdient daarom de voor keur remmen te nemen, waarbij de veeren onderaan den remboog bevestigd zijn; dan wordt het geheele remmechanisme gespan nen gehouden. Soms ook rammelt de remhandle in de j oogjes, die aan het stuur bevestigd zijn- Ik verhielp dit door een stukje koperdraad met een hamer te pletten en dit tusschen de oogjes en de remhandle in te schuiven. Het is in den regel maar een speling van V* mM. of minder, die weggenomen moet worden. Zadeltaschje. Wanneer dit taschje achter aan het zadel bevestigd is. kleppert het in den regel tegen het frame aan. Ik druk daarom het taschje met een extra riempje tegen het frame aan, waardoor het geklepper vermeden wordt. Het rammelen van de gereedschappen onderdrukt men natuurlijk door een doekje in het taschje mede te nemen. Pedalen. Sommige wielrijders beste den weinig zorg aan de lagers van hun trappers, die vaak een enorme speling ver- toonen. Zij meenen, dat dit „schot" geeft. Ondertusschen gaan de pedalen tegen hun assen klepperen, wat vooral merkbaar is als men freewheelt en de voeten minder stevig op de trappers drukken. Het lager moet daarom -juist gesteld worden, vooral ook den stofdop stevig aandraaien- V ersnellingsnaaf. Deze is een lastige kwant, die vaak veel noten op zijn zang heeft. Zij kan prachtig in orde zijn en toch rammelen. Veel baat vond ik bij een vulling met consistentvet. TOONEEL. Schouwburg Jansweg. Dinsdag a.s. komt het Fransche gezelschap, dir. Roger Gerard, in den schouwburg Jansweg, een voorstelling geven van werken van Ed- mond Rostand. Opgevoerd wordt: le „Les Deux Pierrots ou le Souper Blanc"; 2e. „Les Romanesques". „De Avondpost" schrijft hierover: „Les Romanesques", hier jaren geleden door het Ned. Tooneei gespeeld, is een romantische klucht, die als zoodanig zeer werd gewaar deerd, dank zij het spel der heeren Peral en Gerbau (de beide grappige vaders), en Tournis, die een kostelijke type gaf van den avonturier Straforel. Blanche Derval en Suzanne André speelden guitig het jonge paar. Vooraf ging een pittoresk drama tisch schetsje „Les deux Pierrots" (Jantje lacht en Jantje huilt), gespeeld door de dames Derval en André en de heeren Pê- ral en Campé. „De duivel in de Vrouw" („Der Weibsteufel") van Carl Schönherr, bij de N. V. „Het Tooneei". dir. Willem Royaards. In jaren heb ik niet zóó ontroerd den schouwburg verlaten. Dat was een spel! En van Royaards èn van Magda Janssens èn van Ko van Dijk, de drie spelers in dit zeer belangwekkende stuk, dat den vol genden inhoud heeft: Een smokkelaar aan de grens, een pieterig, zwak mannetje, heeft de mooiste vrouw uit de geheele streek. Zij leven zes jaar lang zeer geluk kig en zij verzorgt hem als haaf troetel kindje. De grenswachters loeren op den smokkelaar, maar het gelukt hen niet den slimmen vos te knippen, totdat er een nieu we, jonge grenswachter komt, die, op aan sporing van den commandant, zal trachten de vrouw op zich verliefd te maken, opdat zij hem de plaats zal wijzen, waar de smokkelwaar geborgen is- De man ver neemt het geval en spoort zijne vrouw aan den .iager in de val te laten loopen. Zij moet hem verliefd op zich maken en terwijl de jager en zij samen zijn, zai de man met zijne knechts de smokkelwaar verbergen. De vrouw weigert eerst: Haar schaamte gevoel verzet zich daartegen, maar ten slotte geeft zij toe. Nu ontwaakt de duivel in de vrouw, zij maakt verliefd en wordt verliefd en stort beide mannen in het ver derf. Den jager spoort zij aan den man te dooden; zij heeft de „liefde" leeren kennen en, daar zij rijk geworden is, kan zij zoo veel mannen krijgen als zij wil. Het is het knapste „tooneei" dat ik mis schien ooit heb gezien en een pracht van een dialoog. Dat deze iet-wat ruw js smokkelaars en grenswachters zijn geen salon-heeren geeft een deel der room- sche pers een voorwendsel om er tegen te protesteeren. Wij gunnen deze heeren het pleiziertje, te meer,daar Schönherr in „Glau be und Heimat" de fanatieke vervolgings waan van vroegere dagen van de room- schen (zeer objectief) heeft laten zien. Dat Magda Janssens, behalve het lieve Eientje en de kloeke en zachte Jane Clegg, ook dezen „Weibsteufel" heeft kunnen spe len, woest, hartstochtelijk, met feilen blik en groote gebaren, heeft ons met de groot ste bewondering vervuld. Onvergetelijk blijft ons het einde van het vijfde bedrijf, waar zij in woesten dans den „jager" van hartstocht doet ontbranden, zoodat hij haar man, den sta-in-den-weg uit den weg ruimt. Royaards gaf den debielen man schitte rend weer en maakte dit brok naturalisme tot een.... stemmingsstuk. Geweldig ont roerend was zijn spel in het derde bedrijf, waarin hij den jager met een mes bedreigt, dat hij ten slotte sidderend laat vallen en zijn gesprek van „man tot man" met den jager, waarin hij hem het schavot in uit zicht stelt als de jager hem vermoorden zou. Ko van Dijk was de, van huis uit. fat soenlijke en in de duivelsche macht van de vrouw geraakte, jager en gaf hem, naar vereischte, ruw, bonkig en versomberd. Kortom, eene prachtig verzorgde, schier vlekkelooze vertooning! Wij woonden „de première" in Den Haag bij en verwonderden ons over de irnbeci- liteit van een deel van het publiek, dat lachte als er niets te lachen viel, om een schijn baar ruw woord. Wij hadden gehoopt dat Verkade deze lieden in zooverre tot „so- eiety"-menschen had opgevoed, dat zij ten minste zouden trachten diepe ernst niet voor ruwe scherts nan te zien. De massa is nu eenmaal niet veel bizon- ders en wij hebben ons met die gedachte genoegzaam vertrouwd gemaakt, maar elke massa is niet gelijk aan een andere massa en wij hebben wel eens van Haagsche „ver fijning" vernomen. Laat ons hopen, dat het Amsterdamsche publiek intelligenter zal blijken! Edmond Visser. Erratum: In ons vorig verslag zijn ergerlijke vergissingen ingeslopen. De drukker is geabsolveerd: De schuld is aan mijn slecht handschrift. Waar gesproken wordt over een gegijzelden man. leze men een gegijzeld ram. en Van Praag heeft niet Nico, maar nog steeds Elias. MUZIEK. Vrijdag 26 November 1915, in de bo venzaal der sociëteit „Vereeniging" Kamermuziek, door Joh. de Veer. piano; Leidensdorff, viool; Cani- vez, violoncel. Van dezen avond heb ik zeer genoten en een aangename herinnering bewaard. De muziek en de uitvoering waren belangrijk en leerrijk. Het valt niet te ontkennen dat er nog veel meer eenheid heerschte dan de vorige maal. wat het geheel zeer ten goede kwam. Concert op Donderdag 25 November 1915, 's avonds 8 uur. in de Con certzaal „De Kroon", met mede werking van mevr. Jeanne Salo- monsonAsser, mejuffrouw Caro line Lankhout, piano, en den heer Gerard Zalsman. Het getuigt wel van een hoeveelheid zelf vertrouwen als men in dezen tijd op een avond 19 liederen zingen wil. waarvan een gedeelte wel en een gedeelte niet voor de stem geschikt zijn. Alles wat licht en fijn gezongen moet worden, zooals de vier Fransche liederen, voldeden wel aan de eisehen van zangtechniek, daar de pp. juist de kracht zijn van deze zangeres. In liede ren waarin meer kracht en dramatische voordracht vereischt worden, vond ik 't verre van voldoende aan een „kunstuiting" De heer Zalsman zongals gewoon lijk veel goeds, maar ook veel dat on bevredigd laat. vooral door het gemis aan helderheid in 't geluid, de matheid in de houding en voordracht geeft ook iets een- tenigs aan 't geheel. Verreweg 't meest ar- EMSER WATER. 5T Met warme melk het vanouds bekende j meest doeltreffende middel tegen Hoest en Verkoudheid. Alleen echt met dit' Handelsmerk 29 cent per heele kruik.

Krantenviewer Noord-Hollands Archief

Het Bloemendaalsch Weekblad | 1915 | | pagina 3