OPTISCHE ARTIKELEN
bij DIRK HÜTTER, Opticien.
12 TAKSTEEG 12, AMSTERDAM.
lie Jaargang.
ZATERDAG 28 JULI 1917.
No. 30.
Jtct Blocmcndaabch Weekblad.
Redactie en Administratie: Prijs per jaar f2.60 Advertentiën 10 cents per regel.
Ged. Oude Gracht 63 Telefoon 141 Haarlem. Afzonderlijke nummers 10 cent
ZEER RIJKE COLLECTIE
(bij 't SPUI). TEL. 8829.
Dit nummer bestaat uit vier bladzij dan.
Advertenties, berichten, enzworden
aangenomen in den boekhandel van den
heer CORN. NI, BLADERGROEN, Bloe-
mendaalsche weg 53, Bloemendaal.
Ook zijn daar steeds afzonderlijke num
mers van ons blad verkrijgbaar.
GEMEENTEBESTUUR.
Donderdag vergaderde onze raad onder
voorzitterschap van den burgemeester. Af
wezig waren de beide wethouders en de
heer Van Tienhoven.
Het eerste punt der agenda was het
onderzoek der geloofsbrieven der herkozen
leden, de heeren A. Koolhoven, Ign. Bis-
pinek, C. F. de Roo van Alderwerelt, jhr.
mr. P. Teding van Berkhout en P. Verde-
gaal Rzn. Niet zonder plechtigheid was
de verklaring van mr. Jacometti, dat de
daartoe benoemde commissie geen bezwa
ren tegen deze heeren in kon brengen. Zoo
min als vroeger eenige andere commissie
van dien aard. Een voor een verwijderden
deze heeren zich, behalve de heer Kool
hoven, die zich vanwege zijn vacantie toch
reeds' verwijderd had, en werden met
algemeene stemmen tijdens die afwezig
heid door den raad goedgekeurd. Bij hun
binnentreden gelukgewenscht door den
voorzitter, konden zij wederom hun zetel
in bezit nemen te midden hunner ambt-
genooten.
Onder de ingekomen stukken was er
een verzoek van de Waterleiding-commis
sie om aan De Boer, metercontroleur, en
Haanstra. machinist bij dat bedrijf, vanwege
hun ijver, elk een gratificatie toe te ken
nen.
De heer De Roo, lid der commissie,
lichtte dat verzoek toe. B. en W. waren
er op tegen geweest, vandaar dit verzoek
schrift aan den raad. Spreker oordeelt
een dergelijke aanmoediging gepast voor
menschen als de genoemden, die, op uit
muntende wijze in 1916 weer hun werk
verrichtend, tot den bloei van ons water
leidingbedrijf medewerkten.
De heer Laan is tegen gratificaties. Dat
wekt maar ijverzucht onder de andere
gemeentebeambten. Er zijn er meer, die
hun werk zeer bevredigend verrichten.
Waarom zou men dién geen gratificaties
geven Neen, geef hun dan liever hooger
salaris.
De heer De Roo voelt er meer voor, hen
dadelijk te beloonen, giedachtig aan het
spreekwoord, dat raadt den arbeider te
beloonen „voor zijn zweet is opgedroogd."
De heer Jacometti meent, dat het zweet
van 1916 toch al goed en wel opgedroogd
is, en de Voorzitter, die misschien een de
bat over dit eenigszins realistische onder
werp voorziet, stuit verdere beschouwingen
door op den man af aan de commissie te
vragen, of zij de traktementen van de
iwee betrokken beambten dan soms te laag
vindt.
Ja, de heer Bispinck vindt ze, zooals hij
zich uitdrukt, aan den lagen kant. En de
Voorzitter zegt, dat de commissie dan
maar eens voorstellen moet doen om ze
te verhoogen. Goed, dat zal gebeuren in
eerstvolgende vergadering, die op 4 Sep
tember zal plaats hebben.
Onder de ingekomen stukken was er
ook een van den heer Kramer aan de Kle
verlaan; deze beklaagde zich over de ver
ontreiniging van een sloot bij zijn erf door
een riool. De Voorzitter deelde mede, dat
dit euvel intusschen door de gemeente
reeds verholpen was.
Dokter Van Beusekom, schoolarts, had
zijn rapport ingezonden over de door hem
opgedane bevindingen bij zijn bezoek aan
beide openbare scholen.
Naar aanleiding van dat rapport vraagt
de heer Laan terecht, wat of er nu eigen
lijk wel gebeurt met die kinderen, wier
oogen slecht of wier ruggen niet recht
zijn, zooals er verscheidenen in het rap
port vermeld worden.
De Voorzitter antwoordt, dat het ge
meentebestuur er over denkt, een bizon-
dere soort gymnastiek op de scholen in
te voeren, welke aan de kromme ruggen
kans op herstel van rechtheid biedt. Zoo
dra de plannen daarvoor gereed zijn, zul
len die aan den raad worden voorgelegd.
Verder worden ook de ouders van licha
melijke gebreken van hun kinderen in ken
nis gesteld.
De heer De Roo vindt, dat het daarme
de zoo erg niet is; een zijner kinderen
kwam althans thuis met de boodschap,
dat zijn oogen niet best waren, maar bij
die mededeeling bleef het, want van ofli-
ciüele zijde vernam hij er nooit iets van;
en men kan den kindermond bezwaarlijk
officiëelheid toekennen.
Zoo denkt ook de Voorzitter erover, en
op wensch van den heer Laan, zegt hij
toe, dat de ouders voortaan schriftelijk
bericht van gemeentewege zullen krijgen.
Een verzoek, door den heer Smits, archi
tect. gedaan, om een huis in aanbouw aan
de Zandvoortsche laan met riet te mogen
dekken, geeft zoowaar weer aanleiding tot
hernieuwd debat over de wenschelijkheid
van rieten daken. Dacht ik het niet
De heer Laan wijst erop, dat in Ooster
duin nu al het vierde rieten dak wordt
aangebracht, en het daar eerlang een soort
van rieten dorp dreigt te worden. Dat kan
toch onmogelijk de bedoeling van den raad
zijn, ondanks de herhaalde inwilliging van
desbetreffende verzoeken.
Den Voorzitter bevalt het ook niet, en
hij stelt voor, slechts op zekeren afstand
b. v. 100 of 200 meter van een ander
huis, het bouwen van een huis met rietdak
goed te keuren. Ja, zoo iets b. v. Het da-
gelijksch bestuur zal een dergelijke regeling
overwegen.
De ingekomen aanvrage intusschen komt
in stemming en wordt met 6 tegen 4 stem
men ingewilligd.
Tegen de heeren Laan, Bijvoet, De Roo
en Van der Vliet.
Hierna wordt de gemeenterekening over
1916 aangeboden. Deze ziet er als volgt
uit:
Gew. Buitengew. Totaal
Inkomsten 337.718 5"O, 307.141.57 644.860.12)
Uitgaven 334.853.05) 305.383.03 630.236.98)
Batig slot. f 2 864.60 1.758.54 14.623.14
De Voorzitter vraagt of de financiëele
commissie het goedkeurt, dat een accoun
tant deze rekening nakijkt. Ja, wordt
goedgevonden.
Bij de rondvraag merkt de heer Bis
pinck op, dat de Delft slecht wordt on
derhouden.
De Voorzitter belooft, „Rijnland", aan
wie de Delft behoort, eens aan te porren
om haar te laten uitbaggeren.
Op voorstel van het dagelijksch bestuur
wordt besloten systematisch photo's' van
Bloemendaal te doen nemen, dit ten ge-
bruike voor wegverbreeding, verfraaiing,
rioleering, enz.
De heer De Roo wil weten, waarom er
aan den Zijlweg zoo'n hoop van die iepen
op zoo jeugdigen leeftijd al gestorven zijn.
De Voorzitter zegt, dat het door de barre
kou komt.
De heer Laan vindt, sinds er maar één
agent den nachtdienst in het park Duin en
Daal waarneemt, de bewaking aldaar niet
voldoende, en de voorzitter belooft, er met
den inspecteur over te spreken. Ook op
de vraag van den heer Laan: hoe lang
we 's avonds nog in het donker zullen zit
ten, geeft de voorzitter een bevredigend
bescheid: In Augustus zal n.l. in verband
met de maan, de nieuwe regeling intreden,
en zullen dus de lichten weer aangaan.
De openbare zitting is hiermede ten
einde. S.