A. H. VAN DER STEUR Jr.
EREN- EN DAMESKLELDERMAKEFIJ
VICTORIA WATER.
KERK-AGENDA. Zondag 26 Augustus.
BloemendaalNed. Herv. Gem., v.m. 10 u., Ds.
H. H. Barger, Pred. te Utrecht.
Geref. Gem. 10 u.. Ds. J. C. Sikkel, Pred. te Am
sterdam; n.m. u., Ds. J. C. fcikkel.
Barteljorisstraat 22 - Haarlem.
TELEPHOON 303.
Pelterijen. Amazones, Livrei-, Automo
biel Jacht- en Sportkleeding.
Uit het politic-rappoft-
Proccsse n-v e r b a a 1 zijn opgemaakt
wegens: loopen over verboden grond; open.
bare dronkenschap; beleediging van een
ambtenaar; diefstal van perziken; diefstal
van aardappelen.
Gevonden en terug te bekomen bij
T. C. Heintzbergen, Julianapark 42rood,
Schoten, een gouden souvenir; H. Bakker,
Dennenweg 1, Bloemendaal, een lederen
taschje; Verbindingsweg 3, B'oemendaal,
twee bandafnemers en een rijwielsieutel;
J. Swarts, Bleekerspad 7, Bloemendaal, een
broche met gele steen; Van Waard, Zo-
merzorgerlaan 12, Bloemendaal, een kinder-
taschje; J. Stokman, Heerensingel 63zwart
Haarlem, een paar glacé handschoenen;
Bredius, Kenaupark 18, Haarlem, een gou
den ringetje; Stoffer, Aerdenhout, een knip
mes en een meisjeshoed; aan het bureau
van politig te Overveep, een zilveren arm
band; een roqcje muts; een koralen collier
en een dameshoed.
Verloren: een leesboek; een dames-
portemonnaie; een portemonnaie; een pak
je, inhoudende o. a. een paar kousen; een
damestaschjp; een gouden ketting; een zil-
verpn hpursje; een zwart zijden dames-
tascjij een zwart lederen damestasch; een
zwarte rpticule; een spltaar; een wit zijden
blouseecu daniesportcmonnuie.
BURGERLIJKE STAND.
Van Vrijdag 17 tot en met Donderdag 33
Augustus.
Geboren: d. van N. Stoel en E. A.
Martin; z. van A. Schipper en S. Godthelp;
z. van F. Schotsman en A. Hartog.
Ondertrouwd: F. Gruter en J.
Schaap; S. de Clercq en Jkvr. A. D. L. van
Lpnnep.
Q veil eclen: A. M. S. L. Lang. 45 j.
UIT ANDERE GEMEENTEN.
2'wcmmen voor militairen. Zaterdag
hadden in de zweminrichting voor militairen
te Spaarndam, de zwemwedstrijden plaats,
uitgeschreven door de Centrale Sportcom-
missie in de stelling Amsterdam en het co
mité voor Ontwikkeling en Ontspanning van
de gemobiliseerde troepen afd. „Voor de
forten", te Haarlem.
Zoowei 's morgens als 's middags waren
er w edstrijden voor de manschappen; maar
eerst 's middags had in het bijzijn van
den opperbevelhebber, den commandant der
stelling Amsterdam en verscheidene andere
militaire autoriteiten het eigenlijke zwem
feest plaats.
Het weer werkte niet bizonder mee; wef
geen regen, maar een wind van geweld.
Er was een wedstrijd op een baan van
1000 meter, een estafetten-wedstrijd, en
polo-match, enz. te zien, en groot was de
belangstelling der toeschouwers bij de vaak
uitmuntende prestaties. De opperbevelheb
ber deelde de prijzen uit, waarbij hij gele
genheid vond aan de comiteiten, die het
feest in elkaar hadden gezet, een woord van
hulde te brengen, en w ces er tot besluit op,
hoe zeer de zwemsport een zaak van be
lang voor het leger is.
Het w as een uitmuntend geslaagd sport-
feest, waarvan de ijverige comiteiten alle
eer hebben.
Museum vuil Kunstnijverheid. In het
museum van kunstnijverheid te Haarlem,
is thans tentoongesteld eene kleine verza-
mel ng oorspronkelijk batikwerk, vervaar
digd door mejuffrouw Raynhild d'Ailly.
VAN HIER EN DAAR.
Natuurlijke Historie. In het blad „De
Gezondheid" lazen we het volgende verma
kelijke stukje natuurlijke historie. Het be
handelt de vangst, temming en dressuur
van den homo sapiens masculinus (den
mannejijken mensch)."
Het nuttigste huisdier, en voor de vrou
wen van de grootste beteekenis, is, in geac-
climatiseerden toestand, de homo sapiens
masculinus (de man). In wilden toestand
heet hij jonggezel; is hij echter gevangen,
getemd en gedresseerd, dan krijgt hij den
naamechtgenoet. In zijn „wilden tijd",
waarin hem nog de ketenen der natuur, ge
woonlijk huwelijksjuk genaamd, onbekend
zijn, leeft hij meest in troepjes die dikwijls
's avonds uittrekken om hun dorst te les-
schen. Dit geschiedt op plaatsen, die wel
dra hun lievelingsoponthoud worden en
waar ze liefst geen water drinken. Er zijn
exemplaren wier dorst onleschbaar is ze
zijn gemakkelijk herkenbaar aan den ietwat
roeden tint van het voorste gedeelte van
hun kop; wij hebben hier echter niet tfiét
een bijzonder soort, doch alleen met eene
afwijking in de kleur te doen.
Bovendien slaan deze exemplaren cok
hun tijd met allerlei onnuttigs dood, waarbij
ze soms groote volharding aan den dag
leggen. Hun liefste bezigheid is kaart-,
kegel-, dobbel- of billardspel. Daarbij tieren
ze dikwijls duchtig en blazen rookwolken
uit de neusvleugels, zoodat de kleur van
zolderingen en gordijnen verbleekt.
Heel veel belangstelling voelen ze voor
smalseheuderige jonge vrouwelijke exem
plaren: ze topnen echter grooten afkeer en
vreeselijke angst, zoodra hun oudere dito's
(en sein onmoeders)naderen. Hunne houding
tegenover deze is geheel verschillend en
hangt veelal van den lichaamsvorm af. Te
genover smalschouderige wijfjes trachten ze
echter, door een innerlijken drang gedreven,
en met de bedoeling nadere aansluiting t
verkrijgen, zich op zijn best voor te doen.
Hebben zij dit doel bereikt, of vermeenen
zij dit, dan vertoonen zich verdere eigen
schappen bij (ten. Dan doet de z.g. natuur-
aanleg zich gelden en zij apporteeren din
gen die het vrouwelijk exemplaartje vallen
laat, dragen-zonder morren mantels, para
plu's enz., ijl één woord, zij toonen zich
in ieder opzicht als trouwe en dienstwillige
beschermers. In bizonder hardnekkige ge
vallen dweepen zij plotseliqg met bloemen
en djtit begint de voor hun vangst meest
geschikte tijd. Dit is liet stadjum, waarin
het toekomstige wijfje er naar moet streven
het mannelijk exemplaar door al hare ver
leidingskunsten met steeds hechter band
aan zich te binden.
Als hij blijvend geboeid is, kan hem een
ring ris teeken zijner temming aan den
klauw worden gestoken.
FIcewel de homo sapiens masculinus zich
in zijn gevangenschap schijnbaar goed kan
schikken, verwildert hij toch dikwijls weer,
d. w. z. zjjn dressuur gaat achteruit, zcodra
zijn wijfje hem uit 't oog verliest. Dit tijd
perk tusschen wildheid en temming is be
slist het gewichtigste. Was de „par force
dressuur" een goede en bestendige, zoo zai
<.en blik voldoende zijn om hem weer in
schikkelijk te maken. Daar behoort echter
groote handigheid toet want dikwijls maakt
hij zich cp het beslissende oogenblik uit de
voeten en neemt voor altijd de vlucht.
Fr zijn echter ook gevallen, waarin de
mannetjes zich zoover temmen laten, dat
zij op bevel onder de tafel kruipen, „tont
beau" maken en de pantoffel vreezen. Hier
toe is o. a. het uiterlijk van het wijfje reeds
voldoende.
jn ien metr-ere mannetjes aangelokt
zi.'n, t ntstaan er vaak wrijvingen tusschen
hen en aan het bijten schijnt geen einde te
komen.
Dikwijls maakt men ze ook tam, di or
goeden, krachtigen kost (het beste vangt
men ze op drijfjachten, ook wel avondpar
tijtjes of bals genaamd). Bij getemde man
netjes doet lichamelijke tuchtiging zelden
goed, ze worden hierdoor gemakkelijk
schichtig; een goed wcord werkt veel b-lei
en men bereikt, zooals zooeven reeds ge
zegd, de beste resultaten door goed voedsel
en zachtaardige behandeling.
Keert echter een mannelijk exemplaar in
de wildernis terug, dan is alle moeite v,x r
het wedervangen te vergeefs, wat in 't b
zpnder bij oude exemplaren bemerkbaar is;
jonge zijn over 't geheel gemakkelijker ie
vangen en te temmen.
Ten slotte is het een zeer eigenaardige
omstandigheid, dat men in tegenstelling
van al 't andere wild, bij de homines sapien-
tes maspulini (mannelijke menschen) den
leeftijd gemakkelijk onderscheiden kan.
Hoewel het aantal horens, dat de getemde
soms dragen, geen punt is waar men op aan
kan, zoo komt toch in de haarwisseling een
heel opvallend lecftëdskenmerk voor en 't
is dit verschijnsel, dat hem o. a. als iets
bizonders in de natuurlijke historie van ons
wild en nze huisdieren doet kennen.
Emmy 6.
Kritiek op oud-christelijke geschriften.
Dat kritiek op oud-christelijke geschriften
een aangelegenheid van groote beteekenis
is, wordt nog maar al te vaak voorbijge
zien. Dezer dagen kwam ons een afleve
ring van het „Nieuw theologisch Tijdschrift
in handen, welke een artikel van dr. G. A.
van den Bergh van Eysinga bevatte, „De
jongste verdediging van de echtheid der
Ignatiana getiteld, en waarin de geleerde
schrijver over die kritiek belangwekkende
dingen zegt. Wij ontleenen hieronder een
en ander aan zijn geschrift:
Dp tijd schijnt voorbij te zijn, waarin men
voor de vraag naar de echtheid van oud
christelijke geschriften belangstelling over
had. Wie van positieve resultaten houdt,
spreekt tegenwoordig minachtend over cri-
ticj als qver menschen, die er behagen In
SOBERLAHNSTEIN.
Natuurlijk Mineraalwater.
Nederlandsche Onderneming.