VICTORIA WATER.
KERK-AGENDA Zondag 23 September.
BloemendaalNed. Herr. Gem., v.m. 10 u., Ds. te
Winkel, Pred. te Nijehaske.
Geref. Gem. v.m. 10 u., Th. Ruijs ,Theol. Doet., van
Amsterdam; u.m. u., Th. Ruijs.
lezingen over de wijsbegeerte van den
godsdienst. „Onze filosofie", stelde hij, „is
een afzonderlijk heiligdom en hare diena
ren vormen een afzonderlijke priesterstand,
die niet in de wereld vervloeit en die het
bezit van de ware leer of denkwijze te
houden heeft zooals de graalridders het de
schaal deden, waarin 's Heeren bloed werd
opgevangen.''
Het eiken priesterstand dreigend gevaar
van in dogmatisme in den zin van leer-
dienst zonder meer te versterven, is ons
uit de geschiedenis te zeer bekend, dan dat
wij daartegen niet voortdurend zouden
front maken. Als vrije mannen en vrouwen
gaan wij op naar den nieuwen tijd; geen
leerdienst en geen oogendienst.
Maar in die vrijheid moeten niet alleen
wij zeiven groeien, wij hebben ook een
taak te vervullen ten opzichte van de ge
meenschap. Bij welke vervulling het uiter
lijke niet te veronachtzamen is. Wij zijn
met al onze wijze overleggingen, en niet
tegenstaande wij schachten van bezinning
in onszelven hebben gegraven; nietige men-
schen, ingeweven in het uiterlijke, het na
tuurlijke, het chaotische der wereld met
onze gansche zintuigelijkheid en zinnelijk
heid. Zoo steunt bij het moeilijke gezamen
lijke werk aan onszelf niets ons zoo als een
harmonische omgeving, gelijk deze, waar
de strijd der tegendeelen de ongekende
natuur en de doordachte bouwkunst in
hoogere harmonie schuil gaat, zoo dat de
werveling van het altijd door worden der
wereld hier als van zelf inkeert tot de
centraliteit der eeuwige rust, die het hoog
ste geestesleven zelf is. Aldus van uit de
centraliteit werkend en wordend, zullen wij
kunnen werken aan wat onze tijd behoeft,
aan datgene waarom het nu gaat: syste
matische Erkenntnis (Lasson)redelijke
samenvatting van geesteservaring, volledi
ge ordelijke bewustwording. Want het
gaat voor ons in dezen tijd niet om de
vraag: in welken staats- of kerkvorm wij
behooren te leven, ook niet of aan econo
mische of andere natuurlijke belangen-ver-
houdingen zich in een nieuw „natuurrecht"
een eeuwigen vorm liet opdringen (een
vraag die wij van meet af ontkennend be
antwoordden en hoe heeft de geschiedenis
van dezen tijd ons hierin gelijk gegeven!),
het gaat er voor ons ook niet om of eene
enkele wetenschap, zegge de psychologie,
zooveel ervaring zou kunnen ordenen, dat
van eene wetenschappelijke menschenken-
nis tot wetenschappelijke levensbeheer-
sching zou kunnen worden overgegaan, het
gaat hier ook niet om het uitzetten van een
mathematisch doorwerkt, d. i. quantitatief
bepaald wereldbeeld, (waaraan wij ver
kouden zouden worden), niet om kennis
theorie of kennisleer zonder meer (al er
kennen wij gaarne, dat eerst Kant, de va
der der moderne kennistheorie, de wijs
begeerte tot den rang van wetenschap der
wetenschappen heeft opgewerkt), het gaat
hier nog veel minder om het stellen en op
lossen van allerlei ethische problemen (die
immers veel meer op het wilsgebied en het
stemmingsgebied liggen, dan op dat der
onvermengde gedachte), maar het gaat ons,
het gaat hier om niet minder dan Alles, het
Al-Eene, maar dan wetenschappelijk, dan
stelselmatig geordend, rhytmisch bewo
gen in den schoonen dans van het levende,
het redelijke begrip.
Kant is er kritisch mede begonnen, vroom
van oprechtheid en bijna monumentaal van
eenvoud, heeft hij evenwel niet meer ge
geven dan het wetenschappelijk begin, de
gedachte was bij hem nog eenigermate
„iets" tusschen „Subject" en „Ding an
sich" (het onkenbaar gesluierde), wel was
ook voor hem het denken Het, wereldsub
stantie, die worstelend wordt, maar zijne
ikheid was meer denkmachien dan denken
zelf; Fichte heeft het zich met mannelijk
zelfbewustzijn duidelijk gemaakt, dat het
denkende ik niet iets anders dan of afge
scheidens van het Wereld-Ik was, maar de
gevolgtrekkingen nog niet getrokken;
Schelling heeft reuzensterk de identiteit
van subject en object aangedurfd en
heeft wat Fichte verdichtte in den zin van
verzinnelijkte, verdicht in den zin van
uitgebeeld. Maar eerst na dezen, die
als in zijn visioen bedwelmd is blij
ven staan, is gekomen de alomvatter
die alle gevolgen schouwde, die allen
uitbouw plaats gaf, alle voltooiing ontspon,
zich liet ontspinnen en bezinnen tot die
eenheidsleer waar het nu om gaat, die
panlogisch ontwikkelings- en eenzelvig-
heids-idealisme in éénen is, waaraan en
waarin niets vreemd is, noch van het he
den noch van het verleden. Hegei, gebe
nedijd zij zijn naam! Niet omdat hij gaf
de redelijke samenvatting van wetenschap
voor zijn tijd (wie is niet in enkelheden
bij zijn eigen tijd ten achter?), maar om
dat hij de volledige redelijkheid van alle
redelijke samenvatting van wetenschap gaf.
Daarvan te gewagen alleen reeds dreigt
ons onvolledige ontboezemingzieke gods-
dienstzieke denkers lyrisch en religieus te
maken.
Het gaat in dezen veelzijdig zieken, maar
jeugdigen tijd niet zoozeer om gezonder
gevoelen, om gezonder godsdienst, het gaat
om de ontplooiing in alle richtingen, in alle
afmetingen, van het menschelijk denken,
dat zichzelf als vrijen wereld-inhoud is be
wust geworden. Met Descartes en Spinoza
is het Europeesche denken ontworsteld aan
de kerkelijkheid, met Kant aan de onwe
tenschappelijkheid, met Hegel aan de on
volledigheid.
Ziedaar ons uitgangspunt aangestipt,
onze taak, onze verdere richting gegeven.
Eenige jaren geleden spontaan geboren uit
den hoogsten drang van onzen tijd naar
volledige wetenschappelijkheid, heeft ons
genootschap geworsteld in eigen boezem,
gegraven naar eigen ik, getast naar eigen
toekomst en gaat, wanneer gij allen, hoog
geachte leden, u redelijke moeite met u
zeiven geven wilt om denkende elkander
te verstaan, een tijd van groote beteekenis
tegemoet. De Internationale School voor
wijsbegeerte, wier stemmingsvolle omge
ving, wier innig religieus gedacht gebouw
gij voor een dag bewoont, is de zichtbare
uitbeelding van een. natuurlijk, stemmings
vol en godsdienstig volk, dat mede aan u
vraagt innerlijk verlicht te worden door de
gedachte, die is de hoogste, dat wil zeggen
de eenige menschelijke vrijheid, voor den
rijksten inhoud in den heldersten, dat is
tegelijk den meest n auwketirigen en door-
zichtigen, den meest diepzinnigen vorm.
In dien geest heet ik u welkom en open
deze samenkomst met den wensch dat zij
strekke tot bevestiging van den weten-
sehappelijken en vriendschappelijken band
die ons bindt; dan zal het ook onze gast
vrouw wel gaan in wier leven zoovelen van
ons een plaats van beteekenis innemen, en
dan zal door haar ook van ons die zegen
rijke invloed op het leven uitgaan, welke
alleen de redelijke, bescheiden, onbaat
zuchtige gedachte geven kan.
Ik heb gezegd.
KRONIEK DER WEEK.
15 Sept. Luxburg, de Duitsche gezant
te Buenos Aires, de man der beruchte tele
grammen, wordt naar Duitschland terug
gestuurd.
17 Sept. Kerenski onderwerpt Kornilof,
waarmede voorloopig althans een der
grootste moeilijkheden der nieuwe regee
ring overwonnen is. De republiek wordt in
Rusland uitgeroepen.
18 Sept. Naar aanleiding van Lux-
burg's raad de Argentijnsche schepen
spoorloos te doen verdwijnen, merkt „Het
Handelsblad" op, dat er in de Duitsche
pers haast geen woord van afkeuring over
het doen van dien man vernomen is. En
zijn regeering heeft hem niet teruggeroe
pen. Het blad maakt de gevolgtrekking,
dat Luxburg dus alle reden had om te ver
moeden, dat zijn handelwijze goedgekeurd,
zijn raad wel opgevolgd worden zou, dat
zelfs ook nog dit allerafschuwelijkste gedoe
bij de Duitsche oorlogs-moraal past.
19 Sept. In Costa Rica wordt nu ook
een Duitsch complot tegen de regeering
ontdekt. Verscheidene Duitschers zijn in
hechtenis genomen.
PLAATSELIJK NIEUWS.
Op sommige avonden der week worden
lessen gegeven in het gebouw der M.U.L.O.-
school. De wijze waarop de jongens en
meisjes na afloop het gebouw verlaten, is
ergerlijk. Wij houden niet van stiekeme
kinderen, maar dat brullen, gillen en
schreeuwen in het donker, duidt er niet
op, dat die jongens en meisjes flinke kin
deren zijn.
Onze twee plaatsgenooten, die in een
ingezonden stuk in „Haarlem's Dagblad"
hebben getracht van zich af te wasschen
het, verwijt de brandstoffen-distributie te
hebben overtreden, door vöor zichzelf te
zorgen op bedriegelijke wijze (kolen in ha
ringtonnen verpakt werden uit IJmuiden
gehaald en hier gebracht; de haringen lie
ten een zwarte, droge pekel vallen, welke
de politie op het spoor bracht van de over
treding), zijn moreel van een kouden ker
mis thuis gekomen; de heer Reitsma heeft
ze ongezouten te woord gestaan, zoodat
hunne figuren nu even zwart zijn als cfe
binnenzijde van hun haringtonnen. Maar
wij hebben niet gehoord, dat de kolen hun
OBERLAHNSTEIN
Natuurlijk Mineraalwater.
Nederlandsche Onderneming.