al bestookt door de stille vrienden van Mars, maar sterk genoeg, willen wij hopen, om ook dezen strijd te winnen. Met den ooi log kunnen we de specialitei ten in die bezigheid afschaffen. De ministers van financiën, tot nu toe steeds het hardst aan de ooren getrokken door hunne colle ga's van marine en ander geweld, zullen het dan ook heel wat gemakkelijker krijgen; hun levensduur wordt verlengd, hun aantal daarmede verminderd. En bovendien zal de leergrage jeugd ook wat betreft de ministers van landbouw Ik denk ineens aan het land, aan de gra zende runderen, aan de vleeschhouwerswin kels, aan de vleeschbonboekjes. Maar tot mijn schrik bedenk ik meteen, dat het nu wel wat laat is geworden om u te vertellen wat me daarvan op de tong ligt. Daarover dus een volgenden keer, met uw goedvinden, vriendelijke lezer, wien ik immers alle goede dingen bestaan in drie voor de derde maal een gelukkig en voor spoedig Nieuwjaar toewensch. A. L. PLAATSELIJK NIEUWS. Demobilisatie. De in deze gemeente wonende gedemobiliseerden worden uitge- noodigd tot bijwoning van eene vergade ring op Dinsdag 7 Januari des avonds te 8 uur in het bijgebouw van het Raadhuis te Overveen. Burgerwacht. De schietoefeningen zijn gestaakt tot Woensdag 15 Januari. Visch in Aerdenhout. De verkoop van visch zal gedurende de wintermaanden in den Aerdenhout plaats hebben ten huize van den politie-agent Smits aan den Schulpweg. Rijksonderkleeding. Van 7 Januari af zal in de winkels, waar thans door de Gemeente onderkleeding is verkrijgbaar gesteld, ook Rijksonderkleeding te koop zijn. Voorloopig zijn beschikbaar hemden, rokken, omslagdoeken, en molton dekens. Op elk artikel is de prijs gestempeld. De kooper heeft geen bons noodig. Carbid. Aan lichtlooze gezinnen, die van gemeentewege een carbidlantaarn ont vingen, zal op 10 Januari 2 K.G. carbid verstrekt worden. In den nacht van Donderdag op Vrijdag hebben inbrekers te Bloemendaal weer eens hun slag geslagen, o. m. moesten de families Blase, Van Tienhoven, Bierens de Haan en zoowaar ook het station het dit maal ontgelden. Postkantoor te Bloemendaal. Lijst van onbestelbare brieven en briefkaarten, waarvan de afzenders onbekend zijn; te rugontvangen in de 2e helft der maand December 1918. L. Beumer, Arnhem; Madame de Bruijn— Smulders, 's-Hage; C. van Rijswijk, Rotter dam; Lieut. D. H. Mactrtney, Seaford Sussex. BURGERLIJKE STAND. an Vrijdag 27 Dec. 1918 tot en met Don derdag 2 Januari 1919. Geboren; z. van J. H. van Maris en A. M. Krijnen; d. van A. W. H. Bijvoet en A. F. Jacobsen. Ondertrouwd: M. van der Raad en J. van Straten; P. Oosterhof en H. Wensma. Overleden in het Provinciaal zieken huis nabij Santpoort: J. Daalder, 41 j.; J. E. Westman, 46 j.; J. Besse, 81 j.; P. Fop- ma, 70 j.; L. J. Veldhuijs, 21 j. UIT ANDERE GEMEENTEN. ten katholieke burgemeester van Haar lem Naar de „Nieuwe Haarlemsche Courant" verneemt, heeft het plan om te ijveren voor de benoeming van een katho liek tot burgemeester van Haarlem, reeds vaster vorm aangenomen. „Men twijfelt er niet aan," aldus dit katholieke dagblad „of onder degenen, die naar dit ambt solli- citeeren, zullen ook bekwame en geschikte katholieke candidaten zijn." Dat het plan bestond, was ons niet be kend voordat nu bekend is gemaakt, dat het reeds „vaster vorm" heeft aangenomen. Het zal ons benieuwen, welke vormvastheid zal blijken bedoeld te zijn. De „men", van wie de „N. H. Ct." spreekt, zal wel hoofdzakelijk op de kleur van het ministerie speculeeren. Er niet aan twijfelend of onder de candida ten naar het vacante burgemeestersambt zijn ook bekwame of geschikte katholieke candidaten wie zou daar wel aan twij felen zal „men" toch meer dan dat heb ben bij te brengen om een katholiek be noemd te krijgen. De Regeering zal te zoeken hebben naar den meest bekwamen en geschikten man, maar stellig niet haar keuze hebben te be palen uit katholieke candidaten alleen, hoe bekwaam en geschikt dan ook. IJveren voor „de benoeming van een katholiek tot Bur gemeester" is op zichzelf al achterstelling van bekwaamheid en geschiktheid. Al valt wel te voorspellen, dat de prijs dier deug den door de „N. H. Ct." zou worden toege kend aan welken katholiek ook, die be noemd mocht worden. Gevraagd mag nog worden, of het niet overbodig is in Haarlem te ijveren voor een katholiek Burgemeester. Er zetelen in Haar lem nog wel andere personen, die invloed op de zaken plegen uit te oefenen zonder dat hen de burgemeesterlijke ambtsketen siert. Maar juist in een bisschopsstad kan het noodig zijn, dat het hoofd der Gemeente geen andere superieuren kent dan op het Binnenhof. Tentoonstelling. Er wordt thans een tentoonstelling gehouden van het werk der leerlingen van den kunstschilder H. Kruij- der, in het atelier, Meestcrlottelaan 16, (in den Hout, bij de halte Hazepaterslaan der N. Z. H. T.—E. N. E. T.). De tentoonstelling is geopend tot en met 22 Januari van l'A tot 3 lA uur. De toe gangsprijs is 25 cent. Er is werk te zien van de leerlingen Han Boskamp, G. Bremer, H. Dernison (12 jaar), Jeanne Groenendaal, W. Haversmith, Anny Tollenaar, C. Vreede en Henk de Vries. Wij vonden hier ter plaatse reeds her haalde malen gelegenheid de buitengewone gaven van Kruijder als kunstenaar en leer- aar te prijzen, en herhalen gaarne hier nog maals, dat wij in beide opzichten den heer Kruijder een kracht van buitengewone be- tcekenis achten. Men ga de tentoonstelling maar eens zien om zich van de waarheid nzer uitspraak te overtuigen. MUZIEK. Stephan Pdrtos. Daar velen teleurge steld moesten worden doordat zij onlangs geen plaats meer konden krijgen voor het concert van Stephan Partos, den phenome- nelen jongen violist, zal nog een tweede Concertavond worden gegeven, op 17 Ja nuari a.s. in den schouwburg Jansweg, te Haarlem. ONTVANGEN BOEKEN, ENZ. „De Republikein". Men zond ons het eerste nummer van „De Republikein", een algemeen weekblad. Redacteur is de heer W. Lubberink, Copernicusstraat 217, Den Haag, secretaris der kort geleden opgerichte „Republikeinsche Partij". Mork's Advertentiebureau zond ons een aardige, eenvoudige weekkalender voor 1919. Een nette en practische wandversie ring. DE INTERNATIONALE SCHOOL VOOR WIJSBEGEERTE TE AMERSFOORT. Wij nemen voor onze lezers hier over wat de „N. R. Ct." van de school te Amers foort zoo voortreffelijk schreef: Karakter. Het is een verkwikking, in dagen van algemeene ontwrichting te ervaren, hoe op de puinlioopen van het oude het nieuwe wordt gebouwd. Deze ervaring onthult op verrassende wijze, dat de schijnbare onder gang der wereld niets anders is dan haar allereerste begin van bloei. Weliswaar blijft de pijnlijke vraag, of een catastrophe als deze wereldoorlog noodza kelijke voorwaarde is geweest voor de zelfbevrijding der menschheid. Zou ook buiten deze gruwelen de wedergeboorte zijn uitgebleven en zou de vrucht van den nieu wen geest niet met meer zuiverheid zijn genoten, wanneer zij, uit zichzelf gerijpt van den boom ware gevallen in den stillen hof des vredes inplaats van, gelijk nu, te zijn besmeurd met den bijsmaak van bloed en tranen? In elk geval blijft het een troostrijke ge dachte, dat de algemeene vernieling dan toch heeft meegewerkt tot bespoediging van het opbouwings-proces. Want ongetwijfeld is het de oorlog geweest, welke dien gewel digen omkeer in het menschelijk begeeren heeft tot stand gebracht, die zich openbaart in den gewetenskreet van een Romain Rol land: Assez détruitrebatissons!" Ilet is zulk een menschenkundig woord, dat van den abbé uit Willem Meister's Lehr- ja'nre, die, sprekend over 'smenschen waanzin, opmerkt, dat de groote wijsheid van den opvoeder daarin bestaat, den waanzinnige zijn dwaasheid uit volle be kers te laten opslurpen. Want wie zijn dwaasheid slechts druppelsgewijze proeft, zal er lang mee huishouden, wijl hij er zich als in een zeldzaam geluk in verblijdt. Slechts wie haar uitput, zal zijn dwaasheid leeren kennen. De huidige wereld slurpt haar dwaasheid bij bekers vol; in het redeloos en geweten loos stelsel, dat in den oorlog zijn apotheo se vond, heeft het haar uitgeput. In haar walging is de menschheid tot het besef ge komen, dat noch het fijnst geslepen intel lect noch de meest volmaakte techniek het levensgeluk waarborgt. En zoo is er een terugslag gekomen van het materialistisch- technisch en intellectualistisch denken naar de ethische en mystieke bezinning. In dit kader dient men de stichting te be- oordeelen, die, als één uit vele openbarin gen van denzelfden geest, door haar eigen aardig karakter en merkwaardige» opzet onder de belangwekkende verschijnselen cnzer dagen mag worden gerekend. Belangwekkend wordt de Amersfoortsche School voor Wijsbegeerte eerst voor wie haar leven en groei als ingewijde van nabij heeft gadegeslagen. Den buitenstaander verbijstert de naam. Hij denkt daarbij al lereerst aan een wetenschappelijke instel ling, waarin men de wijsbegeerte als the oretisch leervak beoefent, en die zich slechts in zoover van een academische fa culteit onderscheidt, dat zij op de wijze der volks-universiteiten de wetenschap popula- iiscert. Dit is het bedriegelijke van den naam. Want het begrip „wijsbegeerte" is in de Amersfoortsche instelling volmaakt ont daan van allen schoolschen zin. Misschien ware het beter geweest, hier van „wijsheid" te spreken. Alleen als „wijsbegeerte" be geerte naar wijsheid is, dekken naam en begrip elkander volkomen. Tot juist verstand van de veelbesproken stichting is het noodzakelijk haar grondslag nauwkeurig te beschouwen. Wie aan het intellectualistisch en schoolsch begrip van „wijsbegeerte" vasthoudt, zal nimmer iets van het doel dezer instelling begrijpen. Want het is juist uit terugslag tegen de eenzijdig verstandelijke opvatting van we tenschap en het eenzijdig-technisch gebruik van hare resultaten, dat deze school is gesticht. Deze school wil een school zijn, maar handhaaft den naam „school" opzette lijk uit verzet tegen hetgeen in het tegen woordig schoolwezen onder dien naam wordt ver staan. In dien naam „school ligt een program besloten; een program, zóó stellig en zóó uitdagend, dat de hier nagestreefde hervorming meer aan revo lutie dan aan evolutie doet denken. Boven den ingang van het hoofdgebouw, dat te midden der Oud-Leusdensche bos- schen aan 't eind van een sparrenlaan in onbevlekt wit omhoog rijst, staan de veel- beteekenende woorden: „Wees mensch". De roeping van de instelling is, het onder wijs dienstbaar te maken aan het rnensch- worden. Zal dat woord: „Wees mensch" meer dan een frase wezen, dan dient het uit het kader toegelicht. En alles wat in woord en geschrift, maar vooral in de praktijk die gevelspreuk omgeeft, duidt erop, dat de stichters dezer instelling het kenmerkend- menschelijke hebben gevonden in de zelf bezinning; in de concentratie van den geest, die voert tot een welgegronde levens- en wereldbeschouwing. In het Tijdschrift voor Wijsbegeerte heeft dr. J. D. Bierens de Haan het doel der stichting in de volgende woorden omschre ven: „De grondwaarheid der Amersfoort sche Stichting", zegt hij, „is deze, dat ook het denken een leven is; ja juist het den ken. Het geestesleven is gedachtenverkeer innerlijk en met anderen. De tegenwoor dige menschheid, die van alle vraagstukken het hare weet, over alle haar meening heeft en in den chaos verkeert vanwege de me nigte harer belangen, heeft noodig een sfeer van concentratie, waar de gedachte de eene en eenige sfeer is om haar heen. De levensbeschouwing wordt verdiept in deze atmosfeer; en het leven volgt de richting der gedachte. Zoo komt de mensch weer tot zichzelf." Men kan zich nu afvragen, waarom het „denken", dat toch reeds op de hoogescho- Ien wordt beoefend, en b. v. door openbare leeszalen en volksuniversiteiten wordt ge populariseerd, het ontstaan van een afzon derlijke stichting rechtvaardigt. Doch men weet immers uit eigen ervaring, hoe wei nig deze popularisatie van „wetenschap" datgene bevordert, wat juist deze stich ting wil nastreven: de concentratie van den geest. (Wordt vervolgd.) VAN HIER EN DAAR. De scheurwet. Door het kamerlid Otto waren vragen aan den Minister van Land bouw gesteld, of deze den tijd nog niet ge komen achtte, geen uitvoering te geven aan de Scheurwet. De Minister heeft deze vra gen ontkennend beantwoord. Uitvoering van die wet zou achterwege kunnen blijven, indien de toevoer van voldoende levensmid delen uit het buitenland in elk opzicht zeker was gesteld. Dit is helaas niet het ge val en al mag worden aangenomen, dat waarschijnlijk de voedselvoorziening iets beter zal zijn dan in de laatste oorlogsjaren, de invoeren zullen vér blijven beneden dat gene wat noodig is voor de dekking van de normale behoefte. Het blijkt, dat de vooruitzichten verre van rooskleurig zijn. Broodgraan krijgen wij slechts A van den normalen invoer, rijst één derde, doch het allerernstigste zijn de vooruitzichten voor den invoer van veevoe dermiddelen. Normaal werd ingevoerd ruim anderhalf millioen tons, thans is slechts 300.000 tons toegezegd, dus nog geen vijfde deel. MEVR. G. v. d. BRINK, Cor. setière, KEIZERSGRACHT 772, AMSTERDAM. ELKEN VRIJDAG AANWEZIG IN „HOTEL CENTRAL" LANGE POTEN, DEN HAAG. Ook de bemesting zal in het komende jaar te wenschen overlaten. De toegezegde chilisalpeter is slechts ongeveer de helft van den aanvoer van chilisalpeter en zwa velzure ammoniak in 1912 en 1913, de phos- phorzuurhoudende meststoffen komen in nog veel geringer mate beschikbaar. De aanvoer van voldoende kalihou- dende meststoffen is ook nog onzeker. De hoeveelheid plantenvoedsel, opgehoopt in onze weilanden, moet dus worden aange sproken. Vooral de productie van aardap pelen in de Veenkoloniën, het aardappelge- bied bij uitnemendheid, zal door dit gebrek aan meststoffen veel te wenschen over laten. De opmerking, dat de producten van te scheuren grasland eerst in den winer 1919 1920 beschikbaar komen, terwijl het gras land reeds in den zomer melk, boter, kaas en vleesch levert, is juist, doch eenige ze kerheid dat na den oogst 1919 de vooruit zichten op een betere voedselvoorziening aanmerkelijk zullen zijn verhelderd, bestaat er niet, want 1. zullen sommige landen, die voorheen een groot uitvoer-surplus aan voedingsmid delen hadden, volgend jaar nog niet weer op normalen voet zijn. 2. Is het aantal landen dat een tekort heeft, grooter dan normaal, evenals de grootte der tekorten. 3. Was de oogst 1918 over het algemeen gunstig, doch bestaat geen zekerheid, dat dit in 1919 weer het geval zal zijn. Wij mogen aannemen dat de kans om groote aanvoeren uit het buitenland te krij gen, aanmerkelijk zal vermeerderen, indien in het land zelf geen poging onbeproefd zal worden gelaten, om de productie op eigen bodem te vermeerderen. De productie in eigen land moet daarom zoo hoog mogelijk worden opgevoerd, de Scheurwet moet worden uitgevoerd. Intusschen is de iets gunstiger politieke toestand oorzaak geweest, dat de oorspron kelijk bedoelde oppervlakte van 100.000 H.A. is teruggebracht tot 58.000 H.A. Hiermee is bij de verdeeling over de gemeenten al rekening gehouden. Ook al geschiedt de verdeeling over de gemeenten en bedrijven op de beste wijze, toch zal het kunnen gebeuren, dat naar het oordeel van belanghebbenden, in een be paald gebied of bedrijf teveel zou moeten worden gescheurd. Welnu, overeenkomstig de Scheurwet zal iedereen bij een deskundige commissie in beroep kunnen komen. Bovendien zal de Minister, indien belanghebbenden meenen in een bepaalde streek te zwaar te zijn belast, een onpartijdig onderzoek doen instellen en met belanghebbenden overleg doen plegen. Wat de uitvoering der werkzaamheden betreft, stelt hij zich voor in overleg met belanghebbenden en deskundigen maatrege len te beramen om de gerezen moeilijkheden te overwinnen. P. K.N. H. Wat de oorlog aan Duitschland gekost heeft. f 1,20. 8 kronen. De A. N. W. B. De Algemeene Ncder- landsche Wielrijdersbond, Toeristenbond voor Nederland werd kort geleden door de regeering erkend als te zijn een instelling van algemeen nut. Deze erkenning berustte o. m. op de overweging, dat „weliswaar aan de leden bepaalde ondergeschikte voordeelen zijn toegekend, maar daarin meer moet worden gezien een middel om een vaste kern van personen te verkrijgen en te behouden, die de noodige gelden voor de uitvoering van de algemeene taak van den Bond kunnen verschaffen, dan een streven om de voor deelen van den Bond tot een kring der leden beperkt te houden." Wie aan den weg timmert en dit tot te vredenheid van talloos velen doet, heeft recht op veel Bekijks enwaardeering. De A. N. W. B. nu zit, zooals wel bekend is, in een glazen huisje. Hij werkt in 't openbaar, zoodat velen de vruchten van zijn arbeid kunnen waarnemen, al weet niet iedereen, van welken boom deze vruchten afkomstig zijn. Wij zullen daarom den boom en zijne vruchten bespreken, in het vertrouwen, dat

Krantenviewer Noord-Hollands Archief

Het Bloemendaalsch Weekblad | 1919 | | pagina 3