Hoest en Verkoudheid
^EMSERWATER
KERK-AOENDA.
Zondag 2 Maart.
BLOEMENDAAL.
Ned. Herv. Gem.. '9 voorm. 10 uur, Ds. J. A. van
Leeuwen'9 ar. 6^ uur, de heer K. Koopman.
„Maranatha", Jongeliedensamenk., roorm. 10 uur,
Ds. Padt. Pred. te Amsterdam.
Geref. Gem., voorm. 10 uur, Ds. J. C. Brussaard;
n.m. BV, uur., Ds. J. C. Prussaard.
Ned. Prot. Bond, afd. Bloemendaal, gebouw dei
Bloemend. Schoolverecniging, voorm. 101 uur.
Dr. G. A. van den Bergh van Eysinga, Pred.
te Santpoort.
HAARLEM.
Relig. Soc. Verbond afd. „Haarlem", gebouw „De
Nijverheid", Jansstraat, voorm. 10^ uur, de
heer G. van Veen, van Amsterdam.
SANTPOORT.
Néd. Herv. Gem., v.m. 10 uur, geen dienst; '9 av.
6J u., Dr. G. A. van den Bergh van' lysinga
Onderwerp: Luk. 11:31: „Meer dan Salomo".
De Voorzitter wil de redactie van het
concept handhaven.
Het voorstel-Van Kessel wordt aangeno
men met op 3 na algemeene stemmen.
Aankoop van huizen.
Aan de orde is een voorstel van B. en
W. om over te gaan tot den aankoop van
het perceel Bloemendaalscheweg N°. 91
voor 15000,en het perceel Bloemen
daalscheweg N°. 93 voor 16000,—. B.
en W. achten het wenschelijk den Bloemen-
daalschenweg in de z.g. „Volksbuurt", waar
de weg met inbegrip der trottoirs slechts
eene breedte heeft van p. m. 6 Meter, met
het oog op het drukke verkeer aldaar, te
verbreeden; daarvoor is noodig deze twee
winkelhuizen uit den weg te ruimen.
Goedgekeurd met algemeene stemmen.
Verbetering van de Rollandslaan.
Mededeeling van de Wed. J. J. Roozen—
Van Kessel, dat zij bereid is tot 1 Maart te
verlengen den termijn, gedurende welken
tot stand blijft haar voorstel om voor
f IOOO,— af te staan de Rollandslaan en
de brug aan de Rampenlaan met eenige
strooken grond.
De Voorzitter stelt voor nu tot bedoelden
aankoop over te gaan.
De heer L ,a a. 11 vindt het 'zonde
1 5000,uit te geven voor zoo'n kleine
verbetering. Hij wil gaarne verbetering
aanbrengen, maar men deed beter alleen
den weg te koopen en dien te beharden.
De wethouder De Waal Male fijt
zegt, dat de eigenares geen weg wil ver-
koopen zonder strooken grond.
De heer Laan acht het geen bestaan
baren toestand, dat die juffrouw niet wil
medewerken of wij moeten f 5000,uit
geven. Ze kon wel f 10MJ00,Vragen!
De heer B ij v o e t acht het een goede
verbetering en noemt den eisch billijk.
De kosten mogen de gemeente van deze
verbetering niet terug houden.
De heer Bom water zegt, dat nu
een dragelijke toestand te verkrijgeh is,
die een einde zal maken aan den wan
toestand, welke een schande is voor Bloe
mendaal.
De heer Van Kessel zegt, dat, zoo
er nu geen verbetering komt, er in geen
jpren verbetering zal komen. De toestand
is een onhebbelijke janhloel. Zelfs wil
len de leveranciers de boodschappen niet
meer aan de huizen brengen en moeten
He bewoners die aan het einde der laan
aannemen. Spreker hoopt, dat binnen
enkele weken verbetering zal zijn aange
bracht in dien modderpoel. Ook moge
het Rollandspad behard worden.
Het voorstel wordt met algemeene
stemmen goedgekeurd en de Voorzitter
zegt ook verbetering van het Rollands-
pad toe.
Bij' de rondvraag zegt de heer Van
Kessel vernomen te hebben, dat er een
proef is genomen met den acht-urigen
arbeidsdag voor de politie. Spreker
vraagt, die proef zij geslaagd of niet, of
van B. en W. te wachten is de invoering
van een werklieden-reglement, waarbij
de rechtspositie wordt geregeld, ook
voor de politie. In dat reglement is op
te nemen de 8-urige werkdag met 55-
urige week. En dan dient ook een einde
gemaakt te worden aan weekloonen van
1 18,waarmede gemeente-werklieden
verre ten acuter staan bij werklieden uit
de particuliere nijverheid.
De Voorzitter zegt onderzoek toe.
De heer Van Kessel vraagt of ge
zorgd is voor opneming van lijders bij het
eventueel uitbreken van vlektvphus.
De Voo rzitter, zegt, dat hierin is
voorzien door eene regeling met Haarlem.
De heer Van Kessel dringt aan op
de beschikbaarstelling van gratis hout
en goedkoop vleesch.
De Voorzitter zegt, dat eene proef
neming met de levering van goedkoop
vleesch reeds f 1000,heeft gekost.
Maar het is niet te krijgen.
De heer Van Kessel zegt, dat Haar
lem toch al Amerikaausdh spek distri
bueert.
De Voorzitter zegt, dat dit de vol
gende week ook te Bloemendaal zal ge
schieden. Overwogen zal worden 0111 te
gemoet te komen aan den wensch van den
heer Van Kessel om het spek ook te bren
gen in het bereik dergenen, wier koop
kracht is uitgeput.
De heer V-erdega.a.1 vraagt of de
benoeming van een hoofd der school te
Vogelenzang spoedig te wachten is.
De Voorzitter zegt, dat de stuk
ken nog bij den districts-sclioolopziener
zijn. Spoedige benoeming is to wachten.
De heer Laan vraagt of hier, in na
volging van Haarlem, ook zal worden
vergund avondpartijen in open lore loka
len langer te laten duren.
Dit wordt tltpor de Voorzitter tóe-
gezegd.
De heer De. Roo van Al der we-,
relt klaagt over den toestand van den
Potgieter weg, waar een voetpad ver
hoogd wordt, waarbij nten stroomende
rivieren waarneemt. Men moet zakputten
aanbrengen.
Die zijn er al, zegt de Voorzitter,
maar ze helpen niet. Afdoende zou zijn
een rioolleiding, ntaar de aanleg daarvan
is door den Raad geketst. Als de heer
De Roo alsnog op dien aanleg aandringt,
z gt de Voorzitter: ja, als de Raad het
dan maar niet weer ketst.
De heer Bij voet geeft in overweging
om, als er brand is, daaraan grootere be
kendheid te geven. Bij den laatsten
brand in Kweekduin begon de blussching
veel te laat.
De Voorzitter zegt, dat de brand
weer te plattelande altijd wat gebrekkig
zal blijven. In het hier bedoelde geval
werkte ook de vorst tegen. En als men
maar de politie vlugger liad ingelicht
De heer B ij v o e t doet nog door eenig
gemompel van onvoldaanheid blijken.
De openbare vergadering wordt ge
sloten.
MARIA MONTESSOR1.
't Is wel eigenaardig, dat de school zoo
veel meer haar stempel drukt op den onder
wijzer dan op het kind. Van den gewichti-
gen, gedecoreerden heer af, die zich zoo
vrij op het podium als in de zaal gevoelde,
tot den schuchteren jongeling toe, die op
de achterste rij een bescheiden plaatsje
had ingenomen, allen hadden den pae-
dagogischen snit. En ook in het alleraar
digste meisjesgezichtje, dat in de zaal glun
derde, was iets ik-en-weet-niet-wat, dat
aan de school herinnerde. Elk ambacht
geeft iets eigenaardigs aan het uiterlijk van
wie het beoefenen. Zoo herkent men den
zeeman, den koetsier, den kleermaker uit
alle anderen. Maar den schoolmeester bo
venal. i'
't Was echter niet de invloed van de
school op den onderwijzer, dien dr. A. de
Vletter Maandag besprak in de goed get
vulde bovenzaal van „De Kroon". Hij trad
op voor de afdeeling Haarlem der Montesi
sori-Vereeniging met een lezing over „de
beteekenis van Maria Montessori voor hel
geheele onderwijs." d
O, wat moet die decoratie den gewichtii*
gen onderw ijsheer op de jas gebrand heb
ben, toen hij den spreker hoorde fulminee-i
ren tegen ons officieel onderwijs. Er bleef
geen stuk van over. Aan lager en middel-y
baar onderwijs kleven gebreken zóó groot;,
dat de arme vader, getuige van deze uit
eenzetting, zich met wanhoop afvraagt, hoe
de Leerplicht hem dwingen kan eiken dag-
weer zijn lief kind naar deze pijnbank te
zenden.
Als dit de onderwijzers van het onderwijs:
getuigen, als dit alles gezegd wordt door
een man als dr. De Vletter, onderwijsman,
van den bloede wel, dan moet de van
paedagogiek gespeende wel huiveren en
schreien over zijn verspeelde jeugd.
Dr. De Vletter schilderde ons de huidige
school als een folterplaats voor de Kinde
ren, goed om veinzerij te ontwikkelen, ge
schiet om alle natuur, alle natuurlijkheid
te onderdrukken. Men kan hem onmogelijk
aanhooren zonder diep medelijden te krijgen
met de ongelukkige slachtoffers van dit on
derwijs. En ik verbaas me er over, dat uit
kringen, die zoo over het onderwijs den
ken, niet een woeste alarmkreet opstijgt,
een bange roep om niet één dag langer
dezen toestand te bestendigen. Kindertjes,
die honger lijden in den vreemde, haalt
men hier naar toe God zegene de kinder
vrienden. Kinderen, die schamel gekleed
zijn, voorziet men van borstrokken en pan
toffels 't is edel werk. Kindertjes, die
door de stadslucht vermuft zijn, zendt men
een dagje naar Bloemendaal of Zandvoort
't is philantropie in een van haar meest
sympathieke vormen.
Maar 't is allemaal niets, absoluut niets,
vergeleken bij de berusting in het tegen
woordige onderwijs zooals dr. De Vletter
dat schildert, die waarachtig nog haast aan
den schoolmeester-met-de-plak uit den ou
den tijd de voorkeur geeft boven denleeraar
van hodiemet zijn alleenzaligmakende
boeken en zijn woorden des mots, des
mots et rien que des mots.
Maria Montessori, een Italiaansche doc
tor, was er getuige van, hoe achterlijke
kinderen, bij andere leiding, normale kin
deren voorbij streefden, die de zegeningen
van het officieele onderwijs hadden te ver
duren. Dit deed haar inzien, dat het on
derwijs drukkend moest werken in plaats
van verheffend, remmend inplaats van
vooruitbrengend. En zij wijdde zich aan de
studie der paedagogiek. De resultaten van
hare studie waren een stelsel, dat, zoo het
werd ingevoerd, een totale revolutie in het
onderwijs zou tengevolge hebben. Stel u
voorde ideaal-school is er eene, waar het
hoofd niets doet, de onderwijzers zoo wei
nig mogelijk, de kinderen alles. De Ameri
kanen hebben er direct een krachtig motto
voor gevonden: not by learning, but by
doing moet men de kinderen onderwijzen.
En dan slaat het doing op de kinderen.
De Duitschers hebben zich gehaast de
practijk aan de theorie aan te passen. Hun
ne Arbeitschulen werken reeds met resul
taat.
En wij? Er worden, naar dr. De Vletter
ons mededeelde, ook in ons land reeds
schuchtere pogingen in het werk gesteld.
Ah, die vermaledijde schuchterheid!
Past schuchterheid, waar het geldt het
kind te verlossen uit een atmosfeer van
giftigheid Schuchtere aanhangers van de
Revolutie brengen haar niet vooruit.
Hoe moet het al dien onderwijzeressen
en al dien onderwijzers te moede zijn ge
weest, toen zij, na dien avond onder het
gehoor van dr. De Vletter te zijn geweest,
den volgenden morgen weer voor de klasse
stonden, voor de schoolbanken, die de apos
tel van Montessori als „pijnbanken" be
schreef! Zij moeten zich wel beulen heb
ben gevoeld.
Ik kan het niet helpen, maar dat is mijn
indruk van de lezing, die dr. De Vletter
heeft gehouden in de afdeeling Haarlem van
de Montessori-Vereeniging. A. L.
DE OPVOEDING DER VROUW.
Prof. R. Casimir, rector aan het Haagsch
Lyceum, hield Woensdagavond in hotel
„Vreeburg" een lezing over „de opvoeding
der vrouw". De opbrengst der toegangs
gelden, die strekken zal ten bate der Wijk
verpleging van het Witte Kruis te Schoten,
moet niet onaanzienlijk zijn, daar de boven
zaal gevuld was met een talrijk publiek. De
spreker werd bij zijn gehoor ingeleid
door Mevrouw De Clercq en wist al
dadelijk door zijn helderen betoogtrant en
gesoigneerde woordenkeus de aandacht
van zijn auditorium te winnen. Een lezing
was het eigenlijk niet, waarop prof. Casimir
ons vergastte. Het was een college, waar
bij, in de eerste plaats, trof de volstrekte
meesterschap van den hoogleeraar over zlln
onderwerp.Zonder eene enkele aantecke-
ning te raadplegen, gaf de spreker in een
gekuischte rede, die voor den druk phono-
grafisch ware op te nemen geweest, wat
men een dictaat zou hebben kunnen noe
men, ware het niet hier en daar door eene
gemoedelijkheid gekruid geweest. Het aan
dachtige gehoor bestond in hoofdzaak uit
dames die zich in het algemeen meer
voor de paedagogiek schijnen te interessee
ren dan de heeren der schepping maar
ongetwijfeld zou ook menig vader van doch
ters eenige genotvolle uren hebben door
gebracht, zoo hij zich onder het gehoor van
prof. Casimir hadde geschaard.
Van de opvoedkundige vraagstukken dat
van de opvoeding der vrouw wel het aller-
moeielijkste noemende, begon Spr. met de
verklaring van onmacht tot zijne oplossing.
We! wilde Spr. trachten een helderder in
zicht in het vraagstuk te openen en daarbij
eenige practische wegen aangeven om tot
die oplossing te geraken.
De moderne opvoedkunde staat, naar
Spr.'s inzicht in het teeken der differentia-
gevoegd de socialisatie, als tegenwicht te
beschouwen, waar het feitelijk antagonisme
is van de individualisatie althans, op la
ger plan, schijnt. De opvoedkunde kan aan
tie en der individualisatie. Daarbij heeft zich
het leven niet de wet voorschrijven, maar
zij is er de dienaresse van en heeft, als
technicus, het systeem te volmaken totdat
het voldoet aan de eischen des levens.
De individualisatie, voortgekomen uit den
eerbied voor de persoonlijkheid, doet de
eenheden uit de groepen treden, die door
de differentiatie zijn ontstaan. In den loop
der tijden heeft de differentiatie zich zeer
verscherpt en voor zoo ver het de sexen be
treft, inag veilig worden aangenomen, dat
in de twintigste eeuw tusschen man en
vrouw veel grooter psychisch verschil be
staat dan er bestond 400 jaar vóór Christus.
Zoo stonden ook ridder en lijfeigene psy
chisch dichter bij elkander dan tegenwoor
dig hoogleeraar en stratenmaker, hoewel
tusschen dezen het sociaal verschil gerin
ger is. Zoo is ook grooter de differentia
tie tusschen geciviliseerde en primitieve vol
keren. Die differentiatie in sexen nu heeft
aan dubbel onderwijs de behoefte doen ont
staan en vooral heeft zich die behoefte doen
kennen op den leeftijd van jongeman en
jonkvrouw. Hem de wereld, haar het huis.
De gedachte der differentiatie wordt ge
kruist door die der individualisatie. Het on-
derwijs-systeem zou onrecht doen aan het
individu, zoo elke vrouw werd gebonden aan
het niveau der gemiddelde vrouw en men
heeft te erkennen het volle en volledige
recht van het individu om uit zijn groep te
treden.
Ook wordt het onderwijs beheerscht
door een economischen factor. Daar niet
alle vrouwen zoowel door de getalsmeer-
derheid der vrouw als door economische
factoren in het huwelijk kunnen treden en
daar ook der vrouw gelegenheid behoort te
worden gegeven zich aan de politiek of de
economie te wijden, moet de opvoeding ook
gericht zijn op eene zelfstandige positie.
Spr. ziet dus twee stroomingen: die der
geheel vrouwelijke opvoeding en die der
openstelling van alle instellingen ook voor
vrouwen; die van de zuivere meisjesopvoe
ding en die van de toelating van meisjes
tot het voor mannen ingericht onderwijs.
Waar de onderlinge opvoeding in het gezin
geen eigenlijke practische bezwaren heeft
ondervonden, kan ook het lager onderwijs
gemengd zijn. En tot den 10-jarigen leef
tijd toe is daartegen geen bezwaar. Anders
wordt het echter voor middelbaar onder
wijs. Oneindig belangrijker dan elk ander
opvoedkundig probleem is het vraagstuk van
de opvoeding der rijpe jeugd. En vooral
van de rijpe jeugd, die niet ter schole gaat.
Het is niet anders dan klasse-domheid en
klasse-bekrompenheid, zoo men de groote
pers zich druk ziet maken over de vraag of
ergens een gymnasium dan wel een H. B. S.
zal worden gevestigd, terwijl zij heel niet
haar aandacht schenkt aan die veel belang
rijker vraag, wat wij te doen hebben met
de toekomstige moeder uit het volk.
Op de lagere school moest nooit het on
derwijs in de handwerken mogen ontbre
ken. En onmisbaar is de uitbreiding van
den leerplicht tot het veertiende jaar, want
niet vóór dien leeftijd is het kind geschikt
om zich aan te passen aan de levensprac-
tijk. Juist in die twee laatste jaren moest
kook- en huishoudonderwijs worden gege
ven, waarmede de volksgezondheid en het
volksgeluk zoo oneindig zouden zijn ge
baat. Daarbij ware herhalingsonderwijs in
te stellen, dat het meisje klaar maakt en
geschikt voor de taak, die haar in het le
ven wacht. Ambachtsscholen voor vrouwen
mogen zich hoe langer hoe meer uitbreiden
en Spr. wekte zijn gehoor met aandrang
op tot de stichting van vrouwenclubs.
Hierna overgaande tot het middelbaar
onderwijs voor de meisjes uit meergegoede
gezinnen en voor de meer begaafde meisjes
uit anderen stand, kwam Spr. tot de moeie-
lijkheid of men het meisje naar de H. B. S.
moet zenden of naar het gymnasium. Van dit
vraagstuk zag Spr. de oplossing niet. Het is
een wel zeer tragisch conflict van de 20e-
eeuwsche opvoeding, dat een veel te hooge
premie moet worden betaald voor de ver
zekering tegen het gevaar der kinderloos
heid, tegen de kans dat de vrouw niet tot
hare eigenlijke bestemming als huisvrouw
zal geraken.
De grootste misleiding der moderne op
voeding is wel hare minachting voor huis
werk bij de gemiddelde vrouw. Wat de man
praesteert, is vaak voor een zeer groot deel
afhankelijk van de capaciteiten zijner vrouw
en Spr. getuigde van zijne groote bewon
dering voor het huiswerk, waarin zoo vaak
het genie der vrouw uitblinkt. Ziet naar
zoovele beroemde mannen en cherchez
la mère.
Ten slotte besprak Spr. de maatschappe
lijke belangstelling bij de gehuwde vrouw,
die alleen bestaanbaar is, wanneer de man
zich ook voor een deel wijdt aan de zorgen
der huishouding en aan de opvoeding der
kinderen. Nog te weinig vaders zijn door
drongen van het besef, dat zij mede-opvoe
ders behooren te zijn en het zou voor
menig gezin een zegen zijn, zoo de
vaders zich wat meer bemoeiden met de
opvoeding vooral van hunne dochters.
De moeder voor de dochters en de vader
voor de zoons, is een stelsel, dat al heel
wat droevige conflicten heeft doen ontstaan.
Nog bepeitte Spr. de oprichting eener
vrouwen-universiteit, eener sociaal-paeda-
gogische hoogeschool, om ten leste in een
warme peroratie zijn aandachtig gehoor te
doordringen van de buitengewone belang
stelling, welke het vraagstuk van de opvoe
ding der vrouw verdient.
PLAATSELIJK NIEUWS.
Voor de afdeeling Bloeniendaal van den
Ned. Protestantenbond zal Zondag 2 Maart
des morgens ten 10K- uur in het gebouw
der Bloemendaalsche Schoolvereeniging
optreden dr. G. A. v. d. Bergh van Eysinga.
De Burgerwacht. Maandagavond is er
een bijeenkomst gehouden in „Vanouds het
Raadhuis" te Overveen voor alle belang
stellenden in het instituut „Burgerwacht".
Dat aantal belangstellenden bleek bizonder
groot.
Geopend werd de vergadering door den
heer F. Smit, voorzitter van het voorloopig
bestuur. Spreker gaf een overzicht van de
ontwikkeling van Bloemendaal's Burger
wacht.
Na eenige discussies werden daarop de
statuten goedgekeurd. (Bij ontbinding der
vereeniging zullen de baten aan het Dr.-
Bakkerfonds vervallen.)
De heer De Jong doet daarop eenige me-
dedeelingen omtrent bewapening, oefenin
gen, enzoovoorts.
55 cent per 1/1 kruik.