De Nood in Oostenrijk en Hongarije. TEGEN HOEST EMS ER-PASTILLES Schubert-avond. Maandag avond werd in Vreeburg" het eerste van de reeks in uitzicht gestelde Bloemendaalsche Concerten gegeven. Mevrouw Koolhoven zong, Mevrouw van Tuyll van SerooskerkenBoreei speelde viool en Mej. Re Levie speelde klavier. En alle drie de dames kweten zich uitnemend van hun taak; zoowel mevrouw Koolhovens voortreffelijke zangkunst als mevrouw van Tuyll's viool spel en mej. Levie's klavierspel vonden bij het flink opgekomen publiek een welverdiende bijval. Het concert werd Dinsdag als volks concert herhaald. Voorwaar een uitmun tend benkbeeld. De toegangsprijs, 10 ct., maakte dan ook werkelijk dit concert voor een ieder bereikbaar. Er is dan ook van deze gelegenheid om goede kunst te genieten een druk gebruik ge maakt. En dit publiek genoot dankbaar van het vele schoone, dat geboden werd. Concert. Op Zaterdag 22 Nov. a.s. geeft het fanfare-corps Oefening kweekt Kunst", alhier, een concert in hotel „Vreeburg". Medewerken zal ook de heer A. M. Vrugt, de bekende hu morist uit Haarlem. Het concert begint ten 8 uur. Na afloop is er gelegenheid voor een dansje. De toegangsprijs is 50 cent per persoon. Nederlandsche Maatschappij voor Tuinbouw en Plantkunde De afd. Bloemendaal-Velsen dezer maatschappij heeft voor Dinsdag a.s. een ledenvergadering uitgeschreven. De vergadering wordt in „Rusthoek" ge houden en begint ten 8 uur 's avonds. Op de agenda staat o.a. een lezing van den heer J. Ende over „Cultuur van druiven op zandgronden Bioscoopvoorstelling. Don derdag 20 November zal de tweede bioscoopvoorstelling plaats hebben in Hotel „Vreeburg". (De eerste wordt ge geven op 17 November in Café „Rust hoek" alhier). Deze bioscoopavond die zeer goed belooft te worden, is geor ganiseerd door de Bloemendaalsche burgerwacht. Het programma bevat o.a. Natuuropnamen, Schietwedstrijden te Overveen door Burgerwachten in Noord- Holland en als hoofdnummer: „Misleid door het Bolsjewisme". De heer O. Hoogendijk, die in Rusland geweest is en de ellende daar heeft meegemaakt, zal er een uitvoerige beschouwing over geven. Toegangskaarten zijn te verkrij gen 25 ets. bij den boekhandelaar C. M. Bladergroen. Leden der burgerwacht hebben vrijen toegang. Aanvang der voorstelling 8 uur precies. Op den schietwedstrijd, uitgeschreven voor burgerwachten van Noord-Holland op Zondag 1.1. en gehouden te Over veen, heeft de Bloemendaalsche bur gerwacht den zilveren beker gewonnen. 50-jarig jubileum. De heer en mej. Cassée hopen den 25sten Nov. feest te vieren. Het is op dien dag n.l. 50 jaar geleden, dat de heer Antonius Cassée met zijn m ei sj e, thans natuur lijk zijn vrouw, in het huwelijksbootje stapte. Het is niet te gelooven, dat dit al 50 geleden is, aan hun optreden in alles zou men denken dat ze pas 25 jaren getrouwd waren. Men kan ze nu zien zitten, naast elkaar, omringd door een schat van bloemen. De gelukwen- schen zijn legio. Ook wij kunnen niet nalaten bruid en bruidegom onze beste wenschen aan te bieden. SANTPOORT. De heeren P. Keers en H. Smit zijn weder gekozen tot notabelen van de Ned. Herv. kerk alhier. Een inbraak zonder succes. Ingebroken is in de villa van Mevrouw de Clercq-Teding van Berkhout wonende alhier. Door uitsnijding van een ruitje aan den achterkant der villa hebben de inbrekers zich toegang verschaft. Het geheele huis hebben ze aan een nauw keurig onderzoek onderworpen. Het blijkt echter doordat er niets vermist wordt, dat ze niets naar hun gading hebben kunnen vinden. Voetstappen van gesmolten sneeuw waren nog duidelijk zichtbaar waar de dieven zich opgehou den hadden. De politie houdt zich met deze zaak bezig. Een goeden waakhond te bezitten, is een der middelen om zich tegen in braken te beschermen. Een vreeselijke toestand. Het „Journal" te Genève gaf onlangs de volgende aangrijpende beschrijving van den huidigen toestand in Weenen Men heeft gezegd dat Weenen altijd glimlacht. Op het oogenblik sterft de stad langzaam door gebrek aan steenkool en grondstoffen. De hoogovens zijn ge doofd en bijna 100.000 werkeloozen ko men ten laste van de nieuwe republiek, welke zich heeft gevormd, of liever, zich tracht te vormen te midden van de pa leizen der aartshertogen en de monu menten, die ter eere van de gevallen dynastie zijn opgericht. Men moet de hoofdstad van het kleine Oostenrijk 6 millioen inwoners in het geheel, waar van 2i/j millioen in Weenen wonen niet beoordeelen naar de cosmopolitische menigte, die na den wapenstilstand op de stad is neergestreken, een krioelende troep „nouveaux riches", Galicische Jo den, avonturiers van de Balkanstaten en andere landen. Profiteerend van den la gen koers, hebben zij de goudsmidswin kels, de bontwerkers en schilderijenhan delaren en al de magazijnen van luxe-arti kelen letterlijk geplunderd. Er is een beurs voor handelaren in edelgesteenten, maar er zijn ook menschen, die het geld aan het verkeer onttrekkende laatste ijze ren hellers zijn verdwenen; tegenwoor dig maakt men ze van papier. Sedert eenigen tijd is echter de prijs der luxe- voorwerpen zoo gestegen, dat zelfs de lage koers der kronen geen voordeel meer geeft. Het evenwicht is op deze wijze bijna hersteld. Al deze schacheraars verdienen enorm veelgeld en laten het rustig rollen. De hotels kunnen geen gasten meer bergen, de restaurants evenmin, maar met be hulp van bankbiljetten mankeert het u aan niets. De opera is eiken avond uit verkocht, de bioscopen zijn overvol en in de restaurants verdringt men zich. De chauffeurs der huurauto's, die hier vrij wat beleefder zijn dan in Parijs, vragen enorme vrachtprijzen, en de huur koetsiers eveneens Men betaalt 100 en 150 kronen voor den kleinsten afstand. Evenals te Parijs, is er in de winkels geen tabak meer te krijgen, maar de kellners zijn er ruim van voorzien. De winkels sluiten om vijf uur, om op het electrisch licht te bezuinigen. Weenen is dan geheel duister, terwijl fiakers en de rijwielen niet van licht zijn voorzien. Slechts de autoiantaarns wer pen hun verblindende stralen door den vochtigen herfstnacht. Maar het eigenlijke leven begint dan in de groote restaurarits, waar alles te krijgen is tegen verbazend hooge prij zen, in de speelhuizen, waar men rou lette, baccarat en „petits-chevaux" speelt of in de cabarets, die van af negen uur door acetyleengas zijn verlicht. Daar doen zich tallooze schoone vrouwen, overladen met edelgesteenten en bont, aan cham pagne en cocktails te goed, terwijl het volk lijdt en van honger sterft. Al zijn er nog voldoende „Lustige Witwen" toch speelt men die beroemde wals niet meer in de bars. Men hoort nu de volksliederen der Geallieerden en vooral de „Madeion", de „Sambre et Meuse" en de „Marseillaise". 9UCHA. (Maandelijksche lezing van Ds. J. C. Brussaard, alhier, gehouden 20 October 1.1., voor de J.V. „Rehoboth" in de Geref. Kerk, Vijverweg. Micha, de Morastiet (1:1) was een Judeër uit Moreseth Gath, een plaatsje, nabij 't Fi- listijnsche Gad gelegen, in het Zuiden van Pa lestina. Hij trad voornamegijk op onder Hizkia, die pl.m. 725-700 vóór Christus' geboorte re geerde (Jer. 26:18). Waarschijnlijk was hij een leerling van Je- saja, die al profeteerde onder Uzzia (Jes. 1:1), Hizkia 's grootvader. Tusschen de geschriften van Jesaja en Micha bestaat veel overeenkomst (Micha 4 en Jes. 2). Micha, een volksman, leefde in dagen van crisis. Het assyrische wereldrijk bedreigde ook Juda. Onder Hizkia 's vader kwam al een ver bond tot stand tusschen Syrië, Israël (10-stam- menrijk), Edom en de Filistijnen. (2 Kon. 16, 2 Kron. 28). Maar in 737 nam Figlat-Pilréser, de Koning van Assyrië, de hoofdstad van Sy rië. In 733 voerden de Assyriërs de bewoners van Galilea en Gilead weg, en werd Sargon, ver woest in 722 Israëls hoofdstad, Samaria, zoo als Micha geprofeteerd had (1:6). Alleen Juda stond nog tegenover de Assyiërs. Zou het bewaard blijven voor hun macht, hoewel dan aan hen schatplichtig, of ook in genomen en verwoest worden Ziedaar de brandende vraag van die dagen. Wel dacht het volk, en de leiders, dat Juda gespaard zou blijven, vooral nu onder Hizkia de afgodendienst uitgeroeid was, en het volk, door offeranden van duizenden rammen en kal veren, Mozes wet tenminste uiterlnk, weer streng navolgde (2 Kon. 29 31). „Immers is de Heere in 't midden van ons, daarom zal ons geen kwaad overkomen". (3:11). Maar het formeele van die hervorming was Micha niet ontgaan. De richters verbogen het recht, de priesters leerden om loon, bedrog en haat heerschte in 't dagelijksch verkeer 7:1-6). Daarom kondigt Micha de algeheele ver woesting van Jerusalem aan (3:12), een in drukwekkende prediking, na een eeuw nog niet vergeten (Jer. 26:17—19). Al spoedig daarna slaat inderdaad Rabsaké 't beleg om Jerusalem. Nu toont het volk berouw, Hizkia zelf gaat met de brieven van Rabsaké 's boden naar den tempel, en bidt. Jesaja meldt hem het be houd van Juda en Jeruzalem. Dienzelfden nacht slaat de Engel des Heeren het leger van de Assyriërs, zoodat de vijand den vol genden morgen het beleg opbreekt (2Kon. 19.) In zooverre wordt Micha 's profetie vervuldt dat later, in 586 Nebucadnezar de stad ver woest. In werkelijkheid evenwel is deze pro fetie niet in vervulling gegaan; h.t is daarom nog geen vergissing van Micha, maar de pro fetie moet als voorwaardelijk opgevat werden. De profeten geven dan ook geen,, voorspel linkjes" maar verkondigen „groote beginselen"; ze spreken de wet van Gods koninkrijk, de gerechtigheid van zijn heerschappij uit, en die wet. dat recht, is niet willekeurig, geen ijze ren noodlot, maar 't raads besluit van den le venden God, die als een vader zorgt voor zijn kinderen, op hun boosheid straf doet vol gen, maar niet eindeloos toornt, en in den toorn des ontfermens gedenkt. Ook bij Micha komt dat sterk uit in den o- vergang van Micha 3 op 4. De tempelberg, eerst gesteld tot een woest woud, zal een maal in grooter heerlijkheid hersteld worden. En zelfs al is het prachtige Jerusalem ver woest, dan is er nog het kleine Bethlehem, waaruit de Heerscher zal voortkomen, niet in uiterlijke praal maar in geestelijke kracht. Micha moge eenvoudiger zijn dan Jesaja, lich ter door den storm van zijn hartstochten voortge stuwd worden, ook hij heeft zijn eigenaardige aantrekkelijkheden: treffend heldere vergelij kingen en beeldspraak, merkwaardig woord spel, zoodat klanken van plaatsnamen en van zijn eigen naam profetie worden (7:18). Zijn geschrift bestaat uit 3 deelen: 1—2,3—5 6-7. ieder deel vangt aan met: Hoort! .begint met een bestraffing over bestaande gruwelen, bedreigt dan met oordeel, en eindigt met pro fetie van heil. Het le deel handelt zeer in 't algemeen over 't volk van Samaria en Juda. Het 2e deel bestraft de leiders en valsche profeten. Hier treedt 't heil meer op den voorgrond. Het 3e deel overtuigt 't volk van hun on trouw, en roept op tot boetedoening. Dan volgt een weeklacht over 't oordeel, en een dankbaar zich verblijden in 't heil. BURGERLIJKE STAND Van Vrijdag 7 Movember. tot en met Donderdag 13 November. Geboren d. van H. J. Wassink en A. Bouwmeester, z: van G. van der Meer en A.M. Smit, z. van P. Hoogewerf en H M. van Maris, d. van W. F. Roosen en H. van den Aardweg. Ondertrouwd: M. Vrielink en H. Wes- seling, H. Menke en F. M. van Marwijk. Overleden: A. J. Louw, 19 jaar; Th. Goeden, 89 jaar; in het Provinciaal Ziekenhuis nabij Santpoort, M. Volk, 74 jaar; K. E. Nu- man, 81 jaar; J. Gelderblom, 74 jaar. TOONEEL,. Stadsschouwburg. N. V. Tooneelvereeniging, directeur Herman Heijermans Jr. „Nummerzeventien" blij spel in 5 bedrijven van Carl Rössler, vrij bewerkt door S. Falkland. Een allergrappigst stuk. Zoo kunnen wij het bovenstaande gerust noemen. Het komt eenvoudig neer op de gelijke nis van kruier Nummer 17 met vorst Christiaan XVII. De wonderlijkste ver warringen en de koddigste toestanden zijn het gevolg dezer gelijkenis. De vorst wordt kruier, en de kruier vorst Dus wij behoeven niets te vertellen. En doen dat ook maar niet. Men moet het stuk zelf zien gaan. Het is een kostelijke avond. Fijn is de humor uitter- aard niet, maar dat kan nu eenmaal niet altijd, maar in elk geval is het op end' op vermakelijk. Daar gaat niets van af. Als het weer gaat, moet men niet ver zuimen het eens bij te wonen. Honderd tegen één dat u zöo lacht, dat u voor een week pleizier hebt. Kreeft en Nico de Jong als vorst en kruier waren best. Ook de anderen zeer voldoend. Het publiek vermaakte zich weergaloos. Ieder kan het gaan zien. Er is geen zier kwaad bij. Najaars overpeinzing Alweer sneeuw. Niet zooveel als de vorige week, maar toch genoeg om sleetje te rijden, wat op 't Kopje dan ook weer druk beoefend wordt. Het begon Zaterdagavond. Ondanks de kou kletterde de regen (wij dachten toen het zoo koud was, dat er sneeuw zou komen) te gen de ruiten, doch niet lang duurde het of de regen veranderde in sneeuw. Het bleef echter bij natte sneeuw. Alles zag weer wit. Het was te bemerken, dat het niet lang zoo blijven zou.. Zondagmorgen was er dan ook niet veel meer van de sneeuw te bespeuren. De straten en we gen waren met een dikke laag modder bedekt. Wandelaars zag men haast niet. De koude was nog niet minder geworden. Nog steeds woei er een felle noordelijke wind en de lucht bleef zwaar bewolkt. Zoo bleef het den geheelen Zondag. Triestig, nat en koud, 's avonds begon het te ijzelen en toen we Maandagmorgen naar buiten keken, zagen we weer sneeuw, weldra be merkten we, dat het geen gewone sneeuw was. Doordat het s' nachts een weinig gevroren had, waren de wegen met een dunne laag ijs bedekt, waarop een weinig sneeuw gevallen was. Dat het gevaarlijk was om te loopen, be hoeft geen betoog. Gelukkig zijn er weinig ongelukken gebeurd. Alleen een paard gespan nen voor een wagen, kwam te vallen. Nadat men het beest met groote moeite overeind had gekregen, bleek 't dat het een kleine wonde op de rug had, doordat het tuig, met den val in het vleesch was gedrongen. Voer tuigen, die niet precies midden op den weg reden, gleden van zelf naar den kant toe. Ge lukkig kwamen de zandstrooiers ten tooneele die op zuinige manier| eenig zand strooiden zoodat dit niet veel baatte. De grijze lucht en hevige koude voorspelden ons, terwijl wij dit schrijven, nog niet een spoedig einde van de ze gladde historie. Dinsdag. De sneeuw is gekomen. De geheele nacht heeft het gesneeuwd, zoodat de sneeuw laag met eenige centimeters vermeerderd is. Het weer is geheel omgeslagen. Het is nu min of meer zacht in de lucht, en het doolt hard. 's Avonds vriest het weer een weinig en de wegen zijn weder spiegelglad. De arresleden doorkruisen ons dorp bespannen met mooie witte en zwarte paardjes met versierden tui gen en rinkelende belletjes. Het is een echte winter van vroeger jaren. Men verzoekt ons plaatsing van het volgende: L. S. Wij komen tot U met een dringend verzoek om steun ten behoeve van de noodlijdende kinderen in Oostenrijk en Hongarije, die, in dien niet spoedig hulp geboden wordt, ten doode gedoemd schijnen. Is dit laatste wel voldoende tot u doorge drongen weet gij, dat die zoo schrijnende woorden de inderdaad ontstellende, nuchtere werkelijkheid dreigen weer te geven Zoo ja, dan zult gij niet langer aarzelen uwe hulp te verleenen, indien gij dit nog niet deedt, om te trachten althans nog zooveel mogelijk ongelukkigen te redden. En indien gij nog niet beseft hebt, welk lot duizendtallen van onschuldige kinderen te wachten staat, leest dan nog eens met aan dacht de mededeelingen, die ons uit de beide landen bereiken. De daarin vermelde feiten zijn zoo gruwelijk, zoo aangrijpend, dat zij u moeten tretfen in uw diepste gevoelens en niet kunnen nalaten op uwe naastenliefde een ernstig, een dringend beroep te doen. Wij zullen over het leed, dat geleden wordt, niet uitweiden, bij zoo diepe ellende hoort geen lang betoog, zij maakt stil, doch dringt tevens tot handelen. Moge dit ook bij u zoo zijnziet naar uwe kinderen, die zorgeloos genieten kunnen van hetgeen gij hun kunt geven en denkt dan aan de moeders en vaders daarginds, die den hon ger van hun verkleumde kinderen niet kunnen stillen en aan de onschuldige, kwijnende en ster vende slachtoffers geen dekking kunnen geven tegen de koude. Het ligt in onze bedoeling de binnenkomende gelden, indien door de gevers niet uitdrukkelijk is bepaald ain de kinderen van welke nationa liteit zij ten goede zullen komen, voor de helft ten behoeve der Oostenrijksche en voor de an dere helft voor de Hongaarsche van alle ge zindten te bestemmen. Zij zullen worden afgedragen aan het Cen traal Bureau van het Nederl. Roode Kruis te 's-Gravenhage, dat voor de gelden, welke het ontvangt, levensmiddelen en andere goederen, waaraan behoefte bestaat, aanschaft, en die met speciale treinen, onder persoonlijke leiding van leden der transportcolonne van het Roode Kruis naar de in nood verkeerende landen ver zendt. Daardoor wordt dus de grootst moge lijke waarborg verkregen, dat het met de bij dragen beoogde doel inderdaad zal worden verwezenlijkt I Op Zaterdag 15 November a.s. zal u de ge legenheid worden geboden uwe bijdrage te geven bij de alsdan te houden collecte. Maakt daarvan naar de mate uwer middelen, maar ook naar die van uwe medeleven met de slachtoffers gebruik elke gave. groot of klein, zullen wij gaarne in ontvangst nemen, in het volle vertrouwen, dat zij samen een bedrag zullen opleveren, dat de burgerij ven Haarlem en omstreken waardig zal zijn. 75 cent per ronde doos. HET VAN CUDS BEKENDE BESTE MIDDEL.

Krantenviewer Noord-Hollands Archief

Het Bloemendaalsch Weekblad | 1919 | | pagina 2