Sumurum
DOFTE
Algemeen Nieuws- en Advertentieblad voor Bloemendaal,
Overveen, Aerdenhout, Vogelenzang, Jan Gijzenvaart en Santpoort
öp. Vereen.,,
El KOPJE, JTSEMTI0FF1B
OF GEOBIGE THEE.
Artistieke WONING-INRICHTINGEN
Wynhuys „de Guide Druyf"
DROTTE'5 -
CHOCOLADE
Schaatsenrijden.
Betimmeringen Behangerij - Verhuizingen - Stoffeerderij
SPECIALITEIT IN CLUBFAUTEUILS
- OVERVEEN
J. A. BOSKAMP ZONEN
CINEMA PALACE
Vanaf heden
FEUILLETON.
HET DAGBOEK VAN
DOKTER SMIRNO*).
!4ejaargang.
ZATERDAG 27 NOVEMBER 1920.
No. 48
BLOBHENDAALSCH WEEKBLAD
Uitgave van de Vereenigde Drukkerijen, Bloemendaal. Kantoor voor Redactie en Administratie: De Genestetweg 23. - Tel. 5003
Abonnement
Voor een vol jaarf 4.—
Losse nummers 10 cent.
Advertentièn.
15 cent de regel, bij afname van 500 regels of meer korting.
Vraag en aanbod, huur en verhuur, koop en verkoop,
van 1 tot 5 regels 50 cent, elke reg^l meer 10 cent.
Dit nummer bestaat uit twee bladen.
Kantoor der Keuken Wilhelminal., O'veen, Tel. 3530
Geopend van 10-3 uur. Postgiro No. 22882, O'veen
Secretariaat: JULIANALAAN 319.
MENU A
v. 29 Nov. t/m 5 Doc. 1920 g
Bruine Boonensoep
Kalfslapjes, spruitjes, aardapp.
Roomsoezen
Erwtensoep
Vark.fricandeau, andijvie, aardapp
Chipolatapudding
Vermicellisoep
Jachtschotel, appelmoes
Matrimonium
Londonderrysoep
Hutspot met klapstuk
Gembervla
Kervelsoep
Vischschotel, peren, aardapp.
Flensjes
Groentensoep
Haché, gestoofde biet, aardapp.
Rijstpudd. m. kersen en framb.saus
Kippensoep
Kalfsgehakt, appelt;es, aardapp.
Confituurtaart
MBNl' B Groenten,Aardappelen
en soep of Toespijs, volgens dagmenu
op werkdagen 83
's Zondags 93
't Middagm. wordt Zondags tusschen 12-2 bezorgd.
Aanmelding voor lidmaatschap bij de Penning
meesteresse Julianalaan 308, Overveen, Tel. 1758
Prijs
18 ct
109
18
18
115
18
20
111
18
18
93
18
18
^108
13
18
99
18
20
132
18
DRINKT NA UW DINER
Nu, terwijl wij dit nummer van ons blad
voorbereiden, ziet het er naar uit of wij over
een dag of wat allemaal op de schaats zullen
gaan. Iets over deze nobele sport te lezen zal
onzen lezers en lezeressen dus misschien wel
plezier doen. (Mocht het Zaterdag, als ons blad
verschijnt, alweer dooien, dan kunnen wij het
niet helpen, en u leest dan tóch ons artikeltje
wel....).
Het schaatsenrijden is een echt-Nederland-
sche sport! We willen niet zeggen, dat wij
knapper bolleboozen in het schaatsenrijden zijn
dan b.v. de Noren, de Engelschen, de Ameri-
OPGERICHT 1886
TELEFOON 956
iïh
van vóór 1650
4 Oroote Markt, enz. Uoorlam
134 Telefoon i II33 Ne PO
Het oudste, vertrouwdste adres van 300 jaren hèr.
De grootste Zaak uit deze Streken met het talrijkst Personeel
SPECIALITEIT IN AVONDDRANKEN.
ROODE CROCWIJNEN p. fl. 1.1.25 1.30 1.50 1.60
BISSCHOPWIJNEN p. fl. 1.1.25 1.50
BISSCHOPESSENCE p. flacon 0.90
COGNACS voor Groc p. fl. 2.50 2.80 3.15 3.45
BATAVIA ARAC p. fl. 4.40 4.80 (B. A. M.) 350.—
JAMAICA RUM p. fl. 3.20 3.36 3.68 4.—
CITROEN- OF RUMPUNCH p. fl. 2.16 2.40 2.72 2.88 3.12 3.44 3.76
ARAC (WITTE) PUNCH p. fl. 3.52 3.64 3.76
LIMONADESIROPEN (ook voor warme Groc) o. fl. 1.90
WHISKY's (Perfection) p. fl. 5.85 (Dawson) 6.50 (King George IV) 7.20 (Dewar)
7.90 (Haig a. Haig) 7.80 (J. Walker) 8.(Black a. White) 8.30 (Greenlees')
7.15 (Can. Club) 7.80
SODAWATERS (Schweppe) p. fl. 0.28 0.35
GINS (v. Cocktails) p. fl. 4.80 5.20
Bezorging franco in de kelders of aan huls. Contant 2 pCt. Bij 45 fi. gesorteerd
worden 43 en bij 300 fl. slechts 280 berekend.
VRAAGT ONZE VOLLEDIGE PRIJSBOEKEN.
kanen, maar we hoeven er in elk geval niet
voor uit den weg te gaan. En heel eigenaardig
is het, te bedenken, dat de Nederlander, anders,
onder ons gezegd en gezwegen, nu niet direct
het voorbeeld en type der bevalligheid onder
de volken, juist voor de luchtigste en meest
gracieuse aller sporten, zoo'n ontzaglijke lief
hebberij heeft, en erin uitmunt. En wij zijn niet
de eersten, die dat opmerken. Henri Havard.
de bekende Fransche schrijver, die langen tijd
in ons land vertoefde, lucht in een aardige be
schrijving reeds zijn verwondering over de vei-
anderlng die de van nature wat langzame en
wat stijve Nederlander ondergaat, zoodra hij
de schaatsen heeft ondergebonden.
En ook andere schrijvers gaven hun verwon
dering er over te kennen.
Lees b.v. eens:
„Geen volk ter wereld is ongevoeliger voor
den zedelijken invloed van het schoeisel op den
geheelen mensch, dan de Nederlander. Trek
den Nederlander dansschoenen aan: gesp hem
sporen om de hielen: rust hem uit met jacht-
stevels; schoei hem met de treurspellaars of
met de blijspelmuil; gij verandert daarmede
den man niet. Hij wordt daarom nog geen ware
danser, ruiter, jager of komediant. Hij blijft een
Nederlander, die danst, rijdt, jaagt of komedie
speelt. Maar geef den Nederlander een paar
schaatsen onder de voeten, en hij is geen
Nederlander meer. Hij is schaatsenrijder, zóó
geheel schaatsenrijder, als ooit een Spanjaard
danser, een Engelschman ruiter, of een
Franschman komediant was. Hij is een man-
schaats een homme-patin zouden de
Franschen zeggen geworden. De laarzen
van zeven mijlen, die van Klein Duimpje een
Gerrit Langbeen maakten, veranderden dien
houthakkersknaap niet meer dan de schaats
het den Nederlander doet. Het schijnt een be-
toovering, een spokerij, een gedaanteverwisse
ling als uit de „Metamorphosen" van Ovidius."
GROOTE HOUTSTRAAT 111-113 HAARLEM.
Groote Arabische Kunstfilm in 7 acten.
In de hoofdrollen POLA NEGRI, PAUL
WEGENER, ERNST LUBITSCH, HARRY
LIEDTKE.
Speciale muziek, gecomponeerd door
VICTOR HOLLAENDER.
Bespreekt uw plaatsen.
Deze aardige beschouwing is ontleend aan
J. P. H. „De Schaatsenrijder", welk citaat wij
vonden in het standaardwerk „Schaatsen
rijden" van Mr. J. van Buttingha Wichers,
waaraan wij ook eenige andere bijzonderheden
voor dit artikel ontleenden.
En niet alleen, dat de schaatsenrijderij ons
luchtigheid en zwierigheid geeft; ze doet nog
meer; ze geeft ons levenslust, pittigheid; ze
geeft ons kracht om er tijdenlang bü de kachel
in de huiskamer op te teren. En dan, ze geelt
ons gemoedelijkheid, goedgehumeurdheid. Op
het üs is een mensch altijd pleizierig gestemd,
er is in die fijne Ijs-atmosfeer iets zuiverends,
en dat niet alleen voor het bloed, maar voor
Z>eze I \Jco/Df
OntvangtLJ Gratis
op de boffin de tabletten
1)
HOOFDSTUK I.
Inleiding.
Leo Carring was dien avond niet erg in zijn
humeur. Hij was moe en afgemat en staarde
onophoudelijk in het uitgaande haardvuur. Ver
geefs trachtte ik een gesprek met hem te be
ginnen. En dat hinderde mij.
Ik stond n.l. op het punt voor zes weken
met vacantie naar Femtland te gaan en daar
zou ik op mijn gemak een boek over een der
vele wonderbaarlijke avonturen van den par
ticulieren detective kunnen schrijven, wanneer
hij zich maar verwaardigde iets te vertellen.
Maar hij bleef somber zwijgen.
„Wat heb je toch, oude jongen?" vroeg ik
na een jange stilte. „Is je iets onaangenaams
overkomen?"
Deze feuilleton verscheen in boekvorm
bij W. de Haan, Utrecht. Prijs ing.
f 1.25, geb.f 1.90.
„Neen, heelemaal niet. Hoe kom je erbij?"
„Je bent jezelf niet. Of ben je misschien
ziek?"
„De hemel beware me ervoor. Ik ben zoo ge
zond als een visch."
„Dan heb je je overwerkt. Je ziet eruit, alsof
je eens goed uitrusten en alle moeilijke proble
men voorloopig ter zijde leggen moet."
„Daar zou je wel eens gelijk in kunnen heb
ben", antwoordde hij. „Soms werkt het in
spannende en avontuurlijke leven van een de-
tectieve leelijk op je zenuwen. Nu en dan heb
ik er bijna spijt van, dat ik mijn kalm advoca-
tenbaantje opgegeven heb, om mij te wijden
aan de oplossing van crimineele raadsels."
„Maar je lust in avonturen dan, oude jon
gen," zeide ik. „Het eentonig leven van een
rustig burger zou niets voor jou zijn. Het zou
je dood worden."
„Maar je kan ook wel eens te veel van het
goede krijgen," zuchtte hij. „Nauwlijks was ik
acht dagen terug van een lastige spionnage-
geschiedenis in Kopenhagen, of er lagen alweer
vier nieuwe tamelijk ingewikkelde en daarbij
vervelende gevallen te wachten, waarvan er
twee nog niet opgelost zijn."
„Vertel me er eens wat van."
„Neen, dat doe ik niet. In de eerste plaats
weet je, dat ik me zelf niet door mijn beste
vrienden in de kaart laat kijken voor ik met
mijn taak klaar ben, en in de tweede plaats heb
ik geen tijd om te vertellen en ben ik er ook
te moe voor. Een anderen keer!"
„Jammer!" zeide ik. „Morgen ga ik weg om
een week of zes In de bergen uit te rusten.
Daar zou ik zoo rustig het een en ander over
een van je detective-heldendaden kunnen
schrijven."
„Zeer vereerd."
„Als je tenminste nog maar brieven of een
dagboek of iets dergelijks voor me hadt!"
„Een dagboek zeide Leo Carring gerekt
en langzaam. „Ja, daarmede zou ik je misschien
van dienst kunnen zijn. Ik heb er een paar heel
interessante liggen."
Hij opende een vak van zijn groote docu-
mentenkast en zocht tusschen oude papieren
en notitieboekjes. Na een poosje haalde hij er
een boek met een omslag van wasdoek uit.
„Hier heb je een heel eigenaardig verslag
over de verschillende phasen van een misdaad.
Ik ben er van het begin af aan in betrokken
geweest en heb hand in hand met dc politie
samengewerkt. Het eigenaardige van de zaak
was, dat de politie, zonder het te weten, bijna
den geheelen tijd den moordenaar om zoo te
zeggen onder haar vingers had. Ik voor mij
was er na een onderzoek van verscheidene
uren zeker van, wie de dader was, maar toch
hield ik voorloopig mijn meening voor mij, om
dat het bewijsmateriaal niet geheel volkomen
was. Daarom zag ik mij verplicht mijn toe
vlucht te nemen tot middelen, die ik anders
ni^t pleeg toe te passen. Maar ik wil het dag
boek niet vooruitloopen. Het is van een zekeren
Dr. Walter Smirno, die nu dood is, zoodat er
geen bezwaar meer bestaat tegen publicatie."
„Smirno?" herhaade ik. „De bekende bacte
rioloog?"
„Ja en een van de voornaamste specialitei
ten op gerechtskundig-medisch gebied van
Zweden. Het was een buitengewoon scherp
zinnige kop, een werkelijk geniaal man, die
echter In zijn door hem gekozen loopbaan niet
tot zijn volle recht gekomen is, hoewel hij zich
grooten roem verworven heeft. Heel toe
vallig had Dr. Smirno geiegenheid den gang
van de nasporingen der detectiven in dit zeld
zaam gecompliceerde geval van het begin tot
het einde te kunnen bestudeeren en in dit dag
boek heeft hij zijn indrukken en waarnemingen
vanaf het eerste uur, waarin commissaris San
derson hem uitnoodigde den lijkschouw te ver
richten, tot aan de oplossing van het probleem