BERICHTEN UIT DE RISICO-VEREENIGINGEN.
ALGEMEENE LEDEN-VERGADERINGEN.
V
Onderlinge RisicoVereeniging voor het Bierbrouwersbedrijf.
(Vergadering van 3 October 1921 te Amsterdam).
Tot lid van het Bestuur:
de aftredende Heeren, H. Me ij ling, Directeur der N.V.
Hengelosche Bierbrouwerij, te Enschede en Leop Haffmans
Directeur der N.V. Stoombierbrouwerij „De Vrieudenkring" te
Arcen (L.), alsmede de Heeren M. van Marwijk Kooy, lid
v. d. Raad van Beheer der N.V. Beiersch-Bierbrouwerij „De
Amstel", te Amsterdam en Jos. Eberhard, Directeur der
N.V. Stoombierbiouwerij en Mouterij „De Drie Leeuwen", te
Maastricht.
Tot lid der Commissie van Toelating:
bet aftredend lid, de Heer J. M. C. Godschalx, te
Berlicum (N.B.) en de Heer J. D. Peters, Directeur der
N.V. Zuid-Hollatidscbe Biet brouwerij te 's-Gravenhage.
Tot plaatsvervangende leden der Commissie van Toelating;
liet aftredend lid, de Heer J. M. A. C. J. Smits, lid
van de firma F. Smits van Waesberghe, Bierbrouwerij „De
Drie Hoefijzers" te Breda en B. Mees, Lid v.d. Directie der
N.V. Vereenigde Bierbrouwerijen „Keizer Barbarossa" te
Helpman bij Groningen.
Onderlinge Risico- Vereeniging van Confectiefabrieken en
aanverwante ondernemingen.
(Vergadering van 4 October 1921 te Amsterdam).
Tot lid van bet Bestuur:
de aftredende leden, de Heeren J. P. M. Dietz, Directeur
van het Heerenkleeding-Magazijn „Nieuw-Engelard", en
F. W. Caesar, Directeur der N.V. Fred. Veerkamp Co's
Lingerie en Blousenfabtiek, beiden te Amsterdam.
Tot lid der Commissie van Toelating:
bet aftredend lid.de Heer Reinier Muller te Groningen.
Tot plaatsvervangende leden van de Commissie van Toelating
de aftredende Heeren, J. Hedeman en F. Collée resp.
te Arnhem en Rotterdam.
Onderlinge Risico- Vereeniging voor de Tabaksindustrie.
(Vergadering van 4 October 1921 te Amsterdam).
Tot lid van het bestuur:
het aftredend lid, de Heer F. C. W. No ord uij n, lid der firma
Gebrs. Noorduijn, te Nijmegen en de Heer Alp h. Ster neb erg,
lid der firma Herms. Oldenkott Zoonen te Amsterdam.
Tot lid der Commissie van Toelating:
de Heer F. H. Wijnveldt, lid der firma P. Schnckink
Kool te Beverwijk.
Tot plaatsvervangende leden der Commissie van Toelating:
de aftredende leden, de Heeren H. 8. Dengerink en J.
J. G. Wessels, resp. lid der firma A. Dengerink v/h. Wed.
C. D. van der Helm te Zwolle en lid der firma Gebrs.
Wessels te Zutphen.
Onderlinge Risico-Vereeniging van Elrctro-lechnische en
aanverwante bedrijven.
(Vergadering van 4 October 1921 te Amsterdam).
Tot lid van het Bestuur
de aftredende leden, de Heeren J. P. Groene veld, lid
der firma Groeneveld, Ruempol <fc Co. te Amsterdam en C.
E. Wolff, Electrotechnische-fabriek „Maarssen" te Maarssen.
Tot lid der Commissie van Toelating
het aftredend lid, de Heer J. C. Baron van Haersolïe,
Directeur der N.V. Algem. Installatie Compagnie, te Arnhem.
s Tot plaatsvervangend lid der Commissie van Toelating:
de aftredende Heeren D. J. B. Koolhaas en W. .1. A.
Roosen, beiden te Amsterdam.
Onderlinge Risico-Vereeniging van Tramiregondernemingen.
(Vergadering van 4 October 1921 te Amsterdam).
Tot lid van het Bestuur:'
de aftredende leden, de Heeren W. A. E. van Geuns en
J. W. van der Vegt, resp. Directeur der Tweede Noord-
Holl. Tramweg Maatschappij, te Haarlem en Directeur der
Rotterd. Electrische Tramweg-Maatschappij, te Rotterdam.
Tot lid der Commissie van Toelating:
het aftredend lid, de Heer F. M. Augustijn, Directeur
der Gooische Stoomtramweg Maatschappij, te Amsterdam.
Tot plaatsvervangend lid der Commissie van Toelating:
de aftredende Heeren W. F. Lefèbre, Directeur der Gel-
Behoort bij „De. Risico-Bank" van 15 Februari 1922.
