Eet Visch!
HUIZE DENIJS
HnlsscUlfler-Decoratenr
DERDE BLAD v. h. Bloemend. Weekblad, 20 Mei '22
GEBR. BEEKMAN
Stock, Michelin, Goodyear
Banden
J. W. F. van der Valk
Stucadoor
Kleuren van Qevels
Simplex en Swift
Rijwielen
Wed. J. v. d. WERFF
BCTi I C voorheen
dl ALd Stals Witkamp
VAN RIET ROMP
C. CASSEE
J. BALM ZOON
4
No. 20.
Officieel Raadsverslag van 20 April 1922.
VERGADERING van den RAAD der Gemeente Bloemen-
daal, gehouden den 20 April 1922.
Voorzitter: de heer A. J. de Waai Malefijt, Wethouder.
Tegenwoordig de heeren: I. L. J. E. E. Bispinck, J. Th.
Bornwater, H. Hogenbirk, J. G. van Kessel, J. C. Laan, E. W.
A. van Nederhasselt, W. Noorman, C. F. de Roo van Alder-
werelt, C. Schulz, Jhr. Mr. E. H. E. Teding van Berkhout.
P. Verdegaal Rz.
Afwezig met kennisgeving: de heer A. F. Bijvoet.
De VOORZITTER opent de vergadering en deelt mede dat
de Burgemeester door ongesteldheid verhinderd is de raads
zitting bij te wonen.
De notulen van 16 Maart 1922 en 27 Maart 1922 worden
vervolgens goedgekeurd zooals die in druk verschenen zijn.
I. INGEKOMEN STUKKEN.
a. Een procesverbaal van opneming der kas en boeken van
den gemeente-ontvanger op 22 Maart 1922 met accountants
rapport;
Voor kennisgeving aangenomen.
b. Een verklaring van den accountant J. C. Post betreffende
de den 25 Maart 1922 gehouden kasverificatie van het gem.-
waterleidingbedrijf
Voor kennisgeving aangenomen.
c. Een voorstel van B. en W. tot het verleenen eener bij
drage van f 105.aan de gemeente Haarlem voor kosten der
districtsarbeidersbeurs.
De heer LAAN zou op de begrooting van het volgend jaar
voor het bovenstaande een bedrag uit willen trekken.
De VOORZITTER vreest dat een zoodanig besluit een verkeer
den indruk op Haarlem zal maken.
De heer LAAN gelooft dat het slechts een goeden indruk
geven kan als een Gemeentebestuur zich aan de begrooting
houdt.
De heer SCHULZ kan alleen dan met het denkbeeld van den
heer Laan meegaan als op de begrooting voor 1923 dan een
eens zoo groot bedrag, dus f 210.wordt uitgetrokken voor
de districtsarbeidsbeurs in Haarlem.
Overeenkomstig de wenschen van de heeren Laan en Schulz
wordt daarna besloten.
d. Een voorstel van B. en W. om evenals vroeger een be
looning van f 150.toe te kennen voor het correspondent
schap der arbeidsbemiddeling.'Het Rijk vergoedt daarvan 40%.
De heer HOGENBIRK kan zich met dit voorstel niet vereeni
gen. Men moet alle ambtenaren over één kam scheren en de
een niet boven den ander bevoordeelen. Het is mogelijk dat
de hoofdambtenaren er geen tijd voor kunnen vinden, maar dan
zijn er wel andere ambtenaren die dat ondergeschikte werk
kunnen doen.
De VOORZITTER vindt het niet meer dan billijk dat voor
die werkzaamheden, welke onmogelijk naar behooren kunnen
verricht worden in den gewonen werktijd, een kleine belooning
gegeven wordt. Een goede controle der werkloozenkassen zal
waarschijnlijk leiden tot bezuiniging van een grooter bedrag
dan nu voorgesteld wordt als belooning toe te kennen.
De heer HOGENBIRK meent dat de ambtenaar Groen vóór
hij weg ging als zijn oordeel heeft uitgesproken dan men het
ter secretarie wel zonder vermeerdering van personeel af zou
kunnen.
De heer SCHULZ wil de woorden van den heer Hogenbirk
ondersteunen. Bij de behandeling van de begrooting heeft de
toenmalige correspondent van de arbeidsbemiddeling zelf ver
klaard dat de aan die functie verbonden werkzaamheden beter
in den gewonen werktijd konden geschieden. Als dat nu niet
juist gezien is dan zou men er rekening mee kunnen houden
bij het opmaken van de begrooting voor het volgend jaar, doch
de eenmaal vastgestelde begrooting moet niet telkens weer ge
wijzigd worden.
B. en W. trekken daarop hun voorstel in.
e. Een voorstel tot aanstelling van een opzichter bij Publie
ke Werken.
De VOORZITTER deelt mede dat dit voorstel ingetrokken
wordt.
De heer HOGENBIRK heeft de zaak vanmorgen besproken met
den gem.-architect, die er van doordrongen is dat op alle ma
nieren bezuinigd moet worden. Hij hoopt dan echter op de me
dewerking van B. en W. en den Raad, het een zal wel eens
op het ander moeten wachten.
f. Een voorstel tot verbetering van de Hospesbrug.
De VOORZITTER zegt dat de bedoeling is om het hoog noo-
dige te doen. Het is nu een levensgevaarlijk punt. De kosten
kunnen worden bestreden uit den post „wegen en voetpaden".
Spreker vraagt of de Raad het goedkeurt dat voor rekening
dezer Gemeente die aan Haarlem toebehoorende brug in orde
wordt gemaakt.
De heer LAAN kan er zich mede vereenigen, mits de begroo-
tingspost niet overschreden wordt.
Onder laatstvermelde voorwaarde gaat de Raad er in zjin
geheel mede accoord.
g. Een voorst^ van B. en W. tot intrekking van het raads
besluit d.d. 8 December 1921 no. 4.
De VOORZITTER deelt mede dat in de vergadering van 8
December 1921 een besluit genomen is tot aankoop van grond
aan het Zandvoorterpad van het R.K. Kerkbestuur te Overveen.
Achteraf blijkt nu dat die grond al eigendom der Gemeente was.
Voor een goed beloop van den weg in nog pl.m. 25 M2. grond
van het Kerkbestuur noodig dat men wil afstaan voor de som
van f 1.Voorgesteld wordt daarom het raadsbesluit van 8
December in te trekken en B. en W. te machtigen tot aankoop
van den benoodigden grond.
De heer DE ROO VAN ALDERWERELT begrijpt niet hoe
het mogelijk is dat men den Raad kan voorstellen iets aan te
koopen wat al eigendom der Gemeente is.
De VOORZITTER zegt dat men het hek na ophooging van
het terrein verkeerd heeft geplaatst en dat is bij de kadastrale
opmeting aan het licht gekomen.
Het voorstel wordt daarna met algemene stemmen goedge
keurd.
II. ONTHEFFING BEPALINGEN BOUWVERORDENING.
Ingekomen zijn:
a. Een verzoek van W. F. Kruyer, om ontheffing van het
bepaalde in art. lOfti's, ten behoeve van den bouw van een
garage op het kad. perceel Sectie B. no. 2987 aan den Zand-
voorterweg hoek Zwarteweg.
B. en W. stellen voor voor den bouw van een half-ondergrond-
sche garage de gevraagde ontheffing te verleenen.
Aldus wordt besloten.
b. Een verzoek van S. P. Rijnierse namens P. J. J. Roose-
gaarde Bisschop, om ontheffing van het bepaalde in de artt. lObis
en 26 voor een houten bergplaats op steenen voeting met rieten
dak, op het kad. perceel Sectie A. no. 5197 aan den Terhoff-
steedeweg.
B. en W. stellen voor de gevraagde ontheffing te verleenen.
De heer DE ROO VAN ALDERWERELT wil wel toestaan
dat gebouwd wordt in afwijking van het bepaalde in art. lOft/s,
maar vindt het niet noodig en ook niet gewenscht om dispensa
tie van art. 26 te geven voor een rieten dak.
Besloten wordt wel ontheffing te verleenen van art. 10bis, doch
niet van art. 26 aan P. J. J. Roosegaarde Bisschop.
c. Een verzoek van P. Rutte, om ontheffing van het bepaalde
in art. lOftis voor het vergrooten van een keuken en het bijbou
wen van een kantoor op het kad. perceel Sectie A no. 4863 aan
den Bloemendaalscheweg.
B. en W. adviseeren gunstig.
Besloten wordt tot inwilliging van het verzoek van P. Rutte.
d. Een verzoek van de Woningbouwvereniging „Bloemen-
daal", om ontheffing van het bepaalde in de artt. 1 Obis en 13
ten behoeve van den bouw van 24 middenstandswoningen op
een terrein gelegen aan de Rampenlaan.
B. en W. stellen voor op dit verzoek gunstig te beschikken.
Aldus wordt besloten.
III. VASTSTELLING DER BOUWVERORDENING.
De VOORZITTER vraagt of de Raad zich vereenigen kan
met de voorgestelde wijzigingen.
De heer VAN KESSEL heeft nog bezwaar tegen de redactie
van art. 12. Wel is men, naar aanleiding van een aanmerking
van Ged. Staten, al eenigszins aan zijn bezwaar tegemoet geko
men maar nog niet in voldoende mate. Als men 10 M. van den
weg moet bouwen komt men toch weer tot een hoogtepeil van
bijna .50 M. en dat maakt het bouwen onnoodig duur.
De VOORZITTER zegt dat liet erg leelijk is als men de
vloerhoogte van gebouwen niet hooger maakt naarmate men
verder van den weg bouwt. Er moet een oploopende lijn zijn.
De heer VAN KESSEL zegt dat Ged. Staten er blijkbaar ook
anders over denken. In geen enkele plaats behoeft de vloerop
pervlakte hooger te zijn dan —.15 M. boven den weg.
De heer NOORMAN vindt het wel een goed idee om de
vloerhoogte hooger te bepalen naarmate men verder van den
weg bouwt, maar vindt ook dat een climax van .02 M. per
Meter te ver gaat. Is het niet te brengen op .01 M. of .017:
M. per Meter tot een maximum van .30 M.
De heer LAAN is het met den heer van Kessel eens, hij zou
die bepaling van het hoogtepeil maar heelemaal willen schrap
pen.
De heer NOORMAN merkt op dat ook voor de rioleering
eenig verschot noodig is. Men maakt gewoonlijk een verschot
van O.OP/2 M. per Meter.
De heer VAN KESSEL begrijpt niet waarom men het bouwen
hier zoo moeilijk maken wil. Het gevolg is natuurlijk dat de
menschen elders gaan bouwen als zij zien welke overdreven
eischen de Bouwverordening stelt. Wat de rioleering betreft
gelooft spreker niet dat de deskundigen het er over eens zijn
of een rioleering horizontaal dan wel met eenig verschot moet
gemaakt worden.
De heer SCHULZ voelt het meest voor het idee van den heer
Noorman.
De VOORZITTER zegt dat B. en W. het voorstel van den
heer Noorman overnemen, zoodat gelezen moet worden: „Dit
hoogtepeil wordt vermeerderd met 0.015 M. voor iederen Meter
dien het gebouw verder van den weg verwijderd is, tot een
maximum van 0.30 M."
Dit voorstel, in stemming gebracht, wordt aangenomen met
9 tegen 4 stemmen, die van de heeren Laan, Bijvoet, Bornwa-
ter en vüh Kessel.
De heer DE ROO VAN ALDERWERELT zou in art. 42 ver
plichtend willen stellen dat onder den vloer geasphalteerd ijze
ren buizen moeten komen.
De heer LAAN gelooft dat het beter is te spreken van ijzer
aarde buizen. Iedereen weet toch dat in 10 a 15 jaren ijzeren
buizen doorgeroest zijn.
De heer HOGENBIRK zegt dat ontegenzeggelijk het beste
is om het gebruik van gegoten geasphalteerd ijzeren buizen ver
plichtend te stellen, die zijn wel wat duurder maar de meerdere
kosten worden royaal gedekt door de duurzaamheid er van.
Overeenkomstig de wenk van den heer Hogenbirk wordt be
sloten.
De heer VAN KESSEL kan nog steeds niet accoord gaan
met art. 53, waarin verschillende bepalingen ook van toepassing
worden verklaard op bestaande gebouwen. Er zullen straks
tal van woningen zijn die niet voldoen aan de bepalingen der
Bouwverordening. Moet nu voor al die gevallen ontheffing ge
vraagd worden?
De VOORZITTER: slechts als men dergelijke huizen ver
bouwen gaat.
De lieer LAAN is bij de eerste behandeling der Bouwveror
dening ook al gevallen over die bepalingen in art. 53. Het gaat
toch niet aan in een nieuwe verordening voor te schrijven hoe
bestaande gebouwen moeten zijn.
De heer SCHULZ heeft even nagegaan waarop art. 53 doelt,
doch er is niet het minste bezwaar tegen om de bepalingen
voor de in art. 53 aangehaalde artikelen ook van toepassing te
doen zijn op bestaande gebouwen, die eischen kan men gerust
stellen.
De heer NOORMAN merkt op dat de in 1901 tot stand ge
komen Woningwet de Gemeentebesturen opdraagt voorschrif
ten vast te stellen niet alleen voor nieuwe- maar ook met be
trekking tot bestaande woningen.
De heer BISPINCK zegt dat men bij het maken van nieuwe
voorschriften altijd stuiten zal op gevallen die op de oude voor
schriften steunen en daarvoor zullen dan eenige overgangsbe
palingen noodig zijn als in art. 53.
De Bouwverordening, overigens gewijzigd .en aangevuld als
door Ged. Staten is aangegeven, wordt daarna met algemeene
stemmen opnieuw vastgesteld.
IV. VASTSTELLING DER HERZIENINGSVERORDENIN
GEN EN ART. 176 GEMEENTEWET.
Naar aanleiding van een schrijven d.d. 4 April 1922 van Ged.
Staten, stellen B. en W. voor het volgende besluit te nemen:
De Raad der Gemeente Bloemendaal;
Gezien het schrijven van de Gedeputeerde Staten van
Noordholland d.d. 4 April 1922, 1ste afdeeling No. 44/23969;
Overwegende, dat zoowel de verordening tot bepaling van
de dagen, waarop, wegens te vreezen drankmisbruik de drank
lokaliteiten gesloten moeten zijn, vastgesteld 22 Februari 1917,
als de Verordening op den handel in brandstoffen, vastgesteld
6 November 1919, als zijnde crisismaatregelen, en thans niet
meer behoeven te worden gehandhaafd;
Gelet op de Gemeentewet;
Besluit:
de in de considerans vermelde verordening met ingang van
heden in te trekken.
AD VERTEN TIEN.
BLOEMENDAAL TELEF. 22165
Verbindingsweg 9a
Speciaal adres voor het
Straatweg 101, Telef. 22175, Bloemendaal
Specialiteit in Chocolade en Bonbons
Zoute Krakelingen, steeds versch.
TELEFOON 22150
Korte Kleverlaan 22 - Bloemendaal
Bloemendaalscheweg 35
Telef. Interl. 22263 - BLOEMENDAAL
I IUISSCHiLDERS EN l ECORATfcURS
Bloemendaalscheweg 46, Bloemendaal
Solide en billijke uitvoering o.a.
TUPF- EN SPATWERK
BEGROOTINGEN GRATIS WmB
HEINEKENS EN AMSTEL BIEREN MEDICINALE
EN GAZEUZE DRANKEN - WIJNEN DER FIRMA'S
JAGER GERLINGS. HOFLEVERANCIER, EN DE LUZE
ET FILS - BINNEN- BUITENLANDSCHE LIKEUREN
BLOEMENDAALSCHEWEG 14 TELEFOON 22652
Die is nu niet duur.
Teief. 22007 - Telef. 22007
ZUIDERZEE BOT
VERSCH GEPELDE GARNALEN
f 0.25 per ons.
T O O N E E L.
Stadsschouwburg: De Demi-monde.
Dinsdagavond werd het bovengenoemd too-
neelspel vin Dumas Fils door de Kon. Vereen.
„Het Nederlandsch tooneel" gegeven, met me
vrouw Theo Mann-Bouwmeester in de hoofd
rol. De naam van mevrouw Mann had natuur
lijk veel publiek getrokken; de zaal was flink
bezet. In den aanvang leek het ernaar of deze
kunstprestatie onopgemerkt aan ons voorbij
zou gaan, zoo verkouden scheen het geacht
publiek. Het gekuch, gesnuif, gehoest en ge
proest was niet van de lucht, en soms klonk
er zulk een algemeen en doordringend geblaf
op, dat men zich met eenigen goeden wil op
een tentoonstelling van „Cynophilia" had kun
nen wanen. Tegen het eind der eerste akte
hadden de toeschouwers achter mij plotseling
den goeden smaak, zich behoorlijk bedaard te
houden en konden wij de spelers verstaan.
Dumas fils' zedenspelen zijn zoozeer ver
maard dat liet uilen-naar-Athene-dragen heeten
mocht, zoo ik er hier nog eens over uitweiden
zou. De meeste vermaardheid verwierf zijn
eerste theaterstuk „La dame aux Camélias",
(in 1852 geschreven); dit „de Demi-monde",
dateert van drie jaar later, en wordt algemeen
als een reactie op „La dame aux Camélias"
beschouwd. Immers in het laatstgenoemde
speelde de courtisane een aantrekkelijke rol,
terwijl zij in „De Demi-monde" in al haar
cynisme wordt voorgesteld. De schrijver toont
echter tevens aan, hoe onze samenleving met
haar vereering van schijn, geld en aanzien
deze „demi-monde" schept en in stand houdt.
Het gevaar van een zedenspel is, dat het
drama zelf vaak wordt opgeofferd aan de
stelling, die door den schrijver bewezen moet
worden. Bij Dumas zeker niet aldus. Het is
alles leven wat er aan is.
De spelers deden het, over het algemeen,
opperbest. Mevrouw Mann had schitterende
oogenblikken. Het publiek toonde zijn erken
telijkheid door herhaald geestdriftig handge
klap.