Donderdagavond OPENING K. JONGERT Koudenhorn 27-28 - - Haarlem Telefoon 1780 - Telefoon 1780 J ALLEEN 't „POSTHUIJS" Heemstede Jutting en Van Herwijnen n Boekhandel Teekenbenoodigdheden Schoolbehoeften Schrijfbehoeften St. Nicolaas St. Nicolaas ver beneden Winkelprijzen Emmakade 11, Haarlem St. Nicolaas St. Nicolaas Technische Boekhandel Tetterodestraat 50 - Haarlem Kleverparkkwartier) Telef. 1601 filiaal Rund,- Kalfs- en Varkensslagerij annex fijne Vleeschwaren van fa. JAN PIETER DAUDEIJ Tetterodestraat 48 ONTVANGEN BOEKEN. FfcUx Timmermans: Het Kindëken Jezus in Viaandeïen. Uitgave van P. N. van Kampen iüoon .Amsterdam, 4de druk. De boeken van Felis Timermans behooren tot de literatuur, die men meermalen herleest ei» waartoe bijvoorbeeld ook Beet's Camera Obscura behoort. De waarde en het aantrekkelijke van Tim- merman's werk liggen niet zoozeer in de dra matische of iu de romantische expansie als', wel in de verrukkelijke schildering van het tafereel. Het is geen, kinderwerk om het verhaal.' van het „Kindeken Jezus" in het Vlaanderen onzer dagen te transponeeren en dit zoo te, doen, dat de lezer zich niet eraan stoot. Dat Timmermans dit bereikt heeft is daardoor te verklaren, dat hij met zijne levendige en rake schilderingen van het Vlaamsche volk en van het Vlaamsche landschap te zeer onze aandacht! geboeid houdt, om ons nog maar iets van den grooten afstand tusschen Bethlehem en Vlaan deren te laten beseffen. Timmermans schept een sfeer waarin onze geest gaat toeven, hij doet het zoo meester lijk dat zijn suggestie lang genoeg haar uit werking op ons behoudt om ons door de zwak ke momenten heen te leiden zonder dat wij iets van die zwakheid bemerken. Het is too- veren met woorden en wij, lezers, zijn de be- tooverden, die zoo gaarne nog eens het uit gelezen boek ter hand nemen om opnieuw met den dichter de reis door zijn denkbeeldige wereld te maken. Timmermans treft met zijn woorden, gelijk een scherpschutter zijn doel, de typeerende plekjes van een milieu, waardoor dit gansche milieu voor onze oogen als in werkelijkheid opdoemt. Lees b.v. op bladzijde 32: „Het gerucht was uit de velden: er brand de ievers een lamp, en een blauwe grijsheid groeide uit de lucht en uit den grond. Een ooievaar wiekte lui naar de oostelijke verte. In de gebuurte blaatte een geitje een keer of twee, en dan was het weer stil. Er waren nog geen sterren, maar ginder in de avondgrauwheid kwam ue matte, roode maan als een groot verwonderd gelaat boven de donkere bosschen gerezen". of op bladzijde 39 lezen wij: „In afwachting zaten de menschen te bid den, naar schrale kerksieraden te zien, of de vergane opschriften der blauwe plaveien te ontcijferen waaronder menschen lagen begra ven. Eene deur wierd hevig toegeslagen dat heel de kapel er van galmde, en achter den altaar kwam er een misdienaar te voorschijn met roo- den rok, wit koorhemd en witte kousen aan. Hij hield' een langen stok vast waaraan een brandend wieksken, waarmede hij twee lange, rilde kaarsen aanstak, die in koperen kande laars op den altaar stonden. De kleine misdienaar moest zich rekken om er aan te kunnen, en dan schoof zijn roode rok omhoog, er waren twee heele scheeve beenen zichtbaar. Iemand, van de familieleden schoot achter zijn zakdoek in een lach. Als er op eiken was sen stengel een vlammeken bloemde, knielde de misdienaar met de gauwte en spoedde zich haastig weg in de sacristij waarvan de deur terug openviel". Wanneer Timmermans een naderend onheil wil inleiden daar heeft hij slechts enkele woorden noodig om U te stemmen: „Achter blaatte meewarig het geitje en in den schoorsteenpijp, heel hoog in de donkerte, zat de wind laag, eentoonig en zoetjes te flui ten". Ziet men niet den landlooper voor zich staan, wanneer Timmermans schrijft: „Kruisduit had een echt spekulasieventen- gezicht. De zon schoot een zilveren punt in de lek die aan zijn kapneus biggelde, en glom m het vet van zijn versleten muts". Voelt men niet de hopenlooze verlatenheid van menschen, die uitgeput het strand berei ken en mededemensclien op een visschers- schuit hopen te treffen, doch dan het volgende ervaren: „Jozef hoopte van er iemand te vinden, doch als 2ij er bij kwamen, en hij geroepen had en met zijn mispelaar op de holle door pekelwa- ter afgevretene karkassen had geklopt, bevond hij dat er geen menschen op waren". Zoo zoude ik kunnen voortgaan het gansche boek te citeeren, doch ik zal sluiten met een laatste voorbeeld, om aan te toonen, welk plastisch effect Timmermans bereikt met zijn aanstipping van enkele details: „De landschappen en de wegen verwissel den weinig van aangezicht, 't Was steeds een eentonige verscheidenheid van gulden gene- verstruiken, verre vlakten heidepurper, ver rassingen van blonde duinen en overal de don kerheid der mastebosschen, met soms aan de laaiheeten weg een armzalig hutteken met open staldeur, waarin 't beslijkt achterste van een mager, steertslagend koeitje". Ik heb menschen gesproken die zichzelf niet voldoende overtuigd Christen achtten, of die te veel door de anachronistische zijde van het werk gehinderd werden om er volop van te kunnen genieten, doch wat dan te zeggen van mythologische beschrijvingen? Mij dunkt men kan over alle bezwaren van dien aard gemakkelijk heenkomen indien men als leiddraad neemt, hetgeen Felix Timmer mans in zdjn opdracht van het boek aan Maria Viola zegt: „In de kader en de landschappen van ons schoon en goed Vlaanderen, heb ik mij het Goddelijke verhaal van het Kindeken Jezus, zijne zoete moeder en zijn goeden voedster vader verbeeld, en met wat letterkunde in groot genoegen omcierd". Het in de jaren 1916 en 1917 te Lier geschre ven boek zal na dezen vierden stellig nog menig volgenden druk beleven en niet zonder reden. HENRI BAKELS. DAMRUBRIEK. Alles betreffende deze rubriek te zenden aan den damredacteur van ons blad, den heer Herm. de Jongh, Valeriusstraat 64 huis, Amsterdam. In onderstaande stelling speelde de redacteur met Zwart. is Wit, hoewel hij met overmacht het het cen trum beheerscht, totaal verloren! Wit heeit drie zetten 36-31 (A), 37-31 (B) en 44-40, wat in de partij gespeeld werd. A. 2. 36-31, 16-21 enz. gewonnen. B. 2. 37-31, 18-23. 3. 28:8, 17:46 enz. gewonnen. In de partij geschiedde: 2. 44-40 35:44 3. 39:50 18-23 4 28:8 17:48 5. 8:17 11:24 en van Wit is niet veel meer over! In den diagramstand is het beste door 29-23, 33:24 en 28-23, ten koste van een schijf de om singeling te verbreken. Ook dan echter zou Wit de partij vrij zeker verloren hebben. Stand in cijfers: Zwart: 2, 3, 6, 7, 8, 9, 11, 13, 17, 18, 25, 30, 35, Wit: 22, 27, 28, 29, 32, 33, 36, 37, 38, 39, 41, 43, 44. Zwart aan zet, speelde 1. 8-12 en nu Stand in cijfers: Zwart: 3, 5, 6, 7, 8, 9, 10, 11, 13, 14, 16 18, 19, 20, 23, 29. Wit: 22, 25, 28, 32, 35, 36, 37, 38, 40, 43, 44, 45, 46, 47, 48, 49. In dezen leerzamen stand weLke zeer wel het resultaat eener Hollandsche opening kan zijn, heeft Zwart als laatsten zet 12-18 ge speeld. Vermoedelijk was zijn bedoeling na den uitruil (W. 37:31, Z. 18-27, W. 31-22) met 7-12, 11-17, 16:7 enz. te vervolgen, om zoodoende zijn korten vleugel te versterken. Het kwam echter zoo ver niet, want na den tekstzet: 1. 12-18, maakte Wit door 2. 48-42 18:27 3. 32:21 23:41 4. 46:37 16:27 5. 38-32 27:38 6. 42:4! een einde aan de partij. Uit de Damwereld. In den wedstrijd om den meestertitel van den N. D. B. won de Hagenaar I. Minkowski, den titel met groote meerderheid. Hij behaalde 13 van de 14 punten. De stand van den wedstrijd om het Kampi oenschap van Nederland, welke momenteel te Amsterdam gehouden wordt, is na de tweede ronde: A. K. W. Damme en I. Minkowski, 3. M. Noo- me en J. H. Vos, 2. Herm. de Jongh, 1*. C. J. Lochtenberg, 1*. I. J. de Jong, 0. A. Visser 0**. hangpartij. MUZIEK EN ZANG. Kamermuziek-avond Hans de Bock. De bovenzaal van het Stadsconcertgebouw te Haarlem was Zaterdagavond geheel bezet met een publiek waaronder een groot aantal artisten. De jonge toonkunstenaar Hans de Bock uit Heemstede droeg dien avond eigen composities voor op het klavier; door hem gecomponeerde liederen werden door den heer Jac. van Kempen gezongen, een door hem ge componeerd strijkkwartet werd gespeeld door het Haagsche Strijkkwartet: Sam Swaap, Adolf Poth, Jean Devert en Ch. van Isterdael. Van de klavierstukken trof ons het meest een reeks „Elegieën", waarin een stemming van deernis om den nood van het Russische volk gegeven wordt, en een krachtigen be weeglijken „Boerendans". Het Strijkkwartet, meer melodisch dan de andere composities, (wellicht van ouderen da tum dan De Bock's andere muziek?) werd door de Haagsche strijkers met geestdrift en toewij ding gespeeld, zoodat het na de pauze herhaald werd. Onder de liederen waren er, pakkend door den zuiveren eenvoud, wars van alle versiering, in een vooropgezetteeen tonigheid, die ons daardoor van verre eenigs- zins aan het Gregoriaansch der Roomsche Kerkmuziek herinnerde. De moeilijke taak, zul ke liederen, zonder effectjes, zonder eigenlijke melodie, voor te dragen werd door den heer J'ac. van Kempen op verdienstelijke wijze ver vuld. Het publiek was dan ook opgetogen en dankte den toondichter en zijn vertolkers her haaldelijk met geestdriftig handgeklap. De heer De Bock geeft in het programma een korte aanduiding van wat moderne muziek is. Zij wil (zie Debussy) zich bevrijden van de Romantiek. Zij verwerpt het traditioneele effect, (als van Liszt b.v.), in rhetoriek ontaar dend. Zij wil niets van de „zoetvloeiende" me lodie a la Mendelsohn weten, noch van gang bare oplossingen in den trant van Haydn. De Romantische muziek benaderde met haar melo dieën het zinelijk waarneembare (zie o.a. Schu bert en Schutnan), werd tot een soort realisme. De modernen voeren echter de muziek terug naar het algemeen©, naar de Idee aldus de Bock's uiteenzetting. In hoeverre de componist zelf nu reeds deze denkbeelden verwerkelijkt heeft? Hij zal zelf de eerste zijn om te erkennen, dat hü daarin nog slechts ten deele is geslaagd. Wie vraagt echter thans reeds naar het volkomene? Hier is een jonge begaafde man aan het woord, met een streng programma van eischen aan zichzel- ven en een wil en een talent om zijn denk beelden te verwerkelijken. Vol blijdschap be groeten wij dezen jongen, geestdriftigen kuns tenaar. Wij wenschen De Bock geluk met zijn gaven en zijn geestdrift, en hopen van harte, dat hij de thans bij zoo velen verwekte ver wachtingen zal vervullen. S.—v. Z. VAN HIER EN DAAR. Victoria-Water Oberlanhnstein. Door de Victoriabron wordt voor het iaar 1923 een kleine kalender verspreid, die zoo ver de voorraad strekt op aanvraag wordt toegezonden. Steeds meer winkels In het Kleverpark Door den voortdurenden aanbouw in het Kle- verparkkwartier zien we telkens ook meer perceelen betrekken voor winkelbedrijf. In het perceel Tetterodestraat 50 heeft zich gevestigd de Technische Boekhandel van de fa. Jutting Herwijnen. Deze zaak die in wendig zeer smaakvol is ingericht zal volgens onze meening wel m een reeds lang gevoelde behoefte voorzien. Dat deze boekhandel zichi uitsluitend be weegt op Technisch gebied, moeten we wel toeschrijven aan de in dat stadsgedeelte ge bouwde Middelbare Technische- en Ambacht school. De leerlingen aan die inrichtingen kunnen dus al zeer dicht in deze omgeving voor hunne vakboeken terecht. Wij maakten reeds kennis met een ruimen voorraad werken in de nieuwste uitgaven op dit gebied. BOTERLETTERS 11.50 per 5 N.V.=DE ZEEUW SJOELBAKKEN Over de Kathedraal. Geheel naar de eischen des tijd ingericht

Krantenviewer Noord-Hollands Archief

Het Bloemendaalsch Weekblad | 1922 | | pagina 11