TWEEDE BLAD TOTALE UITVERKOOP „Bloemendaalsch Weekblad" Zaterdag 31 December '22. AANVANG 2 JANUARI 1923 Plaatselijk Nieuws. No. 52. ONTVANGEN BOEKEN. „Door de Tropen naar de Zuidelijke IJszee ter Walvischvangst", door Aage Krarup Niel sen. Uitgave van Em. Querido, Amsterdam. De reeks boeken, die de uitgever Querido geopend heeft met Hans IWorgertthaler's „In het Rijk van Siameezen en Maleiers" brengt nu een tweede en niet minder interessante reis beschrijving. De scheepsdokter Aage Krarup Nielsen, een Deen, vertelt van zijn reis met een walviseh- vaarder door de Tropen naar de Zuidelijke IJszee. Behoef ik nog te zeggen dat een boek, het welk ons met een bedrijf doet kennis maken, waarvan wij nagenoeg niets weten en dat ons van het eene einde der wereld naar het andere voert, vóór alles leerzaam is? Doch dit boek heeft nog een andere eigen- sohap, waarom ik het zoo gaarne ter lezing aanbeveel: het is voor ons, zenuwachtige men- schen, een genot en zeer versterkend, om eens het uiterst moeilijke leven te volgen van ande ren, die bij strengen vorst, tusscihen het ijs, hun brood verdienen, woekerende met de beschik bare ruimte aan boord en met de dingen, die het leven vergemakkelijken en veraangenamen kunnen. Op welk een onopgesmukte en boeiende wijze de scheepsdokter van de walvischvangst ver haalt, moge uit het volgend citaat blijken. Als een erfenis van onze halfwilde voor ouders sluimert het iacht-instinct nog in de ziel van menig man. De jongen, die tusschen de aardappelplanten doorsluipt om de kippen van zijn buurman een prop te geven met z'n katapult, en de globe trotter, die met z'n jachtgeweer op den rug van een olifant gezeten, door den jungle wie gelt, op zoek naar tijgers, zij zijn beiden ver vuld van dezelfde blijde, koortsachtige' span ning. Bijna iedere vorm van jacht heeft haar ama teurs en haar professioneele beoefenaars: slechts op een enkel gebied zijn er nog geen sportjagers opgedoken, dat is op de walvisch- jacht. En toch is deze grootscher en spannen der dan eenige andere sport. Ik moet echter toegeven dat 't niet zoo een voudig is voor 'n zondagsjager om een kanon te koopen en in z'n eentje ter walvischvangst te gaan, en zelfs de weelderige uitrusting van een modern tijgerjager, olifanten en inlan ders inbegrepen, is nog maar kinderspel in ver gelijking met die, welke voor een moderne walvischjacht noodig is. Op een vroegen morgen, nog vóór 't eerste ochtendlicht schijnt over de bergtoppen, die aan alle zijden Port Lockroy omgeven, ga ik aan boord van een der jachtbooten en kort daarop stoomen we in volle vaart tusschen de ijsschotsen door liet open vaarwater in, ge reed om de jacht te beginnen zoodra het licht wordt. De walvischbooten, waarvan ieder moe derschip er 3 heeft, zijn kleine, stevige stoom schepen, speciaal gebouwd voor de walvisch jacht: ze zijn ca. 110 voet lang, voorzien van zware machines, ca. 600 tot 700 P.K., en krach tige stoomspillen, en in staat om met zeer groote snelheid te varen en vlug en zeker te manoeuvreeren. De bemanning bestaat uit den „kanonnier", tevens kapitein van de boot, en tien man, allen prima geschoolde lieden, want de jachtbooten zijn bijna onafgebroken dag en nacht, maanden achtereen, in functie en liggen slechts gedu rende enkele uren, om de vijf nachten, stil om kolen te laden; bovendien wanneer het zóó donker is of zulk slecht weer, dat het onmoge lijk is om op jacht te gaan. Deze lieden hebben ongetwijfeld het zwaarste werk van alle walviscbvaarders. M&ar daartegenovèr staat dat ieder man, behalve zijn vaste gage, eer tamelijk hooge premie ontvangt voor eiken walvisch, dien zijn boot vangt, hetgeen er na tuurlijk niet weinig toe bijdraagt om de be langstelling gaande te houden. Langzamerhand wordt het dag. Als scherpe silhouetten teekenen de wilde, dreigende rotsen zich af tegen den lichtenden Oosterhemel. Dat is Grahamshand, welks enorme gletschers en steile rotsen het, ondanks vele pogingen, nog geen enkelen poolvorscher gelukt is over te trekken. De uitkijk, die reeds eenigen tijd de wacht gehouden heeft in het kraaiennest aan den fokkemast, meldt dat hij een walvisch in de verte, ergens vooruit, heeft zien spuiten. Er wordt koers gezet in de aangegeven richting, in den aanvang met „volle kracht". Wij nade ren meer en meer de walvisschen, die rustig rondzwemmen en nu en dan geweldige zuilen waterdamp omhoog blazen, welke lang lichtend en trillend in de koude klare lucht blijven staan drie, vier stralen achter elkaar, dan duiken ze weer onder, blijven een vijftal minuten on der water en komen weer aan de oppervlakte om te blazen. De vorm van het dier, dat van boven af gezien doet denken aan de kroon van 'n palmboom, zegt ons dat we met blauw- walvisschen te doen hebben, de grootste en meest waardevolle van alle waivischsoorten, die in de Zuidelijke-IJszee voorkomen. Nogmaals verminderde prijzen Ziet Etalages Geen zichtzendingen ABR. MEIJER, Fa. G. W. von Schmit Zn., Gr. Houtstr. 16 zelfs een succes te noemen, dat deze 3 dagen geen enkel oponthoud heeft plaats gehad. We kunnen dus gerust spreken van een mo dern, vlug en betrouwbaar vervoermiddel. Er zijn er twee; ze schijnen de jachtboot nog niet bemerkt te hebben, die heel langzaam naar de plek stoomt, waar ze aan 't spelen zijn. We zijn op nog slechts 'n paar honderd voet afstand van den eenen walvisch. De kanon nier staat gereed bij 't harpoenkanon, dat op een platform, vooruit, opgesteld is. Nog één straal en de breede, glanzend-blauwe rug van het dier zal langzaam boven water komen, 'n 4060 voet voor de monding van het kanon maar de volgende straal komt niet. Op het laatste oogenblik moet de walvisch onraad geroken hebben en is hij ondergedoken, zijn tocht nu in de diepte voortzettend totdat hij tenslotte weer genoodzaakt is om boven te kotnen om adem te halen Onder de walvischvangers heerschen ver schillende opvattingen wat betreft de manier, waarop de walvisschen het naderen van het gevaarlijke schip opmerken. Of 't het gezicht is van het eigenaardige rookspuwende gevaar te, dat zij eiken keer als zij het oog een paar seconden boven water hebben naderbij zien komen, of dat 't het vreemde geluid van de schroef en de machine is, dat zich in het wa ter voortplant en door de dieren opgemerkt wordt, is moeilijk vast te stellen. Ook is het niet buitengesloten dat de walvisschen bijzon dere waarnemingsvermogens beziten. Men heeft er een voorbeeld van gezien, hoe een groot walvischjong van de moeder gescheiden en 23 mijl tusschen ijsbergen en klippen gejaagd werd, waar de walvischboot liet dwong telkens van koers te veranderen en toch zwom het dier den geheelen tijd in de richting van de moeder en vond haar tenslotte ook, ondanks het feit dat zij zich intusschen ca. 2 mijl ver wijderd had van de plaats, waar ze het laatst tezamen geweest waren en in een heel andere richting zwom dan waarin zij oorspronke lijk gezwommen hadden. Er kan geen sprake van zijn dat ze elkaar zagen, en 't bezit van zelfs een bjitengewoon-scherp-ontwikkeld reuk- of gehoororgaan schijnt nog geen vol doende verklaring te zijn. De 78 minuten, die verloopen terwijl de gejaagde walvisch in de diepte verdwenen is, gelijken een eeuwigheid en men trilt van span ning terwijl de „kanonnier" het schip naar de plaats manoeuvreert, waar zijn „zesde zintuig" hem zegt dat de walvisch boven zal komen. Het kan 100, maar 't kan ook even goed 1000 Meter ten Noorden .Zuiden, Oosten of Wes ten zijn van de plek, waar hij verdween; het is onmogelijk precies te berekenen, maar de oude, ervaren „jager" voelt in een verbluffend groot aantal gevallen waar 't zijn zal. We zijn heel langzaam naar de berekende plek gestoomd en liggen nu zoo goed als stil; allen kijken uit om den walvisch zoodra hij zich vertoont in 't oog te krijgen. In de afwachtende stilte dezer seconden hoort men slechts de dof fe, gedempte slagen van de machine, die men soms nauwelijks kan onderscheiden van het kloppen van zijn eigen hart. Dan verheft zich plotseling een enorme zuil van waterdamp hoog in de lucht, ongeveer 60 Meter voor den boeg, en op hetzelfde oogenblik verschijnt de breede, natglanzende rug van den walvisch aan 't water oppervlak, om weer voor enkele se conden te verdwijnen en daarna opnieuw op te duiken, ditmaal nog dichter bij. Op hetzelfde oogenblik dondert er een kanoschot en de on geveer een-meter-lange harpoen zit in den rug van den walvisch geplant, waar de granaat da delijk ontploft. Nog juist ziet men het getrof fen dier terwijl de lijn, die aan den harpoen bevestigd is, in de lucht zwiert als een lasso, daarna beneemt de kruitdamp het uitzicht. Een bijzondere attractie van dit boek vormen de vijftig prachtig geslaagde autotypiën, die ons allerlei uit, voor ons vreemde, werelden laten zien, tot zelfs het treffen van den walvisch met den harpoen. Dit boek zal in ons land stellig evenals in Denemarken vele lezers vinden. Mevrouw Mary SohliiterHorna heeft voor een uitnemende vertaling van dit boek, uit het Deensch, gezorgd. HENRI BAKELS. BLOEMENDAAL. Bloemendaalsche Amateur-Fotografen Ver- eeniging. F. G. schrijft ons: De Decembervergadering van de Bloemen daalsche, die in Rusthoek onder leiding van den heer Cool plaats vond, was druk bezocht. Door vriendelijke bemiddeling van de Focus-redac- tie waren de inzendingen in den zomerwedstrijd van Focus ter beschouwing opgehangen; ver schillende zeer mooie inzendingen trokken bij zonder de aandacht Een voorstel van den heer Gerhard tot dona- teering van den Bond v. N.A.F.V. werd ver worpen. De heer J. Mol hield een causerie over een nieuwe sensitometer, de Graphoscoop van Langer, die een goed en veelzijdig instrument bleek te zijn. De heer Nieuwenburg demon streerde een reeds vroeger door hem bespro ken spoelbak. Het voornaamste gedeelte van den avond was de keuring van de inzendingen in den lantaamplaatwedstrijd ter verkrijging van een keurcollectie, die de eer van de Bloemendaal- sche te Amsterdam moet gaan verdedigen. Uit 59, over het algemeen zeer mooie plaat jes, werden een 12-tal gekozen. In het verslag van de Januarivergadering hoop ik te kunnen berichten, dat de B.A.F.V. zooals gewoon lijk de eerste prijs behaald heeft. Ingang R. K. Kerk. De ingang van het R.K. kergebouw aan de Zomerzorgerlaan is nu aan de Westzijde aangebracht. Hiertoe is een bij gebouwtje aangebracht, dat nu zoo goed als voltooid is en een aangenamen indruk maakt. OVERVEEN. Kerstfeest van den Ned. R.K. Volksbond. Tweeden Kerstdag had de R.K. Volksbond evenals voorgaande jaren wederom een Kerst feest georganiseerd voor de kinderen. Des middags te half 2 opende de voorzitter, de heer J. G. van Kessel, het feest met den Christelijken groet, en heette alen welkom, in het bijzonder de Eerwaarde Heeren Pastoor en Kapelaan, welke het feest met hunne tegen woordigheid vereerden. Hij maakte tevens ge bruik van de gelegenheid om allen hartlelijk dank te zeggen, die zoowel financieel, als mo reel voor dit Kerstfeest hadden bijgedragen. Voor het vermaak der kleinen, 120 in getal, was aanwezig de bekende professor Antonini, die, zooals wij dat van hem gewend zijn, de kleinen maar ook grooteren uitbundig heeft vermaakt met zijn onbegrijpelijke goocheltoe ren. Verder stond in de zaal een prachtig elec- trisch verlichte kerstboom, welke de stemming niet weinig verhoogde. De kinderen werden onthaald op chocolade en versnaperingen, ter wijl allen een cadeautje van den kerstboom ontvingen en bij het naar huis gaan allen nog verrast werden met een stuk speelgoed. Te vijf uur togen de kleuters allen opgetogen en blij naar huis, terwijl de ouders voldaan heen gingen, over het mooie kerstfeest wat de Volksbond dit jaar weder had bereid. Het feest is dan ook uitstekend geslaagd waarvoor den milden gevers en het bestuur zeker dank toekomt. AERDENHOUT. Zondag 24 December 1.1. is de R.K. Kerk in Aerdenhout door den ZeerEerw. Heer L. A. A. M. Westerwoudt ingewijd. Tevens is de ZeerEerw. Heer H. van Beek als pastoor op plechtige wijze geinstalleerd. SANTPOORT. Bij Kon. besluit, van 20 December is met in gang van 1 Januari a.s. voor den tijd van 6 jaren benoemd tot lid van het college van commissarissen van het Algemeen Burgerlijk Pensioenfonds de heer P. J. Raaymakers, al hier. De heer C. M. Boon is te Haarlem geslaagd voor de exames boekhouden, afgenomen door de vereeniging van Leeraren en „Mercurius". Bij de te Haarlem gehouden aanbesteding voor het eenjarig onderhouden der militaire gebouwen en werken van het Zuiderliik ge deelte van het Westerlijk front der stelling van Amsterdam, was laagste inschrijver L. H. Rings te Santpoort met f 18445en mede voor het zelfde onderhoud van de gebouwen en werken van het Zuidelijk front dezer stelling met f 15645.—. Naar wij vernemen, zal de Kamermuziekver- eeniging „Ceacilia" alhier op 5 Jan. 1923 a.s. een concert geven, waarbij Mevr. Koolhoven— Eyre Ashe als soliste zal optreden. Het optreden van deze begaafde zangeres verzekert ons het welslagen van dezen avond. Op 2 Jan. a.s. zal het 25 jaar geleden zijn, dat de arbeider W. Korte te Jan Gijsenvaart, bij de Ned. Spoorwegen in dienst trad. We hopen dat het hem op dezen dag niet aan belangstelling zal ontbreken. INGEZONDEN. (Buiten verantwoordelijkheid der Redactie) Woensdag 13 Dec. j.l. is door de directie van Stoop's Bad een zwemfeestje georgani seerd voor jongens en meisjes, bezoekers(sters) van die inrichting. Baarbij moest ik hooren dat voor het nummer 50 M. snelzwemmen vrije slag voor jongens t.m. 16 jaar drie deelnemers meedongen. Laat iedere jongen van 14, 15 of 16 jaar zich afvragen waarom heb ik daaraan niet meege daan. Ik moet zeggen dat ik zulk een deelname buitengewoon treurig vind. Laat jullie je op je kop zitten door jongens van 8, 10 of 11 jaar van wie er veel en veel meer deelnemers wa ren. Hoe weinig enthousiasme blijkt er eigenlijk voor de zwemsport te zijn. Hebben de jongens geen durf in een luttele 50 M. elkanders krach ten te meten? Laat het anders worden, jongens. Laten we beseffen dat we niet voor niets een overdekte zweminrichting hebben, waarop we terecht trotsch zijn. Ik heb me gericht tot de Bloemendaalsche jongens omdat Stoop's Bad aan de gemeente Bloemendaal cadeau is gedaan, en zij dus pro- beeren moeten al zijn zij minder in aantal, de eersten te zijn, maar bovendien is het mijn be doeling dat alle andere jeugdige zwemmers over het bovenstaande een na zullen denken en trachten wat meer leven en enthousiame in onze zwemsport te brengen. J. A. BOON. Geachte Redactie! U vergunt mij wel aan „Opmerker" in Bloe mendaalsch Weekblad eenige toelichting te ge ven betreffend het Raadsoverzizcht begrooiting 1923, post Bloemendaalsche Burgerwacht, welk overzicht in het teeken van verkeerden uitleg staat. De feitelijke subsidie bedraagt f 500.sa laris voor den Instructeur f 900.is totaal f 1400.—. Waarom het begrootingscijfer f 2650.aan geeft zal ik U duidelijk maken. De gemeente geeft, op order der Regeering, elke drie maan den een voorschot van f 120.Dit voorsohot is bestemd tot onderhoud van wapenen enz. Deze gelden ontvangt de gemeente echter weer van het Rijk terug. Op de begrooting „inkom sten" kunt U deze post als zoodanig geboekt vinden. •Blijft nog over eene som van f 750.dit bedrag omvat de gelden benoodigd voor uitga ven der B. W. in 1922. Oorspronkelijk zijn deze gelden reeds gedekt door eene post van f 1000 in 1922 op de begrooting uitgetrokken doch, door toevallige omstandigheden van admimi- stratieven aard, niet gebruikt. Van cijfer gegoochel is geen sprake, de post Burgerwacht is voor 1923 met f 500.bezui nigd, dit is de ware toedracht. Ten slotte ljan ik „Opmerker" gerust stellen en verklaar dat de B. W. heelemaal niet oor logszuchtig is, integendeel is zij opgericht om „als 't moet" binnenlandsche onlusten te weer houden. Ons doel is juist om waar noodig vrede en rust te helpen handhaven. Het „Si vie pacem parabellum" mogen wij echter hierbij niet verwerpen. Onze diensten zullen, als wij geroepen worden, in de eerste plaats zijn hulp aan de politie. Als zoodanig blijven wij een goedkoop reser ve-politiekorps. Met dank voor de plaatsing en hoogachting, een bestuurslid der Bloemendaalsche Burgerwacht VAN HIER EN DAAR. VICTORIA-WATER Oberlanstein. De Victoriabron stelt thans beschikbaar een practische kantoorkalender die op aanvraag, zoolang de voorraad strekt, wordt toegezonden. Naar we van betrouwbare zijde vernemen, zijn de eerste drie dagen (Zondag en de beide Kerstdagen) voor de A. D. O. S. een succes geweest, c.a. 700 personen zijn vervoerd. In de meeste gevallen moest de dienst door beide autobussen gelijk onderhouden worden. In aan merking nemende, dat deze dienst geen of wei nig speciale voorbereiding gehad heeft, is 't De Meyerink-Uitvoering 1923. Een vijftigtal meisjes en jongens, gymnasiek- leerlingen van verschillende scholen, is er op uit getrokken, bezield met den gróótsten ijver om vrijwillige bijdragen in te zamelen voor de bovengenoemde jaarlijksohe uitvoering ten bate van het Haarlemsche Lighalfonds. Ongetwijfeld zilllen deze jongelui, die be langloos een goed doel nastreven, ook onder "onze lezers de welwillende ontvangst vinden, die hun toekomt. KUNST. Het intiem theater „Modern", waarvan wij in ons vorig nummer de opening aankondigde heeft zich in de afgeloopen week in een druk bezoek mogen verheugen. De toeloop op de Kerstdagen was van dien aard, dat verschil-

Krantenviewer Noord-Hollands Archief

Het Bloemendaalsch Weekblad | 1922 | | pagina 5