mm^mm
mmm
De Koningin van
de Moulin Rouge
WILD en GEVOGELTE
P. van der STAD. Tel. 188
Algemeen Nieuws- en Advertentieblad voor Bloemendaal,
Overveen, Aerdenhout, Vogelenzang, Jan Gijzenvaart en Santpoort
Fotografisch Atelier RICHF"Gr.H0utstr.i69jei.3472
HAARLEMSCHE BANKVEREENIGÏNG
Giroverkeer door geheel Nederland
Drogisterij Fa. Haaks
>BEHANQERf<L
MEUBELMAKER!
Tclef. 3824 Telef. 3824
Ruimte en Tijd.
CINEMA PALACE
Gemeentebestuur.
De Minnaar-plaatsvervanger
Een zeer interess. Damesrubriek
lang voordat Columbus zijn
ka droomde.
zag de Indiaan een groote
iet Oosten komen. Zijn vleu-
uit, ver naar het Noorden en
kracht en snelheid vloog
rgaande zon toe,
erbazing zag de Indiaan dien
ïl komen en verdwijnen. Hij
beteekende en zijn hart was
Witte Man. Van het groote
kwam hij in een kano
vleugels. Met één hand wees
lar den Grooten Geest en met
ren, naar de Roode Menschen.
klein plaatsje. Als hij maar
ad om te zitten als de huid
an was het genoeg, zei hij.
oepen van den Grooten Geest
ode Kinderen den Witten Man
„broeder". Ze gaven hem de
om vroeg. Ze gaven hem ook
huid en wezen hem, waar hij
en bij hun kampvuur,
nam de buffelhuid. Hij be-
le Broeders in den naam van
est. Toen begon hij de huid
kleine reepen te snijden. Toen
in smalle reepen was ge-
ze aan elkaar. Het werd een
keken de Indianen
itte Man een zitplaats aan het
3 lang en zoo breed als dit
kon. Het kleine plaatsje, zoo
iffelhuid, werd een heel stuk
de Witte Man nog een plaats
keer vielen de tenten en
de Indianen er ook in. Hij
een paar pijlschoten verder
deden ze.
e de Witte Man nog een zit-
moest hij een grootere buf-
Dezen keer reikte de buffel-
er een deel van de jachtgron-
ïplaatsen van de Indianen bij
wat verder op. Weer kwam
e achterna. lederen keer werd
totdat de Indianen nog maar
e hadden om op te zitten, zoo
;oen de Witte Man kwam. Als
Vogel, die uit het Groote
Oosten naar het Groote Zee-
vloog; en hij dreef de In
de zon opgaat tot waar zij
het Oosten naar het Westen,
buffelhuid.
VERBRANDE KIP.
een langen, drogen zomer in
n van Amerika, ontstond er
in een district waar
gevestigd waren; het vuur
jk om zich en vernieelde veel
huizen en tal van bewoners
ïde, omdat zij geen tijd meer
een poos later door zoo'n ver-
zag tusschen de puinhoopen
dat op een zwarte kip leek,
d zat.
zag hij werkelijk, dat het
lar dood; kop en rug waren ge-
het dier zat op zoo'n vreem
de vleugels uitgespreid, dat de
met den voet aanraakte om te
den er van was,
rbazing kwamen er drie kleine
r uit gekropen.
de man, dat de moederhen in
haar kindertjes met haar
edekt en zich liever levend had
dat haar kuikentjes prijs te
erschroeiende vlammen.
WIJSHEID.
je moest een fiets koopen, gij
naar de markt moet rijden,
dingen zijn te duur. Voor 't
p ik liever een koe,
maar op een koe kunt ge
de markt rijden!
wel mogelijk; maar kan ik een
KWAJONGENSGRAP.
trron van een spoorwegstation
een trein vertrekken zou, een
den stationschef loopen.
zijn twee mannen in den trein,
hebben! riep hij.
est even wachten en de kaar-
Maar alles bleek in orde
zijn nu die reizigers zonder
chef den jongen toe, dien hij
vlak bij den uitgang,
comotief! riep de kwajongen, en
hard hij kon.
BEGREEP HIJ.
/an een jaar of zes is verdwaald
een agent van politie naar het
:ht. Daar gekomen, vraagt de
heet je? Wie ben je? Waar
noemt je moeder je? Wat zegt
je?" Maar op alle vragen blijft
antwoord schuldig; men kan niet
hoe hij heet. Eindelijk zegt de
,Zeg eens ventje, als je moeder
roept om te komen eten, wat
je?" Eensklaps wordt het ge
in vreugdevollen blos verleven-
roept hij uit: „Moeder heeft
ik ben er altijd al lang
begint".
17e JAARGANG
ZATERDAG 15 SEPTEMBER 1923.
No. 38.
Uitgave van de Vereenigde Drukkerijen, Bloemendaal. Kantoor voor Redactie en Administratie: De Genestetweg 23. - Tel. 2 2 003
Voor een half jaar
Dit nummer bestaat uit twee bladen,
waarbij een Kindercourant.
Advertentiën: 15 cent per regel, bij afname van 500 regels of
meer korting. Vraag en aanbod, huur en verhuur, koop en
verkoop, van 1 tot 10 regels 1.elke regel meer 10 cent.
Tusschen den tekst of op een bepaalde plaats speciaal tarief.
Een ketting is nooit sterker dan de
zwakste zijner schakels
NACHT.
De Nacht is nader dai de diag
Tot Cods oimd'roomde, lichte heerlijkheid
Verloren glorie uit een verren tijd,
Toen ziel den Vader nader lag
A'l moog de morgen zalig zijn
Van zilvren dauw en vogelenlgezingt
En zoet des m'idii-gs lbome mijmering,
En schoonst de gouden avondschijn
Op iedre blijde bloem valt wreed
De schaduw van donkren naderenden dood1;
O nacht, vergaat al smart eni vreaigdïgheid1
Het blinde jagen van den feilen1 tijd
Voor diepe rust om eindloos schoon.
En toch de luchters, die uw wand
Verlichten met hun stralen flonkering,
De nevien-ijle, verre schemering
Van uw opaten, hemelband'.
Al schoonheid' van uw starrig huis
Is Oodlijk zaad gevange in donkere voor
Zoo bergt een bonte schelp' voor 't luisterend
oor
Schuimen d'er zeeën groot gedruisch.
Uit: P. Ottem, Verzem
VERGROOTING KM II 8 1
REPRODUCTIES
BLOEMENDAAL
Giro-opdrachten vóór 3 uur in ons bezit ('s Zaterdags vóór 11 uur's morgens) worden
nog DENZELFDEN DAG DOOR ONS BEHANDELD zonder berekening van kosten.
Giro-biljetten zijn KOSTELOOS verkrijgbaar in boekjes van 25 of 50 stuks.
Rentevergoeding op giro-rekeningen thans V2
Bloemendaalschew. 301 Overveen.
Eenige weken geleden meldden de
kranten, dat een Britsch-Indische prins
in den trein tusschen Vlissingen en
Berlijn was gestorven. Bij het lezen van
dit bericht zullen de overgevoeligen on
der ons terstond hebben gedacht aan
het versje van Rosalie Loveling, waarin
een meisje, de vensterluiken openend,
op een grauwen wintermorgen vier sol
daten met een kist voorbij ziet komen.
Wien dragen zij zoo vroeg ten grave?
Een vreemden knaapeen jong soldaat.
De straat is leeg en toe de huizen,
En niemand, die er achter gaat.
r-~ J-gj'-
Zoo ver van hiiis alleen gestorven
In 't gasthuis van een vreemde stad,
En onbeweend naar 't graf gedragen,
Terwijl men ginds zoo lief hem had!
Er ligt iets wreeds in zulk een sterf
geval als dat van den Britsch-Indischen
prins. Wie hebben hem bijgestaan in
zijn laatste oogenblikken? Onverschil
lig publiek, treinpersoneel, reizigers, die
een taal spraken welke hij niet verstond
en die hem aangaapten met blikken die
hij niet begreepEn ondertusschen
zaten daar ginds in het weelderig pa
leis van het verre Indië de niets vermoe
dende huisgenooten van den stervenden
prins.
De laatste oogenblikken van zulk een
onder onbekenden stervende! Verbijste
rend is de gedachte, dat de verwanten
daarginds niets bemerken van dit on
verwacht afscheid; dat zij juist mis
schien bezig zijn met vroolijk spel op
hetzelfde moment waarop een wegvlie
tend bewustzijn hen gedenkt. Al be
staat in sommige menschen het vermo
gen, uit de verte mede te leven en op
een afstand getuige te zijn van hetgeen
een geliefd hart ervaart, deze telepathie
behoeft niet wederzijds te zijn en bui
tendien vergroot de ervaring van de
ramp uit de verte het leed, omdat men
in de onmogelijkheid verkeert, hem,
dien men stervende weet, lichamelijk te
bereiken.
Afstand is, als men zich hiervan goed
rekenschap geeft, een gruwelijk iets.
Door ruimte gescheiden te zijn van ge-
nooten, wiens bijstand men in een ha
chelijk oogenblik behoeft; door ruimte
onbereikbaar te zijn voor het liefheb
bend oog, voor de troostende stem, voor
het streelend gebaar.
Afscheid nemen is altijd iets hart
verscheurends. De trein rijdt weg en
men staat plotseling eenzaam tusschen
het gedrang op 't perron. Niet meer te
kunnen spreken met den vertrekkende,
wiens hartelijk woord nog naklinkt.
Klonk het maar niet na. Want nu
wekt de herinnering het besef van het
gemis. Wij gaan verder, onze zaken roe
pen ons. Maar waarom beschikken wij
niet over de volle aandacht? De plicht
van het heden lijdt onder de naklanken
van het verleden. Wat uit onze oogen
verdween, hechtte zich vast aan onze
ziel. Hoe verder het verdwijnt des te
angstvalliger klemt het zich vast in de
herinnering. In onze droomen en stille
oogenblikken herleven de schimmen van
het weleer. Verwijtend kijken ze ons
aan, omdat wij ze konden verloochenen.
Ze lokken ons terug naar een tijd, die
blijder, jonger en inniger was. Ze om
singelen ons met beelden, die zoo sterk
en zoo indrukwekkend worden, dat het
heden er bij verbleekt, dat de toekomst
alle waarde verliest.
De tijd is een sneltrein; onverbidde
lijk heeft hij meegevoerd alles wat in
het weleer onze rijkdom uitmaakte. Wij
trachten ze te hervinden, onze verloren
levensrijkdommen. We ondernemen een
bedevaart naar ons ouderhuis, naar een
vroegere woonplaats, naar een plek vol
herinnering. We sporen jeugdvrienden
en oude kennissen op. Maar huizen en
steden en menschen zijn dezelfde niet
meer; alles is anders geworden; wat
wij zoeken, is onherroepelijk weg.
Onherroepelijk weg zal het uur zijn,
waaraan wij ons later het hartstochte
lij kst vastklemmen. Ook dit uur, alle
uren. Ook tijd is, als men dit bedenkt,
een gruwelijk iets.
Wij menschen zijn, naar onze aard-
sche verschijning, aan ruimte en tijd
gebonden. En deze band is erger dan
alle slavernijzij is, zooals de Fransche
schrijver Barbusse zegt, het kruis der
menschheid. Ruimte en tijd; „o, die
twee dingen, zoo onzichtbaar en zoo
waarachtig, die elkaar kruisen juist
boven het punt waar wij ons bevinden",
aldus kermt deze gevoelige ziel. „Wij
OVERVEEN TELEFOON 956
zijn gekruisigd op den tijd en de ruim
te".
Wanneer wij, eenzame stervelingen,
elkander niet in den geest mochten be
zitten; wanneer ons het vermogen ont
brak, met onze verbeelding te leven in
verleden, heden en toekomst tegelijk;
wanneer onze herinnering niet was de
verzamelplaats, waarin dooden en leven
den elkander zonder verwondering be
groetten en waarin door landen en zeeën
gescheidenen niet vertrouwelijk bijeen
woonden, het leven zou ondragelijk zijn.
Laat ons erkentelijk wezen, dat in
het domein van ons bewustzijn een wijk
plaats bestaat, waar de beide kwelgees
ten den naar gemeenschap hunkerende
harten, waar ruimte en tijd de toegang
is ontzegd. C.
Maandagavond ten 8 ure vergaderde de Raad
onizer gemeente ten gemeentehiuiize.
Voorzitter: Jllir. A. Bas Backer, burgemee
ster.
Aatiiweizig alle leden.
PUNT 1. Verzoek beschikbaarstelling gel
den voor den bouw van een R- K- Lagere
school te Bloemendaaf.
!De Voorzitter leest allereerst het
stuik voor Ihellwelk aan alle Raadsleden is toe
gezonden eni waarin duidelijk wordt uitgelegd
'hoe de Wet oip Ihet LjO- moet worden opge
vat en vervolgens h.oe het 'verlooip is geweest
van. deze aanvraag. S)pr- verleend daarop het
woord aan de Raadsleden.
De heer L u d e a (verklaart het niet
eens te kunnen izijn met den schrijver van
dit 'st'ulki, aangezien het aan duidelijkheid wel
wu-t te wemsohien overlaat- Zijn iverdere bemer
kingen komen echter te vervallen daar spr.
geen kennis had genomen van de jongste wij
zigingen in bedoelde wet.
De heer O t t o betuigt zijn dank aan het
Dagelijiksch Bestuur voor de medewerking,
'daar- de stukken' welke [betrekking hebben
op dit punt tha'nls veel vollediger ter irtzage
hebben gelegen. Echter 'wil spreker eraan
toevoegen dat de s'tuikiken toch niet zóó vol
ledig wareni, dat hij van principe kan ver
anderen. En juist om dat principe gaat het
tihsns, daarna pas komt de uitvoering.
Dat B. en W,. imet de behandeling van dit
stuk' ter tafel .komen, als de tijd' bijna verstre
ken is, ts niet meer goed te 'maken en spr.
'blijft dit betreuren. Dat door die vereen'iging
zal worden getracht op de voormalige bui
tenplaats ..Dennenheuvel" een schoon geheel
te krijgen, school, kerk, pensionaat, begraaf
plaats ertz. is van die zijde volkomen te be-
GR. HOUTSTRAAT 111—113 - HAARLEM
TELEFOON 671
Vanaf Vrijdag 14 September
Het grootste etablissement van Parijs
in ons theater
PARIJS BIJ DAG EN NACHT
Het Nachtleven in Montmartre
Wanneer de stad Parijs als ingeslapen
lijkt dan viert DE KONINGIN VAN
DE MOULIN ROUGE hare triumphen
in het ongebreidelde nachtleven, als
de muziek weerklinkt en de cham
pagne schuimt
Gedurende 4 weken werd deze film
te Rotterdam voor uitverkochte zalen
vertoond.
Het is weer een van onze groote
„Schlagers."
Ons Bij-programma bevaf o.a.:
Dolle klucht fn 2 acten.
TEL. 188. OPGERICHT 1870.
Poulardes Hazen
Braadkippen Fasanten
Soepkippen Patrijzen
Eendvogels Duinkonijnen
Talingen Reevleesch
KLElNEHOU i STR. 136 HaARLEM
grijpern, het is echter aan het gemeentebe
stuur ter beoordeeling oif zij de plaats voor
school wel zoo geschikt acht, als 't bestuur dier
stichting doet voorkomen!- Spr. erikent dat
door dat bestiuur thans zoo ongeveer aan de
verschillende formaliejteni is voldaan, echter
meent hij ten sterkste te moeten opkomen
tegen de opvatting vani (het Bestuur dat het
besloten heeft om op „Dennenheuvel" een
school te stichten, want dat toch is in strijd
imet de L- O. iwet. Dat besluit kan het niet
nemen en wij heibben niet anders te doen
meent spr. dan te zeggen: uitstekend men
schen, jullie hebt dat besluit genomenf, ga nu
ook je gang maar, doüh doe dan geen-beroep
op de wet".
N'aast dit toeziwaar dat door het bestuur dier
stichting niet formeel juist is gelrandeld is het
voor spreker de vraag of het gemeentebestuur
verplicht is om' dit groote offer, 't betreft toch
ruim 'f 60.000, tenwille van de speciale iw-en-
schen van dit schoolbestuur te brengen. D»
iwet geiwaagt er alleen van:, wanneer ouders
var» minstens 40 kinderen, :het verlangen te
kennen getven om foiizonder onderwijs' voor hun
kinderen te krijgen, dat het gemeentebestuur
'venplicht 'is hieraan gehoor te geven, in de
gemeente en op de wijze als na overleg het
meest practisch zal blijken-
Verder geeft de wet aan welke weg hierbij
moet worden gevolgd. Dodh niet spreekt" dó -
wet er van dat :het gemeentebestuur verplicht
is aan alle speciale verlangens van een'school-
bestuur te voldoen.
S|pr. heeft bij de s'tuikiken een merikbvaar:
digen, brief gevonden, n.'l. vanpastoor Wil-
lenlborg, waarin deze verklaart dat imet het
oog op de noodzakelijkheid van 'Katholiek
onderwijs in Bloemendaal, doch tevens reke
ning houdend met de geboden bezuiniging, hem
het wenschelijtk voorkomt met den bouw