«SWiil
De Verkochte Bruid
WILD en GEVOGELTE
P. van der
STAD. Tel. 188
w-
Algemeen Nieuws- en Advertentieblad voor Bloemendaal,
Overveen, Aerdenhout, Vogelenzang, Jan Gijzenvaart en Santpoort
mmw
Fotografisch Atelier RIO H FGr Houtstr-169>Tel-3472
Drogisterij Fa. Haaks
CINEMA PALACE
Zigoto en de knockploeg
No. 39.
Uitgave van de Vereenigde Drukkerijen, Bloemendaal. Kantoor voor Redactie en Administratie: De Genestetweg 23. - Tel. 22 00 3-
De Naam»
Aardige KINDEROPNAMEN »l1 llv^* 1 bij Iedere weersgesteldheid
Telef. 3824 Telef. 3824
Gemeentebestuur.
Vanaf Vrijdag 21 September
CONSTANGE TALMADGE
DE VERKOCHTE BRUID
Onze DAMES-RUBRIEK
Ons Geïllustreerd Wereldnieuws.
Poulardes
Braadkippen
Soepkippen
Eendvogels
Talingen
KLEINEHOU
Hazen
Fasanten
Patrijzen
Duinkonijnen
Reevleesch
STR. 136 HAARLEM
arstte hij uit: „En dan wil ik naar
ee! Ik) wil varen. Op een schip,
s u. Net als mijn broers. Op zee
ik.
zijn hoofd voorover op tafel en
Ie lichaam schokte en gesmoord
en snikken hoorden zijn ouders
aar zeggen, „naarzee; naar..
J zeede zee'.
dde zich af. Dit kon hij niet aan-
de oogen met haar schort af-
g naar haar kina roe, legde haar
op zijn blond verwarde haren en
id, mijn kind".
voorover; kuste hem en flui-
oe: „Mijn jongen, mijn Peter, ik
lecht missen. Ik heb al zoo veel
te zij uit en haar tranen deden
gen, die zijn jongensarm om haar
(wordt vervolgd).
ALLERLEI.
KNAP GEDAAN.
gt Moeder, „kom, hoor nu eens
goed
an morgen voor boodschappen
moet,
halen bij den kruidenier,
it maar eventjes op dit papier",
onthoud ik wel, zégt U maar
wat,
r het allemaal mee uit de stad".
'n Paik kaarsen, een half pond
zout,
;t jam, twee ons kaas, niet te
oud,
iwe ham, dunne plakjes rook-
vleesch,
csballen, want Pa is zoo iheesch!"
Zal goed al uw boodschappen
doen".
P weg na een stevigen zoen.
precies, wat de boodschappen
zijn,
laar steeds onderweg in refrein:
ve jam, 'n half pond ham, 2 ons
■zout
'oballen, vooral niet te oud.
it kaas, dunne pakjes rook-
vleesch
t kaarsen, want Pa is zoo
heesch!"
vinkei en vraagt nu heel gauw,
anders vergeten licht zou:
ooballen, 'n ons jam niet te oud,
it ham, dunne plakjes van zout,
kaas en een potje rookvleesch,
uwe kaarsen, want Pa is zoo
heesch".
Eliza Hess-Binger.
NUMMER TWEE.
oude heer: „Ga je school, jog-
el",
>ude heer: „En hoe hoog zit je?"
ïmer twee".
ude heer: „Dat 's een flinke
hoevelen ben je in de klasse?"
n een meissie, mijnheer!"
woestijn ben en ik wil gaan
ii ïk heb gieen water, wat moet
t bedenk een plan 'dat valt in
'heb ito waiter. Ik bedenk weer
'alt in duigen., van die duigen
loot dan 'kan men: bootje'varen.
OOK SLIM.
is in de stad geweest, en had
n in 'drie koffiehuizen) opgebou-
men „bemerkte hij, dat hij zijn
was. Dadelijk ging hij naar de
t het doel, ze .in de koffièhui-
twee waren ze echter niet. In
l hij de parapluie terug
pt hij uit, „jullie bent veel eer-
ui in die beide andere koffie-
iN DIT UITREKENEN?
pt lederen nacht 10 Meter tegen
op en. gaat iederen dag 6 M.
mi te eten. Den tienden nacht
top. Hoe lang was die boom?
>01 VOORUITZICHT,
itje, die reeds een, heele weelk
it: „En Pietje, rau ga je al' een
»1. Waar houdt je nu het .meest
ren?
:n?'
ar dan van?"
huisgaan vader!"
EIMET ANTWOORD.
:ond bij een ibreede vaart en
anderen kant zijn. Een brug
geen boot of vlotje. En over-
t hij ook niet. Een. half uur
hondje toch aan den anderen
'm dat gelapt
17e JAARGANG
ZATERDAG 22 SEPTEMBER 1923.
BLOEHENDiiLSCH WEEKBLAD
Abonnement:
Voor een half jaar f 1.75
Advertentiën: 15 cent per regel, bij afciame van 500 regels of
meer korting. Vraag en aanbod, huur en verhuur, koop en
verkoop, van 1 tot 10 regels 1.elke regel meer 10 cent.
Tusschen den tekst of op een bepaalde plaats speciaal tarief.
Dit nummer bestaat uit drie bladen.
Harde woorden zijn onkruid, waar gij ze
strooit groeien doornige planten die U ver
wonden.
DES DAAGS ZIJT GIJ.
„Des daags zijt gij het 'hooren zeggen
Dat cm ons waart met stil geluid
De stilte n.a der uren slag
Welke zich langzaam weder sluit.
Hoe meer de dag rtiet altijd zrwiakk're
Gebaren zich ten avond neigt
Hoe meer uw rijk, o Giod, als rook
Uit alle daken naar boven, stijgt".
iGij komt en gaat. De deuren vallen
Veel zachter toe, haast zondier wind
'Gij zijt de stilste, man van allen
Die men in de stille huizen vindt.
Mien kan zich zoo met U vertrouwen,
Dat men niet uit zijn boek opziet
Als men zijn platen in uw blauwen
Schaduw als verheerlijkt ziet-
Omdat toch alle dingen zingen
Voor U hun luide of stille led.
Uit Rifce's Stundelnibuoh.
Vertaling van A. M.Z.
Wat is een naam? Wie schouderop
halend deze vraag uitspreekt, beseft op
dat oogemblik niet, wat hij in andere
oogenblikken uit ervaring geleerd heeft.
Er loopt in de drukte van de straat u
iemand voorbij, dien ge noodig heibt. Ge
roept hem, ge stoot allerlei kreten uit,
ge fluit, ge schraapt met uw stok op de
steenen. De omstanders komen u helpen.
Hun ,,Hé!"s' en „Hallo's' galmen den
voorbijganger na.
Maar deze blijft rustig voortstappen,
onbewust, dat men hem zoekt.
Tot plotseling zijn naam iu te binnen
schiet. Nu roept ge niet langer tever
geefs, Met een schok blijft de man staan;
bij keert zich om; ge hebt hem bereikt.
De naam is een tooverwoord. Den
slaper, die door alle geluiden heenslaapt,
wekt hij. De misdadiger, die onverschil
lig blijft voor elk teeken vaar aandacht,
verbleekt, als men hem 'zijn naam toe
fluistert. Voor den minnaar is hij de
zoetste muziek, en het is zeer begrijpe
lijk, dat een lange reeks plichtplegingen
de inleiding vormt voor het oogenblik,
waarop nieuwe kennissen genaderd zijn
tot de vertrouwelijkheid, die hun toe
staat, elkaar bij den naam te noemen.
De naatn is 'heilig; hem te bevlekken
is een van de ergste vergrijpen. Niemand
laat zijn naam straffeloos aanranden en
in zeer vele gevallen is het louter de
naam geweest, die een zwakkeling te
rughield van eerlooze daden.
Wie zich verdiept in de verstrekken
de beteekenis van den naam, zal niet
verwonderd wezen, als hij hoort, dat in
overoude tijden de menschen dezen als
een zelfstandig wezen hebben be
schouwd. De wilden doen het nog, wan
neer zij, den naam met den persoon ver
eenzelvigend, genen vreezen uit te spre
ken of hem vervloeken. In niet de naam
de schaduw van den mensch; zijn diub-
belganger, zijn andere ik?
Vereenzelvigen wij ook nog niet naam
on persoon, wanneer wij onze kinderen
noemen naar onze ouders en hierbij de
gedachte koesteren, dat iwij op deze
wijze hun wezen bestendigen?
Naam en persoon behooren bijeen;
wanneer wij eenmaal een bepaalden
klank aan een bepaald lichaam ver
bonden hebben, blijft deze samenvoe-
gmg onverbrekelijk bestaan. Zou onze
vrouw, onze vriend, ons kind, anders
kunnen heeten dan ze heeten? Krijgen
onze straat- en dorpstypes niet juist
beteekenis door hun naam en wordt
omgekeerd hun naam voor ons niet iets
Kostelijks door de persoon die hem
draagt?
Bloemendaalschew. 301 Overveen*
De Genestet heeft in een van zijn vers
jes de veronderstelling te berde ge
bracht, dat Hieronymus van Alphen een
anderen voornaam zou hebben kunnen
dragen. Dit leek hem een onmogelijk
heid.
„Hebt gij wel eens opgemerkt, wel
willende lezer", aldus vraagt hij, „hoe
innig sommige voornamen met den ge
slachtsnaam niet slechts, maar ook met
het individu dat ze draagt, verbonden
schijnen? Hoe die voornamen de men
schen, als het ware, teekenen en kleu
ren! Kunt gij u voorstellen dat mr.
Willem Bilderdijk bijv. Hieronymus
Bilder of Rhijnvis Bilderdijk zou hebben
geheeten? Met geen mogelijkheid! Kunt
gij u een George, een Michel Feith den
ken, of iets anders dan een Joost van
den Vondel, een Huig de Groot? Ook
een Henri van den Vondel? Een Dirk
of Joost de Groot? Neen, Bilderdijk
móest Willem, Vondel Joost, de Groot
Huig genoemd worden en Van Alphen
Hieronymus".
Voor onze tijdgenooten zijn de door
den Leekedichter gebruikte voorbeel
den licht alweder verouderd, maar kun
nen zij zich naamkoppelingen voorstel
len als Abraham Troelstra, Louis Kuy-
per en Pieter Jelles Bouwmeester? In
derdaad, de naam is de schaduw, de
dubbelganger van den persoon.
Indien het waar is, dat er aan een
naam bepaalde associaties verbonden
zijn, is het geven van een naam meer
dan een bijkomstigheid. Bedenkt de va
der, die zijn jonggeborene gaat aangeven
bij den burgerlijken stand, wel steeds,
dat hij het kind levenslang gaat teeke
nen met een naam? Misschien zal het
kind van zijn naam last ondervinden, om
dat die naam zonderling of onwelluidend
klinkt. Omgekeerd kan het voorkomen
dat alleen die naam reeds het kind
aantrekkelijk zal maken.
Mij is een voorbeeld bekend van een
jonkman, die den naam van een meisje
hoorde, en wijl die naam, zeldzaam in
zijn land, hem buitengewoon bekoorlijk
in de ooren klonk, niet rustte, aleer hii
dat meisje had ontmoet. Een gelukkig
huwelijk is het gevolg geweest van deize
naamdweperij.
Soms staan ouders bij de geboorte
van een kind voor een moeilijke keus.
Eensdeels willen zij gaarne de familie
traditie bestendigen, maar anderdeels
schrikt de onwelluidendheid van den
naam hun ervan af, vader of moeder te
vernoemen. De naam, die deze draagt,
moge vroeger goed hebben geklonken,
thans is hij ouderwetsch of boersch. De
oplossing wordt dan veelal gezocht in
een vergelijk, waarbij men de dolzinnig
ste naamsverbastering te baat neemt.
Wel een bewijs overigens, hoeveel
beteekenis ook heden ten dage de naam
nog heeft. Wie op dit punt onverschillig
meesmuilt: „Wat is een naam?", vergist
zich in de draagkracht van het levende
woord.
C.
BEtlANQERf
MEUBELMAKER
OVERVEEN TELEFOON 956
Donderdagmiddag vergaderde de Raad onzer
gemeente ten gemeentehuize.
Voorzitter: Jhr. A. Bas Backer, Burgemees
ter.
Aanwezig alle leden.
PUNT 1. Ingekomen stukken.
a. Bericht van de heerenH. Hogenbirk, A.
Koolhoven, P. Verdegaal Rzn. en A. J. de
Waal Malefijt dat zij hun benoeming tot lid
van de Schattingscommissie aannemen.
b. Verslag van den Keuringsdienst der ge
meente Haarlem e.o.
Voor kennisgeving aangenomen.
B. en W. stellen den Raad voor om aan de
Woningbouwvereeniging „Bloemendaal-Noord"
een bedrag groot 124.66 uit te betalen, zijnde
de door die vereeniging gemaakte kosten voor
bestekken en teekeningen voor den bouw van
10 arbeiderswoningen met rijkspremie, welke
bouw om finantieele redenen niet is kunnen
worden uitgevoerd.
De heer O 11 o kan zich met dit voorstel van
B. en W. niet vereenigen.
Dit stuk had behoorlijk op de agenda moe
ten worden gebracht als te behandelen punt
en niet zooals thans wordt gedaan door B. en
W. als ingekomen stuk. Dit is dus een formeel
bezwaar.
Er is echter meer.
„Bloemendaal-Noord" heeft willen bouwen.
Dat bouwen is om zekere redenen niet door
kunnen gaan en omdat zij nu geen geld in kas
hebben wordt aan het gemeentebestuur ge
vraagd of zij de gemaakte onkosten maar even
willen betalen.
't Idee is niet slecht, meent spreker, doch
dat gaat toch maar zoo niet.
Dat B. en W. in deze niet sterk staan vindt
spreker bevestigd door punt 11 van de agenda.
Door aanneming van bedoeld punt wil B. en
W. in den vervolge voorkomen van wat zij
thans den Raad voorstellen wel hun goedkeu
ring er aan te willen geven.
De heer S c h u 1 z zet uiteen dat het toch wel
eenigszins anders is gesteld met de aanvraag
van „Bloemendaal-Noord" als de heer Otto
doet voorkomen. Door Ged. Staten is destijds
grond toegezegd in erfpacht, wat later weer
is ingetrokken. Daardoor in hoofdzaak kwam
het dat de gemaakte plannen niet ten uitvoer
konden worden gebracht.
De heer Laan zou thans nog op het ver
zoek willen ingaan, doch door bij de behande
ling van punt 11 deze zaak vast te leggen kun
nen deze aanvragen in den vervolge achterwege
blijven.
Wordt toegestaan,
PUNT 2. Ontheffing bepalingen der Bouwver
ordening.
B. en W. stellen den Raad voor ontheffing
van art. 7 der Bouwverordening te verleenen
aan W. K. Kemper voor bouw van een werk
en bergplaats achter perceel Kerkplein.
De heer Prinsenberg vraagt eenige
inlichtingen omtrent den bouw van deze werk
plaats. Spreker heeft vernomen dat dit gebouw
van hout zal worden, wat toch zeer zeker ge
vaarlijk zou zijn voor de omgeving.
Dat is niet aan de orde meent de Voor
zitter.
De heer Prinsenberg meent dat dit wel
aan de orde is en herhaalt zijn vraag.
De Voorzitter blijft bij zijn meening.
De heer Otto meent dat de vraag van den
heer Prinsenberg toch niet zoo verkeerd is. De
Voorzitter heeft gelijk, het gaat nu slechts om
de rooilijn, doch waar de Raad in de volgende
aanvragen niet gekend wordt omdat dan B. en
W. hebben te beslissen, is het toch van belang
dat 'nier de aandacht wordt gevestigd op het
GR. HOUTSTRAAT 111—113 - HAARLEM
TELEFOON 671
Deze week wordt „een gebeurtenis"
voor Haarlem, want wij vertoonen
de fijngeestige Comedienne in
Een filmwerk vol overweldigende
pracht, welke zich afspeeld in het
oude China en het moderne New-York.
Subliem spelPrachtvolle fotografie
Kostelijke humorLuxueuse
interieurs. Kostbare gewaden en een
uiterst boeiende handeling. Dit alles
geeft U
Ons bijprogramma bevat o.a.
De dolste klucht sedert weken.
Zeer interessant.
TEL. 188.
OPGERICHT 1870.
plaatsen van een houten gebouw achter of
naast hotel „Vreeburg", in een hoek waar
rondom gebouwen staan.
De heer Laan antwoordt dat men heusch
niet bang behoeft te zijn dat B. en W. in deze
lichtvaardig zullen handelen. Het is daar een
gevaarlijk punt en de werkplaats zal heusch
wel van steen gebouwd worden, voor zoover
dit althans in zijn vermogen ligt.
De heer Van Nederhasselt sluit zich
bij deze woorden aan.
De ontheffing wordt daarop verleend.
B. en W, stellen den Raad voor aan A. de
Vries alhier ontheffing te verleenen van het
bepaalde bij art. 7 der Bouwverordening voor
den verbouw van een waranda tot serre achter
zijn perceel de Génestetweg 18.
Goedgekeurd.
PUNT 3. Benoeming Voorzitters en leden
van verschillende Commissiën,
De heer Kremer vraagt of de Commissie
welke thans moeien worden benoemd Commis
sies van advies of van bijstand zijn. Uit de
debatten in de vorige vergaderingen is dit niet
gebleken.
De heer de Roo van Alderwerelt
meent dat het bezwaarlijk zal zijn om thans
Commissie van bijstand te benoemen, daar
hiervoor dan toch eerst een verordening dient
te worden vastgesteld.
De heer Otto meent dat aan de hand der
wet het niet mogelijk is thans Commissies van
bijstand te benoemen. Er moet dan eerst door
het Dag. Bestuur een voordracht worden opge
maakt.
De heer Hr. L u d e n wil thans alle Commis
sies als Commissies van advies benoemen en
dan in een volgende zitting vaststellen welke
Comissies Commissies van bijstand moeten
worden.
De heer Otto zegt dat het niet wenschelijk
is om thans Commissies te benoemen. Spreker
zal dan ook zoo vrij zijn ter tafel van B. en W.
een motie te deponeeren, behelzende, thans
niet tot benoeming over te gaan doch B. en W.
op te dragen in de volgende zitting met een
behoorlijk plan ter tafel te komen. Spreker
ziet niet in de noodzakelijkheid dat juist op
den 20 September de Commissies moeten wor-