TWEEDE BLAD
„Bloemendaalsch Weekblad"
Plaatselijk Nieuws.
No. 50.
ZATERDAG 8 DECEMBER 1923
RLOEMENDAAL.
Vergadering van den Raad der Gemeente
Bloemendaal, te houden op Donderdag 13 De
cember 1923, des namiddags 2 uur ten raadhaize
te Overveen.
Agenda:
1. Ingekomen stukken.
2. Ontheffing bepalingen der Bouwverorde
ning.
3. Voorstellen inzake verzoekschriften: a. tot
vaststelling profiel Zandvoorterweg in verband
met demping sloot vanaf Houtvaart tot Teding
van Berkhoutlaan; b. om vergunning tot bouw
langs den Zandvoorterweg; c. om verleening
ontheffing van art. 7 der Bouwverordening,
4. Aangaan eener overeenkomst met Haarlem
inzake onderzoekingen bij het laboratorium voor
pathologische bacteriologie.
5. Voorstel tot weigering der gemeentelijke
vergoeding ex art. 100 L.O. wet 1920 aan het
Bestuur der R.K. Meisjesschool aan den Kor
ten Zijlweg.
6. Aanvulling der Woningbouwverordening.
7. Aankoop grond ter verbreeding van den
Zilkerweg.
8. Voorstel om niet te voorzien in de vaca
ture van vroedvrouw.
9. Vaststelling verordening, regelende de
rechtspositie der gemeente-ambtenaren.
Raadsstukken voor de vergadering van Don
derdag 13 December. Burgem. en Wethouders
deelen den Raad het volgende mede:
Wegens het in Uwe vergadering van 13/1S
October j.l. verleend eervol ontslag aan de ge
meentevroedvrouw met ingang tan 1 Novem
ber 1923, hebben wij onverwijld in vakbb len
een nieuwe titularis opgeroepen.
Inmiddels is in onze vergaderingen herhaalde
malen besproken of, door op een andere wijze in
de verloskundige behandeling te voorzien, in deze
gemeente geen bezuiniging kan plaats hebben,
zonder dat dit in eenig opzicht tot nadeel der
ingezetenen behoeft te leiden.
Wij hebben onderzocht, hoeveel verlossingen
gedurende de jaren 1921, 1922 en de eerste
10 maanden van 1923 door de gemeente-vroed
vrouw geschiedden, waaruit ons is gebleken, dat
het aantal geboorten, waarbij de hulp van de ge
meente-vroedvrouw werd ingeroepen, zich in
dalende lijn beweegt, hetgeen U uit onderstaand
overzicht gelieve te ontwaren.
GEBOORTEN:
met behulp van
Jaar, een dokter, Gem. vroed- Vroedvr. Totaal
vrouw van elders
1921 86 61 5 152
1922 96 50 6 152
1923 70 42 7 119
(tot 1 Nov.)
Voorts is door ons nagegaan, welke tarieven
de gemeente-vroedvrouw toepaste. Uit dit on
derzoek bemerkten wij, dat in bovengenoemd
tijdperk door haar geen enkele maal kosteloos
verloskundige hulp werd verleend:
voor 7 verloskundigen bracht zij f 25.in reke
ning per verlossing; voor 13 verlossingen bracht
zij f 20.in rekening per verlossing; voor de
rest f 15.
Ten slotte hebben wij tot de alhier geves
tigde artsen een schrijven gericht, met verzoek
om mededeeling, of zij verlossingen verrichten
en zoo ja, welke tarieven zij daarvoor in reke
ning brengen voor menschen met lage inkomens.
Van de heeren Bos, Lens en Westenburg moch
ten wij bericht ontvangen, dat zij genegen zijn,
bij on- en minvermogenden tegen een tarief
van f 25.verlossingen te doen, terwijl de heer
van Beusekom antwoordde, dat hij geen verlos
kundige praktijk uitoefende en tot heden geen
antwoord binnen kwam van de heeren Born-
water en Brongersma.
Vergoedt nu de gemeente een zelfde bedrag
als het tarief van de vroedvrouw minder bedroeg
dan dat van een arts, dan zal dit de gemeente
jaarlijks berekend naar de jaren 1921 en 1922
55 X f 10.is f 550.kosten, de aanstel
ling van een gemeente-vroedvrouw overbodig
maken ,meer in het belang zijn der on- of min
vermogenden en bovendien blijkens onderstaan
de becijfering bezuiniging voor de gemeente
meebrengen.
Kosten vroedvrouw:
Salaris f 1250.
Pensioensbijdrage f 193.75
Rijwieltoelage f 100.
f 1543.75
Bijdrage der gemeente voor verlos
kundige behandelingen van on- en
minvermogenden f 550.
f 993.75
Op grond van het vorenstaande hebben wij
de eer U voor te stellen, om:
a. te besluiten niet in de vacature van ge
meentevroedvrouw te voorzien en
b. de finantieele regeling der verloskundige
behandeling van on- en minvermogenden aan
Burgemeester en Wethouders over te laten.
Naar aanleiding van de omstandigheid, dat
ons voorstel om afwijzend te beschikken op het
verzoek van het Bestuur der R.K. Meisjesschool
aan den Korten Zijlweg te Overveen om toeken
ning over het jaar 1921 van de gemeentelijke
vergoeding ex art. 100 der Lager Onderwijswet
1920 aan ons om nader advies is teruggezon
den, hebben wij de eer U het volgende mede te
deelen:
Artikel 100 der Lager Onderwijswet 1920,
zooals dat luidde voor de wijziging van 16 Febr.
1923, stemde naar den inhoud overeen met ar
tikel 59 decies van de Wet op het Lager Onder
wijs van 1878, zooals die wet het laatst is ge
wijzigd bij de wet van 14 Juli 1919 Stbl. 493.
Genoemd artikel 59 decies is voor het laatst
toegepast over 1920, terwijl art. 100 der nieuwe
wet voor het eerst kan erlangen over het jaar
1921.
Bij de toepassing van artikel 59 decies der
oude wet over 1919 ten aanzien van de Chris
telijke school voor M.U.L.O. te Bloemendaal is
gebleken, dat dit artikel niet duidelijk aangaf,
op welke wijze die toepassing moest plaats vin
den en na een uitvoerige mondelinge en schrif
telijke gedachtenwisseling heeft Zijne Excellen
tie de Minister van Onderwijs, Kunsten en We
tenschappen als zijn meening te kennen gege
ven, dat het artikel moest worden toegepast op
de wijze als in ons eerste voorstel is aangege
ven. Daarbij werd echter nog niet uitgemaakt,
of het gemiddeld aantal kinderen, dat volgens
den Minister als grondslag voor de toepassing
moest dienen, moest worden berekend naar het
aantal leerlingen en onderwijzers van een wille
keurige openbare school of wel naar dat van de
gezamenlijke overeenkomstige openbare scho
len, aangezien toen ter tijd slechts sprake was
van een vergeljjking met één overeenkomstige
school n.l. de openbare school voor M.U.L.O.
Bekend is evenwel, dat de Raad der gemeente
Amsterdam èn over 1919 èn over 1920 een ver
gelijking maakte met het gemiddeld aantal leer
lingen per onderwijzer, berekend over alle
overeenkomstige scholen in die gemeente, ter
wijl over 1920 door den Raad dezer gemeente
een vergelijking werd gemaakt met een wille
keurige school, zulks overeenkomstig monde
linge aanwijzing, destijds ter Provinciale Griffie
verkregen. Beide toepassingen vonden bij den
Minister genade, zoodat nog nimmer vaststond,
welke uitlegging de juiste was.
Voor 1921 en volgende jaren geldt niet meer
het art. 59 decies der oude wet, doch artikel
100 der nieuwe wet. Dit nieuwe artikel werd
echter vóór de wetswijziging van 16 Februari
1923 nimmer toegepast. Bij de behandeling der
wijzigingswet is bij amendement van den heer
Gerhard c.s. aan het eerste lid een volzin toege
voegd, luidende: „Grondslag der berekening is
het gemiddeld aantal leerlingen per onderwij
zer aan de gezamenlijke overeenkomstige open
bare scholen", welk amendement door de Re
geering werd overgenomen, omdat het zich aan
sluit bij de praktijk van het Departement van
Onderwijs.
Waar nu de wijziging, welke de wet van 16
Februari 1923 in het oorspronkelijk artikel aan
bracht, berust op de overweging, dat de oude
redactie tot allerlei moeilijkheden aanleiding gaf
(zie de Handelingen der Tweede Kamer) is er
geen reden om zich bij de toepassing van het
artikel over dienstjaren vóór 1923 aan de minis-
terieele (niet vast omlijnde) uitlegging te hou
den, terwijl de bedoeling van den Wetgever
vaststaat.
In verband met het bovenstaande kunnen wij
niet anders dan ons eenmaal ingenomen stand
punt handhaven.
Een klein gedeelte van ons bosch tegenover
de stalhouderij van Gebrs. Böttger is met prik
keldraad afgezet en wordt voor plantsoen in
gericht waarin in het voorjaar bloemen komen
te staan. Dit gaat uit van eenige Koepellaan- en
Zomerzorgerlaanbewoners.
19 December e.k. geeft Sursum wederom een
uitvoering in hotel Vreeburg. Een zorgvuldig
programma is wederom samengesteld. Het mu
ziekcorps zal o.a. ook ten gehoore brengen een
van de bekendste Kerstliederen „Stille Nacht"
dat begeleid zal worden door klokkenspel. Te
vens is de medewerking verzekerd van de ci-
teerclub, een onderafdeeling van Sursum. Het
beloofd werkelijk wederom een mooie avond te
worden, degenen, die er den vorigen keer niet
geweest zijn, raden we dan ook ten sterkste
aan dezen muzikalen avond niet te missen.
De eerste sneeuwperiode hebben we thans
achter den rug. De jeugd heeft natuurlijk veel
van de sneeuw genoten. Ook de ouderen konden
aan alles merken, dat er sneeuw lag. Na eenige
dagen van dooi en dan weer vriezend weer,
was het geen sneeuw meer dat er op den weg
lag en bestond meerendeel uit bevroren mod
der. Zoowel het verkeer als de voetgangers on
dervonden hierdoor heel veel last en was het
bijna ondoenlijk er door te gaan, de weg bleef
zooals die was en van gemeentewege werd hier
aan niets gedaan tot groote ergenis van degenen,
die van deze nalatigheid het slachtoffer waren.
Eindelijk en ten leste werden de handen aan
den ploeg gezet en de modder weggeruimd. Het
werd meer dan tijd.
Weet het gemeentebestuur van Bloemendaal
niet dat er zoovele arbeiders werkloos zijn, 't Is
met het sneeuwopruimen niet gebleken.
Woensdag is het voor de leerlingen der ver
schillende scholen in onze gemeente een dag
van eenige beteekenis geweest. De goede Sint
is er weer geweest. En nog wel overal tegelijk.
En overal hetzelfde schouwspel, vragende, blijde
en toch angstige gezichten, overal een harte
lijke verwelkoming eerst door het hoofd der
school en daarna door de kinderen.
Wij laten hieronder volgen een verslag uit de
„Opr. Haarl. rCt." van de Gemeentelijke
M.U.L.O.-school, waarmede wij kunnen vol
staan, daar het op alle scholen ongeveer zoo is
toegegaan:
De Sint heeft op gewone stervelingen veel
voor. In de eerste plaats brengt hij aan ontel
bare kleinen uren van vreugde, in de tweede
plaats is hij overal tegelijk in ons lieve vader
land. Wij gewone menschen moeten ons be
perken tot één plaats en ditmaal was het de
M.U.L.O.-schooI waar wij een paar uurtjes blij
zijn geweest met de blijden en heel jong!
Om half twee kwam de goede Sint met Pie
terbaas en de schoolbel luidde „hij komt hij
komt!" Gezichten vol spanning aan de ramen en
toen toog het jonge volkje naar de gang om
Sint te verwelkomen.
Daar stonden ze in de gang en als Sint bin
nenkomt in statigen gang klinkt hem het wel
komstlied tegen: „De goede Sint komt weer in
't land".
De heer De Nobel accompagneerde uit de
verte, verscholen in de gymnastiekzaal.
Het hoofd der school, de heer IJzerman, ver
welkomde Sinterklaas, die wind en weer en
besneeuwde straten had getrotseerd om naar
Bloemendaal te komen.
Nu bracht de Sint aan de klassen een be
zoek, om de kinderen toe te spreken. Pieter
bleek erg lastig te zijn en moest in den hoek, tot
groot vermaak van de jeugd. Het leukste was
wel het gemeenschappelijk samenzijn in de
gymnastiekzaal, met ouders en personeel en
kleinen. Hier werden de kinderen weer toege
sproken en met den vriendelijken toon en den
vergevensgezinden geest van Sint, die het goede
wist te waardeeren waardoor de schuchterste
zijn vrees overwint en de Sint werkelijk de
kindervriend wordt.
Pieterbaas werd zelfs populair en werd door
de kleinen gestraft. Zoo vloog de tijd om onder
het zingen van liedjes, grabbelen enz. Elk kreeg
tot slot een mooie bal en drie meisjes wij
zullen de namen maar niet verklappen moes
ten bij Sint komen, niet om haar zonden op te
biechten, maar om een cadeautje in ontvangst te
nemen. Dat hadden zij ook wel verdiend.
Tot slot brachten allen den Sint zingende tot
aan de voordeur.
Het Kopje middelpunt van het sneeuwver-
maak. Was j.l. Zaterdagmiddag de drukte
vanaf „Het Kopje" al tamelijk groot, Zondag
middag spande de kroon.
De politie had reeds voorzorgen genomen. In
één richting, n.l. in die van de Boekhorst,
mocht slechts gereden worden.
Door het vele glijden was boven aan de baan
de sneeuw afgereden waardoor langzamerhand
de weg zoo glad was geworden, dat reeds aan
het begin de sleden een ontzaglijke vaart kre
gen, waardoor het niet mogelijk was, te rem
men.
Des middags, ongeveer te vier uur, kwam met
onbesuisde snelheid een slee in botsing met een
toeschouwer, den 21-jarigen B. L. uit Haarlem.
Deze kwam te vallen, sloeg met het hoofd te
gen den grond en bleef bewusteloos liggen. Hij
bloedde uit het linkeroor.
Dr. v. Beusekom, die spoedig ter plaatse was,
constateerde hersenschudding. Per ziekenauto
werd hij naar het Gasthuis te Haarlem over
gebracht. Oogenblikkelijk na dit ernstige voor
val verbood de politie verder het glijden.
Op het „Kopje" te Aerdenhout, we zouden
haast kunnen zeggen, het kopje van Bloemen
daal in „zakformaat", was reeds Zaterdagmid
dag enorme belangstelling. Een der „rijders"
stond beneden aan de baan te wachten met zijn
slee, toen een slee die van boven kwam „aan
vliegen", tegen hem aanbotste. Hij kreeg een
gapende vleeschwonde aan het rechterboven-
been en werd naar Dr. T ens gebracht, die hem
verbond, waarna hij per auto naar zijn woning
werd vervoerd.
HET „EUPHONIA"-CQNCERT.
Hot concert, diat de R.K. Muziekvereetiiging
„Bupbonia" te Overveen Zaterdagavond in
hotel Vreeburg voor dompteurs 'en gemoodigéen
©af, gaf aanleiding tot een groote exodus van
Overveen. naar Btoemenidaal. De ondernemer
van .de .autotm'sdienst was de concertbezoe
kers tegemoet gekomen, .door een pear extra
wagens te laten loopen, M'aar veel en veel'
grooter, dan bet aantal, dat 'van dle autobussen
gebruik macikte, was dat dengenen, die loopend
of per fiets naar Vreeburg trokken,Om 8 uur
was de groote -zaal tot in alle boeken dicht
bezet. Op zij van. bet podium prijkte het mooie
vaandei, dat de vereeniging voor eenige da
rten deeixhtig was 'geworden..
t' Concert werd geopend met be.t spelen van
„Le .Retour", marsch von H. Reuland1, welke
correct en pittig werd ten gehoore gebracht.
Na deze openlingsmarsoh nam- de voorzitter
der vereeniging, de beer Koelomij, bet woord',
die den- aanwezigen, bet gebruikelijke welkom
toeriep, ,en wijzend' op bet mooie vaandel, de
bijdri. ge,rs dank zegde voor bun steun1 en de
aanwezigen opiwekte, .donateur te worden vr.n
de vereeniging.
Hierna volgden „Historiëtte d'A.mtan" van
L. J. de Schepper en ,Jja Petite Ducbesse",
ouverthre van F. Riccius. De inzet van dit
laatste nummertje wits bepaald schoon, liet aan
zuiverheid niets te wenscben. Jammer dat dit
mooie nummertje één «ogenblikje ontsierd
werd door een dissonant, 'die zeker niet dn. de
partituur voorkwam.
De Vaandelmarsch, een compositie van den
directeur, den beer Lefeber, verwierf terecht
een langdurig applaus. Van de overige num
mers, die we nog hoorden, vermelden we nog
de „Mignonnetite-Ou'verture" van J. Bouman,
■die ook op zeer verdienstelijke wijze twerd ten
gehoore gebracht. Alleen de tempo's hadden
o.i. wat vlugger gekund', zoo ook die der
marschen. Een ooncert-marsch, of een con
cert-wals wordt in den regel gespeeld met
afwijking vi. n het marsch- of walstempo. Maar'
dat zijn kwesties van opvatting en hierover
valt niet te twisten. Evenwel, we kunnen niet
anders dan erkennen, dat de leiding van
„Euphonia" ia goede banden is. De directeur
beheers,ebt zijn corps gioed en, weet er wel uit
te halen, wat er in zit. De verschillende nu
ances kwamen goed tot hun recht, de veran
deringen in het tempo eveneens en we moeten
bepaald respect 'hebben voor den heer Le
feber, dat .hij zijn corps, voor bet grootste deel
doch maar uit arbeiders bestaande, die voor
kort vl-m toeten noch blazen wisten, in zoo
■korten tijd zoover beeft weten, te brengen. Om-
der de bekwame en rustige leiding zal dit corps
'dan ook zijn weg wel vinden-
In een de,r rustpoozen deelde de voorzitter
der vereeniging mede, dat in de bestuursver
gadering besloten was, toet Eere-voorzitter-
scbap over Euphonia aan den- beer J. Q. van
'Kessel, voorzitter van 'den R.K. Volksbond,
aan te bieden.
De beer van Kessel, in de zaal aanwezig,
antwoordde .hierop, dat hij zicb niet bewust
iwas, waaraan bij die eer te danken had- Hij
bad wel is waar de vereeniging altijd een goed
hart toegedragen, maar bij besloot dan toch, al
bad 't bestuur zijn bedenkingen te en het be
stuursbesluit niet ontzenuwd, 't eerevoorzit-
terscbap te aanvaarden;, 't Orchest antwoord
de hierop met een drietal fanfare- en 't publiek
mei een luid applaus. De muzieknummers
werden 'afgewisseld door voordrachten van le
den van de „Overveensche Rederijkerskamer".
We wisten niet, dat Overveen een dergelijke
vereeniging rijk was en nog: minder, dat er
zulke „kemiekelingen" onder de Overveen,ers
waren. Wat is er 'hartelijk gelach ten om de
„Twee leuke boeren" voor', «dragen door de
heeren Van der Veldt en Huibens, om „De
luitenant en de oppasser", waarvan de oppas
ser, die heer J. v. ,d. Veldt, een, kostelijk „tiep"
was, om „De verhuizing met hindernissen"
(v. 'd. Veldt), de Molen aam de Vliet (Huybens
en van, der Veldt).
Euphonia kan met trotsch op deze eerste,
welgeslaagde uitvoering terugzien,
N. Haarl. Crt.
R.K. Kiesvcreeniging „Recht en' Plicht".
Op de gehouden algemeen,e vergaderingen te
Overveen en Vogelenzang, waarop wegens be
danken, bestuursverkiezing aan. de orde was,
•is een nieuw bestuur gekozen, en als volgt
vastgesteld: J. W. Roozen, Hzn., voorzitter;
Q. A- van der Meij, secretaris; J. M. B. van
Vlijmen, L. J. M. 'Bouvy, mevrouw Scbons
Van Delft, W. Kromhout, Q. Bouwhuizen,
Meyfand en K- Kooiman'. De overige functi-eën
worden door bet nieuwe bestuur onderling ver
deeld.
VOGELENZANG.
Verkooping. Door notaris P. F. de Bor
des, te Haarlem, zijn verkocht perceel Leid-
•schevaart 30, hooper de heer J. P. P- Smit,
Schoten, voor f 2525.perceel Leidschevaart
32, kooper J. J. Uitendaal, Heemstede, voor
f 2800.perceel Leidscbevaart 34, kooper Q.
J. Smit, Heemstede, voor f 2630.
SCHAAKRUBRIEK.
Oplossingen, enz., te zenden aan den
Schaakredacteur van dit blad, Bloemendaal-
scheweg 42, Bloemendaal.
Eindspelstudie No. 4.
J. B. Hortfitz (1808—1883).
Stand der stukken:
Wit: Kd5, Dd7, Lc4.
Zwart: Ka8, Db8.
Partij No. 9.
Gespeeld te 's-Gravenhage, 2 April 1921, in
den wedstrijd van den Ned. Gymn. en H.B.S.'ers
Schaakbond.
Wit: Zwart:
C. J. v. H a s s e 11 L. G, v. Dam
(Den Haag) (Haarlem)
Noorsch Gambiet.
e2e4
1.
e7—e5
d2d4
2.
e5Xd4
C2-C3
3.
d4Xc3
Lfl—C4
4.
C3Xb2
LClXb2
5.
Pg816
Pgle2
6.
Pblc3 is wel het beste
6.
Pf6Xe4
0-0
7.
Pe416
Pe2-f4
8.
Pb8c6
Tfl-el f
9.
Lf8e7
Lb2\f6
10.
g7Xf6
Pbl—c3
11.
d7-d6
Ddl—h5
12.
Zwart is
totaal verloren. Wit had al één ze
eerder Dh5 kunnen spelen.
12.
Pc6e5
TelXeö
13.
d6Xt5
Dh5X17 f
14.
Ke8-d7
Tal dl f
15.
en Wit wint
(„Gymn.
"Schaakblad")
Oplossing Eindspelstudie No. 3.
Ph. Sta m m a.
Stand der stukken:
Wit: Kfl, Pe2.
Zwart: Khl, h3.
1. Pe2—g3f, Khl—h2; 2. Pg3—f5, Kh2—hl; 3.
Kfl—f2, Khl— h2; 4. Pf5—e3, Kh2—hl; 5. Pe3—
fl, h3h2; 6. Pflg3 mat.
Goed uitgewerkt door: H. dé Ruijter te Sant
poort; H. W. v. Dort te Schoten.
Voorts is bovendien Probleem No. 30 goed
opgelost door de heeren H. de Ruijter en H. W,
v. Dort.
