Postzegelrubriek Musique de scène pour le drame de André Alexande „Karadeo" van Vincent d'Ivy, was het afscheid van 't orkest. Belanglooze medewerking werd verleend door mevrouw Betsy Maks van Way-Dooremans, concertzangeres te Dordrecht en „Het Haarlem- schc Sextet" bestaande uit de heeren Th. Don kers, fluit; K. Lahnstein, hobo; A. Strikkers, kla rinet; W. Karpoff, hoorn; J. Bos, fagot en Hen drik Andriessen, piano. Mevrouw Betsy Maks van Way-Dooremans deed het publiek hooren Arie der Leonore aus der Oper „Fidelio" van Beethoven en" „Air de Lia" (L'enfant prodique) van Claude Debussy. Het geluid van een stem als Betsy Maks van Way doet meeleven de vreugde en het leed dat uitgezongen wordt. Een langdurig applaus viel mevr. Betsy Maks van WayDooremans ten deel. De bloemen waren dan ook meer als ver diend, gezien vooral 't feit waarvoor gezongen werd. „Het Haarlemsch Sextet" maakt een goeden indruk met Divertiments op 51 van Paul Juon, vooral de heer Hendrik Andriessen wist de con certvleugel passend te bespelen. Het is een avond geweest van kunstgenot, die echter nog beter zou zijn als er geen leege zitplaatsen over waren geweest. Waarachtig aan over-waardee- ring zullen de H.O.V.-leden niet gaan lijden. SPORT. Overzicht 2e Klasse (afdeeling II). Bloemendaal ontving reeds Zaterdagmiddag telegrafisch bericht dat het Neptunus-terrein af gekeurd was, en zal zich op een nader vast te stellen datum dus de lange reis naar Rotterdam moeten getroosten. Drie andere ontmoetingen gingen echter door. De meest verrassende uitslag was die van Con cordiaA.D.O. De studenten toch wisten een gelijk spel te bewerken, na langen tijd zelfs met 31 te hebben voorgestaan. Met inspanning van alle krachten gelukte het den Hagenaars, die hun kampioen-illusie's danig in gevaar zagen, ten slotte een draw te bewerken. Xerxes, thuis spelende tegen V.V.A., hield de eer aan zich, zij het slechts op het nippertje. In- tusschen hebben de Rotterdammers thans 1 ver- liespunt minder dan hun grootste concurrenten, hoewel dit voordeel relatief is, daar het pro gramma van A.D.O. veel lichter is dan dat der Rotterdammers, die nog enkele wedstrijden, vol voetangels en klemmen voor den boeg hebben. Onmogelijk lijkt 't ons daarom niet, dat ten slotte de ex-overgangers met den eere-titel gaan strijken. Zandvoort, dat A.F.C. recipieerde ging het aanvankelijk niet naar den vleeze. Ze stond twintig minuten voor tijd zelfs met 10 achter Toen brachten de stugge aanvallen der geel- biauwen de Amsterdamsche achterhoede zoo in de war, dat deze inéénstortte als een kaarten huis, waar de kampioenen dankbaar van profi teerden door 4 maal den bal langs Versluys, die overigens zijn doel in grootschen stijl ver dedigde, te trappen. Met dit al geven de kust bewoners er blijk van over een der sterkste, zoo niet het sterkste elftal dezer competitie te be schikken (ook hun doelgemiddelde bewijst zulks). Bloemendaal kan het zich daarom te meer tot een eer rekenen, op dezen geduchten ploeg tot nu de meeste veroverd te hebben! Voor Zondag staan op het programma; le. A.D.O.-Neptunus. We gelooven dat Neptu- r.us van haar Haagsche reis te vaster op de laatste plaats zal staan, want het wil er bij ons niet in, dat A.D.O. zich in de eindspurt nog een of meerdere puntjes zal laten afsnoepen, hoe hardnekkig ook de pogingen zullen zijn van de in degradatiegevaar verkeerende Rotterdammers. 2e. A.F.C.Xerxes. Dit is reeds een der wed strijden, waarop we doelden toen we schreven over voetangels en klemmen. A.F.C. is op eigen terrein bijzonder thuis, en weet daar een vlug en sluitend spel te ont plooien, zooals we nog van geen enkel elftal in deze afdeeling zagen. Daarbij komt dat Versluys c.s. nog in de gevaarlijke zone zweven, waardoor de prikkel tot een eervol resultaat te sterker is. Het zou ons dan ook niets verwonderen, als Xerxes hier een of zelfs meerdere veeren moest laten. 3e. BloemendaalV.V.A. Waar het protest van Concordia defenitief is afgewezen is Bloe mendaal thans buiten gevaar. Het is nu slechts zaak een plaats te bereiken, waarop het elftal recht heeft. Zondag is er gelegenheid voor, door van de Amsterdammers te winnen. We schreven reeds eerder over dien wedstrijd, en handhaven onze meening, dat het een eerezaak is de club van Jibben en Willigenburg te toonen, dat we anders kunnen spelen dan in Amsterdam, toen de ontmoeting zoo'n betreurenswaardig verloop had. „Fair play" Bloemendaal, dat was steeds je advies; wijk daar ook Zondag niet van af. Be steedt de aandacht eerst aan den bal, de laatste plaats slechts aan den man, en de overwinning is ons. Bloemendaal II beëindigt Zondag haar seizoen tegen Bennebroek, des 's morgens 10 uur aan den Brederodeweg. Hier is een overwinning ook een gebiedende eisch, wil men een behoorlijke plaats in den eindstand bereiken. Een sterk elftal is aangeschreven, dus hebben we wel vertrouwen op een Bloemendaal-zege. Bloemendaal III, dat met een gehavend elftal naar Beverwijk trok, kwam tot verwondering van vriend en vijand met een punt terug! Zou een reorganisatie van dit elftal het geneesmiddel zijn; dan dit voor 't volgend seizoen zonder ver wijl toegediend. Bloemendaal 4 tenslotte trekt naar de Span jaardlaan om H.F.C. 6 partij te geven. Ook hier verwachten we een succesje en rekenen op ge lijk spel! VAN HIER EN DAAR. Een Drama aan het Strand. Vele jaren is het reeds geleden, dat ik de kleine gemeente verliet, waar ik het levenslicht aanschouwde. Toch voert mijn weg mij nog dik wijls naar de streek mijner geboorte. Niet dat ik in de kleine gemeente zelf zaken te doen heb, dat gebeurt slechts zelden, maar in die streek heb ik vele klanten. De lezer zal reeds begrepen hebben, dat ik handelsman ben. Wanneer ik dan weder eens in de nabijheid van mijne geboorteplaats gekomen ben, ver zuim ik niet een familielid, dat daar woont te bezoeken. Zoo was ik dan op zekeren dag we der bij genoemd familielid te gast. Aangenaam was ik verrast, toen hij mij mededeelde, dat een vriend uit mijn jeugd zich ook daar bevond. Ge noemde vriend zal ongeveer een jaar jonger ge weest zijn dan ik. Ook hij was geboortig uit die kleine gemeente, evenals ik. Zijn vader had daar het beroep van geneesheer uitgeoefend. De goede man was nu reeds sedert lang dood. Mijn vriend had, evenals nu wijlen zijn vader, de studie ge kozen. Lang reeds was hij uit zijn geboorte plaats vertrokken, evenals ik. Elders hadden we een bestaan gevonden. Wel hadden we de vriendschap onderhouden, onderhielden een vrij geregelde briefwisseling, bezochten elkander wel eens, maar nu had ik hem toch in ongeveer drie jaren niet ontmoet. Ik nam mij dus voor hem te bezoeken. Naar ik vernam, had hij zijn intrek genomen in het beste logement van de gemeente Zoo wandelde ik dan na het tweede ontbijt de kleine gemeente in en begaf mij allereerst naar genoemd logement, waar ik echter mijn vriend niet aantrof. Hij bleek niet thuis te zijn, men wist mij ook niet te zeggen, waarheen hij zich begeven had. Bij mij zeiven mompelende, dat men, als men iemand noodig heeft, hem nergens kan vinden, terwijl men hem tegen het lijf loopt, als men hem niet noodig heeft, verwijderde ik mij en liep in gepeins verzonken verder. D<> vriend, die ik niet thuis getroffen had, hield mijne gedachten bezig. Mijn vriend had zijn moeder reeds jong verlo ren, hij herinnerde zich haar nauwelijks. Als kind had zijn vader hem dikwijls op de knie genomen en hem gesproken van zijn over leden moeder. Dan sprak de man; „Ze is voor altijd heengegaan, ze zal nimmer terugkomen." Mijn vriend vroeg, waar ze was en het antwoord luidde; „Ze is in den hemel." Mijn vriend vond het vreemd, dat zijn moeder was heengegaan, ze bad hem zeker niet zoo lief gehad als zijn vader want dan zou ze niet heengegaan zijn. Hij sprak deze gedachte uit. De vader zuchtte en zweeg en kuste hem. Mijn vriend groeide op. Toen hij veertien jaar, was scheen hij twintig. Hij was inderdaad 'n flin ke jongen. Ook had hij een prettig, opgewekt ka rakter, was eerlijk en open van aard. Hij hield van gekscheeren, kon geestig zijn. Toch was de grondtoon van zijn karakter ernst, diepe ernst. Zoo was hij als jongeling, tot man gerijpt had hij nog het zelfde karakter. Al mijmerende wandelde ik voort, nam den weg naar de haven, van zins zijnde daar een bad te nemen, daar het warm was. Hoe menig maal had ik dat gedaan met de vrienden mijner jeugd Hoe menig maal ook hadden we gewapend met de spade gegraven en dammen opgeworpen op het strand. Hoe wij bij het baden elkander op tilden en door het water droegen, het kwam mij alles weder helder voor den geest. Hoe levendig herinnerde ik mij nog, hoe mijn boezemvriend de vriend, dien ik niet thuis getroffen had, mij had opgenomen en mede in zee gedragen, zoo ver, dat de andere vrienden angstig werden en riepen, dat hij terug zou keeren. Zoo stoeiden en ravotten we als knapen in het water. Al spoedig was ik gekomen op de breede gras vlakte, die men over moet om te komen aan de uit ruwe sieenen samengestelde havendam- men. In gepeins verzonken liep ik voort, gevolgd door eenige koeien en een paard. Na een kwar tier ongeveer stond ik voor den havendam. Een der koeien bleek mij zelfs daar te willen volgen. Zij gaf echter al spoedig hare pogingen op en ik vervolgde alleen mijn weg. Er was een tijd, dat het smalle pad daar niet te vinden was, geen sprake van eenig pad op den smallen dam. Men moest eenvoudig zijnen weg over de ruwe keien nemen. Ik liep aldoor. Ik merkte op, dat in de ruwe steenblokken gaatjes te zien waren, wat mij deed vermoeden, dat men ze had doen springen door middel van kruit of dynamiet. Nog voor dat ik aan het einde van den dam gekomen was, had ik reeds opge merkt, dat ik niet de eenige was, die op dezen warmen zomerdag dit eenzame oord tot het doel van eene wandeling had uitgekozen. Ik ontwaar de in zee eenige zwemmers en baders. Bij scher per toezien meende ik zelfs mijn vriend te ont dekken, den vriend, dien ik niet thuis getroffen had. Dat was een gelukkig toeval. Ik besloot te wachten, tot hij uit het watergekomen zou zijn, hij zou mij dan wel opmerken en niet weinig verrast zijn. Ik liep tot het eind van den dam en tuurde in zee. Ik ontwaarde den top van een mast aan den horizon. Steeds meer werd de mast zicht baar, het schip naderde blijkbaar. Gedachten re zen bij mij op, hoe er zoovele eeuwen konden verloopen, voordat men tot de overtuiging kwam dat de aarde niet was 'n groot plat vlak, maar 'n groote bal. Waarom kon men in de Oudheid niet reeds opmerken, dat, als men in zee tuurt en een vaartuig ziet naderen, men eerst den top van den mast ziet en eindelijk den romp. Ik wendde den blik naar de baders en zwem mers. Een der zwemmers had zich, scheen het mij toe, zeer ver, te ver in zee gewaagd. Zijne makkers riepen hem dan ook luidkeels toe terug te keeren. Hij deed alzoo, of liever hij trachtte zoo te doen. Of hij mischien in een draaikolk ge raakt was, of wat dan ook, hij scheen niet terug te kunnen keeren. Een der zwemmers begaf zich naar hem toe, blijkbaar van zins hem te helpen. Spoedig had hij den in gevaar verkeerende be reikt. De laatst genoemde klemde zich echter zoo wanhopig aan den redder vast, dat zwem men onmogelijk werd en beiden al spoedig in de diepte verdwenen. Ik stond als versteend. Zwijgend en diep ge troffen nam ik den terugweg aan. Spoedig verspreidde zich de droeve mare door de kleine gemeente. Nu wachtte mij nog, ik durf wel zegen, een schok. Wie was de omgekomene? Ik heb reeds opgemerkt, dat mijn vriend zich on der de zwemmers bevond. Hij was het, die den dood in de golven gevonden had. En wie was de redder? Ik zou beter doen te schrijven de man, die getracht had mijn vriend te redden en zijn menschlievend pogen met den dood moest bekoopen. Het was een mij onbekende man. Dagen later spoelden de lijken aan het strand. Onder algemeene deelneming werden ze ter- aardebesteld op het kerkhof der kleine gemeen te. Dat ik bij de plechtigheid tegenwoordig was, spreekt vanzelf. Mijn vriend had mij weieens te kennen gegeven, dat hij op zijn geboorte plaats wenschte begraven te worden, maar dat die wensch betrekkelijk zoo spoedig en op zoo tieurige wijze in vervulling zou gaan, heeft hij nooit gedacht, B. Burgers Eerste Nederlandsche Rijwielfabriek te Deventer zond ons haar prijscourant van rij wielen voor het jaar 1924. In de inleiding wordt de bijzondere aandacht gevestigd op het model Superbe, een model dat op zeer veel punten belangrijk verschilt van de gewone modellen. De afwijkingen betreffen in hoofdzaak het gesmede kroonstuk in de voor- en achtervorken en deze, gecombineerd met de spe ciaal voor de Superbe ontworpen remmen, ma ken dit model tot een elegant rijwiel. De derde fabriek dezer firma te Roermond gelegen is thans ook in werking gesteld. Be langstellenden zijn zeer welkom. Den drukker van deze prijscourant ons compli ment voor de afwerking dezer prijscourant. KUNST. Orkest- en Operettevereeniging „Haarlem". Op 2 April a.s. geeft de Orkest- en Operette vereeniging „Haarlem" nog een voorstelling in den Stadsschouwburg Wilsonsplein. Door de vele aanvragen van menschen, die de vorige keer teleurgesteld moesten worden, heeft de vereeniging dit besluit moeten nemen. Daar het streven van deze vereeniging is, steeds iets nieuws te brengen, is het eerste gedeelte van het programma veranderd, zoodat het publiek, dat de vorige keer zoo gelukkig was een plaatsje te veroveren, in de gelegenheid gesteld wordt, nog een avond van vroolijke kunst bij te wonen. Lighaluitvoering. De netto-opbrengst der uitvoeringen, georganiseerd door den heer A. J. Meyerink, ten bate der Vereeniging tot bestrij ding der Tuberculose in Haarlem en Omstreken, bedraagt f 2849.05. SCHAAKRUBRIEK. Oplossingen, enz., te zenden aan den Schaakredacteur van dit blad, Bloemendaal- scheweg 42, Bloemendaal. Probleem No. 50. J. W. L o o y e n Sr., Utrecht. Mat in twee zetten. Stand der stukken: Wit: Kb6, De3, Tfl, Tf8, La2, Lh2, Pc4, Ph5, d4, e6. Zwart: Ke7, Tg3, Pf5, g4, g5. Dit probleem verwierf den 3en prijs in een wedstrijd van het maandblad „Der Schach- freund" (1899). Oplossing Probleem No. 48. E. A. S c h m i 11. (f) Stand der stukken: Wit: Ke6, Tg3, c3, e2, f2, g2, h4. Zwart: Ke4, c4, e5, e7, f6, h5. 1. Tg3f3, enz. Goed opgelost door: H. de Ruijter en H. Strij ker, beiden te Santpoort; C. v. Dort en H. W. v Dort', beiden te Schoten Voorts is Probleem No. 47 alsnog goed opge lost door de heeren H. de Ruijter en C. v. Dort, terwijl laatstgenoemde ook nog de goede oplos sing inzond van No. 46. Scherstprobleem No. 5. H. D. B. M e ij e r, Hilversum. Wit begint en geeft in 2 zetten mat. Stand der stukken: Wit: Kal, Pa3, Pa6, a2, b2, c2, c7. Zwart: Ka8, Tfl, a7, f7. Zelden werd een Schertsprobleem gecompo neerd, dat zóó humoristisch is als deze opgave van den oud-secretaris van den Ned. Schaak bond. Oplossing Eindspelstudie No. 7. Samuel Loyd (1841—1911). Stand der stukken: Wit: Kg3, Pe4, Ph2. Zwart: Kgl, h3. 1. Pe4—f6, Kgl—hl; 2. Kg3—f2, KhlXh2; 3. Pf6g4f, Kh2—hl; 4. Kf2—fl, h3—h2; 5. Pg4— f2f mat. Correspondentie. Aerdenhout, D. S.; Santpoort, P. J. W. B.; Schoten, J. J. H. B. In No. 48 faalt 1. Tg3g8 na 1.f6—f5 Scholen H. W. v. D. In uw 2-zet gaat ook 1. Lg8c4. Jammer! li. Ik zou ditmaal een overzicht geven van de voornaamste nieuwe zegels, welke in den laat- sten tijd zijn verschenen. Polen. In de eerste plaats zou ik willen wij zen op Polen, dat talrijke nieuwe zegels uitgaf. De uitgifte geschiedt wel een beetje vreemd. Dan weer een definitieve zegel, dan weer een hulpzegel (met opdruk van de nieuwe waarde). Successievelijk verschenen de 20.000 Mark op de 2 Mark, blauw; een nieuwe zegel van 20.000 Mark, olijfkleurig, 50.000 Mark, helgroen; 300.000 Mark, lila. Verder verschenen de volgende port-zegels- 20.000, 30.000, 50.000, 100.000 en 200.000 Mark. allen donkerblauw. Saargebied. In dit gebied verscheen een nieuwe dienstzegel. De koerseerende postzegel van 75 centime werd overdrukt in het zwart met het woord: „Dienstmarke". België. In dit land verscheen een nieuwe postzegel in het boekdruk-type van 1920, van 5 centime, grauw-zwart. Verder verschenen twee nieuwe pakketzegels n.l. 15 centimes en 3 francs, in het type van 1920—1921. Finland. Hier verscheen een nieuwe zegel van 75 Penni, geel. Griekenland. Een nieuwe zegel, van 20 Lepta in het type van December 1916, maar zonder het inschrift Prosorine Rubernesis. Italië. Ook hier weer een opdruk, n.l. 71/s cent. zwart op 85 cent., roodbruin. Portugal. Hier verscheen een nieuwe 40 C. zegel, kleur chocoladebruin. Hongarije. In het bekende „Zaaiers-type" verscheen 300 Korona, karmijnrood. Rusland. Hier verschenen in den laatsten tijd de volgende zegels: 1 kop. oranje (arbeider); 2 kop. groen (boer); 3 kop. donkerrood (soldaat); 4 kop. rose (arbei der); 5 kop. grauw-lila (arbeider); 6 kop. blauw (boer); 10 kop. donkerblauw (soldaat); 20 kop. donkergroen (arbeider); 50kop. heibruin (boer) en 1 Roebel rood en bruin (soldaat). Alle zegels zijn op dun papier gedrukt en ongetand. Verder verscheen een herdenkings serie voor Lenin. Ook deze zegels zijn op dun papier gedrukt en ongetand. Deze serie bestaat uit de volgende waarden: 3, 6, 12 en 20kop„ alle rood en zwart. Turkije. Hier verschenen: 18.75 Piaster grauw; 22'/:> P. helrood; 25 P. bruin; 50 P. grauw; 100 Piaster violet en 500 P, grauw-groen. Oostenrijk. Een nieuwe 10.000 Kronen zag hier het licht in een bruin pakje. JANSEN. BURGERLIJKE STAND. GEBOREN, z. van P. J. Bremer en H. A. Koek; z. van G. D. W. Boissevain en E. van Rossem; 2 d. van P. Veenstra en J. Elzenga. GETROUWD. J. A. Heertjes en M. E. Freck- mann. W. J. Dankmeijer en C. E. Weesing. OVERLEDEN. I. L. J. E. E. Bispinck, 63 j. GEVONDEN VOORWERPEN. Terug te bekomen bij: Hesselink, Zuidersta tionsweg 7 Bloemendaal, een blauwe mantel ceintuur; Post Aerdenhout, een katoen bloem- werkje in wit papier; H. v. Berg, Delftstraat 30 zwart Haarlem, een paar bruine beenkappen; J Zwiersen, Rollandspad 17 Overveen, een En- gelsche rijwielsleutel; Vis, Julianalaan 12 Over veen, een blauwe duif; C. Braas, Westerduinweg 9 Aerdenhout, een verm. gouden dasspeld; A. Meier, Duinvliedspad 3 Overveen, een groen zadeldekje; Pouwer, Lage Duin en Daalscheweg 1 een airedaele-terrier; aan het bureau van po litie te Overveen een medaillon met kettinkje, een kinderwerkmandje, een zwarte rijwielpomp, een grijze handschoen, een vijzel, een zakje met boterhammen, een witte gummibal. KERKAGENDA. Zondag 16 Maart. BLOEMENDAAL. NED. HERVORMDE GEMEENTE, v.tn. 10 uur Ds. H. A. C. Snethlage, Pred.-Directeur van het Diaconessenhuis te Den Haag. 's av. 5 uur Ds. J. C. van Dijk. .1ONGEL1EDENSAMENKOMST in gebouw ..Maranatha" des voormiddags 10 uur, de Heer J. IJserinckhuyser van Amsterdam. GEREFORMEERDE KERK, voorm. 10 uur, Ds. Joh- C. Brussaard. n. m. 5 uur, dezelfde. OVERVEEN. LOCAAL OPENBARE SCHOOL, v.m. 10 uur Ds. J. C. van Dijk. SANTPOORT. NED. HERV. GEMEENTE, voorm. 10 uur Dr. G. A. van den Bergh van Eysinga. „Geloofsvrijheid" 2 Tim. 2:9b. EVANGELISATIE des voormiddags 10 uur. Ds. ten Kate te Heemstede.

Krantenviewer Noord-Hollands Archief

Het Bloemendaalsch Weekblad | 1924 | | pagina 6