C£ TWEEDE BLAD nthraciet W. P. HOED Brandst.handel 311 Fourniturenhandel Schoorsteenmantels inmenten Bloemendaalsch Weekblad" ZATERDAG 19 JULI 1924 Inmaak-Perkament Flesschen-Lak ÏAARLEM - DEN HAAGI - ZAANSTREEKI HAVANAHOUSE Korte Kleverlaan 1 4 Telefoon 22350 SCHOENMAKER -R. 147, TEL. 2346 ND WERKEN SEER-IN RICHTING GEMEENTERAAD. J van H. DE MOi fle Breukstraat - HAARLEM ION 1781 ST1KKER1J iatweg 205, Schoten PLAATSELIJK NIEUWS. BLOEMENDAAL. FRAGMENTEN. HP 3UIFL s No. 29. Telefoon 22045 Boekhandel P. ST1NS Pz. Boekhandel P. ST1NS Pz. Telefoon 22045 P.J.KEMPENAAB&CO. In tusschen 4 maal per week 2 maal per week HONCURREERENDE TARIEVEN! VLUGGE BEDIENING Cantoor en ligplaats: Donkere Spaarne 20, Tel. 1814| PENSION voor alle soorten Huisdieren. KLEIST, Houtvaartspad 206 bij de Pijlslaan. Verschillende rashon den te koop. verkoopt uitsluitend kwaliteit| Sigaren, diverse Import Sigaretten. Garenkokerskade 20 Gaelstraat 26 Haarlem (Vervolg Raadsverslag le blad.) Vrijdagmiddag 2 uur vergaderde de Raad onzer Gemeente. Voorzitter Jhr. A. Bas Backer. Afwezig de heeren Hogenbirk, Prinsenberg, Blankevoort en Kremer. Aan de orde is: PUNT 17. Wijziging Bouwverordening. De Raad der Gemeente Bloemendaal; de wen- !schelijkheid overwegende om artikel 26 der bouw verordening in dien zin aan te vullen, dat ook het verwerken van licht ontvlambare stoffen in houten gebouwen verboden is; Gelet op het advies der Gezondheidscommis sie dd. Gehoord het voorstel van Burgemeester en Wethouders en van de Commissie voor de straf verordeningen; De heer Otto acht het wenschelijk het verwer ken van licht ontvlambare stoffen te schrappen, j gezien iemand die in zijn schuurtje dan hout hakt, 'bemoeilijkt kan worden. De heer Schulz spreekt zijn vertrouwen uit in B. en W„ dat zij niet in absoluut ongevaarlijke [uitoefening van arbeid zullen ingrijpen. De heer van Kessel wijst erop dat indien deze verordening niet in het bedrijfsleven van een zeker persoon ingrijpt, die een meubelmakerij heeft in een houten gebouwtje, zich er wel mee I kan vereenigen. Hiermede zal rekening gehouden worden. Het voorstel van B. en W. wordt aangenomen. PUNT 18. Openstelling terrein Hugo Muller. De heer Otto begrijpt niet waarom dit terrein niet wordt opengesteld, daar de burgerij er niets J aan 't geboomte kan vernielen, hoogstens de be- irossing. 1 De Voorzitter antwoordt dat niet een gedeelte |van de duinen aldaar opengesteld kan worden, daar het publiek dan teveel beschadigd. De heer Otto betoogt dat in het Oosten van ons land aan de afsluiting niet zoo de hand gehouden wordt en aan verbod om in de bosschen te toe- Floresstraat 71 - SCH0TE^ r prettig en tevens bestelt dan reeds oodigden voorraad slakken, geen gruis vQE ZOMERPRIJZEN 17, 19 - Tel. 773 De heer Schulz wijst erop dat juist het verbod de goede natuurvrienden treft en niet de kwaden, de laatsten gaan er toch in. Een voorstel van de heer Otto om advies in ■te winnen bij de houtvester en af te wachten op de uitwerking van de plannen voor een vrije speelplaats, wordt aangenomen met algemeene stemmen. PUNT 19. Ontheffing bepalingen der Bouwver ordening. 1. Een verzoek van W. Middelhoven voor bcuw eener garage aan den Ter Hoffsteedeweg, 'wordt ingewiligd. 2. Een verzoek van E. H. Veenstra van Dor sten voor vergrooting van een schuurtje aan de Oranje Nassaulaan bij perceel no. 56; wordt gun stig beschikt. 3. Een verzoek van de firma Joustra voor bouw van acht woningen aan de Julianalaan en [Wilhelminalaan; wordt toegestaan. 4. Een verzoek van B. Stals, voor bouw van en houten schuur in den tuin van perceel Bloe- endaalscheweg 35. B. en W. stellen voor, op dit verzoek afwijzend [te beschikken, aangezien het hun niet gewenscht oorkomt om met het oog op de hoogte van de chuur de gevraagde ontheffing te verleenen, me- in verband met ingebrachte bezwaren van een omwonende. De heer van Kessel stelt voor den heer Stals deze vergunning toch te geven. De Voorzitter leest een stuk voor van de om- onenden, waarin erop gewezen wordt dat deze chuur van 4 M. hoog het licht en de lucht aan en ontneemt. De heer van Kessel zegt, dat de heer Stals enegen is de schuur zoo te plaatsen dat de om- onenden zoo veel mogelijk in hun grieven wor- en tegemoet gekomen. De heer de Waal Malefijt heeft de zaak beke- en en vindt dat den omwonenden wel degelijk st wordt veroorzaakt. De heer Otto acht het van belang dat de z.g, ,nijveren" in onze samenleving niet te zeer wor sen belemmerd. Het algemeen belang, is hier één ame en deze wordt door den aanvrager nog te gemoet gekomen. Het voorstel van B. en W. om den heer Stals ;een vergunning te verleenen wordt aangenomen, ■de Reparatie Inrichting lage prijzen ne Vleeschwaren, Grutterswaren PRIMA KAASSOORTEN 55 cent per pond SO cent per pond ALLC^ 60 cent per pond VOL VET 30 cent per pond ige tegen de prijzen van en 50 cent per pond >egezonden een prijscourant van E WIJNEN tegen stemmen de heeren van Kessel, Nuyens, Otto en Verdegaal. 5. Bij schrijven van 8 Juli 1924 verzoeken de heeren Joh. Meeuwig en Jan Kok Uwen Raad beleefd doch dringend om, als U tot ongewijzigde vaststelling van het ontwerp-uitbreidingsplan voor het terrein tusschen den Vijverweg en de Klever laan mocht overgaan, hun ontheffing te willen verleenen van het bepaalde bij art. 7 der Bouw verordening. Een moti4 van de heer de Waal Malefijt om geen enkele afwijking van de Bouwverordening toe te staan, wordt aangenomen, met de stemmen van de heeren Otto en de Roo van Alderwerelt Toegestaan wordt te bouwen langs de rooilijn onder A op teekening aangeduid. PUNT 20. Ingekomen stukken. 1. Voorstel Mr. P. Tideman om een schikking aan te gaan ter zake van zijne nota. B. en W. stellen voor, dit adres te stellen in handen der Grondcommissie om advies. De heer Otto vindt het eigenaardig dat deze zaak in handen van de Grondcommissie wordt gegeven. De heer Otto vindt dat de Juridische commissie hier bij te pas moet komen. De Raad heeft zich uitgesproken dat de heer Tideman geen vordering heeft op de Gemeente. De heer Laan ziet dat gescheiden, de heer Tideman wil een stuk grond huren, de vordering op de gemeente bestaat niet meer. De heer Otto ziet duidelijk dat het voorstel van den heer T. een schikking beteekent. Anders gaat de heer Tideman misschien procedeeren met B. en W. Het voorstel van B. en W. wordt aangenomen. 2. Bezwaarschrift der St. Thomas a Villa Nova stichting inzake aansluitingsrecht waterleiding perceel Zijlweg no. 69c. De heer van Kessel stelt voor een onpartijdig persoon te benoemen om te taxeeren. Spr. stelt voor den heer de Kruyff. De Voorzitter betoogt dat er uitgemaakt moet worden of de schatting van de Waerelidingcom- missie en B. en W. onjuist is. De heer van Kessel noemt de St. Thomas a Villa Novastichting niet een courant gebouw en acht de gestelde huurwaarde te hoog. De heer Schulz vindt de geschatte huurwaarde van f 1500.bij een bouwsom van f 50.000.niet te hoog. De heer Nuyens stelt voor te wachten tot de heer Prinsenberg terug is, daar de heer P. er het juiste inzicht in heeft. Door B. en W. is het volgende schrijven aan den Raad gericht: Naar aanleiding der ons door den Raad in de vergadering van 20 Juni j.l. gedane opdracht om een onderzoek in te stellen omtrent de aanvrage van de Woningbouwvereeniging „Bosch en Duin", tot verhooging van het bouwvoorschot voor den bouw van 56 middenstandswoningen, met f 35000. hebben wij de eer U het volgende mede te deelen. Het oorspronkelijk voor dezen bouw door den Raad toegestane bedrag is groot f 772.800.waar- ir. begrepen een bijdrage a fonds perdu van Rijk en Gemeente van te samen f 375,360. Volgens de bepalingen van het voorschot heeft de Gemeente voor het bedrag van het eigenlijke voorschot, f 397.440.le hypotheek op de hui zen. Oorzaken der aanvrage. In de begrooting van het bouwvoorschot zijn door den architect verzuimd op te nemen bedragen o.a. voor; a. renteverlies tijdens den bouw, b. erfpachtscanon tijdens den bouw, c. aansluitingsrecht en aansluitingskosten der waterleiding. Niet ontkend mag worden, dat ook van gemeen tewege bij de verleening van het voorschot hierop gelet had moeten worden. Déze bedragen zijn door de Vereeniging gedeel telijk uit hare gewone exploitatiemiddelen betaald en is dit oorzaak dat de Vereeniging thans belang rijk achter is met de betaling der verschuldigde annuïteiten. Deze posten vormen te samen een bedrag van f 20.499.75. Wordt het bedrag van het voorschot verhoogd, kan kan de achterstand der Vereeniging hierdoor met Je Gemeente verrekend worden en mag geacht worden dat de betaling der annuïteiten geregeld kan plaats vinden. Als een der verdere oorzaken van de ontoerei kendheid van het voorschot moet genoemd worden de bij de aanbesteding gemaakte bepaling dat even- tueele loonsverhoogingen aan den aannemer ver goed zouden worden. Hoewel deze bepaling zeker niet goed te keuren is, is de vereeniging tot de betaling van het hieruit voortvloeiende bedrag, groot f 9725.141'», contrac tueel gebonden en moet dit bedrag door de Ver eeniging dus betaald worden. Door de Vereeniging nog te betalen bedragen. Te verrekenen met de Gemeente voor rente tijdens den bouw en aansluiting enz. der waterleiding Aan den aannemer Seegers Aan den architect de Wijs f 20499.75 13906.10 3187.40 Samen rond f 38000. Conclusie. Waar uit het bovenstaande blijkt dat de aange vraagde verhooging van het bouwvoorschot noodig is om de Vereeniging in staat te stellen de nog onbetaalde bedragen van den bouw der huizen te voldoen, adviseeren wij U het door B. en W. voor gestelde ontwerp-besluit te bekrachtigen, met dien verstande dat daarin gelezen wordt; „ten bedrage van ten hoogste acht en dertig duizend gulden". Wij meenen dit advies te kunnen geven, omdat ons bij de besprekingen bleek, dat bij het bestuur de ernstige wil voorzit om de bestaande moeilijk heden op zoo goed mogelijke wijze af te wikkelen en uit de exploitatie-begrooting blijkt dat ook na de verhooging van het voorschot een sluitende exploitatie der woningen mogelijk is. Omtrent de bedragen te betalen aan aannemer en architect meent de commissie nog te moeten opmerken dat de beschikbaarstelling door B. en W. van deze posten, slechts zal mogen plaats vin den wanneer de woningen behoorlijk zijn opgele verd en de herstellingen, genoemd in het rapport der deskundigen dato 13 Febr. 1923, volledig ver richt zijn. Of het bedrag aan den architect nog te betalen zal zijn, dient in overleg met het bestuur der Ver eeniging en den rechtskundigen adviseur der Ge meente, een ernstig punt van overweging uit te maken, daar het bestuur van meening is dat, bui ten de verplichtingen van den aannemer, vele ge maakte fouten oorzaak zijn van onvoldoende lei ding en nalatigheid van den architect. Voorstel van B. en W. wordt aangenomen, te gen stemmen de heeren v. Kessel, Nuyens en Ver degaal. 3. De heer Luden betoogt dat de Wethouders nooit gevraagd hebben om verhooging van sala ris. Gezien echter de werkzaamheden van de wethouders, vindt spr. f 1250.per jaar veel te weinig. De heer Otto stelt voor, gezien B. en W. niet in beroep gekomen zijn tegen het besluit van Ge deputeerden dit jaar te accepteeren. De heer Schulz is het eens met den heer Luden en stelt voor 't volgende jaar wel in beroep te gaan, want een salaris van 1250.per jaar voor een Wethouder van Bloemendaal is toch wel wat beknepen van Gedeputeerden, 4. Verzoek van de Vereeniging Bloemendaal's Bloei om subsidie van f 600.voor 't Koning- innefeest. De heer Otto stelt voor gezien het initiatief van particulieren uitgaat, dit zonder discussie aan te nemen. De heer Schulz verklaart zich principieel tegen het houden van dergelijke feesten en wenscht als tegenstemmer aangemerkt te worden. De subsidie wordt aangenomen. Naar aanleiding van de circulaire van den Com missaris der Koningin dd. 9 Juli 1924, betreffende periodieke aftreding van het College van Zetters, deelen Burgemeester en Wethouders mede, dat in 1924 aan de beurt van aftreding de heeren J. G. van Kessel, A. Koolhoven en H. Hogenbirk, (in 1926 moeten de andere leden, de heeren A, J. de Waal Malefijt, P. Verdegaal Rzn en E. W. A. van Nederhasselt .aftreden). Burgemeester en Wethouders geven in overwe ging, de door den Raad op te maken lijst van per sonen ter benoeming tot Zetters voor 's Rijks directe Belastingen aan den Commissaris der Koningin in te dienen in de navolgende volgorde; vacature J. G. van Kessel: 1. J. G. van Kessel, 2. D. Blankevoort Dzn. vacature A. Koolhoven: 1. A. Koolhoven, 2. S. P. Rijnierse. vacature H. Hogenbirk; 1. H. Hogenbirk, 2. A, J. Prinsenberg. Wordt aldus aangenomen. De heer van Kessel stelt de vraag aan B. en W, of het mogelijk is dat de minder gesitueerde ouders in Aerdenhout hun kinderen kunnen sturen naar de Lagere School te Aerdenhout of dat het moge lijk is dat de gemeente bijdraagt in de kosten van de meerdere le rkrachten. B. en W. zullen dit onderzoeken. Punt 21. Bespreking van de reorganisatie der Brandweer. De heer Luden brengt een woord van hulde aan de burgerij die zich vrijwillig heeft aangebo den als „Brandweer". Spreker vindt het van be lang dat hier het goede willen van de burgerij niet wacht op de arbeid der Overheid. Spreker is er 1 voor dat een kern van gemeentelijke brandweer blijft bestaan, doch spreker aprecieerd het dat er velen in deze gemeente altijd bereid zijn om brand te bestrijden. De heer Schulz brengt ook zijn hulde aan dit initiatief, in een plattelands-gemeente is het van belang dat er een vrijwillige brandweer bestaat, gezien de brandweerorganisatie nimmer kan zijn als dit in de steden het geval is. De heer Nuyens vraagt het oordeel van B. en W. De Voorzitter hoort liever eerst den Raad. De heer de Waal Malefijt zou de gemeentelijke brandweer niet geheel willen uitschakelen. De Voorzitter geeft toe dat er een drang uit gaat van de burgerij die goed te noemen is. De geheele brandweer echter uit handen geven acht de Voorzitter niet goed. De heer Laan wijst op plaatsen als Wormerveer en Haarlem waar ook een vrijwillige brandweer naast de gemeentelijke brandweer bestaat. Het technische beleid der brandweer behoort echter in handen te blijven van bevoegde personen en t liefst onder overheids-beheer. Aan de vrijwilige brandweer wil spreker geven een motorspuit met toebehooren. De heer van Nederhasselt vindt het toe te jui chen dat dit initiatief genomen is en ziet er een voordeel in gelegen dat het alarmsysteem verbe terd wordt, daar de meester der vrijwillige brand weer beschikt over vele telefoons. Spreker zou er dan mede willen werken dat dat er een samen werking tot stand kwam tusschen de gemeentelijke en de vrijwillige brandweer. De heer Otto ziet veel tegenstrijdigheden in de besprekingen. De menschen van den tegenwoordi- gen tijd kunnen zich maar niet onttrekken aan deze fataliteit dat niets goed kan gaan buiten de overheid. De heer de Waal Malefijt acht de brandweer ondergebracht bij de politie, vooral des nachts, van groot belang, daar de politie dan wakker is en gereed.Concurrentie tusschen de beide brand weerkorpsen is altijd een doelmatige bestrijding van brand. De Voorzitter vraagt wat de oplossing is die den heer Otto het beste zou achten. De heer Otto bestrijdt de idee dat de vrijwillige brandweer zelf de slangen droogt en 't materiaal behandeld. Natuurlijk zal de vrijwillige brandweer indien er materiaal gegeven wordt door de ge meente, de zeggingschap en behandeling van 't materiaal door de gemeente aanvaarden. Laten wij deze zaak eens royaal aanpakken. De heer van Nederhasselt zegt op het ze'fde standpunt te staan als den heer Otto. Het brand- fcluschmateriaal behoort voor beiden hetzelfde te zijn. Spreker stelt voor dat een combinatie ge zocht wordt die samenwerking tot stand berengt tusschen gemeente en vrijwillige brandweer. De heer Luden waarschuwt vooral de overheid niet geheel en al uit te schakelen. De overheid heeft nu eenmaal de bevoegde menschen, o ndat zij overheid is, die absoluut onmisbaar zijn. Welk materiaal gebruikt zal moeten worden is nu nog vervallen in details, het principe hoe staan wij tegenover de hulp van vrijwillige brandweer is nu voldoende belicht. De heer de Waal Malefijt herhaalt wel voor gemeentelijke en vrijwillige brandweer te zijn. Alles alleen overlaten aan vrijwillige brandweer beteekent geen verbetering, want zouden die men schen vlugger en beter zijn dan 't gemeente-per soneel? De heer Schulz wil alleen een practische be schouwing geven. Het gaat niet om 't principe overheidszorg en particulier initiatief, het gaat om de kwestie hoe krijgen wij de beste brandweer, Het moet worden een edele wedijver, dat er ge zorgd wordt dat hier zoo weinig mogelijk plaats heeft. De heer van Nederhasselt wijst in zijn antwoord aan den heer de Waal Malefijt erop dat, door de telefoon die de particulieren hebben, wel degelijk vlugger bij den brand kan komen. De heer Otto wijst erop dat plaatsen als Rot terdam, den Haag, Zaandam, Utrecht enz. een vrijwillige brandweer hebben die klinkt als een klok. Indien B. en W. deze zaak tot October rek ken, dan is de zaak dood; het particulier initia tief laat zoo niet met zich sollen. De heer Laan is het particulier initiatief alge- vallen zoodra hij Wethouder was, besluit de heer Otto. De heer van Nederhasselt weerlegt het dat B en W. de zaak op de lange baan schuiven. Laat de heer Otto zoo spoedig mogelijk komen met andere voorstellen voor de Raad, dan zal spreker er ook aan meewerken dat dit zoo spoedig mogelijk behandeld wordt. De heer Laan wijst erop dat zoolang hij Wethou der is altijd het particulier initiatief opgehouden heeft, spr. wijst op zijn houding t.o.z. van de rei niging. De heer Otto stelt voor de vrijwillige brand weer als organisatie bij stemming te erkennen. De Voorzitter zegt toe dat dit wel momenteel gemaakt kan worden door samenwerking. Doch de kwestie van het materiaal zal later onderzocht worden. Met algemeene stemmen wordt de vrijwillige brandweer Bloemendaal erkend. Rondvraag. De heer De Waal Malefijt vestigt de aandacht op de Zeeweg, het gevaar voor de fietsen door d< zandhoopen, ook in voetpaden zijn gaten van M. diep. Er moet noodig een zandopruiming plaats hebben. De heer Laan antwoordt dat wanneer dit goed aangepakt moet worden, dit eenige duizende gul dens kost. Er zijn in Bloemendaal meer wegen te behandelen, doch er moet meer geld komen, want van de 30.000.die er nog voor de wegen zijn kan alles niet opgeknapt worden. De heer Otto wijst erop dat de Zeeweg gebruikt wordt voor 't inrijden van motorfietsen en auto mobielen. Is het niet mogelijk dat dit niet meer gebeurt. B. en W. kunnen desnoods een der beide wegen afsluiten voor 't automobielverkeer. Spreker dringt erop aan het misbruiken der weg te beletten. De Voorzitter betoogt dat indien er voor de politie een motor met zijspan disponibel is, dit er toe bijdraagt dat verschillende bepalingen op het vervoer beter en doeltreffender worden gehand haafd. De heer Laan stelt voor één weg open te stel len voor automobielen en motoren en één weg voor rijwielen en voetgangers. De Voorzitter acht het van belang dat de Raads leden dat in studie nemen. De heer van Kessel wijst nog op den wegentoe stand in Aerdenhout en dringt aan op besproei ing aldaar. De heer Laan zegt toe dat Aerdenhout met spra- mex behandeld zal worden. Hierna sluiting. Vrijdagavond concerteerde „Euphonia" in het Bloemendaalsche bosch op het aardappelveld. De opkomst van het publiek was ook thans weer tamelijk groot en wat heel veel wil zeggen; thans geen stofwolken. Gelukkig hield het weer zich tamelijk goed. Koninginnefeesten. In vervolg op een bericht in ons hoofdblad om trent de te houden feesten op den verjaardag van onze Koningin kunnen wij thans reeds het vol gende programma publiceeren. Optocht met versierde rijwielen, aanmelding vóór 10 Augustus a.s. bij den heer W. F. G. Dankbaar, Brederodelaan 15, Bloemendaal. Athletiekwedstrijden: Driekampen, loopen, werpen, springen. Voor Juniores A, 14 en 15 jaar; voor Juniores B, 16, 17 en 18 jaar; Seniores daar boven, estafette, 4 maal 80 meter. Deze wedstrijden worden gehouden onder goed keuring en volgens de bepalingen der N.A.U. en zijn opengesteld voor: 1, Inwoners van de ge meente Bloemndaal; 2. Leerlingen van Bloemen daalsche Scholen; 3. Leden van Bloemendaalsche Sportvereenigingen; 4. Personen, werkzaam bij een Bloemendaalsche firma of bedrijf. Aanmeldingen vóór 15 Augustus bij Chr. de Vries, Verbindingsweg 34, Bloemendaal. Kinderfeesten: Draaimolen, poppenkast, gooche laar, enz. Volkswedstrijden: voor mannen en jongens: Tonste'ken, wedloop met hindernissen, mastklim- men, blaastrappen, karretje rijden. Voor dames en meisjes: Bloempotjesloopen, fietsrijden met hindernissen, eierenloopen. Aanmelding voor bovenstaande wedstrijden vóór 10 Augustus a.s. bij de heeren A. E. Beek man, Bloemendaalscheweg 107, Bloemendaal, G. Cornelisse, Bloemendaalscheweg 18, Bloemendaal, B. Doorn, Joh. Verhulstweg 56 (Duinlustpark), H. Freudenborg, Zijlweg 6, Overveen. Vogelschieten: Aanmelding bij den heer Alb. Bos Hzn., Zijlweg, Overveen, Tot slot: Avondfeest. Opening Sigarenmagazijn. Woensdag 16 Juli j.l. opende de heer B. Hombroek en zusters aan de Korte Kleverlaan, tegenover „de Centrale" een naar de eischen des tijds ingerichte zaak in tabak, sigaren en sigaretten, genaamd „De Toerist". Het perceel ziet er keurig uit, zoowel aan de winkelbetimmering, door Gebrs. Verduin, als het schilderwerk, door B. Stals en Zn., is de uiterste zorg besteed. De electrische installatie is uitge voerd door den heer C. J. Cassee. De ondernemer heeft zorg gedragen voor een groote keuze van rookbenoodigdheden, die goed gerangschikt in de etalage worden tentoongesteld lerhooging aan huis bezorgd SSCHEN en ONDULEEREN f 1.25 KEN In elk genre. RAAT 69 - Telef. 883 h beleefd aan voor het leveren van lemslraat 7 SCHOTEN >E LIGHAi. Een Levensverhaal. Aan den door Fenna de Meyier vertaalde en bij uitgeversmaatschappij „Elsevier" te Amster- im uitgegeven roman „De Gebrekkige met de .anden van Licht", van Edouard Estaunié ontlee- nen wij het volgend levensverhaal. „Als jonge man, ontmoette ik te Parijs een vrouw, die per slot niet beter of niet slechter was n anderen die als fatsoenlijk bekend staan, moest weldra naar de provincie om mij op een Notariskantoor in te koopen; ik had een beetje Beid; de vrouw was vrij en begeerenswaardig; wij ■ngen dus samen wonen, als reizigers die door het toeval naast elkaar zijn komen te zitten en die Bes te meer van hun samenzijn genieten, omdat Hj zeker zijn zoo dadelijk te worden gescheiden.. ®n toen het uur kwam van uit elkander te gaan, ■sheidden wij als goede kameraden, dankbaar, Blaar ook berustend. Wij hadden samen heerlijke HL ij11 ^00rTc^rac^' Wij hadden elkaar niets be- jpofd. Van beide kanten zou bitterheid ons af scheid onnoodig bedorven hebbenMaar eeni- '*n daarna berichtte een kort briefje mij dat <?e vrouw zwanger was. Zeven maanden later be- Ujel zij van een dochter en stierfWat zoudt u mijn plaats gedaan hebben? Ik ging het kind •len en bracht het bij mij. Al was ik achteraf ■v, he,el zeker of het wel van mij was; zelfs als y adigheid beschouwd, zou ik niet beter kunnen K>en' Zo°dat ik mij als notaris vestigde, met een Wem kind in huisAls je vijf en twintig jaar BV?» t a^es luehtig op. Het denkbeeld dat K. mi)11 huwelijk zou kunnen bederven of lE'n even in de war brengen, kwam zelfs niet H °P- ziet, dat de omstandigheden tot hier toe mets bijzonders hebben...." |kenmtÏCh om zijn smarte- wó'on rkpj61" £ekeurdc, was ook niet buitenge- 'S ad een stukje mensch tot last, dat niets anders deed dan luiers vuil maken en schreeuwen, dus u begrijpt, dat ik er mij zoo min mogelijk mee bemoeide. Ik trachtte het zoo goed ik kon te ver geten en vond het al mooi als ik de min betaalde. Maar hoe zorgvuldig ik ook ons domein voor elk afzonderlijk had afgebakend, grenzen bestaan niet voor een klein wezen, dat op zijn manier leven wil. Heel spoedig kwam ik voortdurend met het kind in aanraking, naar aanleiding van alle moge lijke en onmogelijke zaken. Nu eens waren het de tanden, dan toiletaangelegenheden. De minste be wegingen werden als belangrijk nieuws aangekon digd. In 't kort, hoe veilig beschut ik scheen in mijn onafhankelijkheid, ik werd door overmacht gewonnen. En op een goeden dag vond ik het heel natuurlijk naar het stadhuis te gaan en er vandaan te komen met een wettig bewijs van vaderschap in handen. Ik was gevangen en, wat vreemd is, ook te veel vragen, waarop ik niet antwoorden kon, en die Henriëtte met des te meer aandrang deed, omdat zij er den irriteerenden terugslag van voelde in mijn huwelijk. Dat is alles heel moei lijk weer te geven. Woorden dikken die fijne scha keeringen te veel aan. Wat ik nu uitdruk, bestond wel, maar in een onbegrijpbaren toestand. Nie mand vermoedde het, zelfs ik niet. Voor de oogen der wereld, vormden wij integendeel een model gezin. Zelfs de aanwezigheid van Henriëtte werd aanvaard, omdat wij geen kinderen kregen. Wat eerst schandaal had verwekt, werd vergeten; wat meer zegt, werd ons bijna als een verdienste aan gerekend! Zoo gingen zestien jaar voorbij, heel eenvoudig, zonder bijzondere gebeurtenissen. Het huishouden ging als geolied, op rolletjes. Zooals alle dingen er hun vaste plaats hadden, schenen wij ook de onze te hebben. Ik aanbad mijn vrouw; mijn vrouw scheen van Henriëtte te houden; ik had reden te gelooven dat Henriëtte ook hield van haar; en de tijd ging voort, zonder dat wij eenig voorgevoel hadden van wat er komen ging O, niemand weet van den afgrond die drie we zens onder één dak kan scheidenl Zij gaan nooit van elkaar; zij stellen elkander voortdurend vra gen; en de gedachten ontsnappen u; de gezichten liegen; de woorden verbergen; ieder wordt door den ander bedrogen; en wij weten niets van elkaar! De hel was in mijn huis; en ik dommelde nog voort in den schijn van het paradijs! 'Het ontwaken was afgrijselijk. De datum, zooals u begrijpen kunt, is mij bijge bleven: 26 October. Het was in den vroegen mor gen. Wij zaten aan het ontbijt en wachten op Henriëtte. Ik zie mij nog naar den schoorsteen gaan om mij een poosje te warmen, terwijl mijn vrouw de dienstbode opdraagt mijn dochter te waarschuwen, dat zij te laat is. Plotseling komt het dienstmeisje terug; „De juffrouw is niet op haar kamer." „Heb je in den tuin gekeken?" vraagt mijn vrouw. En ik keek in dien tusschentijd onverschil lig naar het dienstmeisje en wachtte haar ant woord af, alsof het mij niet aanging, „Ja maar.... de juffrouw heeft hier zeker niet geslapen. De sprei ligt nog op het bed." „Wat zeg je?" Mijn vrouw stond op en kwam bij me; ik be greep nog altijd niets. Zij schudde mij bij den arm; „Hector, versta je!" En toen scheurde pas de wolk; een bliksemflits gloeide en deed mij tot in het merg van mijn ge beente rillen, Henriëtte weg! maar waarom? Ik keek mijn vrouw onderzoekend aan: Aan haar bleekheid zag ik, dat zij ook, lang vóór mij, geraden had, dat een nieuw schandaal, duizendmaal erger dan het eerste, mijn huis had getroffen, en daar gingen wij beiden de trap op, met onzekere beenen, als ik had er geen spijt van Vier jaar later trouwde ik. Mijn vrouw had van te voren berust in den toestand en mij aangebo den Henriëtte als een eigen dochter te behande len. Ik vond het heel natuurlijk. Als je liefhebt, vind je al de offers natuurlijk, die het geluk waar je naar verlangt, moeten bevorderen. En dus wa ren wij van dien tijd af met ons drieën in huis; drie menschen die het geluk schijnbaar zóó maar voor 't grijpen hadden! Hetgeen gebeurde...." Hier verloor Champel zijn afwezigen blik en wendde zich tot mij: „Eerst moet ik u zeggen wie mijn vrouw was!.Toen ik haar trouwde, zag zij er uit als een verlegen schoolmeisje, als een teer plantje, dat niet leven kon zonder zich aan een sterken stam vast te hechten. Heel rijkblijk baar te rijk voor mij.... maar daar dacht ik niet aan. Een hartstochtelijke liefde dreef ons tot elkander; en evengoed als het mijn vrouw er toe bracht het bestaan van Henriëtte op den koop toe te nemen, maakte het mij verblind. Wie haar nu ziet, kan zich niet voorstellen hoe zij toen was: die onschuldige oogen, die kinderlijke glimlach, die zachte stem!Zij sprak zooals een ander zingt. Niemand dacht er aan dat zij een eigen wil kon hebben. Ik had altijd lust haar te behandelen als een kind, dat zoet genoeg is om geen grillen te hebben, maar niet genoeg om zich voor iets anders dan voor beuzelingen te interes seeren. Tot mijn blijde verwondering merkte ik, dat het kind op den koop toe een uitstekende huisvrouw was, dat zij nooit anders dan verstan dige dingen zeide en ten slotte dat zij, zonder ooit haar stem te verheffen, en zelfs zwijgend, won derlijk goed alles wist te regeeren en zich alleen scheen bezig te houden met wat haar werd toe vertrouwd. Begrijpt u nu, hoe ik onder haar in vloed kwam? Ik werd niet alleen gedreven door mijn liefde; ik had er immers alle reden voor, nu 'alles in schijn zoo evenwichtig en rechtvaardig verliep. Zet nu tegenover dien schijn ik gebruik dit v/oord opzettelijk een ongehoorzaam kind, met een levendige verbeelding, altijd in opstand, om dat opstandigheid haar in 't bloed zat, en bedenk dan of ik beter kon doen dan tegen mijn vrouw zeggen: „Ik laat het kind aan je leiding over; vorm haar, als je kunt, naar je eigen beeld!" In mijn plaats zou iedereen zoo gehandeld hebben! Herinner u ook in welke onzekerheid ik Hen riëtte bij mij had genomen; dat ik, achteraf, mij meer door gewoonte dan door instinct aan haar gehecht voelde; en u zult niet zoo verwonderd zijn, dat ik na mijn huwelijk weer wat losser van haar werd. Mijn genegenheid, die geen echte tee- derheid was, werd daarenboven slecht beloond. In den loop der tijden was het of een scheids muur tusschen ons verrees, die telkens hooger werd en gevormd was door wederzijdsch en onwil lekeurig gemis aan begrip. Misschien waren er dronken menschen. Wij kwamen in de kamer. Alles was er netjes en onaangeroerd. De meubels zagen er kalm uit, het bed leek maagdelijk, en toch schreeuwde alles ons toe, dat mijn dochter was gevlucht! Bij het zien van dat alles, gelukte het mij einde lijk te spreken: „Zou zij niet wat achtergelaten hebben? een briefje.... of iets anders? „Natuurlijk.... dat moet...." Onze handen zochten op tafel. Mijn vrouw zocht met evenveel ijver als ik. Wij leken wel honden, die driftig naar een spoor zoeken. En terwijl ik dat deed, kreeg ik den indruk of de muren om me heen begonnen te buigen als boomtakken, dat de vloer op en neer rolde en heel het universum mijn dronkenschap deelde.... Eindelijk vonden wij een couvert. Ik greep het. Een minuut die een eeuw leek verging vóór ik den inhoud kende: „Ik ga heen met hem dien ik liefheb. Ver geet mij, zooals ik vergeet." Dat was alles. Geen woord van spijt of ver driet. Bijna een verwijt! Zou ik slecht gelezen hebben? Ik volhardde er in het briefje over te lezen en langzamerhand voelde ik een verscheu rend verdriet, zooals ik nooit gevoeld had. Het scheen me of een ramp op mij neersloeg, en dat jaren voorbijgingen in een seconde. Domweg be gon ik te huilen. Mijn vrouw omhelsde mij: „Het is niet jouw schuld! je moest er op bedacht zijn!...." Zij schreide met mij; tenminste, dat ver beeldde ik mij. Maar terwijl ik door mijn tranen heen naar haar opkeek om haar te bedanken, kreeg ik ineens het gevoel of zij glimlachte. Wat was het: opluchting, ironie, blijdschap, medelijden? In elk geval, ik zag dien glimlach; ik zweer dat ik hem gezien heb! ik vergis me niet.... En die glimlach .mijnheer, op zulk een oogenblik, dat was al mijn toekomst; misschien ook mijn verleden!.. Wij begonnen.I"

Krantenviewer Noord-Hollands Archief

Het Bloemendaalsch Weekblad | 1924 | | pagina 5