Algemeen Nieuws- en Advertentieblad voor Bloemendaal,
Overveen, Aerdenhout en Vogelenzang
Verrassingen.
Plaatselijk Nieuws.
P. VAN DER STAD - Tel. 188
Oom Martinus' Horloge.
N. KUIPER
FEUILLETON
WILD EN GEVOGELTE
18e JAARGANG.
WOENSDAG 3 DECEMBER 1924
No. 49
Uitgever: A. EIKELENBOOM, Bloemendaal. Kantoor voor Redactie en Administratie: Bloemendaalscheweg 42. - Tel. 22324.
V
I Kleine Meubeltjes
BLOEMENDAAL.
OVERVEEN.
AERDENHOUT.
AFDEELING AMSTERDAM VAN
,,'T BINNENHUIS"
LEIDSCHESTRAAT
BOVEN
AFDEELING BLOEMENDAAL
IN HUIZE „S0RGH-VL1ET"
VOGELENZANG.
BLOEMENDAALSGH WEEKBLAD
Abonnement:
Voor een half jaar 1,75
LOSSE NUMMERS 5 CENT.
Advertentiën: 15 cent per regel, bij afname van 500 regels of meer, korting.
Vraag en aanbod, huur en verhuur, koop en verkoop, van 1 tot 10 regels
1.elke regel meer 10 cent. Tusschen den tekst of op een bepaalde
plaats speciaal tarief.
Bestrijding van criminaliteit moet minder gezocht
worden in de oplegging van straffen dan in de weg
neming van de oorzaken, waarin de misdadigheid
haren grond vindt. (Weekbl. v. h. Recht.)
OOOOOOOOOOOOOCXJOOOOOOOCOOOOOOOOOOOOOOOOOOOClOOÖOOOOOOOOOOtXXlClOClOO
HERSTEL.
Het leven keert terug na vele weken
van slopend, al verzwakkend lichaamsleed,
ik heb het moede hoofd niet afgeweken,
ik wist in mij den overgang gereed.
Zoo is het leven weer tot mij gekomen,
het zwaar gewicht ging in den strijd te loor;
er bleven slechts de zilvren-zachte droomen,
het straf „waartoe?" versmolt in louter gloor.
De schoonheid van de dagen is herboren,
ik staar het aan, met andren oogopslag,
de ziel alleen is waarlijk uitverkoren,
de ziel der dingen kent geen stervensdag.
(Morks Magazijn.) NANDA SANDBERGEN.
(Nadruk verboden.)
Sinterklaas is het feest van de verras
sing. Men pleegt den heilige, aan wien
deze dag is gewijd, te vereeren om zijn
goedheid en gulheid. Misschien zou men
meer reden nog hebben, hem te vereeren
om de wijze, waarop hij zijn vrijgevigheid
toont. Want niet, wat hij geeft maakt Sin
terklaas tot een goedheilig man, maar dat
hij het geeft bij verrassing.
De verrassing is een onmisbaar levens'
bestanddeel. Zij heeft waarde om haars
zelfs wil. Er zijn gaven, waarop wij recht
hebben. Zij schenken ons niet die voldoe'
ning, welke wij ontvangen van de onver
wachte toegift.
Gij hebt recht op honderd gulden sala
heeft u een bedrag aan duurtetoeslag of
ris. Maar uw patroon, of, wanneer gij
ambtenaar zijt, de ontvanger, keert u hon
derdtien gulden uit. Uw patroon of de staat
heeft u een bedrag aan duurtetoeslag of
een gratificatie wegens bijzondere
diensten toebedacht. Van deze tien gulden
beleeft gij meer pleizier dan van de hon
derd, die u van rechtswege toekomen.
Gij viert een jubileum en hebt reeds
lang gemerkt, dat er iets broeit. Als de
dag aanbreekt, weet ge precies, wie u ko
men huldigen; ge krijgt keur van geschen
ken en een schat van bloemen met een toe
spraak van uw chef, van den voorzitter
uwer vereeniging, van den beste uwer
kameraden en van den burgemeester mis-
Ridderstraat 28 - Haarlem
Telefoon 3017
geschikt als Sint Nicolaas-
C a d e a u x
schien. Maar aan tafel leest men u een
telegram voor van een lang vergeten
vriend, van wien ge destijds met ruzie ge
scheiden zijt. Dit telegram heeft voor u
veel meer waarde dan ai de overige hulde
blijken tezamen. Niet omdat het uiting is
van meer hartelijkheid, niet omdat het op
rechter is gemeend, maar eenvoudig om
dat gij dit niet had verwacht.
De verrassing is de stem uit een andere
wereld, die de eentonigheid van het be
kende stemmengegons onderbreekt; zij is
een straal uit het romantische rijk van
den droom in dit alledagslevenzij is het
avontuur te midden van grauwe sleur.
Eigenlijk wachten wij haar heel den
dag. Als de postbode ons huis nadert; als
de bel overgaat, als de telefoon rinkelt. Op
haar houden wij onze oogen gevestigd,
zoodra wij een hoek van de straat omslaan
of een winkel binnentreden of onze plaats
innemen in de spoorweg-coupé. Als de dag
is verstreken en wij overdenken wat hij
ons heeft gebracht, dan vergeten wij de
vele zegeningen, die dagelijks wederkee-
ren. Goede gezondheid, vrede met vrouw
en kinderen, regelmaat in ons werk, goede
zaken, wij aanvaarden het zonder er
's avonds te bed een herinnering aan te
wijden, maar die ééne op zichzelf volmaakt
onbelangrjke gebeurtenis houdt ons be
wustzijn in beslag, omdat wij er niet op
hadden gerekend.
Het is de verrassing, die ons levend
houdt. De levensbeschrijver van Charles
Dickens vertelt, hoe deze beweegljke geest
tot het uur van zijn dood het besef niet
kon loslaten, dat hem nog iets wachtte.
Misschien heeft hij zijn eigen vertrouwen
in de verrassing belichaamd in de figuur
van Micawber, die ook in den grootsten
nood den moed niet verloor, omdat hij
stellig overtuigd bleef, dat „er zich iets
zou opdoen".
Is dit in den grond niet een algemeen
menschelijke overtuiging? Niet altijd zijn
wij er ons klaar van bewust, maar in ons
hart bouwen wij in velerlei opzicht ons
leven op de verrassing. Een jonge man
ontmoet dagelijks de vriendinnen van zijn
zuster en toch weet hij, dat het meisje
zijner keuze plotseling op zal doemen uit
een hem onbekend verschiet. Een jonge
vrouw solliciteert naar alle vacatures,
waarop haar diploma recht geeft; toch
zegt een inwendig vermoeden haar, dat zij
buiten alle sollicitaties om tot haar be
stemming zal komen. Is het niet treffend,
hoeveel toch nijvere werkers en volhar
dende spaarders het doel van hun wen-
schen, een eigen schip of een eigen boer
derij of een renteniershuisje, betitelen
met den veelzeggenden naamNooit
gedacht
Als wij bij 't eind van ons leven op den
langen weg achter ons terug zien, besef
fen wij, dat het de verrassingen zijn ge
weest, die het leven zijn kleur, zijn betee-
kenis, zijn richting hebben gegeven. Onze
schikgodin spot met afspraken en verze
kering, met plan en ontwerponverwachts
gooit zij telkens ons stelsel omver en
nieuwsgierig vragen wij ons na elke wen
ding van ons lot af: Wat nu weer?
Sinterklaas is de heilige van de Verras
sing; toch heeft ook deze goede vriend
zijn vijanden. Want er zijn menschen, die
de verrassing vreezen. Alles wat plotse
ling komt, schokt hen en verbijstert hun
ziel. Het zijn de naturen, die over weinig
lenigheid beschikken; die het vermogen
missen, zich naar het onverwachte te
voegen. Het zijn de slaven van de regel
maat, de kettinggangers van de sleur.
Niet alleen de plotselinge teleurstellin
gen pijnigen hen, maar evengoed de mee
vallers, waarop zij niet hebben gerekend.
Al blijft het uitzondering, dat iemand
sterft of krankzinnig wordt op het be
richt, dat hij de honderdduizend heeft ge
trokken, velen onzer ervaren toch een on
aangename sensatie, wanneer een verras
sing hen uit hun gewone doen haalt.
Zij hebben zich gewend aan het denk
beeld, vanmiddag evenals andere midda
gen hun eenvoudige kost te zullen nutti
gen en de verrassing van het stil voorbe
reide feestmaal verontrust hun maag.
Als midden onder hun werk het rijtuig
voor de deur staat van den vriend, die hen
uitnoodigt voor een toertje, gevoelen zij
dezen aanslag op hun regelmatigen
levensgang als een verdriet.
Zij zijn de ongelukkigsten onder de
menschen, want het leven is één voortdu
rende verrassing en het lot is als Sinter
klaas, die ons bestendig in spanning
houdt, wie de koek krijgt, wie de gard.
C.
Haarlem, eiken Donderdagavond van 7.30 tot 10.30
uur en op de Zondagen 14 Dec., 11 Jan., 8 Febr. 8
en 22 Maart en 12 April a.s. van 101 uur op
Zaterdagen 27 Dec., 24 Jan. 21 Febr. a.s. van 25
uur.
Tijdens de oefeningen kan deelgenomen worden
aan de wedstrijden om de wissel- en personeel-
prijzen, waarvan reglement op de baan aanwezig.
Competitie- en propagandawedstrijden worden
ook tijdens de oefeningen gehouden.
Op Dinsdag 2 Dec. des avonds te 7 uur wordt
in het schietgebouw een wild-avond gegeven;
waarin tevens prijsuitreiking van de gehouden
onderlinge wedstrijden zal plaats hebben.
Vrijwillige brandweer. De heeren R Doorn en
A J. Overakker hebben bedankt als lid der Vrij
willige brandweer en zijn daardoor de functies van
commandant en secretaris vacant gekomen.
In ons volgend nummer hierover meer.
Nog een paar dagen en het St. Nicolaasfeest
is er weer. Voor jong en oud wordt 5 December
weder een prettige dag.
Onze gemeente wordt ook ieder jaar door den
goeden Sint bezocht. Zoo ook dit jaar. We ver
nemen het volgende:
Vrijdag 5 December e.k. ten 12.42 uur komt de
Sint natuurlijk vergezeld van Zwarte Piet te Bloe
mendaal met den trein aan. Vandaar zal hij zich,
gezeten op zijn trouwe schimmel, door het dorp
naar de Gemeenteschool, hoofd de heer K. Tin-
holt, begeven om aldaar eenige uren te vertoeven.
De bisschop zal zich bezighouden met een streng
onderzoek in te stellen naar het gedrag der leer
lingen. Vervolgens laat hij zich ook nu weer niet
onbetuigd en zal hij voor ieder kind een verras
sing mede brengen.
Ook de gemeentelijke M.U.L.O. school, hoofd de
heer A. IJzerman, wordt Vrijdag niet overgeslagen
en ook daar is een bezoek van St. Nicolaas te
verwachten. Het beloofd voor de Bloemendaalsche
jeugd dus wederom een prettige dag te worden.
St. Nicolaas houdt niet alleen' van kinderen,
maar eveneens van muziek. Dit bewees wel, dat hij
Dinsdag den ganschen dag het muziekkorps der
werkloozen vergezelde. Ter eere van den krassen
grijsaard, speelde het korps niets anders dan St.
Nicolaasliederen.
Het behoeft geen betoog dat deze gewichtige
gebeurtenis bij de jeugd zeer in den smaak viel.
Schietvereeniging Generaal Joubert. De oefe
ningen op buks en pistool, zullen gehouden worden
in het schietgebouw aan de Schouwtjeslaan te
Betreffende den inbraak in de villa van de
familie T. alhier, schrijft men nog het volgende
aan de ,,N. Haarl. Courant":
Des morgens om even 8 uur ontdekte de chauf
feur, dat er beneden een raam openstond. Dit
vend hij verdacht, en toen hij zijn blik langs den
gevel liet gaan, bemerkte hij alras dat bovenaan
een raam was verbrijzeld.
O ogenblikkelijk waarschuwde hij den tuinbaas,
die de sleutels van de villa had, en deze consta
teerde al spoedig dat er in het huis ingebroken
was.
De politie werd gewaarschuwd en deze stelde
een uitgebreid onderzoek in. Hieruit bleek dat de
inbreker langs het huis naar boven geklommen
was, en toen een ruit heeft gebroken, om de span
jolet van de openslaande deuren te kunnen be
reiken. Bij deze manoeuvre heeft de inbreker danig
zijn hand bezeerd, althans het glas en de grond
vertoonden duidelijke bloedsporen. Dat men langs
't huis naar boven heeft kunnen komen, behoeft
geen verwondering te baren, als men bedenkt dat
de bouw van de buitenzijde van het huis een be
klimming heel gemakkelijk maakt.
Na boven te zijn binnengeklommen is de onge-
noode gast, zich eerst gaan oriënteeren, en heeft
zijn aftocht gedek door de deur, die aanleiding
tot de ontdekking gaf, open te zette». Eerst schijnt
hij echter in den kelder te zijn geweest, daar de
bloedsporen van de gewonde hand, zich tot daar
aan toe vertoonen.
Nadat dit alles gebeurd was is de nachtelijke
bezoeker met de operatie begonnen. Alles wat
maar kast was is opengebroken' en op de meest
vandale wijze. Het scheen hem echter niet te doen
te zijn om zilver of een ander kostbaar metaal,
daar dit alles onaangeroerd is gelaten. Blijkbaar
is er alleen naar geld en kleeren gezocht, want
verschillende kleedimgstukken lagen in de gang
verspreid.
Voor zoover is komen vast te staan heeft de
inbreker 2 pantalons, een colbertjasje, en waar
schijnlijk een zijden overhemd meegenomen, ter
wijl hij zich ook van nieuw onolergoed voorzien
heeft. Uit alles blijkt dat hij op zijn gemak een en
ander gepast heeft.
Een colbert dat hem waarschijnlijk te klein was
heeft hij weer uitgetrokken. Ook een paar lak
schoenen schenen hem niet van de gewenschte
maat te zijn. Wat het, door hem achtergelaten on
dergoed betreft dit is van tamelijk goede kwali
teit geweest, doch thans zoo goed als geheel ver
sleten. Het zijn twee onderbroeken', een borstrok,
een broek en een jasje, alsmede een paar oude
schoenen.
Tevens vond men in de gang een flink zakmes.
Neemt men bij dit alles nog het groot aantal ach
tergelaten vingerafdrukken', dan is het niet moei
lijk tot de conclusie te komen, dat men hier niet
met een bijzonder geroutineerd lid van het inbre
kersgilde te doen heeft en dat de politie rijkelijk
„STRIJDT TEGEN „SIIJL NABOOTSING
EN AMBACHTS BEDERF"
verplaatst naar
(ingang PRINSENGRACHT 707 A)
Dir.: Jac. v.d. Bosch, Binnenhuis-architect
voorzien is van aanwijzingen. Men meent dan ook
reeds een spoor gevonden te hebben van een
tweetal individuen, die in de omgeving van Aer
denhout rondzwierven.
Indien de inbreker niet zoo „bescheiden" was
geweest had hij voor duizenden aan zilver weg
kunnen halen. Dit scheen echter niet zijn bedoeling
te zijn, zooals men uit hetgeen' dat ongeveer ver
mist is, kan zien. Nog zij vermeld dat de man
van een goed cigaretje hield, daar hij verschil
lende doozen met dit genotmiddel heef t mede
genomen.
De zoon des huizes die inmiddels is thuisgeko
men kon nog niet met zekerheid zeggen, of er ook
nog andere dingen vermist worden.
Het politie-onderzoek is nog in vollen gang.
Tooneel. Donderdagavond gaf de R.K. Too-
neelvereeniging „Door Vriendschap Bloeiend" haar
tweede uitvoering. De zaal van het R.K. Vereeni-
gingsgebouw was overvol. Evenals Maandag was
het succes groot. Wanneer de jonge Vereeniging
zoo voortgaat, zal zij ook de volgende keeren
gioote belangstelling trekken. Rest ons nog te ver
melden, dat de schietvereeniging „Graaf Floris V"
de zaal beschikbaar stelde, ofschoon deze reeds
door haar besproken was. Een mooie blijk van
sympathie. N.H.Crt.
TEL. 188. OPGERICHT 1870
Poulardes Hazen
Braadkippen Fasanten
Soepkippen Patrijzen
Eendvogels Duinkonijnen
Talingen Reevleesch
KLEINE HOUTSTR.136 - HAARLEM
een Sinierklaasvertelling
door
H, G. CANNEGIETER,
(Nadruk verboden.)
Govert, die in de vijfde klasse van het gym
nasium zat, had een horloge, dat best liep. Het was
maar een nikkelen knol uit een goedkoope bazar,
maar hij deed zijn dienst.
Ook had Govert een tante, en die tante vond,
dat het toch voor een grooten jongen, die al spoedig
student zou worden, tijd werd een echt heeren
horloge op zak te dragen. Deze gedachte was het,
die haar tegen het naderen van Sinterklaas steeds
meer bezig hield en steeds meer genoegen
verschafte.
Want Tante hield er van, haar neefjes en nichtjes
attenties te bewijzen. Het maakte een deel van
haar eentonig bestaan uit, te overleggen, wat ze
met een verjaardag, belijdenis of Sinterklaasdag
ten geschenke zou geven. Ze deed niet als die in
bezigheden en bedrijvigheid verloren zielen, die
gunst, het is waar ook! bij het afscheuren van
het kalenderblaadje hun verzuim zich herinnerend,
gauw, één-twee-drie, naar den winkel loopen om
met het eerste het beste voor de hand liggende
galanterie-vorowerp naar den gelukkige te ijlen, of
nog erger, dezen af te schepen met een bon voor
een rijksdaalder, waarvoor hij maar iets naar zijn
zin moet koopen, „want ik heb zelf heusch geen
tijd.".
Tante's attenties droegen het stempel van over
leg, dat tevens het stempel harer persoonlijkheid
was. Want al haar cadeautjes waren even oud,
even muf, even versleten als Tante zelf. Tant köcht
nooit cadeautjes, koopen kan iedereen, maar
Tante zocht ze uit in haar voorraad relieken, die
onuitputtelijk was.
1 och stond ze geen van haar loddereindoosjes,
siaaltjes, oleografietjes of gebarsten servetringen
at, zonder deze vijf en dertig maal door haar han
den te hebben laten gaan met de vijf en dertig
maal herhaalde verzuchting: ,,'t Is toch eigenlijk
zende; ze zijn nog zoo mooi!"
Ze zou er nooit toe gekomen zijn, iets van haar
overtolligheden weg te schenken, zoo de dank
baarheid van de neefjes en nichtjes niet iets van
het verlies had vergoed. Maar dan stond ze er ook
op, dat de neefjes en nichtjes overvloedig in dank
baarheid waren en bij elk bezoek weder terug
kwamen op dat kostelijk bewijs van Tante's vrij
gevigheid. En de neefjes en nichtjes, van kindsbeen
door vader en moeder aan den plicht der dank
baarheid jegens Tante herinnerd, gingen zich als
geboren tooneelspelers te buiten aan hun geveins
den dank.
Govert kreeg Oom Martinus' horloge al een paar
dagen vóór Sinterklaas. Tante's cadeautjes kwa
men nooit als verrassing. Tante vond het een ver
velende gedachte, dat ze een verkeerde konden
gaan bedanken; misverstand moest ten eenenmale
buitengesloten zijn. En daarom ontbood Tante
Govert bij zich en deelde hem na een inleiding
van vijf kwartier mee, dat ze besloten had, hem
het horloge van Oom Martinus op Sinterklaas te
vermaken. Oom had het altijd gedragen; het was
een best horloge. Misschien moest het e ven nage
zien, omdat het zoo lang stilgestaan had. Want
hoe lang was het nu al, dat Oom was gestorven?
het had drie en twintig jaar in de kast gelegen.
Zag Govert, welk mooi zilver het was'! En hoe
kunstig gegraveerd? Het werk was nog ouderwets
degelijk. Govert moest het wel erg op pxiji; stellen,
dat hij nu met dit horloge mocht loopen.
Maar Govert stelde het maar zee r tamelijk op
prijs. Govert voelde niet voor famili e-traditie. Hij
had Oom Martinus nooit gekend d an alleen als
portret aan den wand, met een son ibere, zwarte
lijst en een dik groen koord. Hij wi: st alleen, dat
Oom Martinus erg rijk was geweest ert geen kinde
ren had gehad, zoodat Tante er warmipyes inzat en
dcor de ouders der neefjes en nichtjes; al tijd in ver
band met een erfenis werd beschouwd. Tante zelf
deed, of ze 't erg arm had en was zuinig op elk
afgebrand lucifersprikje. De neefjes on nichtjes zou
den liever gezien hebben, dat Tonte eens een
royale sucadekoek op hun verja ar dag gaf dan al
haar hebben en houden krenterig; op te potten tot
die griezelige erfenis.
Govert vooral, die een losbol was,, en al zijn zak
geld verdeed aan sigaretten en snoepgoed, die
tenniste en danste en nu juist met Sinterklaas
graag een speldje cadeau wou doen aan zijn
vriendinnetje, dat bij hem in de klas zat, had Tante
liever anders gehad. Voor de zooveelste maal had
hij zich door zijn hoop laten bedriegen, toen Tante
hem bij zich riep. Misschien, dat ze nu toch eens
geld zou geven, 'n gul'den of 'n rijk daalder en daar
van zou hij bet speldje kunnen koopen voor Truus.
Maar 't was weer knudde! Wat moest hij met dit
piul van een horloge, dat niet eens loopen wou?
't Zou hem nog geld kosten bij den horlogemaker;
dat zou waarachtig toch wel het toppunt zijn.
Wrevelig liep hij met zijn stevig ingepakt
cadeautje de gracht langs, waaraan Tante woonde.
Hi; voelde zich katterig over zijn geveinsde dank
betuiging, Hij moest het dat akelige gierige mensch
toch eigenlijk vlak in haar gezicht hebben durven
zeggen. Maar dan zou hij thuis mot krijgen. Dat ze
allemaal die oude prei vleiden, alleen om die
erlenis! Een boosaardige drang kwam in hem op,
om 't horloge, ingepakt en wel, in de gracht te
keilen.
In de winkelstraten, die hij door moest, leidden