Toen ie nans 'mm Tweede Blad FEUILLETON Bloemendaalsch Weekblad van Zaterdag 31 October I925. Laatste Berichten Nederlandsch Öost-Indië. VAN DIJK 6 OKKER WONING INRICHTING van het Verslag der N.V. Provinciale en Ge meentelij «e Electriciteits-MaatschU (P.E.G.E.M.) over 1922-1923—1924. Wij ontvingen bovengenoemd verslag. Waarom dit een driejaarlijksch verslag moest zijn, en niet, zooals dit bij elke N V. usance is, jaarlijks een overzicht is gegeven, werd ons niet duidelijk. De inleiding geeft in 't kort de geschiede nis weer van de oprichting der P.E.G.E.M., en tevens een overzicht van het tot stand komen der regelingen, welke in de concépt- acten van inbreng zijn neergelegd. Bij de oprichting werd uitgegaan van het beginsel, dat de opwekking van den electrischen stroom zou worden toever trouwd aan een N.V welke de Centralen van Amsterdam, Haarlem en de Provincie in eigendom zou verkrijgen en de door haar opgewekte energie tegen kostprijs aan de Provincie en de beide gemeenten zou leveren, lei wyl laatstgenoemde licha men dan verder voor de distributie of den verkoop van den stroom binnen hun ver- koopgeb:ed zouden hebben zorg te dragen. De voorwaarden, waaronder de overdracht der Centralen werd voorgesteld, waren o.m. a. dat de bedragen waarvoor de Centralen worden overgedragen niet in contanten worden betaald, doch dat de P.E.G.E.M. hiervoor een schuldbekentenis afgeeft; b. op de schuldbekentenissen, welke de Vennootschap voor den verkoop der Cen tralen en van den grond zal teekenen, zal dezelfde rente en aflossing worden betaald als die, welke de verkoopster schuldig is op de leeningen, die voor den bomv en de inrichting harer Centralen zijn gesloten. Deze punten worden als volgt toegelicht: De nieuw te stichten Vennootschap zou geen beschikking hebben over de millioenen, noodig voor een overname tegen contante betaling der Centralen. Daarom werd over eengekomen, dat de kapitaalslasten, aan de oprichting der Centralen verbonden, niet door de nieuwe vennootschap zouden worden overgenomen, maar ten laste der deel nemers zouden blijven, waartegenover de Vennootschap een schuldbekentenis zou teekenen, waarop dezelfde rente en aflos sing zou worden betaald als die, welke de verkoopster verschuldigd is op de leeningen, die voor den bouw en de inrichting harer Centralen zijn gesloten. Bij de uitwerking der voorloopige voorstellen bleek, dat punt b niet gehandhaafd kon worden, omdat niet steeds met zekerheid kon worden vast gesteld, van welke leenmgen de bedragen, voor den bouw bestemd, afkomstig waren Ten slotte werd bij Acte van 26 Mei 1920 de P.E.G.E.M. opgericht, ten overstaan van Notaris J. H. Wildervanck de Blécourt te Bloetnendaal, terwijl eerst op 1 Januari 1922 de P.E.G.E.M. haar werkzaamheden aanving. Aan het eind van deze verslagperiode was de Baad van Commissarissen als volgt samengesteld J. N. Hendrix, Lid van Ged. Staten van Noord Holland, Voorzitter. Jhr. Mr. D. E. van Lennep, Lid van Ged. Staten van N.-Holland, Vice-Voorzitter. Mr. J. B. Bomans, Lid van Ged. Staten van Noord-Holland. Dr. Th. v. d. Waerden, Lid van Ged. Staten van Noord-Holland. J. ter Haar Jr., Weth. v. Amsterdam F. M. Wibaut, F. J. A. M. Wierdels, Mr.J.N. J. E. HeerkensThijssen, Wethouder van Haarlem. Mr. M. Slingenberg, Mr. M. W. Scheltema Jr., Secretaris, terwijl de Directie bestond uit de heeren: Dr. W. Lulofs, President-Directeur. F. A. Smit Kleine, pl.v. Ir. J. A. Reus. Omtrent de werkwijze der Directie werd Uit liet Amerikaanse!) door HOMER CROY 15) „Nu kun je je dame niet meer in den steek laten. Wiet maakt er vier en twintig van? Wat beteekenen een paar dollars? Doe je het? Doe je het?" Guy knikte. Nu wendde Arnhalt zich weer naar Hoecker. Diens handen kwamen nu uit zijn zakken. „Ik moet er niets meer van hebben. Ik kan wel goedkooper aan den kost komen dan op dezen manier." En hij ging zitten. De zondagssehoolkamer gonsde van de op winding, Zooveel emotie hadden de aanwe zigen nog nooit genoten. „Van wie zou die doos toch in vredesnaam wel zijn?" vroeg mevrouw Gropper. Toen, zich voorover buigend, zei zij luid fluiste rend tegen Dessie: „Ik denk, dat jij er wel meer vau zult weten." „Nu zullen wij eens kijken, wie de geluk kige jongedame wel is," zei Arnhalt en hij stak zijn vinger door het blauwe papier. Hij las de strook: bepaald, dat de Centralen staan onder het Directiegezag van den Directeur die ter plaatse is gevestigd, onder verantwoorde lijkheid aan de Directievergadering; om trent aangelegenheden van niet zuiver plaatselijken aard worden geen beslissingen genomen, dan in de Directie-vergadering. De voorbereiding van den aanleg van eene koppelverbinding tusschen ae Centralen te Amsterdam en Haarlem is in handen ge legd van den Heer Smit Kleine. Een personeel-tabel doet zien, dat aan de Centrale te Bloemendaal slechts één persoon werkzaam is, wiens salaris ten laste der Vennootschap is gebracht. De benoodigde gelden voor uitbreidings werkzaamheden werden tot nu toe verschaft door de drie deelnemers. De Raad van Commissarissen heeft de Directie gemach tigd eeri geldleening ad 2V2 millioen gulden aan te gaan, nadat Provincie en Gemeenten zich bereid verklaard hadden deze gezameu lijk te garandeeren. Van deze machtiging werd tot nu toe geen gebruik gemaakt. De deelnemers verklaarden zich in 1923 bereid, tot een bedrag van D/2 millioen gulden kasvoorschotten aan de P.E.G.E.M. te verleenen, welke voorschotten in 1924 werden verhoogd tot 3 millioen gulden. Voor werken van uitbreiding werden door den Raad van Commissarissen bedragen toegestaan tot een bedrag van f3.353 044,35. Overzicht van het aantal meetpunten, cor rectiemeetpunten en meters 31 Dec. 1921 9 meetpunten met 50 meters 9 correctiepunten 90 31 Dec. 1922 17 meetpunten 83 9 correctiepunten 31 31 Dec. 1923 20 meetpunten 106 9 correctiepunten 33 31 Dec. 1924 20 meetpunten 118 10 correctiepunten 36 Bedrijfsduur van het maximum- voor elk der deelnemers 1922 1923 1924 P.E.N. 3016 uur 3195 uur 3331 uur G.E. Amsterdam 2746 2634 2723 G E.B Haarlem 2182 2384 2372 De gemiddelde kostprijs bedroeg tooi- P.E.N voorA'dam v. Haarlem Jaar p. K.W.Ü. p. K.W. in centen max. bel. In gld. 1922 2 411 18.93 2 411 31.12 2.411 30.48 1923 2.514 18.13 2.514 28.12 2.514 29.16 1924 2.183 19.03 2.183 28.49 2.183 26.53 In deze opgave is er van uitgegaan, dat alle exploitatie-kosten over alle K.W.U. zijn verdeeldmet ingang van het jaar 1924 is evenwel een deel van de exploitatie kosten aan de deelnemers, verdeeld over de K.W., in rekening gebracht; volgens de nieuwe kostprijsverdeeling bedraagt de gemidd. kostprijs voor P.E.N. voorA'dam v. Haarlem Jaar p. K.W.Ü. p. K.W. in centen max. bel. in gld. 1924 1.871 27.80 1.871 37.26 1.871 35.30 De gemiddelde kosten per K.W. maxi male belasting zijn berekend op grond van de vaste kosten, voortvloeiende uit de in de Concept-acten van Inbreng genoemde afschrijvingspercentages.Voor de P.E.G.E.M. als één geheel was de gemiddelde kost prijs in Jaar p. K.W.U. in centen p. KW max. bel. in gld. 1922 2.411 28.41 1923 2.514 26.03 1924a2.183 26.36 1924b 2) 1.871 35.13 Over stroomaankoop van Kon. Ned. Hoog ovens en Staalfabrieken zegt het verslag o.m. Ofschoon natuurlijk de stroomlevering door Hoogovens in de practijk aanvankelijk niet zonder bezwaren gepaard ging, is de technische dienst van Hoogovens, Provincie en P.E.G.E.M. er weldra in geslaagd, een bevredigende samenwerking tusschen de de Centrale van Hoogovens en Centrale Noord te verkrijgen, zoodat in den loop van 1924 het afzetgebied voor de H.O.— K.W.U. en het Provinciale en Amsterdam- sche net reeds kon worden uitgebreid. Dit had evenwel een groote toename van de verliezen tengevolge. Daarom werd met H.O. een regeling .getroffen, krachtens welke deze de extra verliezen voor hare rekening neemtbovendien werd een plan ontworpen, om de .extra verliezen aanzien lijk te beperken en wel' door het leggen „Het is de naam van mejuffrouw Beatrice Chew." Adriaan Plummer wilde opspringen, maar hij zonk weer terug. Hij probeerde Guy in de oogen te zien, maar deze hield zijn blikken op den grond gevestigd. Eindelijk bedaarde het opgewonden geroe zemoes weer en de verkoop werd weer voort gezet tot de laatste doos verkocht was. De heeren kwamen hun dames opzoeken, stoe len werden verschoven, papieren verfrom meld. „Ik zal eerst mijn lint oprollen," zei me vrouw Gropper tot haar cavalier, „je kunt nooit weten, hoe zoo'n ding weer eens te pas komt." Guy liep over het middenpad en aller oogen volgden hem. Hij was nu een merk waardigheid iemand, die zoo maar viel en twintig dollars besteedde voor een sou per-doos. Daar zou hij nog heel wat over moeten hooren. Verwezen ging hij naast Bee zitten en spande zich in om iets te be denken, wat hij zou kunnen zeggen. Er lag een ziekelijke, vage grijns op zijn gezicht. „We moesten maar beginnen," bracht hij eindelijk uit. Inwendig verwenschte hij zichzelf. Hoe had hij toch zoo gek kunnen zijn! Hij had toch dat geld zoo broodnoodig. Hij kreeg het nare gevoel, dat er toch iets in het leven niet zoo best in orde moest wezen. Maar spoedig verbrak Bee's zoete glimlach van een kabelverbinding YelsenUitgeest en het plaatsen van een draaistroomtrans formator te Wormerveer, welk plan thans in uitvoering is. De Algemeene Balansen over 1922-1923- 1924 geven resp. een eindcijfer aan van f 24.577.257,15 f 27.516.003,725 en f28.302.733,025, die van de Algemeene Bedrijfsrekening resp. f 6.709.089,40 f 7.605.380,355 en f 7.449.514,88. 1) a volgens kostprijsverdeeling als in 1922 en 1923. 2) b volgens kostprijsverdeeling toegepast sinds 1 Jan. 1924. Bezoek Min. de Geer aan Bloemendaal. Vrijdagmorgen had het voorgenomen bezoek van den minister van Binnen- landsche Zaken aan onze Gemeente plaats. Prompt 10 uur kwamen de auto's het Kinheimpark binnen. Het gezelschap bestond uit de heeren min. de Geer, Frederiks (referendaris), jhr. Bas Backer, burgemeester, J. C. Laan, E. W. A. van Nederkasselt, wethouders en rnr. dr. J. F. Veeren, secr. van Bloemendaal. Door het Kinheimpark werd naar het station gereden, waar van de lucht brug af het landschap in oogenschouw werd genomen. Aan de hand van kaarten werd de minister voorgelicht, en de juiste situatie, in 't bijzonder ten opzichte van Haarlem getoond. Geruimen tijd nam deze bezichtiging in beslag. Het punt door ons College van B. en W. uit gekozen, leent zich ook bijzonder voor dit doel. Hierna werd ten huize van den burge meester koffie geserveerd. Precies elf uur werd de minister op de grensafsckeiding tusschen Bloemendaal en Heemstede verwelkomd door jhr. v. Doorn, burgemeester, dr. Droog, wethou der en den secretaris van Heemstede. Hier namen Burgemeester en Wethou ders van Bloemendaal afscheid van Zijne Excellentie, die met zijn nieuwe gezel schap in de gereedstaande auto's plaats nam, en hierin de gemeente Heemstede bezichtigde. Hopen we, dat het bezoek van minis ter de Geer èn voor Bloemendaal, èn voor Heemstede de meest gunstige resul taten move hebben. ii. Land en water. Ik meen te mogen aannemen, dat de belangstellende lezer zich de kaart van deu Indischen Archipel wel eenigszins kan voorstellen en zal dus niet uitweiden over de verdeeling in groote en kleine Soenda- eilanden, Molukken, Nieuw-Guinea, enz., doch alleen er even op wijzen aangezien dit aanstonds in mjjn betoog te pas komt dat die Archipel als het ware een keten vormt tusschen Z.O.-Azië en Australië. Verder zal menig lezer wel eens gezien hebben, hoe men om de groote uitge strektheid aan te geven, waarover dit Nederlandsch gebied reikt de kaart van ons Indië afdrukt op die van Zuid-Europa en hoe dan, de N.W.-punt van Sumatra samenvallende met de W.-punt van Spanje, de Oostel. grens van Nieuw-Guinea samen valt met den meridiaan, gaande over het meest Oostel. punt van Europeesch Rus land. Die uitgestrektheid willen wjj ook nog op een andere wijze verduidelijken en wel door er op te wijzen, dat ons Indië zich uitstrekt over 45 lengte graden gemeten langs den equator, d.w.z. een achtste deel van den aardomtrek of 5000 K.M. Weet men wat dit laatste cijfer zeggen wil 5000 K.M., dat beteekent een afstand, waarover een goed-varend stoomschip 10 dagen en nachten vaart en waarover om met de nieuwste vervoermiddelen reke ning te houden een vliegtuig 40 uren zou doen zijn sombere overpeinzing en in eens steeg er een snel sterker wordend gevoel van op gewektheid in hem op. Hij had verkregen, wat hij begeerde: hij had overwonnen. Vier en twintig dollars! Wat had dat te beteeke nen? En als hij eens „in de wereld" was, had het volstrekt niets meer te beteekenen. Hij zorr waarschijnlijk millioenen ver dienen. Eensklaps leek deze som hem klein en onbeduidend. Hij keek in Bee's opgewekt gezichtje. Wat stonden hij en Bee toch ver boven die menschen hier om hen heen, dacht hij. Bee was het mooiste meisje uit de stad; hij was de kranigste jongen. Zijn prettige gedachten werden onderbro ken. Hij merkte dat zijn vader naderbij kwam en zich voorover boog. Guy zag zijn afschu welijke bakkebaarden en de dotjes haar in zijn ooren. Zijn vader begon hem verwijten te doen; hoe kon Guy toch zóó veel geld uit geven. Toen wendde hij zijn oogen naar Bee en er lag een uitdrukking van beschuldiging- in. Was zij wel in de rechte geestesstemming- naar Gods huis gekomen? Was er nederig heid in haar ziel? Guy voelde een brandende verontwaardiging in zich opstijgen. Hij zag de menschen kijken, dringend om naderbij te komen en trachtend te luisteren. Bee's wangen gloeiden. Eindelijk ging Adriaan Plummer weer heen. Toen hij goed en wel weg was begon de verwarring der elkander zoekende partners opnieuw, met het leven van het verwisse- Deze reusachtige cijfers zouden aanlei ding kunnen geven tot een overdreven voorstelling van ons landbezit. Daar de eilanden echter gescheiden zijn door groote binnenzeeën en door breede zeestraten, neemt ten slotte het land slechts het kleinste deel van het geheele oppervlak in beslag, maar toch bedraagt dit oppervlak nog ruim 50 maal dat van Nederland Er moet een tijd geweest zijn, dat die verdeeling van land en water heel anders geweest is. Wij hebben daarbij het oog op den z.g. ijstijd, toen groote uitgestrektheden land nabij den noordelijken poolcirkel be dekt waren met reusachtige gletschers en de zeeën, veel verder dan nu, bedekt waren met ijsbergen. Al dat ijs moet gevormd zijn geweest ten koste van het water der zeeën en als gevolg daarvan was toen de zeespiegel in alle Oceanen veel lager dan nu. Onze geleerden hebben uitgemaakt, dat nabij den evenaar de zeespiegel toen 40 tot 60 meter lager moet geweest zijn dan thans. Hoe zag het er toen in ons Indië uit Wij grijpen daartoe naar de hydrogra- phische kaart van G. F. Tydeman, aan gevende de diepten der Indische wateren, zooals die zijn vastgesteld teu behoeve van de zeevaart en door het wetenschappelijk diep-zee-onderzoek. Het blijkt dan, dat tus schen het schier-eiland Malakka (vastland van Z.O.-Azië) en de eilanden Bangka en Billiton, de zeediepte nergens meer is dan 36 M., dat tusschen die 2 eilanden eener- zijds en den Z.O. wal van Sumatra en het Westel. deel van den Noordwal van Java anderzijds de wateren niet dieper zijn dan 30 M. en dat tusschen Billiton en Borneo niet meer dan 40 M. water staat, zoodat al deze gebieden in deri ijstijd droog zijn geweest, terwijl ook langs de Z. en O. kust van Borneo breede strooken eveneens tot het vaste land hebben behoord. Wij mogen dus wel aannemen, dat Sumatra, Java en Borneo toenmaals één geheel hebben ge vormd. Tusschen Borneo en Celebes en verder Z.-waarts zich voortzettende tusschen Bali en Lombok, wordt de zeediepte, die Weste lijk van die lijn nergens meer dan 100 M. bedraagt, plotseling veel grooter en loopt daar uiteen van 300 tot 3200 Meters. Nog dieper is de Banda-Zee, die grooten- deels meer dan 4000 M. en zelfs op het diepste punt ruim 6500 M. meet. Meer O.-waarts, tusschen Nieuw-Guinea en Australië, worden de diepten weer veel kleiner en zijn dan meestal minder dan 100 M. De samenhang in den ijstijd van Sumatra, Java en Borneo en daarentegen hun af scheiding van het Oostelijk deel van den Archipel aldus bewezen zijnde, wordt hier door ook verklaard de overeenkomst (in hoofdzaken) van plant- en dierenwereld der drie" genoemde groote Soenda-eilanden on derling en met Malakka en de verschillen, die er te dien opzichte bestaan met Celebes, met de Molukken en met Nieuw-Guinea. De tijger, die op Malakka, Sumatra en Java thuis is en de dikhuidige dieren, als olifant en tapir, die op Malakka, Sumatra en Borneo voorkomen, zijn in de Oostelijke helft van ons Indië geheel onbekend. Op Nieuw-Guinea daarentegen komen buidel dieren en ook vogels voor, die kenmerkend zijn voor de Australische natuur. Wij willen hier ook even spreken over den z.g. verticalen bouw van ons eilanden rijk, d.w.z. over de bergvorming en kunnen dan dadelijk vaststellen, dat in het algemeen de Indische Archipel als uitlooper te be schouwen is van het groote plooiings- gebied van Azië en Europa, hetwelk zich uitstrekt over Zuid-Europa en Klein-Azië, Himalajagebergte, China en Japan, welk plooiingsgebied zich van de meer Noordelijk gelegen gebergten van Azië en Europa onderscheidt door zijn vulkanischen aard. Sumatra, maar vooral Java en de kleine Soenda-eilanden behooren tot het sterk vul kanische gebied. Wij zullen later gelegen heid hebben op die vulkanen terug te komen. Ook de andere eilanden zfjn meer of minder bergachtig. Midden Borneo heeft een uitgestrekt bergstelselhooger is het len van zitplaats, het recht schuiven van stoelen en de grappen over de doozen; me vrouw Gropper hield een kippepootje om hoog met haar pas genezen hand. „Laten we hier vandaan gaan," zei Guy plotseling. „Ja, goed/' Zachtjes opstaande, Bee met de doos in haar handen, glipten zij beiden door de ach terdeur weg, welke zij achter zich sloten; het geluid der vele stemmen was toen niet meer hoorbaar. HOOFDSTUK V. Guy en Bee liepen de straat op. In de eer ste gejaagdheid van hun opwinding spraken zij snel, met veel uitroepen en herhalingen. Wat was dat een avontuur! Guy's hart sloeg snel en hij voelde een alles overweldigende opgetogenheid in zich. Wat zou zijn vader hier wel van zeggen? Och, dat kwam er niets op aan. Zijn vader had het recht niet om een scène te maken om zoo over hen heen te komen hangen als 'n ouwe kraai. Er steeg een hevige wrok in hem op. Het was toch 'n ramp om zoo'n vader te hebben. Waarom kon hij niet een vader hebben als Bee? vroeg hij zich af. „We storen ons" heelemaal niet aan hem," zei Guy. „Dat doe ik nooit als hij zoo'n bevlieging krijgt." Met een lach stapte hij van dit onderwerp af. gebergte op Celebes en de grootste hoogte wordt bereikt door het bergland van Nieuw- Guinea, waar de Wilhelmina-top reikt tot in het gebied van de eeuwige sneeuw. Waar het gebergte tot dicht aan zee reikt, zooals langs de Westkust van Suma tra, de Z.-kust van Java en op Celebes, worden mooie en veilige natuurlijke havens gevormd, zulks in sterke tegenstelling met de Oostkust van Sumatra en de kusten van Borneo, waar een breede vlakke kuststrook overgaat in moerassige oevers, waardoor breede stroómen zich een weg naar zee banen. Hier moeten de zeeschepen de-rivie ren binnenstoomen, voor zoover dit niet door zandbanken in zee bemoeilijkt of on mogelijk gemaakt wordt. Als uitzondering voor de Oostkust vau Borneo moeten wij echter noemen de schit terende Balik-Papan-baai, de groote petro leumhaven ten zuiden van Koetei. Langs de N.-kust van Java zijn geen „natuurlijke" havens aanwezig; ook de rivieren zijn hier niet van zoodanige be- teekenis, dat zeestoomers ze kunnen op varen. Vandaar dat de meeste schepen ter reede moesten lossen en laden, waarin wat Tandjong Priok en Soerabaya betreft eerst verbetering is gekomen toen daar kunstmatige havens zijn gebouwd, waaraan vooral in het laatste 10-tal jaren zeer groote geldsommen zjjn besteed. Van andere zjjde schrijft men ons het volgende over de basis van het Neder landsch gezag in Nederlandsch-Indië: Gelukkig dringt in het Nederlandsche volk hoe langer hoe meer het besef door, dat vooral in de tegenwoordige omstandig heden de Nederlandsche bezittingen in en de relaties met Nederlandsch-Indië voor de welvaart hier te lande onontbeerlijk zijn. Daarom is het wel interessant, zich eens af te vragen, waarop eigenlijk het Nederlandsch gezag in Indië steunt. Zeker niet op de kracht van Nederland's wapenen. Doch waarop steunt dan het Nederlandsch gezag in Nederlandsch-Indië? Het antwoord luidtop het vele goede werk, dat de Neder landers daar te lande verricht hebben en nóg verrichten. In staatkundig opzicht is veel goed werk gedaan door het onder ons rechtstreeksch bestuur brengen van tal van streken, tengevolge waarvan daar orde en rust zijn gekomen in plaats van de vroegere onveiligheid, onderlinge oorlogjes en onduldbare toestanden. Maar vooral in maatschappelijk en economisch opzicht hebben de Nederlanders in Indië schitterend werk geleverd. Nederlandsch-Indië, zooals het thans is, is niet een schepping van zijn inheemsche tropenvolken, maar van Nederland's werkkracht, intellect, energie, gecombineerd met uitheemsch, hoofdzakelijk Nederlandsch kapitaal. Nederlandsch-Indië's grootlandbouw, handel, nijverheid, mijn bouw, spoor- en tramwegen, zijn havens, scheepvaart, wegen en steden zijn geen vruchten van de scheppende kracht zijner inheemsche bevolking, maar zijn in het leven geroepen door Nederlanders, gedeelte lijk ook door Chineezen, daartoe door uit heemsch, hoofdzakelijk Nederlandsch kapi taal in staat gesteld. Door zijn veel en goed werk in Indië heeft Nederland aan de wereld een dienst bewezen; want de wereld heeft behoefte aan de rubber, de thee, de suiker, de petro- Behangerij Stoffeerderij BLOEMENDAAL TELEFOON No. 22053 Matrassen Verhuizingen Uit de hoeken van zijn oogen sloeg- hij Bee gade. Hij kon haar aanraken met zijn elleboog zachte, teedere straelingen van zijn overjas tegen haar mouw maar toch, hoe ver scheen zij van nem verwijderd. O, kon hij haar toch dichter bij zich heb ben! Zelfs middenin hun opgewonden her denking van de scène was er in zijn geest nog plaats voor een andere gedachte. Hij wilde haar arm aanraken. Dat deden an dere jongens ook. In de pool hall snoefden de lui altijd op hun „veroveringen". Wel honderdmaal had hij hen daarvan hooren vertellen. Zoo iets zou Cod Dugan volstrekt geen moeite kósten. Guy wikte en woog de zaak van alle kanten. Hij zou een of an dere aanleiding bedenken. Juist, hij zou wachten tot ze aan een hoek kwamen en dan haar arm grijpen om haar over de straat te geleiden. Maar toen zij den hoek bereik ten, was hij niet in staat de hand op te hef fen. Zij liepen door. Was dat nu 't meisje voor wie hij juist vier en twintig dollars uitgegeven had? Zij hoefde anders nergens bang voor te zijn, hield hij zichzelf voor. Hoe belachelijk. Wordt vervolgd

Krantenviewer Noord-Hollands Archief

Het Bloemendaalsch Weekblad | 1925 | | pagina 5