komt u bij ons
j A. van Weert Zn.
A. ZETSTRA
TWEEDE BLAD
/arming
mmer
Bet Bloemendaalsch Weekblad
TUIN- EN SERREMEÜBELEN
nabetrachting
No. 18
ZATERDAG 7 MEI 1927
raadsverslag
eens kijken naar
u zult zeker slagen
3 71 GIERSTRAAT 81
BLOEMSTOKKEN
ROZENSTOKKEN
Tl
REAU
.OEMENDAAL
:L. 22701
MACHINERIEËN
FA-SCHOENEN
t en pasvoini in
len voorradig bij
ON
TELEF. 12896
22003
n in elk
•en blad,
ooging
>o©®e®©®®«®®®®®®®
R VERGADERINGEN,
Lt AR D TOULET J
luur - ENTRÉE f 0.25
CHARLESTON BOYS
(®»«®Offl®©®®®®®®®®
r Velsen en Velserbeek,
thuis om het 's Zateidag-
rtste dag, Zonidag, uitrus-
icaretieweek, negen'de dag,
Tiarkt, tien-de daig naar
alkje, elide dag -per tram
delend over Bentveld te-
Amsterdam, 'Bijenkorf en
zoek aan het Frans Ha'ls-
Zaterdag, 't ochtends de
ddags winkelen im Haar-
itvangen en aan ieder die
ti, dat in Valkenburg ab-
ijgen -was, maar dat ze er
n zeker vroeger bij zullen
>p uitdraaien denk ik, en
■eren, dat deze verdeeling
t lijkt todh Jiiiet zoo heei
pels. En zoo gaat het dik-
rootsche plannen worden
>r, maar weinig worden er
alleen reisplannen. Oom
tn iemand, die hij iu zijn
ft, en die zich zelf een
was een groote taak weg-
in een schitterende poü-
3 den ministerszetel z°u
zou de maatschappij her-
zreden was, bij zou onder
geteld wor'den, en zijn
iet heel veel eerbied ge-
moten voorvader. En die
op Veenhuizen, niet als
eegde, en dat niet omdat
ar enkel en alleen, omdat
ikbre idealen, m.a.w. om-
te min en te gering was'
leeftijd en beeft daarom
■dan wij, natuurlijk zou
len niet wil en ontnemen,
tarschuwen tegen overdri)
innen vallen 'dikwijls in
uitvoering komen, over
>n lang voor dat ze ^'L
idealen 'hoog, zoo be
acht U vo hoogten die,
niet te hard van stapel,
■ermoeiend. Benut Uw va
ligt geen 50 weken krom
Trompetter.
Vergadering van den Gemeenteraad van Donder
dag 5 Mei 1927 mm. 2 uur.
Aanwezig alle leden, behalve de heeren Van
Kessel en Bornwater.
Voorzitter: de Burgetaeester.
De deuren worden eerst geopend na een be
sloten zitting van. ongeveer een uur. (In dien tijd
hokten als gewoonlijk de naar de wijsheid der
vroedschap begeerige journalisten in en om het
toch al kleine bodenkamertje samen, niet in de ge
legenheid iets te weiker-, aldus nationalen en privé-
tijd iluproduetief doodende. Wanneer komt daarin
eens verandering?)
De Voorzitter leest ter openbare vergadering
allereerst voor een sympathiek schrijven van den
heer Van Kessel, <waaibij deze afscheid neemt van
den Raad, met 'dank voor de meermalen van zijne
medeleden, niettegenstaande verschil van. ziens
wijze ondervonden medewerking. De voorzitter
wijdde naar aanleiding 'hiervan eenige woorden aan
den heer Van Kessel, een figuur in den Raad,
wiens ijver en kunde zullen word den gemist.
Tot tijdelijk wethouder van Juni tot October a.s.
werd benoemd de heer 'mr. dr. Luden.
De volgende punten der agenda liepen vlug
onder den haimer door:
1. Een nieuwe verdeeling der gemeente in
stemdistricten voor de verkiezing van leden van
den gemeenteraad.
2. Een nieuwe aanwijzing -der stemlokalen voor
dezelfde verkiezing.
3. 'Benoeming van voorzitters leden en plaats
vervangers van de stembureaux.
4. Idem van leden en plaatsvervangers van het
hoofdstembureau.
(Wij leggen alle vier besluiten, te lang om hier
af te drukken, gedurende twee maanden ten dien
ste van onze abonnees ter inzage in het kantoor
onzer administratie).
5. De heer J. Roodnat werd benoemd tot lid
van de plaatselijke schoolcommissie voor het
Lager Onderwijs.
6. Aan mej. J. H. van Leeuwen -werd eervol
ontslag verleend als onderwijzeres aan school C.
7. Overname om niet van i 80 strekken den
meter weg langs de Leidsdhevaart door de ge
meente om deze in staat te stellen de groote ver
keersweg naar de Zilk te voltooien. De provincie
Zuidholland zal 90% betalen der kosten van» een
nieuw topecadek.
8. Een ruiling van grond met E. Strietman te
Overveen ten behoeve van de verbreeding van
den Militairenweg tegenover de Julianalaan.
9. Aankoop van ongeveer 90 M2. grond van
A. F. Kremer voor 3.de M2. tot het zelfde
doel.
10. Idem, van ongeveer 88 M2. van Oscar J. A.
Mendlik in Aerdenhout voor 4.de M2. ter
veihreeding van den Zandvoorterweg.
11. Ondedhandsche verpachting van 500 strek
kende meters strand voor 500.per jaar voor
4 jaar aan W. Paap te Zandvoort met ontslag des
wege van Joh. Dijkhuis.
12. VeHhuring aan J. Uitendaal van de boerde
rij t 'Huis te Bloemend-aal" imet eenige aanliggen
de landerijen voor 600.voor 1 jaar van af 1
Januari 1927 met stilzwijgende verlenging van jaar
tot jaar bij niet opzegging 3 maanden voor het
einde van het loopende huurjaar.
13. Toelegging van de door bedanken van den
heer De Waal Malefijt vrijkomende bezoldiging van
een der drie ambtenaren van den Burgerlijken
Standen aan de beide anderen.
14. Vaststelling van het percentage van de
plaatselijke belasting ap het inkomen van 1 Mei
1927 1 Mei 1928 op: drie, hierbij werd over
wogen, dat 'wel is waar d'oor de grenswijziging de
belastingopbrengst eenigszins zal verminderen,
doch daartegenover de geiwone uitgaven ook min
der zullen bedragen.
15. Vaststelling van de tweede aanvullende be
groting voor den dienst over het jaar 1926.
16. Verleenen van een crediet van 600.om
bij wijze van proef door een te Haarlem gevestigde
bioscooponderneming een 30 tal schoolbioscoop-
voorstellingen te doen geven. De Commissie van
Toezicht op het Lager Onderwijs had daartoe
bij monde der heeren Lioni en Wilson geadviseerd.
17. Aanschaffing van een Fordmotorbrandspuit
voor Vogelenzang met toebehooren slangen en on
voorzien inbegrepen voor 5200.—
18. Invulling van het woordje noordzijde achter
Kinheimweg in de tabel van art. 7 der Bouw
verordening.
Onder punt 19 werd besloten:
A. ontheffing van artikel 7 der Bouwverorde
ning te verleenen aan:
a. J. H. Hultzer ivopr vergrooting zijner garage
aan den Schulpweg hoek Tollenslaan.
b- F, J, Kloos voor bouw van drie woningen
aan de Julianalaan.
c. H. J. de Boer voor 'bouw eener woning met
garage aan de Iepenlaan.
•d. J, W, Lippits voor bouw van vier woningen
aan de Prins Mauritslaan.
e. S. Rinkema voor ibouw van drie woningen
aan de Prins Mauritslaan.
f. A. Warns voor bouw van een autogarage met
woning aan, den Hooge Duin en Daa'lscbeweg.
B. afwijzend te beschikken op het verzoek om
ontheffing van artikel 7 der Bouwverordening, in
gediend door:
a. Meivroutw M. van Lennep ivoor bouw eener
garage aan de Westerlaan, daar het terrein zich
daartoe niet leent, reden waarom indertijd krach
tens verkregen dispensatie van den Raad een ga
rage aan bet huis werd vastgebouwd, wellke garage
thans tot woonvertrek is ingericht.
De Raad aldus genaderd tot de Ingekomen
stukken nam voor kennisgeving aan:
1. Het verslag over 1926 van de Ver. Vogel- en
Plantentuin.
2. Het verslag over 1926 van den toes'.anl van
het Lager Onderwijs in de gemeente.
3. 'Het procesverbaal van kasopname bij den ge-
gelmeente-ontv anger.
De gepensionneerde hoofdagent van politie
A. M. Smits kreeg tot wederopzeggings toe ver
gunning om gratis izijne woning Schulpweg 6 te
mogen 'blijven gebruiken. Het tot wederopzeggings
toe, volgens weth. Laan van zelfsprekend, werd
ingelasoht op voorstel van den heer Prinsenberg.
Afwijzend werd beschikt op het verzoek der Ame
rican Petroleum Company om de te betalen rech
ten voor het hebben van 'benzinepompen op en in
den openbaren weg belangrijk te verlagen. B. en
W. waren van oordeel, dat die rechten of recogni
tiën niet, zooals veelal het geval is, hier
alleen de strekking hadden, de gemeente te ver
goeden het gemis van plaatsruimte op den weg
maar ook eene contrapraestatie moesten vormen
tegenover de verkeersbelenameringen, welke on
dervonden wordt, doordat de te vullen auto's enz.
plaats innemen op den openbaren weg.
Het verzoek van de bewoners van de Oranje
Nassaulaan, die wonen tusschen Jan Willem Fri-
solaan en Prins Hendriklaan om de Oranje Nassau
laan door te trekken, ging naar B. en W. om
prae-advies. De heer Schulz wees er op, hoe nood
zakelijk ingrijpen der overheid ten dezen is; de
geheele plaatselijke toestand deugt niet, 'het is
er een broeinest van materieele ongerechtigheden,
hetgeen gevaar oplevert voor de Volksgezondheid
(een paar bewoners der laan, een dame en een
heer, die op „de publieke tribune" de zitting later
kwamen medemaken, 'bedankten na afloop der ver
gadering den heer Schulz voor zijn woorden).
De heer Kremer sloot zich 'bij den heer Schulz
aan, de heer De Roo van Alderwerelt wees op de
sloot voor het hek van de familie Faase, welke
z.i. mede een soort poel is.
Bericht aan de klagers en spoedig onderzoek en
prae-advies werd toegezegd. Uitvoerige discussieer
de de Raad daarna over het verzoek der slagers
de heeren De Vries en Van der Ham, die wilden
blijven slachten, de een in zijn kort geleden in
wendig nog verbeterde slachtplaats te Overveen,
de ander in zijne slachtplaats naast den winkel aan
den ©loemendaalscheniweg, waarvoor naar de
Voorzitter mededeelde geen 'Hinderwetvergunning
bestond. t
De heer Luden 'bracht het eerst het hierop 'be
trekking hebbend (privaatrechterlijk) verbod ter
sprake om op 'Hartenlust (daartoe behoorde des
tijds dat deel van den iBloemendaalsc'henwelg, waar
op den heer Van der Ham winkelt) te slachten.
De heer Mollerus meende, dat van' een Hinder
wet-vergunning aldaar nooit sprake kon zijn, om
dat op den grond de erfdienstbaarheid rustte, dat
daar inrichtingen die Hinderwet-vergunning be
hoefden, niet mochten verrezen zijn, (zie d'e Nabe
trachting), hij bracht een vergunning ter tafel,
destijds voor slachten in een perceel aan de Bosch
laan aan den heer Van der Ham verleend.
De Voorzitter zeide eenigen tijd later: die is
ingetrokken.
Neen, aldus daarop de 'heer MolleruS, ik heb
't juist telefonisch verno'men, hij is niet ingetrokken.
De Voorzitter: zij is automatisch vervallen.
De 'heer Mollerus: dat is dus 'heel wat anders.
(Protesten). Tusschen de heeren Prinsenberg,
Schulz, Hogenbirk, De Roo van Alderwerelt, De
Waal Malefijt en Kremer eenerzijds en de tafel
van B. en W. anderzijds ontstaat nu een vrij harts
tochtelijke discussie over de vraag of de gemeen
teraad van Bloemendaal bevoegd was aan den beer'
De Vries (voor den heer Van der Haim, die zelfs
volgens somlmige leden jaren lang aan den Bloe-
mendaalschen'weg fraudeleus geslacht had, kon
zelfs door den heer Mollerus niet veel meer ge
daan worden) toe te staan in zijne veibeterde in
richting te sladhten. 'Bloemendaal had zich aan
Haarlem vedbonden en in zijne verordening die
elders slachten dan in Haarlem's abattoir ver
biedt, alleen voor Buschman te Vogelenzang een
uitzondering gemaakt.
De heer Prinsenberg deed de oplossing aan de
hand dat Bloemendaal aan Haarlem als uitdruk
kelijke wensch zou kenbaar maken alsnog ook
voor De Vries uitzondering toe te staan.
Hiertoe werd met algemeene stemmen besloten.
Den heer Van der Ham zal belet worden verder
aan den 'Bloemendaalsdbeweg te slachten.
iDr. van Beusekom, die tegen dat slachten had
gerequestreerd aan den Raad kreeg dus een gun
stige beslissing op zijn verzoek.
Onder de nagekomen stukken werd behandeld
en aangenomen een voorstel van B. en W. tot het
aangaan eener kleine grondruilinlg ter verbreeding
van de Sp oorlaan.
Nog werd het verslag der Commissie van Toe
zicht op 'het Middelbaar Onderwijs voor kennis
geving aangenomen, en aan den heer Mettau onder
dankzegging voor de bewezen diensten eervol
ontslag als lid dier commissie verleend, (uitroe
pen: 't is jammer, dat hij bedankt).
Naar B. en W. om prae-advies gingen een ver
zoek der brievenbestellers alhier om woningen
voor hen te stichten, en een van Smolenaars met
betrekking tot de exploitatie van Rustenburch.
Een verzoek van gemeente-ambtenaren in het
'bij 'Haarlem gekomen gebied woonachtig, om hun
NU IS HET NOODIG
Uw bloemen te besproeien.
Gieters vanaf65 cent
Prima Tuinslang p.M. 60 cent
Tuinharken vanaf. 45 cent
Schoffels vanaf. 40 cent
Grasscharen f 1.20
Heggenscharen Snoeischaren
Bloemspuiten Tonkingstokken
Enz. Enz. Enz.
BLOEMENDAAL'S liZERM AG AZIJN
Korte Kleverlaan 22-24 Tel. 22704
in 'Bloemendaal woninigen te verschaffen of hun
de in Haarlem te betalen meerdere belasting te
vergoeden, werd verwezen naar de Commissie
voor georganiseerd overleg.
De rondvraag.
Allereerst vraagt wethouder Van Nederhasselt
het woord en spreekt er zijn spijt over uit, dat de
voorzitter bij het openen der vergadering geen
woord van afscheid 'heeft gewijd aan de inwoners,
die door de grenswijziging tegen hun wil zijn af
gescheurd van onze gemeente; deze is nu topo
grafisch verminkt; velen 'hunner waren oer-Over-
veners, hun voorouders reeds in de 17e eeuw al
daar woonachig. Wij zullen hen noode missen.
Spreker voegt er aan toe een woord van dank aan
die leden der burgerij, die hebben geholpen het
annexatie-gevaar te bestrijden, in het bizonder aan
'het plaatselijk anti-annexatie-comité, dat mr. Lioni
ni als voorzitter en Mr. Theijse als secretaris had.
Ten slotte huldigt hij de 13 inwoners van Haar
lem, die op zijn gekomen voor recht en recht
vaardigheid en in hun adres aan de Tweede Kamer
met den moed der overtuiging hebben aangedron
gen op verwerping van het wetsontwerp. (Bravo's
en applaus).
De heer Prinsenberg wil deze woorden aanvul
len met een woord vare dank aan den heer Van
Nederhasselt; wie als spreker hem in de' raads
commissie tegen de annexatie met groote taaiheid
werkzaam 'heeft gezien, kan daarover niet anders
gewagen, dan met dank en bewondering. Spreker
betrekt daarin ook den heer Van Abs, Commies ten
Raad'huize, die ook buiten werktijd zich krachtig
in deze zaak heeft geweerd. (Opnieuw applaus en
bravo's).
De heer Nuyens klaagt er over, dat hoewel de
Raad besloot ziekgeworden werkloozen, die van
gemeentewege aan het werk zijn gesteld, naar be
hoefte te helpen, de praktijk voor enkelen hunner
zeer onaangenaam is uitgekomen (het bedrag aan
door 'hen ontvangen geld daargelaten). Aan een
van hen is gevraagd of zijn vrouw niet uit wer
ken kon gaan, een ander is naar het Burgerlijk
Armbestuur verwezen; dat vindt spr. een schan
delijke behandeling en 'is ook niet de bedoeling
geweest van de Commissie voor de sociale be
langen.
De heer Schulz: Ik sluit 'mij daarbij natuurlijk in
'hoofdzaak aan. Deze spreker klaagt verder ovêr
het feit, dat een der zieken 14 dagen op eene
uitkeering moest wachten, een arbeider moest in
dergelijke omstandigheden schulden maken en dit
was 'hier niet noodjg geweest.
Weth. Van Nederhasselt haalt de geheele ge-
gesdhiedenis (die aan onze trouwe lezers bekend
is) op. De 'Raad heeft B. en W. de vrijheid ge
geven om tot 70% en desnoods nog boven 100%
van het loon te gaan als de zieke er behoefte
aan 'had; :zij die altijd voor de belangen der ar
beiders opkomen hebben zich daarbij neergelegd,
afstand doende van hun principe, dat de werk
loozen als werklieden in dienstverband moesten
beschouwd worden.
De heer Nuyens: Een dienstverband bestaat wel,
al is 't dan een indirect.
De heer De Roo: Laat B. en W. ze betalen zon
der te .wachten; uit iwelk potje doet er niet toe.
De heer Schulz: Spoed is in zulke gevallen num
mer 1. Verwijzen naar Armenzorg, eerst dus naar
het kerkelijk armbestuur en zoo verder is be
deeling en voor deze menschen krenkend. Wat be
treft 't afstand doen van zijn principe, dat weth.Van
Nederhasselt hem verwijt, antwoordt spreker: in
principieele questie's sta ik hier alleen en ik tracht
die dus niet door te voeren; maar als ik door
praktisch te werken en 'geen principiën-reiterei
te 'bedrijven hier iets voor den werkman bereiken
kan, mag ik de menschen niet het slachtoffer laten
worden van mijn prindipe's.
De Voorzitter wil nu de vergadering sluiten,
maar weth. Van Nederhasselt wil nog wat zeggen;
Gij mijnheer Schulz betreedt op die wijze een ge
vaarlijk terrein. (De Raad maakt daarop echter
van alle kanten zooveel leven, dat spreker maar
van het woord afziet).
Nadat de heer Schulz gevraagd had om een
waarschuwingsbord „gevaarlijk" bij den 'ingang
van het Prov. Ziekenhuis om 'het autoverkeer te
breidelen en de heer Prinsenberg de toezegging
heeft gekregen, dat orde za'l gesteld worden op het
instituut apenbare drinkfonteinen, wordt de ver
gadering definitief gesloten.
Er is een tijd geweest in West-Europa
vooral in ons land, dat alleen akademi-
sch-gevormden in aanmerking kwamen om
deel uit te maken van vertegenwoordigen
de lichamen; de reden ligt voor de hand;
men nam aan (het kwam' niet altijd uit),
dat aan deze liefden was bijgebracht die
kennis aangaande opkomst, bloei en on
dergang der oude maatschappijen, welke
voor het beoordeelen van het organisme
en voor het kundig besturen van de mo
derne samenleving noodig scheen. Want,
zoo redeneerde men, wat was de moderne
samenleving anders dan een product van
onze omgeving, van den stand der tech
niek en van onze geestelijke voorouders?
Maar daarna kwam een tijd die boven al
het andere meer waarde hechtte aan het
„milieu" van den dag, aan de omgeving
waarin men leefde, en de techniek maakte
zulke sprongen, dat tusschen wortelen en
bovengrondsche groei, tusschen oude en
nieuwe wereld een kloof scheen te gapen,
onoverbrugbaar.
Men had de „oude" wereld niet meer
noodig, men was zelf iets, men was oor
spronkelijk, men verbeeldde zich althans
dit te zijn en zoo raakte met de studie
ook de waardeering van de Oudheid op
den achtergrond. Toen onder den invloed
van teleurstellingen de hartstocht naar
het nieuwe niet meer zoo sterk laaide, en
men weder ziende begon te worden, werd
opnieuw beseft, dat tusschen den boom
en zijn wortels geen kloof gaapt, dat nie
mand zijne voorouders kan afschaffen en
dat oorspronkelijkheid niet beteekent een
van Nergenshuizen gekomen nieuw-zijn,
maar een ontsprongen zijn aan eigen oer
grond,eigen traditie, eigen voorgeslacht,zij
't ook op eigen, in den tijd passende wijze.
De praktijk van het leven komt altijd
bij het inzicht, bij den tijdgeest ten
achter. Zien de meer ingewijden thans
wel in welk een tot zekere hoogte onrede
lijk werk men deed met het afschudden
van het klassieke, praktisch zitten we
overal nog in instellingen met personen,
die van datgene wat klassieke vorming
geven kan, weinig notie hebben, noch wil
len hebben, en voor wie 'het organisme
onzer Samenleving is een boek, waarvan
zij de woorden lezen, maar het organisch
verband der zinnen niet verstaan. Men
stapelt wetten en verordeningen opelkaar,
om alle voorkomende gemeenschapsbe
langen te regelen, prangt de maatschappij
in een keurslijf, straks een warnet van
bepalingen, die zij, om niet te stikken, een
volgend oogenblik weer moet herzien, en
intusschen staat onbenut terzijde de aan
de kennis der oudheid ontleende wijsheid,
welke ons het wezen der samenleving ont
vouwen kan.
Alles in de wereld werkt naar elkander
toe; de vergroote technische vaardigheid
van het menschdom heeft dezelfde oudheid
die zij dacht overwonnen te hebben door
nieuwe vondsten nader tot ons gebracht,
en over het lichaam der in veel koude
drukte, veel oppervlakkige kennis, veel
oppervlakkige regelingen versplinterde
wereld begint weder een geest vaardig te
worden die, zij 't ook betrekkelijk, begrijpt,
diepte-verband ziet, weet. Zooals nu 'de
kerk door de roerigste tijden heen diepe
dingen, waarvan zij zelve nauwelijks de
waarde kende, veilig overgebracht heeft
naar meer verlichte 'nieuwere tijden, zoo
hebben rechtswetenschap en rechtspraak
l geënt op het klassiek romeinsche, of beter
1 gezegd, groot-grieksohe, Recht ons de
hulpmiddelen aan de hand gedaan om ook
de grootste en ingewikkeldste samenleving
vaardig te besturen.
Als nu maar in de vertegenwoordigende
lichamen de mannen en vrouwen aanwe
zig waren, die hun geestesvoedsel aan
dezen wortel hadden ontleend! Verre van
dien. Vandaar een breedsprakigheid, een
naieviteit, een zoogenaamd praktisch „on
geleerd", inderdaad begriploos praten, dat
in stede van tot het wezen (dat altijd een
rechtswezen is) der Staatszaken door te
dringen, voor de dingen blijft staan ze
wel op een rijtje zet en dan stelselmatig
bespreekt, maar niet ze doorschouwt en
naar een beter innerlijk verband ordent,
om dan aan de hand van het Recht eigen
intuïtie te laten gaan met het doel af te
sturen op den opbouw van den heilstaat
dien ieder volksvertegenwoordiger, wi)
van hem bezieling en kracht uitgaan, op
eigen wijze als eigen ideaal in het hart
moet dragen. Heilstaat-idealen bij onze ver
tegenwoordigers genoeg; persoonlijke in
tuïtie voldoende, maatschappij-kennis in
groeiende mate, maar geen sprake van de
daarbij onmisbare kennis der eenvoudig
ste rechtsbeginselen (om van de vaardig
heid om die toe te passen nog niet eens
te spreken).
Men begrijpe ons wel. Het gaat ons niet
alleen persoonlijk aan het hart, dat de
brave mannen, die onze vroedschap vor
men, voor zoover wij kunnen nagaan door
en door goede menschen, het Recht, dat
volgens de juiste uitspraak van een prof.
Houwink, door alle poriën, dus overal, de
maatschappij binnendringt, eenvoudig ter
zijde laten; maar zij die ruggegraat of
hygiëne der samenleving (beide beelden
zijn juist) als een uitwendige bijkomstig
heid beschouwen, begint het ontwikkelde
deel der vertegenwoordigde burgerij op
den duur te verdrieten. Een koe naar stal
te brengen duurt 10 maal zoo lang als
men haar' niet bij de hoorns vat, en de
regeering van ons dorp kon 10 maal vlot
ter verloopen door haar over te laten aan
de ambtenaren ten raad'huize, wanneer de
Raadsleden de belangen, waarvoor zij op
komen niet kunnen of willen verdedigen
met inachtneming van het nu eenmaal
geldende Recht. Wanneer in den nieuwen
Raad (ons persoonlijk is lust in die rich
ting vreemd) niet b.v. de jonge mr. Bie-
rens de Haan of een mr. Theijse, liefst
beiden, zitting verkrijgen, blijft het tob
ben; immers mr. Luden, die natuurlijk
meer weet dat hij zegt, schijnt wellicht ook
in verband met zijn leeftijd er tegen op te
zien telkens zijne medeleden terecht te
wijzen, en aldus staat de heer Prinsenberg
een van de weinigen, niet gestudeerden,
die van rechtsbesef en naslaan der wetten
blijk geven, daarin doorgaands alleen.
Studeeren, studeeren en nog eens studee-
ren, dat is wat rechtgeaarde volksverte
genwoordigers moeten doen, daar zij im
mers den eed op hun wet deden. Een He
Kamerlid als Duys heeft dit begrepen.
Het is minderwaardig en onbehoorlijk
steeds bepaalde belangen te komen voor
dragen en niet te weten hoe die kunnen
worden verwezenlijkt, hoe de staatsrech
terlijke vork in den steel zit. In de ver
gadering van Donderdag trof het ons als
een desillusie (dat ook de aardige vlugge
Jhr. Mollerus Van een eenvoudig rechts
beginsel, de scheiding van publiek en pri
vaatrecht niet au fait was. Wij doelen
op zijn bewering, dat aan den slager Van
der Ham geen Hinderwet-vergunning zou
kunnen gegeven worden, ook al wilde men,
omdat op de gronden, waarop zijn slacht
plaats staat de bekende erfdienstbaarheid
rust, die drukt op alle terreinen van de
voormalige buitenplaats Hartenlust. Hoe
nu?
De heer Mollerus weet toch wel, dat
minstens één kerk en zelfs een gemeente
school op diezelfde gronden verrezen zijn
en dat ook het oprichten daarvan krach
tens diezelfde erfdienstbaarheid verbo
den was? De zaak is zoo, dat deze' erf
dienstbaarheid een privaatrechtelijke is,
waarvan de privé-eigenaar der heerschen-
de erven ontheffing verleenen kan; de
ovefheid heeft daarmede niets te maken,
zij heeft hare vergunningen te verleenen
of te weigeren los van welke privaatrech
telijke verhouding ook, die hebben de be
trokken eigenaren onderling te regelen en
of de heer van der Ham had klaar gespeeld
of kon klaar spelen, zou het de gemeente
als zoodanig niet aangaan. De Raad
zal ook in dit verband den 'heer Van Kes
sel missen. Deze kloeke werkman studeerde
blijkbaar; het gezond verstand, dat juist
in het Recht een zijner organen heeft ('n
goed bestuurde rechtstaat heeft geen
fascisme, actualisme noodig om op orde
te komen!) trok ook daarin hem aan;
moge zijn voorbeeld, desnoods eenigszins
beschamend en wat laat, ook in dat opzicht
op zijne vroegere mede-raadsleden inwer
ken. Zijn ideaal, een rechtsstaat onder het
opperbestuur der roomsche Hiërarchie, is
nooit het onze geweest, maar niettemin,
misschien daarom nog meer, hebben wij
zijn helderen kijk op menschen en dingen,
zijn christelijk opkomen voor de zwakken
in de maatschappij, (straks misschien on
ze tirannen, maar daar gaat het nu niet
om) gewaardeerd, met sympathie voor
zijn durven en taai volhouden. Hoewel hij
ons orgaan en een groot gedeelte der ge
meente Bloemendaal innerlijk volstrekt
ongenegen was, hebben wij de plicht hem,
als openbaar persoon, tot afscheid dit te
zeggen. In aansluiting hierbij past een
woord van afscheid aan dr. Bornwater.
Het Recht dat tot taak Heeft de maat
schappij te houden in levend, labiel, steeds
weer zich zelf verbrekend, maar steeds
weer herstellende evenwicht, heeft wat 't
recht-der-Zwakken betreft, ook in hem 'n
geregeld en hardnekkig beschermer, soms
een voorvechter gevonden; als gevoelig
mensch was het hem niet altijd door even
goed gegeven personen van zaken te schei
den; zijn voorkeur voor plaatselijke bladen
van Haarlem, dat aan hem bepaald een
tegenstander had, heeft ons vaak be
vreemd, maar hij had als raadslid veel
goeds ook door zijn spontaniteit. Voor het
geen de heer Van Nederhasselt gezegd
heeft aangaande de z.'g.n. grensregeling
een wijziging van onze gemeentegrenzen,
die met een voor Bloemendaal op den
duur zeer gevaarlijke verminking gelijk
staat, verwijzen wij naar ons verslag.
Meer dan anderen ingewijd in die ge
schiedenis, vooral in haar eerste stadium,
zouden wij daarover misschien lezens
waardige dingen kunnen zeggen, maar
waartoe zou het nuttig zijn? Het feit is
beslecht. Aan een komende generatie zal
het misschien gelukken door grooter be
leid, door denken langs grooter lijnen en
met verder inzicht en tijdiger ingrijpen
onze gemeente, welker kern thans is ge
spleten en tijdelijk verplaats naar twee
ver uiteenliggende deelen, te reconstru-
eeren en te brengen tot een ideaal, als
het tegenwoordig geslacht niet heeft aan
gedurfd, Nniet heeft willen zien èn daardoor
niet 'heeft kunnen tot stand brengen. Wat
één man, wij bedoelen den heer Adr.
Stoop, wiens stichtingen tot zelfs vlak aan
de grens van Haarlem allen gespaard
bleven voor annexatie, direct of indirect
heeft weten te bereiken voor de wijk
Bloemendaal, had natuurlijk voor de ge
heele gemeente bereikt kunnen worden als
deze tijdig ware aaneengesmeed tot één
man sterk van rythme in zijn wil.Maar met
de gemeente Bloemendaal, die voor zijne
zwakkere inwoners geen woningen en
zelfs geen eenvoudig douchebadhuis over
had (en er was nog zooveel meer), had
Haarlem, toen het eenmaal zich zijne
kracht bewust werd, in een tijd als deze,
vroeg of laat gemakkelijk gewonnen spel.
Zal men zich in onze gemeente met het
oog op de toekomst aan dit gebeuren
spiegelen? Wij vreezen met grooten
vreeze.
Van de vrees op De Vries is een woord-