J'LOTTGERIMG
KUNST
PLAATSELIJK NIEUWS
BLOEMENDAAL
RUBRIEK VAN DEN ARBEID
VOOR DE HUISVROUW
STODMER'J-VEKVEBU
Bij brand een der volgende
nummers opbellen:
I Telefoonnummer 10960
0VERVEEN - -
AERDENHOUT - Telefoonnummer 26103
BENTVELD - - Telefoonnummer 26017
VOGELENZANG Telefoonnummer 28129
eene waarlijk gezegende groote en tevens j
schoone gemeente, waarop hare ingezete-
nen, waarop Noordholland, waarop het
heele Rijk trotsch had kunnen zijn. Zeker
het is wel aardig naast de kronkelende
prikkeldraden zich te bewegen langs goed
onderhouden buiten-verblijven vroeger van
tien thans van honderd welgestelde en in
tal van opzichten welwillende ingezetenen,
wij allen zijn, staande op de Kopjes trotsch
op de verre schoonheid der duizenden bun
ders afgesloten duinen en bosschen; maar
de genteenschap leeft niet van toekijken
en zich de jas aan het prikkeldraad scheu
ren alleen. En het is als een wraak van de
buiten de vrije natuur gesloten gemeen
schap, als deze, op een klein plekje, zooals
b.v. aan het begin van den ZeeWeg, toe
gelaten, onopgevoed tot vrijheid als ze
is, zulk een plekje zoo hartgrondig ver
nielt, dat het weldra in vaalheid, slordig
heid en dorheid gelijkt op het gemoed zelf
der door de betere elementen afgestooten
en door prikkeldraad en politiebepalingen,
bordjes en revolvers en door niets anders
in bedwang gehouden massa. De heer Laan
heeft in de laatst raadsvergadering even
den spijker op den kop getiktde Gemeen
schap heeft schreeuwend behoefte aan
grond, grond en altijd weer grond; maar
ze kan schreijen en schreeuwen, om grond
zooveel als zij wil: zij blijft van den
grond af!
Is dit zoo? Helaas ja. Maar moet dit al
tijd zoo blijven? Hier rijzen vraagstukken
van enorm gewicht en groote moeilijkheid.
Mag men wenschen b.v., dat het schitte
rend duinbezit der Erven Van der Vliet,
van de Mij. Veen en Duin et tutti quanti
voor publieke wandeling, voor den handel
in onroerende goederen en deszelfs ongezon
de achtergrond van speculatie klakkeloos
wordt opengesteld? Natuurlijk niet. Wie
vandalisme weren wil, moet de ongetemde
menigte weren. Maar het gaat ook niet om
het bevredigen van lusten van welke
menigte ook, het gaat er om, dat wijs be
leid en een machtige hand als in ons land
en in onzen tijd alleen eene georganiseerde
Gemeenschap bezit, met alomvattenden wil
en vooruitzienden blik gebruik maakt van
wet en belastingkracht om voor heden en
nageslacht iets op te bouwen waar woon
ruimte zich paart aan harmonische indee
ling van gebouwd en ongebouwd, van oor
spronkelijk en van gecultiveerd landschap,
waar rij- en wandelwegen de logische open
baring zijn van de gedachte, dat het ware
verkeer is verkeer van in wezen gelijke, ge-
Iijkbezielde, gelijdelijk denkende gemeen
schapswezens, die gelijke aangespraak heb
ben op Gods heerlijke zonnelicht, op de god
delijke zuurstof der lucht, op de rustgeven-
vende tinten der groene boomen, op de
heerlijke droge ondergrond van 't zand om
op te rusten en op het uit den hemel zonder
bepaald adres neergevloten zuivere water
om zich te reinigen.
God en zijn Heilige Geest en de Men-
schenzoon is de groote drieëenige Demo-
kraat, die ten slotte naar zijn onverbidde
lijke in verborgen raadsbesluiten vastge
stelde wil ook al het aardsche voor allen
gelijktijdig regelt en bestelt, voor ieder
anders, maar vroeg of laat niet zoo, dat de
één zal hongeren en dorsten, terwijl den
ander mond en maag zullen, overvloeien
en zalig zijn. Daar is een groote gerechtig
heid over de wereld, die op den duur met
het kleine recht en met sommiger men-
schenmacht in de wereld speelt als de
storm met een loshangend raamkozijn
Wee, wie het niet tijdig op het juiste oog
vastzet. Hem zal ten slotte de stormwind
zijn huis uitdrijven en hetzelve gelijk
maken met den grond.
Behalve 't goed bedoelde werkplan van den
Burgemeester, en het den spijker op den
kop tikken van den heer Laan (maar hoe
schuchter is deze stoere Zaankanter in ons
zoet Bloemendaal al geworden!)leverde de
Raad ditmaal op de levendige wilsuiting
van dr. Bornwater: dat er nu eindelijk ge
handeld worden! en de helaas mede door
den heer Schulz onderdrukte poging van
den heer Kremer om tot dat handelen te
komen. Verder was het weer als voorheen
het bakken van klein goed en allerhande
(De Waal Malefijt en Nuyens) en het wer
pen van koud-waterstralen (geurige van
den heer Luden, korte en krachtige van
den heer Van Nederhasselt) op de ambitie
van den Voorzitter (aan de echtheid van
wiens ambitie men bijkans twijfel aan den
dag legde) en van de leden Bornwater
en Kremer.
De nieuwe leden luisterden toe. Ook de
heer Noorman, als is hij geen echt nieuw
lid, immers vroeger al lid van den Raad
geweest.
Zullen zij zich naast de bezielden scharen
of naast de zuinigen, straks gierigen?
Naast hen, die buiten zich de teekenen der
tijden en in zich de stem van het geweten
der Gemeenschap verstaan? Of naast hen
die het niet wagen iets te scheppen, omdat
de Schepper met henzelf zoo zuinig
is te werk gegaan, dat niets maar ook
heelemaal niets van Diens Geest zich door
hen heen opworstelt naar het Leven der
tastbare werkelijkheid.
De heeren Laan en Van Nederhasselt zullen wet
houders blijven ini die afdeelingen, waarin zij het
vroeger waren. Wij spreken den wensch uit, dat het
grijpen in de openbare kas voor onderwijsdoel
einden' onder 'het nieuw-oude bewind allengs wat
worde gematigd.
In een couvert, bovenaan bedrukt met deze
woorden: „Uitnoodiging v/d Dahliatentoonstellimg
gem. Concertgebouw Haarlem van 911 Sept.
1927", ontvingen ingezetenen alhier een geel pa
papiertje bedrukt met een eenigszins snorkende
reclame voor het kunstatelier „Florizaga" van
mevr, A. Martens van iBalgooij, te Haarlem, tevens
behelzende een eenigszins kleineerend bespre
ken van de niet meer hier te lande wonende mevr.
A. WegerifGravestein. Wij achten deze wijze van
doen een afkeurenswaardig pogen om met zijn
„voordeelige prijzen een goed afzetgebied" te ver
krijgen.
VOORDRACHT-AVONDEN LEO STRAUSS.
Misschien is het niet al onze lezers bekend, dat
wij in onzen stadgenoot, den heer Leo Strauss,
leeraar aan het Keninemer Lyceum, een voortref
felijk declamator bezitten, die in verschillende
plaatsen van ons vaderland reeds veel heeft ge-
darn om het publiek nader te brengen tot de Ne-
derlandsche en buitenlandsche letteren. Met er
kentelijkheid vernemen wij, dat de 'heer Strauss,
die in besloten kring ook hier reeds een enkele
maal een proeve van zijn begaafdheid mocht geven,
thans het publiek uit Haarlem en omstreken in de
gelegenheid zal stellen, van zijn voordrachtkunst
te genieten. Gedurende drie avonden, in de maan
den October, November en December zal hij voor
dragen uit de werken van Shakespeare, Lessing,
'Goethe, Schiller, Heine, Multatuli, Von Wilden-
bruch, Von Hofmannsthal, Rich, BeerHofmann,
Jacob Israel de Haar:, Wildgans, Gronemanm en
Leacock.
Van de inteekening, bij den boekhandel op deze
voordrachten opengesteld, zal ongetwijfeld menig
een, die voor weinig geld goede kunst wil hooren,
gebruik maken.
Arbeidsconflicten in 1926. 'Door het Centraal
Bureau voor de Statistiek is dezer dagen wederom
het gewone jaarlijksche overzicht 'gepublioeerd over
de stakingen en uitsluitingen in- Nederland. Er
blijkt uit, dat 1926 voor wat deze arbeidsconflicten
betreft een zeer rustig jaar is geweest. Wel is
waar is het totaal aantal verloren arbeidsdagen nog
vrij groot n.l. ongeveer 237.000, doch vergeleken
met de voorafgaande jaren mag dit toch ongetwij
feld tot bevrediging aanleiding geven. Immers ge
durende de periode 1921-1925 bedroeg dit aantai
gemiddeld per jaar niet minder 'dan ruim l.j milli-
oen, terwijl in 1920 zelfs 2.3 millioen arbeidsdagen
aan conflicten werden opgeofferd.
De meeste stakingen kwamen weer, zooals gewoon
lijk, voor in de industrie; in de landbouw, vissche-
rij, handel en verkeerswezen gingen in totaal
slechts ongeveer 50000 arbeidsdagen verloren. Van
de industrieele bedrijven spannen de bouwvakken
met 32000, de metaalindustrie met 70000, de voe-
dings- en genotmiddelen-industrie met 24000 en
het veenbedrijf met 24000 de kroon. Toch is op
dit punt een zeer groote vooruitgang te zien. Ver
deeld volgens de provincies blijkt, dat in N.-Holland
piet 74 en in Zuid-Holland met 51 conflicten het
meest gestreden wordt. Zeeland en Friesland met
elk 3 stakingen zijn- de kalmste provincies. In Am
sterdam kwamen alleen 48 conflicten voor, in
Rotterdam 17 en in Den Haag 14: totaal in de
groote gemeenten 101, op het platte land 111.
Uit de bij stakingen gestelde eischen blijkt, dat de
afweer tegen loonsverlaging bij lange na «liet
meer die plaats inneemt, welke het in de jaren
1921-1924 innam, terwijl aan den anderen kant de
geschillen om loonsverhooging weer veel meer op
den voorgrond zijn getreden.De invloed van de
organisaties van werkgevers en arbeiders blijkt wel
uit het feit, dat 53%, dus meer dan de 'helft der
conflicten, werd beëindigd door onderhandelingen,
waarbij voor één van beide en voor beide partijen
een organisatie optrad. Ongeveer 1/3 werd geschikt,
terwijl ruim 1/4 deel door de arbeiders verloren
werd. Uitgedrukt in het aantal stakers, dat bij de
conflicten betrokken was, zijn deze cijfers voor de
arbeiders echter veel ongunstiger. Er blijkt dan uit,
dat slechts 16% der arbeiders volledig succes had;
voor 52% werd een schikking getroffen, terwijl
voor 30% geen enkele eisch werd ingewilligd.
Die heerlijke blauwe zeeDiezelfde heer
lijke blauwe zee, waarin we zoo fijn kunnen plassen
heeft 'heel wat vlekken op kleeren en schoenen
op haar geweten. En het is de plicht van de huis
vrouw, die te 'bestrijden. Hebben we te doen met
zeewatervlekken op goed, dat toch 'binnen een
paar dagen gewasschen wordt, laat ze dan maar
zitten. Op zwart of donkerblauw goed moeten ze
echter niet met rust gelaten worden, Zoo spoedig
mogelijk uitsponzen met schoon koud water (liefst
regenwater) is aan te bevelen.
Ten overvloede de stof over een kom spannen en
er telkens en telkens weer schoon water door
gieten. Daardoor wordt het zout er uit 'gewasschen.
Nastrijken met een warm ijzer is wel aan te 'be
velen, Is de vlek al eenigen tijd oud, dan is een
krachtiger middel noodig, namelijk sponsen met
azijn, en dan liefst met een zwarte of donkerblauwe
lap. Fijnere stoffen, die op geen van de hier aan
gegeven manieren behandeld kunnen worden, spant
men stevig en klopt de vlekken met een rietje.
Dat slaat 'het zout er uit. Daarna de vlekken boven
heete stoom uitstoomen en voorzichtig strijken.
Schoenen hebben ook veel van zeewater te lijden,
vooral als het bij de stiksels komt. Men vernist
daarom wel het stiksel, tusschen zooien en boven
leer, hetgeen vooral voor kinderen nut kan heb
ben. 'Die witte vlekken op het bovenleer, veroor
zaakt door zeewater, krijgt men weg, door ze te
wrijven met wat potlood, natgemaakt met citroen
sap. Dit geldt natuurijlk alleen voor zwarte schoe
nen.
Handige wenken en nuttige dingen,
waarvan wij U thans den lof gaan bezingen
Panama-hoeden (de echte!) worden in vochtigen
toestand gevlochten, omdat de vezels zóó fijn zijn,
dat ze zouden breken ia drogen toestand. Het
vlechten van één hoed duurt6 maanden!
Geen wonder, dat ze zoo duur zijn. En als er nu
eens een scheurtje of barst in komt in Uw echte
panama? Geen nood. Leg den barst onder water
en geleidelijk zal die zich heelemaal sluiten.
Azijn houdt de vliegen van ramen en spiegels.
Sprenkel een paar druppels op een leerenlap.
Wanneer men versch-gelegde eieren een minuut in
kokend water legt, zullen ze veel langer versch
blijven.
Trek kousen in den vorm, terwijl ze nog nat zijn;
ze kunnen langer mee, als ze niet gestreken worden.
Zeemleeren handschoenen, die oorspronkelijk licht
geel van kleur zijn, willen door veelvuldig was-
sohen wel wit worden. Wasch ze daarom in water,
waarin een nacht een citroenschil heeft geweekt.
Als U linnengoed gaat merken voor de wasch, ga
dan als volgt te werk. Neem een flink bot potlood
en schrijf de letters eerst met dat botte potlood
op het goed. Schrijf de potloodletters daarna met
drukinkt over. Het potlood belet, dat de inkt gaat
uitvloeien.
Tule of vitrage gordijnen hangen veel beter, als
ze na 'bet wasschen nog vochtig op de roe gehan
gen worden.
Een frissche, goedkoope drank. Wilt U in de
warme dagen een lekkere limonade hebben, maak
dan citroenlimonade. Neem op 1 pond suiker,l
liter water, 25 gram citroenzuur en 15 gram citroen-
essence (van den drogist). Het water wordt aan
de kook gebracht, waarna de suiker en het citroen
zuur er in opgelost worden. Na bekoeling roeren
we er pas de essence door. Dan is onze limonade
(siroop) gereed om in goed af te sluiten flesschen
te doen. Wanneer U nu limonade gaat schenken,
neem dan 1 deel siroop op 3 deelen water.
Over kleeden en kleedjes. Daarover zijn alle
huisvrouwen het toch wel eens: al heeft men nog
zoon goede stofzuiger, geklopt moet er af en toe
worden! Vooral als een stofzuiger een dagje ouder
wordt. Bovendien, als een kleed of karpet nieuw
is, mogen we het de eerste maand vooral niet
„uitzuigen" of met ieen rolveger behandelen. Dan
halen we alle wol er af! Het eenige wat we dan
mogen doen, is af en toe met een schoone karpet-
schuier schuieren, maar vooral niet „tegen den
draad in". Gaan we 'n kleed kloppen, dan is het
wel goed te bedenken, dat we eerst den achter
kant stevig moeten kloppen en daarna, zachter,
den goeden kant. Gebruik voor 't kloppen geen stok
ken met scherpe punten, want die kunnen het
kleed leelijk ophalen. Een uitstekende klopper is
een stuk buigzame gummi-slang. Die slaat de stof
er terdege uit en is toch miet zoo nadeelig voor
bet weefsel, als een stok of een gewone matten
klopper. Na het kloppen is het goed, het kleed
af te nemen, met een doek, die in heet water is
uitgewrongen, in welk water we een paar eetlepels
brandspiritus en een klein stukje zeep 'hadden op
gelost. Dit frischt de kleuren van het kleed prachtig
op en is onschadelijk voor het weefsel. Een ander
middel hiervoor is nog, het kleed te schuieren met
een borstel, die in water, waarin een weinig ter
pentijn is gedaan, gedoopt wordt.
Denk hier eens aan bij het werk,
't maakt U in moeilijkheden sterk.
Wanneer U een karpet met zout bestrooit, zal de
stof niet zoo opvliegen, als U gaat schuieren.
Een vetvlek op kleed of karpet kunt LT verwijde
ren met een sterke ammonia-oplossing. Is het een
oude vlek, dan kan het wel noodig zijn, de be-
handeling nog eens te herhalen.
Roet kan men van een kleed verwijderen, door de
j plek heel dik met zout te bedekken en dit dan af
te schuieren. Er zullen op 'die manier geen vuile
vegen achterblijven.
Ja, die witte vacht dn Uw slaapkamer moet eigen
lijk net zoo gewassen worden, als U een hondje
wacht; met een sopje, en daarna afspoelen met
lauw water en vervolgens laten drogen. Smeer de
achterkant van het vel in met wat lijnolie.
Gooi nooit oude stukjes fluweel weg. Het zijn
prachtige wrijfdoeken voor mahoniehout, pleet-
artikelen, enz.
Als de huisgenooten gesteld zijn op warme borden
bij het middageten (vooral in den winter b.v.)
maak die dan heet, door er 'heet water over te
gieten en ze af te drogen. Het is dan uitgesloten
dat ze barsten of bruin worden, hetgeen wel ge
beuren kan, als ze in den oven warmen.
Witte kousen moet men 's nachts drogen, ten
minste als ze van zijde of kunstzijde gemaakt zijn,
omdat de zon of sterk licht ze geel zou maken.
Koffievlekken kunnen uit teere stoffen verwijderd
worden, door ze met glycerine in te borstelen en
daarna in lauwwarm water uit te spoelen. Ver
volgens aan den verkeerden kant strijken.
Aangeslagen zilver moet U eens in aardappelwater
zetten. Na een poosje ziet het er uit als nieuw!
Bessenvla. Hiervoor is noodig 2 a 4 eieren),
1 liter bessensap, liter frambozensap, 1 stukje
pijpkaneel en 6 eetlepels basterdsuiker,
(Voor het bessensap neemt men 2/3 roode enl/3
witte bessen, zet die met water op, dat ze ruim
'half onderstaan, kookt ze een kwartier tot ze zacht
zijn, perst ze door een dubbele linnen doek en
laat het sap nog een kwartier in een schoone pan
koken. Schuim afscheppen). De eierdooiers worden
zoolang met de suiker geroerd, tot ze dik, wit en
luchtig zijn. Dan gaat er met scheutjes het vruch
tensap bij, de kaneel gaat er in, waarna men de
vla, roerend met 2 zilveren (of houten) vorken ge
bonden laat worden, au bain marie. Na bekoeling
met het stijfgeklopte eiwit vermengen en de vla is
gereed. Geef er biscuits bij.
Lachen Links, Berlijn
En speelt uw dochter ook piano?
Weineen! Onze dochter heeft het niet noodig
zich zoo de sappel te maken!
TITBIT WK IMI II ■lillimf
heeren. Wij zullen ze niet meer nemen, als je ze
niet lekker vindt, hoor man.
Alix nam een handwerkje op en begon te bor
duren. Gerald las een paar bladzijden in zijn boek.
Toen keek hij naar de klok en smeet zijn boek
weg.
Half negen. Tijd om naar den kelder te gaan
om te werken,
Het naaiwerk viel Alix uit de handen.
Neen, nu nog niet. Laten we tot negen uur
wachten.
Nee, meisje-lief half negen is de tijd, die ik
er voor vastgesteld heb. Je kunt des te eerder
gaan rusten straks.
Maar ik wil toch liever wachten tot negen uur.
Je weet, dat als ik een tijd vaststel, ik me
daaraan houd. Ga mee, ik wacht geen oogenblik
meer.
Alix keek hem aan en een golf van afschuw sloeg
door haar heen. Het masker was gevallen. Zijn
oogen glansden van opwinding, voortdurend ging
zijn tong over zijn droge lippen. Hij probeerde niet
langer zijn opwinding te verbergen.
Alix dacht; Het is waar hij kam niet langer
wachten hij is krankzinnig nu.
Hij liep op haar toe en rukte haar uit haar stoel
terwijl hij haar schouder ruw beetpakte.
Ga mee, mijn meisje of ik zal je dragen.
Zijn toon was vroolijk, maar er was een onverholen
wreedheid in, die 'haar verbijsterde. Met een
bovenmenschelijke poging rukte ze zichzelf los en
viel tegen' den muur. Ze was machteloos. Ze kon
niet weggaan. Zij kon niets doen en hij kwam
op haar af.
Nu, Alix
Nee mee.
Ze schreeuwde het uit, ze hield haar handen uit
gestoken om hem af te weren,
Gerald, wacht. Ik heb je iets te zeggen, iets
te bekennen
Hij wachtte.
Te bekennen?, vroeg hij nieuwsgierig.
Ja, te bekennen. Zij had de woorden in 't wilde
gezegd, maar ze ging wanhopig door, terwijl ze
probeerde, zijn aandacht vast te houden. Een min
achtende trek kwam op zijn gezicht.
Een vroegere minnaar zeker, hoonde hij.
Nee, zei Alix, iets anders. Jij zou het, denk
ik wel ja, jij zou het een misdaad nomen.
'En dadelijk zag ze, dat ze den juisten toon te
pakken had. Zijn aandacht was gewekt, geboeid.
Toen ze dat zag, kreeg ze weer moed. Zij voelde
zich weer meester van de situatie.
Je deed beter met te gaan zitten, zei ze rustig.
Zij kwam de kamer door en ging weer op haar
.stoel zitten. Zij bukte zich zelfs en nam haar
handwerk op. Maar achter die kalmte dacht ze en
overda dit ze koortsachtig; waint het verhaal, dat
ze verzon, moest hem boeien tot de hulp opdaagde.
Ik heb je verteld, zei ze langzaam, dat dk
vijftien jaar lang steno-typiste ben geweest. Dat
is niet heelemaal waar. Er waren twee tusschen-
poozen. De eerste was toen ik twee en twintig
was. Ik ontmoette een man; een ouderen man met
een kleine bezitting. 'Hij werd verliefd op mij en
vroeg mij ten huwelijk. Ik trouwde met hem.
Ze wachtte even.
Ik haalde 'hem over een levensverzekering
voor mij te sluiten.
Zij zag een plotselinge felle belangstelling op haar
mans gezicht komen en ging met hernieuwde moed
door.
Gedurende den oorlog werkte ik een poosje in
een ve'ldapotheek. Daar moest ik alle mogelijke
vreemde recepten en vergiften samenstellen.
Ze wachtte nadenkend. Hij stelde er scherp be
lang in, zonder twijfel. De moordenaar interes
seert zich voor een moord. Daarop had ze,
met een scherpzinnigheid en een fantasie, die
het doodsgevaar haar gaf, op' gespeculeerd en ze
had succes. Ze keek naar de klok. Het was vijf
piinuten over half negen.
Er is een vergif een beetje wit poeder. Een
snuifje ervan beteekent de dood. Jij weet mis
schien iets van vergiften af?
Met eenige angst deed ze de vraag. Als hij er iets
van af wist, moest ze voorzichtig zijn.
Neen, zei Gerald, ik weet er heel weinig
van.
Ze haalde verlicht adem.
Je hebt zeker wel eens van hyoscine gehoord,
hè? Dat is een medicijn, dat haast net zoo werkt
als dat vergift, maar absoluut niet merkbaar is.
Iedere dokter zal zeggen, dat het een hartgebrek
was! Ik stal een kleine hoeveelheid van dit ge
neesmiddel en hield het bij mij.
Ze wachtte, vatte moed.
Ga voort, zei Gerald.
Nee, ik ben bang. Ik kan 'het je niet vertellen.
Een andere keer.
iNu zei hij ongeduldig, ik verlang het te
hooren.
Wij waren een maand getrouwd. Ik was heel
goed voor mijn ouderen man, heel vriendelijk en
toegewijd. Hij prees mij tegen al zijn kennissen.
Iedereen wist, wat een lieve vrouw dat ik was.
Ik zette zijn koffie altijd 's avonds. Eens op een
avond, toen we alleen waren, deed ik een snuifje
van het doodelijke alkaloid dn zijn kop
Alix wachtte en deed zorgvuldig de draad in de
naald. Zij, die nooit in haar leven tooneel had ge
speeld, deed nu voor de grootste tooneelspeelster
niet onder.
Ze speelde werkelijk de rol van de koelbloedige
giftmengster. Het ging om haar leven!
Het was heel rustig. Maar ik sloeg hem gade.
Eenmaal snakte hij een beetje en vroeg om fris
sche lucht. Ik zette het venster open. Toen zei
hij dat hij niet uit zijn stoel kon opstaan. Ineens
stierf hij, een moment later.
Ze wachtte weer en glimlachte. Het was kwart
voor negen. Nu zou Dick wel gauw komen.
Hoeveel, vroeg Gerald, was de verzekering?
Ongeveer twee duizend pond. Ik speculeerde er
mee en verloor. Ik ging naar mijn kantoor terug.
Maar 'ik had geen zin daar lang te blijven. Toen
ontmoette ik een anderen man. Ik had op het
kantoor mijn meisjesnaam weer aangenomen. Hij
wist niet, dat ik getrouwd geweest was. Hij was
joinger, nog al knap, zat er goed bij. Wij trouwden,
heel eenvoudig, in Sussex. Hij wilde zijn leven
niet verzekeren, maar vermaakte in zijn testament
alles aan mij. 'Hij wilde ook, dat ik altijd zijn
koffie 'klaarmaakte, net als mijn eerste man.
Alix glimlachte nadenkend en voegde er een
voudig aan toe:
Ik kan heel goed koffie 'klaarmaken.
Toen ging ze verder;
Ik had vele vrienden in het dorp waar we
woonden. Ze hadden erg met mij te doen, toen
mijn man plotseling na 't eten aan een hartgebrek
stierf. Ik mocht den dokter niet graag. Ik geloof
niet dat hij mij verdacht, maar hij was wel erg
verbaasd over den plotselingen dood van mijn man.
Ik weet niet wat mij weer naar het kantoor deed
gaan. Gewoonte denk ik. Mijn Tweede mam liet
mij 4000 pond na. Ik speculeerde^ er nu niet mee,
maar zette het vast. Want, zie je
Maar ze werd onderbroken. Gerald Martin, zijn
oogen met bloed beloopen, half stikkend, stak een
bevende vinger naar haar toe.
De koffie mijn God de koffie!
Ze staarde hem aan.
Nu begrijp ik, waarom die bitter was. Duivelin.
Heb je je streken ook met mij uitgehaald?
Zijn handen grepen de armleuning van zijn stoel.
Hij stond op het punt op haar te springen.
Je hebt me vergiftigd.
Alix had zich van den haard teruggetrokken. Nu,
in hevige angst, opende ze haar lippen om te
ontkennen en wachtte. Hij stomd tot den aan
val gereed. Ze raapte al haar moed bij elkaar;
baar oogen hielden de zijne onafgebroken en
dwingend gevangen.
Ja, zei ze, ik heb je vergiftigd. Het vergift
werkt al. Je kunt al niet meer van je stoel op
staan je kan je al niet meer SEwegen
Als ze hem daar maar even kon houden maar
een paar minuten
Wat was dat? Voetstappen op den weg. Het pie
pen van het hek. Toen voetstapppen op het pad
buiten. De buitendeur ging open,
Je kunt je niet meer bewegen, zei ze weer.
Toen vloog ze hem voorbij en de kamer uit om
half bezwijmd in Dick Wdnidyford's armen te vallen.
Mijn God, Alix, riep hij.
Toen keerde hij zich tot den mam naast hem, een
groote forsche figuur in de uniform van de politie.
Ga eens gauw kijken, wat daar in de kamer ge
beurd is.
Hij legde Alix voorzichtig op de divan en 'boog
zich over haar heen.
Arme meid, mompelde hij, arme kleine ineid.
Wat hebben ze je gedaan?
Haar oogleden knipten en haar lippen zeiden
alleen zijn naam. Dick werd door den politieagent
pvereind getrokken,
Er is niets in die kamer, mijnheer, alleen een
man, die in een stoel zit. Ziet er uit of hij een
vreeselijken schrik gehad heeft en
Ja?
Wel mijnheer, hij is dood.
Ze schrokken toer. ze Alix stem hoorden, Ze sprak
als in een droom, de oogen gesloten.
En ineens, zei ze, met een onwezenlijke stem,
alsof ze hardop iets voorlas, stierf hij
EINDE
is, -*-' 'V**'
i