Sport
Schaakrubriek
Plaatselijk Nieuws
Burgerlijke Stand
Kerkagenda
Feuilleton
DE BESTE SAUS
^iiiiiiiiifiiiiiiuiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiniiiiiiiiiiiiiiiimuiiiHiiidiiiiiiiiiiiiiiuiiiiiiiniiiuiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiinipg
OPGERICHT 1828 I^PmI
liiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiMiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiniiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiliiiiiiiii
VOETBAL.
Bloemendaal is uitgebekerd, door het gelijke spel tegen
Xerxes. De laatste officiëele wedstrijd in seizoen 1927/
28 was van zeer goed gehalte. Het spel stond op hoog
tweede klas peil, en komen de witten 't volgend seizoen,
behoudens een enkele wijziging misschien in de voor
hoede met dezelfde spelers uit, dan behoeven we niet
ongerust te zijn.
Het tweede elftal speelde in IJmuiden tegen V.S.V. 2
den halven eindstrijd voor de tweede afdeeling der
Stormvogels serie wedstrijden. Ook de reserves waren
niet gelukkig. Een gelijk spel was het resultaat, waarna
de loting V.S.V. 2 als winnaar aanwees.
Voor de promotiecompetitie speelde het derde op het
H.F.C.-terrein tegen Bennebroek 2 en vrloor met 30.
De kansen zijn voor Parson c.s. wel belangrijk gedaald
en slechts als zij de resteerende ontmoetingen tegen
Kiheim 2 en Damiate weten te winnen, is het mogelijk,
't volgend seizoen in. de 2e klas uit te komen.
Het vijfde elftal doet het beter. Op het R.C.H.-terrein
werd D.W.O. 2 geklopt met cijfers (62) die aan
duidelijkheid niets te wenschen overlaten.
Zondagmorgen moeten beide elftallen weer in 't veld.
't Derde tegen Kinheim 2, 't Vijfde tegen Bennebroek
2. Over 't laatste elftal maken we ons niet ongerust,
den derde elftallers geven we echter weinig kans.
De junioren spelen thuis tegen D.W.O.waarvan
zonder twijfel gewonnen kan worden.
De elftallen zijn als volgt aangeschreven:
3e Elftal: L. v. d. Meij
v. Maren J. Parson
K. J. de Haas W. A. de Haas A. de Jong
C. Vogel J. v. Beem N. N.
W. Groeneveld H. v. d. Veer
res. J. Kohier.
5e Elftal: K. Schoehuijs
D. Kroon J. J. Huijer
Ant. Cassee M. v. Delden J. Veldhuis
W. A. van Zanten K. Kievit G. Strik
H. S. v. Lent J. Sondorp
res. A. de Roos.
Junioren: W. Mommers
M. Th. Akersloot M. Best
L. Bode G. Wille J. J. Hollenberg
Adr. Bakker K. v. Basten D. Kuiper
A. Donkervoort D. Ruiter
Oplossingen, bijdragen, enz. te zenden aan den
Schaakredacteur, De Genestetweg 23, Bloemendaal.
PROBLEEM No. 169
J. MANSKOPF (Daubhausen).
Mat in vier zetten.
Stand der stukken:
Wit: Ka4, Ta8, Td3, Lc2, Pe7, a5, c6, d2.
Zwart: Kc4, Lg3, Lh3, c5, d4, d5.
Deutsche Schachzeitung (1927).
MATCH Dr. EUWE—BOGOLJUBOW.
De tiende (laatste) matchpartij, gespeeld op 5 Mei te
Amsterdam, is met remise geëindigd. Toen de partij
na den 41 en zet werd afgebroken, meende Dr. Éuwe
nog een kleine kans te hebben haar te kunnen winnen.
Men besloot de partij Zondagmorgen, 6 Mei, voort te
zetten. Na thuis de stelling te hebben bestudeerd, werd
door dr. Euwe het remise-aanbod van Bogoljubow ge
accepteerd. Met 53^2 punt tegen 4J^ punt heeft de
Russische meester derhalve de overwinning behaald.
Tevens is hij daarmede kampioen geworden van den
Wereldschaakbond. Deze titel werd voor de eerste maal
sinds het bestaan van genoemden bond, verspeeld. Bo
vendien heeft Bogoljubow daarmede de zekerheid ver
worven, dat Dr. Aljechin (de algemeene wereldkam
pioen om hem zoo eens te noemen) binnen afzienbaren
tijd met hem een match zal spelen om het kampioen
schap der wereld. Ten slotte zijn Dr. Euwe en Bogol
jubow overeengekomen een revanchematch te spelen
in de komende Kerstvacantie. Een Haagsch schaaklief
hebber heeft hem daartoe (financieel, wel te verstaan
t.o.v. Bogoljubow) in staat gesteld. De tien gespeelde
partijen zullen door het Vereenigd Amsterdamsch
Schaakgenootschap in boekvorm worden uitgegeven.
Een mooie verrijking der schaaklitteratuur.
OPLOSSING PROBLEEM No. 165.
(F. KOVACS).
Stand der stukken:
Wit: Kh6, Dg6, La5, Lc8, Pb7, Pc6, a7, b4, d7.
Zwart: Kc7, Tb6, Tc2, Ld8, Lg8, Pa8, d2, e7.
1. Pc6b8, enz.
Goede oplossing ontvangen van:
H. W. v. DORT, te Haarlem, en
J. v. GULIK, te Overveen.
BLOEMENDAAL.
De vergadering, uitgeschreven door den Kennemer-
kring van Volksonderwijs op Maandagavond in Hotel
Vreeburg was zeer slecht bezocht.
Eerst om half negen opende de voorzitter, Mr. L. G.
van Dam, de bijeenkomst, en leidde den spreker, den
heer W. van Diessen, administrateur van Volksonder
wijs bij de aanwezigen in.
De heer Van Diessen had als onderwerp gekozen „De
openbare school de school voor kind, land en volk".
Na de interessante causerie van spreker, stelde de
heer Noorman eenige vragen, welke beanwoord
werden.
In verband met de geringe opkomst, werd besloten
een tweede vergadering uit te schrijven na de groote
vacantie, en deze te doen houden in Overveen, waar-
ne men dan zal trachten een afdeeling „Bloemendaal"
op te richten.
Bloemendaalsche Montessorischool-vereeniging.
De eerste klasse van de voorbereidende school der
Bloemendaalsche Montessorischool-vereeniging is ge
opend op 19 April j.l., ten huize van den heer P. Boom,
„de Zuid-Wester", Hooge Duin en Daalscheweg 8,
secretaris dezer vereeniging.
De leiding dezer klasse berust bij Jkvr. J. van Rand-
wijck. Belangstellenden kunnen inlichtingen verkrijgen
bij voornoemde secretaris.
Berichtten we in ons vorig nummer, dat Maandag,
28 Mei a.s. (Tweede Pinksterdag) op „Wildhoef",
daartoe door de eigenares, Mej. C. van Wickevoort
Crommelin, welwillend afgestaan weer een zendings-
feest gehouden zal worden, thans vernemen we, dat
daar spreken zullen Ds. C. M. Briët en Ds. D. Crom
melin van Heemstede, Ds. L. J. van Leeuwen te Haar
lem en de heer G. Maan, zendeling van Halmaheira.
Het comité voor het huldeblijk der Nederlandsche
vrouwen aan H. M. de Koningin Moeder is zeer voldaan
over de uitkomst van zijn arbeid in onze gemeente.
1301 handteekeningen zijn op de lijsten gezet en de
opbrengst in geld is netto ruim f 2500
AERDENHOUT.
Woensdagmorgen 8 uur botsten, tijdens een hevige
hagelbui, op den Viersprong een luxe- en een vracht
auto tegen elkaar op. De vrachtwagen werd zóó be
schadigd, dat hij moest worden weggesleept. De luxe
auto kwam er beter af. Deze kon op eigen kracht
verder rijden.
Persoonlijke ongelukken vonden niet plaats. De schade
wordt onderling geregeld.
WANNEER GIJ EENIG UITSLAG
bij Uw kind waarneemt, laat dit dan direct een dokter
zien. Wat vandaag nog een klein plekje is, kan zich
morgen al uitgebreid hebben. De kans bestaat, dat
het besmettelijk is voor anderen. Stuur daarom nooit
een kind met uitslag naar school, zonder den dokter
om raad gevraagd te hebben.
BEVALLEN: A. de Graafde Haas, z.
ONDERTROUWD: C. G. Prenijt en A. P. van den
Nieuwenhuizen.
GETROUWD: J. Aarse en K. de Koning; J. W. de
Waard en B. H. Berends.
OVERLEDEN: E. Fluit, 5 j., wonende te Barneveld;
E. Handgraaf, 69 jaar, overleden te Haarlem.
GEVESTIGD: H. A. Barnouw, Hotel Duin en Daal,
Bloemendaal; B. ten Cate, Rustenburgherweg 24,
Bloemendaal; S. de Heer, Duinwijckweg 12, Bloemen
daal; B. van Leeuwen, Vogelenzangscheweg 81, Vo
gelenzang; J. Kruijff, Rijnegomlaan 58, Aerdenhout;
B. K. Bossert, Vogelenzangscheweg 73, Vogelenzang;
H. Piccardt, J. Verhulstweg 23, Bloemendaal; D.
Crommelin, Spiegelenburghlaan 8, Aerdenhout; Wed.
J. M. U. Sannes geb. Brutel de la Rivière, Slingerweg
I, Aerdenhout; W. A. G. Pondman, Clematislaan 20,
Aerdenhout; D. Schouten, Rustenburgherweg 23,
Bloemendaal; J. H. van Wageningen, Bentveldsweg 8a,
Aerdenhout; B. H. J. Junger, Julianalaan 132, Over
veen; F. L. Werdmolder, Zandvoorterweg 23, Aer
denhout; J. Ph. Hillebrandt, Rijnegomlaan 52, Aerden
hout; H. van de Wetering, Vogelenzangscheweg 77,
Vogelenzang; W. Windig, Platanenlaan 37, Bloemen
daal; G. Dumoulin Koster, Prins Hendriklaan 3,
Overveen.
ZONDAG 13 MEI 1928.
BLOEMENDAAL.
NED. HERV. GEMEENTE, voormiddags 10 uur,
Ds. J. C. van Dijk.
Hemelvaartsdag v.m. 10 uur,
Ds. J. C. van Dijk.
Bidstond Zaterdag 12 Mei 's avonds 9 uur,
in de consistoriekamer.
JONGELIEDENSAMENKOMST in gebouw
„Maranatha", des voormidags 10 uur.
De heer H. van der Werff te Boskoop.
GEREFORMEERDE KERK, voormiddags 10 uur,
Ds. J. C. Brussaard.
n.m. 5 uur Ds. J. C. Brussaard.
OVERVEEN.
NED. HERV. GEMEENTE (Ramplaan) v.m. 10 uur,
Ds. H. E. Beker, Haarlem.
Hemelvaartsdag v.m. 10 uur,
Ds. P. W. Foeken, Haarlem.
SANTPOORT.
NED. HERV. GEMEENTE, voormiddags 10 uur,
Prof. Dr. G. A. van den Bergh van Eysinga.
„Het lijden, dat omhoog voert". Job. 5 6-7a.
Het zangkoor van de Vrije Gemeente te Amster
dam (Dirigent de heer Anton Tierie) zal eenige
liederen ten gehoore brengen.
Hemelvaartsdag geen dienst.
Naar het Engelsch,
(Nadruk verboden)
Mendoza had een opdracht gekregen om een serie
teekeningen te maken voor een advertentie van San-
key's Saus. De eerste teekening moest een arme drom
mel voorstellen, met ingevallen wangen, die met
begeerige oogen door een venster keek, waar hij een
pan met dampende saus op het vuur zag staan. De
serie bestond uit twaalf teekeningen en moest het
publiek onder het oog brengen dat Honger wel den
naam heeft van de beste saus, maar dat Sankey's saus
toch nog een aanmerkelijke betere was.
Toen Mendoza met zijn teekeningen klaar was, was
hij tevreden over zijn werk. Alleen de hongerige man
beviel hem niet.
Neen, zei hij, die deugt niet. Daar moet ik een
model voor zien te vinden. Zoo ziet hij er grappig uit
en dat moet heelemaal niet.
Hij nam zijn hoed en zijn schetsboek en toog er op
uit. Hij liep lang en ver, maar vond niet wat hij zocht.
Hij had genoeg hongerige en wanhopige gezichten ge
zien; maar aan elk daarvan ontbrak iets. Maar al
moest hij een week loopen zoeken, het kon hem niet
schelen; hij moest en zou het gezicht vinden. En in
Lincoln's Inn Fields vond hij het.
De man, hij was nog heel jong; Mendoza schatte hem
op negentien, zat in elkaar gedoken op den hoek /an
een bank; de eene hand in zijn broekzak. Hij droeg
een glimmend pak van blauw serge, van opvallende
goede snit, een zwart dasje en een rafelige pet. Hij
zag spierwit en zijn wangen waren ingevallen, zijn
oogen lagen diep in hun kassen, zijn haar was kort
geknipt, zijn gezicht schoon en hij was nog niet lang
geleden geschoren. Hoe leeg zijn zakken ook waren,
een scheermes en een stuk zeep schenen zij toch nog te
bevatten.
Jeugd, zei Mendoza bij zich zelf, de doffe wan
hoop. Dat is nu precies wat ik hebben moet.
Hij ging op den anderen hoek van de bank zitten. De
jongen bleef maar naar de punten van zijn schoenen
staren en merkte hem niet op.
Zeg eens, zei Mendoza, wil je wat verdienen?
De jongen keek hem van ter zijde aan zonder zich
verder te verroeren.
Zeker.
Ik ben teekenaar, zei Mendoza. Als ik je mag
uitteekenen, krijg je vijf shilling van me.
De jongen liet een luguber lachje hooren.
Voor vijf shillings mag je mijn kop ophangen en
verkoopen. Waar is uw atelier?
Chelsea.
Dan moet je me er heen rijden. Ik zou er nog voor
geen tien pond heen kunnen loopen.
Ik zal je er heen rijden, zei Mendoza. Zullen we
dan gaan?
Hij stond op.
Zoudt u me niet een shilling willen voorschieten?
Dan kan ik eerst wat eten, dan ben ik meer mans dan
nu.
Beste vriend zei Mendoza vriendelijk, ik heb ook
zulke dagen gekend als jij ze nu schijnt door te maken.
Ik kan me levendig voorstellen hoe jij je voelt. Maar ik
moet helaas neen zeggen. Ik heb je noodig zooals je
bént. Als je nu zoudt gaan eten en een beetje zou op
kikkeren, zou ik je niet meer kunnen gebruiken. Het is
de honger in je gezicht het spijt me dat ik het
zeggen moet die ik op papier moet zetten en als ik
die er niet op houd, heb ik niets aan je. Maar kijk
eens. Als je het nog twee uur kunt volhouden zoo, zal
ik je een souverein geven!
In orde, zei de jongen. Twee uur maken ten
slotte niet zooveel verschil. Ik heb in twee dagen niet
gegeten. Kunt u me niet hier uitteekenen? U hebt
toch uw schetsboek bij u? z z
Ik zou het wel kunnen, zei Mendoza, maar ik
doe het liever niet. Als ik je uitteeken, wil ik het goed
doen en een potloodschets zou niet voldoende zijn.
Het is beestachtig om je nog langer honger te laten
lijden, dat weet ik, maar het kan niet anders. Maar,
jij hebt het maar voor 't zeggen. Neem je mijn aan
bod niet aan, dan krijg je een halve kroon, anders
een souverein.
De jongen stond langzaam op. U bent een eigen
aardig type, ik geloof dat ik mijn souverein dan maar
zal zien te verdienen. Wie bent u, als ik vragen mag?
Mijn naam is Mendoza.
De jongen keek hem aan.
Wat? Hebt u dat schitterende aanplankbiljet van
George Dolman geteekend in „The Shomman" en dat
andere voor dat stuk in „The Trafalgar" en dat andere
voor
Ja-
De jongen ging weer zitten, Neen, zei hij dan
doe ik het niet.
Wat?
Ja. Ik dacht dat u een gewone vent was. Maar uw
werk is overal te zien. Waar hebt u het voor noodig?
Is het voor een reclamezuil?
Voor een advertentie van Sankey's saus.
Een sausadvertentie, zei de jongen, grimmig lachend.
Een sausadvertentie met mijn gezicht! En dan nog
wel geteekend door u!
Waarom heb je bezwaar tegen mij?
Om dat het heel Engeland doorgaat. Als u het dan
persé weten wilt, omdat ik mijn oude vader niet de
voldoening wil geven, dat zijn voorspelling uitgekomen
is. Daarom!
Hij ging weer op het hoekje van de bank zitten, stak
zijn handen weer in zijn zak en staarde weer naar
de punten van zijn schoenen.
Ik geloof dat ik het snap, zei Mendoza na een
poosje. Je wilde, laten we zeggen aan het tooneel gaan
en hij wilde dat je in zaken ging. Je volgde je eigen
kop en je vader voorspelde je dat je van honger zou
krepeeren. En nu wil je niet dat hij je gezicht op een
reclamezuil ziet!
Zoo is het, zei hij vol bewondering voor het com
binatie vermogen van den teekenaar.
We spreken er niet verder over, zei Mendoza, ga
mee eten, ik betaal.
U bent kolossaal vriendelijk, zei de jongen. Ik
wilde dat ik doen kon, wat u vroeg en weigeren om
met u te gaan eten. Maar ik kan het helaas allebei niet.
Praat er niet verder over. Ik heb zelf ruzie ge
had met een oom, omdat ik niet in zaken wilde. Hij
voorspelde mij ook den hongerdood. Het kwam niet
zoover, zoover komt het ook niet met jou. Ik
wil onze kennismaking graag voortzetten. Men ont
moet niet vaak iemand die aan zijn trots meer ge
legen is, dan een volle maag. Kom mee!
Toen de jongen gegeten had, en weer lachen kon,
nam Mendoza afscheid van hem. Hij stond op en
schudde zijn gast de hand.
Het beste met je, zei hij. Ik wilde dat je voor
mij geposeerd had, maar ik bewonder je houding. Ik
moet een ander zien te vinden, die niet zoo'n pro
feet van een vader heeft. Hier, steek dat in je zak. Je
weet nooit waarvoor het nog eens goed is.
Hij liep vlug weg, terwijl de jongen in stomme ver
bazing naar een vijfpond biljet staarde, dat hem in
de hand was gestopt. Hij vloog naar de deur, doch
Mendoza was in het menschengewoel verdwenen
Twee dagen later keerde Mendoza vermoeid en ont
stemd op zijn atelier terug, Hoe hij ook gezocht had,
hij had geen rempla^ant voor zijn pracht-hongerlijder
kunnen vinden.
Die vervloekte aap! mopperde hij. En die idioot
van een vader!
Hij ging zijn flat binnen, zijn bediende Anfitrion kwam
hem tegemoet.
Er is een arme man, die u spreken wil. Hij wacht
al vanaf vijf uur op u. Hij ziet er uit alsof hij ziek
is van den honger. Maar toch is het geen bedelaar,
want ik wilde hem wat te eten geven, arme drom
mel en dat wilde hij niet hebben. Toen ik er op aan
drong dat hij wat zou eten begon hij te vloeken. Hij
is in het bergkamertje.
Mendoza kreeg een idee.
Ik zal even naar hem toegaan, zei hij.
Toen Mendoza de deur geopend had, zag hij zijn vriend
van twee dagen geleden. Mr. Eric Brendon zat op den
grond tegen een paar schilderijlijsten geleund, met
open mond te slapen, snurkte hevig, zag lijkbleek en
was net zoo sjovel gekleed als toen de teekenaar hem
voor 't eerst zag. Hij scheen volkomen uitgeput. Men
doza schudde hem zacht bij de schouder. De jongen
ontwaakte en staarde suf naar den kunstenaar. Doch
ineens werd hij zich van zijn omgeving bewust.
Hallo! zei hij. Dus u bent thuisgekomen.
Ja, zei Mendoza, sta op en kom mee naar mijn
atelier.
Brendon kwam langzaam op zijn knieën, toen ging hij
rechtop staan. Hij zwaaide heen en weer en zou ge
vallen zijn, als Mendoza hem niet bij den arm gepakt
had. Hij hield de hand voor de oogen.
Het is al over, zei hij. Ik was een beetje duizelig.
Mendoza sloeg een arm om hem heen. Kom, kan
je loopen?
O, ja. Maar geeft u me liever een arm.
Anfitrion! riep Mendoza.
Samen brachten ze den jongen naar het atelier en
legden hem in een gemakkelijke houding.
Blijf maar kalm liggen, mijn bediende brengt je
wat soep.
Soep?, fluisterde Brendon. Nog niet. Pas als u
me uitgeteekend hebt. Eerder niet!
Nonsens, zei Mendoza. Je eet dadelijk. Maar
niettegenstaande zijn aandringen bleven zijn oogen
vol bewondering en gretigheid op den jongen rusten,
die nu een nog beter model was dan twee dagen ge
leden.
Maar, ging hij voort, hoe kom je in vredesnaam
zoo? Heb je het geld verloren, dat ik je gegeven had?
Brendon schudde het hoofd. Neen, zei hij. Hier
is het en zijn magere hand haalde een vijf pondbiljet uit
zijn jaszak.
Mendoza wist niet hoe hij het had. Dwaas die je
bent! Ik heb het je toch niet gegeven om in je zak te
houden.
Dat weet ik wel. Maar u hebt me te eten gegeven;
u bent zoo goed voor me geweestNu moet u mij
uitteekenen; ik
Dios!, riep Mendoza uit. Daarom hield je dat
geld in je zak?
Het was moeilijk om honger te lijden met dat
beroerde geld van u in mijn zak, maar het moest. Als u
dan persé mijn kop hebben wilt dan kunt u hem voor
mijn part blind turen op de saus van Sankey!
Anfitrion kwam binnen met een kop dampende soep.
Laat hij het wegnemen, fluisterde Brendon. Ik
kan de geur niet verdragen. Stuur hem weg en maak
voort. Ik kan het niet lang meer uithouden en het
moet gebeuren.
Twee dagen! zei Mendoza. Twee dagen zonder
eten en een vijfpond biljet in zijn zak! Onbegrijpelijk!
En dat voor mij! Het is een held! Die zelfopoffering
mag niet voor niets zijn! Hij zette zijn ezel naast den
jongen neer,
Nu, moedigde hij hem aan. Tien minuten, niet
meer. Zit rechtop! Anfitrion, help hem, steun hem met
kussens! Zet die kom soep op de tafel recht voor
hem, dat hij ze zien en ruiken kan. En jij, Brendon,
kijk naar die kom! Ruik je ze? Zalig hé? Het is een
Tantalus-kwelling, dat weet ik, jongen. Maar het is
noodig. Kin omhoog. Je mond wat open. Zoo! Neem
dat papier in je hand. Houd het vast. Houd het vast,
zeg ik je! Verduiveld, hoor je me? Over tien minuten
mag je ze opslurpen met een heel diner er achteraan.
Maar als je nu niet doet wat ik zeg
En zoo gebeurde het dat Mr. Brendon's vader ont
dekte dat hij de gave der profetie bezat en dit ver
heugde hem uitermate.
Maar Mr. Brendon junior maakte toen al eenige
maanden deel uit van het gezelschap dat in Trafalgar
Theater speelt, dank zij een brief, die met den naam
Mendoza geteekend was. En toen hij eenmaal een
„fair start" had, nam zijn succes met den dag toe.
De geweldige voldoening die zijn vader dagelijks
smaakte als zijn oog op een zekere saus-advertentie
viel, duurde niet langer dan tot den dag dat hetzelfde
gezicht, dat daarin prijkte, nu echter opge
wekt en gevuld op alle foto pagina's van de Britsche
pers verscheen als de glundere kop van een van de
meest belovende jonge Londensche acteurs.