WEET U DAT 11 a AD VERTE NTIEN 1 AND I - Tel. 22444 Sport Schaakrubriek Denken en Leven J Burgerlijke Stand Kerkagcnda NDEWIJN ANTCASSEE&Z* Vereeniging „Haerlem" f i H BiPtHami Gevonden Voorwerpen RGIS ZN. IVEGERS 3 GEMEUB* KAMERS PLAATST IN ELK GEWENSCHT BLAD ZONDER PRIJSVERHOOGING? iARLEM - TEL. 13310 ïmers opbellen: nnniimmer 10960 onnummer 26103 onnummer 26017 onnummer 28129 en voor het M.U.L.O.- gen candidaten van de :lke er vier waren, voor gelukkigen zijn: Srotenhuis, J. G. Hamel, nendaal; H. L. Korvinus van Santpoort, J. Lot- leverwijk. i. :n Vogelenzangscheweg. I door den autobusdienst nderhouden." (H. D.) jgelijk! mogelijk was, is de weg g veel verdere strekking I waar het bepaald on- :t gebeurd. Kingma zendt ons het van een nog ontvlam- DER VROUW. uiltje in de kin vrouw een allerliefst gewin, de zachte glans van 't oog, tn 's hemels ruime boog: als door 't luchtruim dringt, 'an 't purp'ren lipjen klinkt. ns zoo streelt en boeit dat van heur lippen vloeit; ils het golfjen deint, tille meer verschijnt, ir Grieksch model gebouwd, schoon geheel ontvouwt, olmaakt gebit, nd mondje zit, dgevormde hand, wonderschoon verband: uwhoorbaar in zijn tred chte schrede zet. 1 lieflijkheid :ij voorbij ons schrijdt... rein en trouw gemoed, ms zorg vergeten doet, ootste schat op aard, leven proza baart. noodig ar binnen gaan en die >75 gulden betalen DOOOOOOOOOOOOOOO& 'ER LITER OOOOOOOOOOOOOOO00 - wewimc: IN*I6HTIN«: BW6MÊN§Mli OPGERICHT 1828 luiiiiliiiiiiiiiiiiiiiiiiii CRICKET. Haarlem 3b kreeg een gevoelige nederlaag van Bloe- mendaal te slikken. Te verwonderen was dit niet: het Haarlem team bestond gedeeltelijk uit zeer jonge spelers, die op het bowlen van Beijk en Van Dam weinig uit konden richten, maar bovendien verschenen er slechts 9 menschen aan de start, zoodat de Bloe- mendaal-captain van het behalen eener innings-over- winning afzag, hoewel er nog een zee van speeltijd was. Inderdaad, het spelen tegen dergelijke partijen is geen onverdeeld genoegen! Beijk won den toss, en verkoos te batten. Het werd een vroolijk nummertje: v. Giffen, Scheen en vooral v. d. Meer, welke laatste speler iederen wedstrijd zich meer ontpopt als een uitstekende cricketter, rammelden er lustig op los. Naar alle zijden van het veld vlogen de ballen. De Haarlem-bowlery, hoewel niet slecht, werd danig afgestraft, zoodat de score de hoogte in vloog. Toen er 6 wickets néér waren, voor een totaal van 115 runs, stopte Bloemendaal, en stuurde Haarlem naar de wickets. Hier werd het een gaan en komen. Geen der spelers wist het bowlen van Beijk en Van Dam onder de knie te krijgen, hoewel, vooral bij de jongere menschen, de snelheid veel geminiseerd werd. Daarom konden de laatste batsman het nog eenigen tijd uit houden, hoewel zij toch geen kans zagen, runs te maken. Ten slotte hadden allen voor 42 runs een beurt gehad. Toen was het kwart vóór zes en dus nog tijd genoeg, Haarlem voor innings in te sturen. De ware liefhebberij ontbrak echter, zoodat de stumps ongebor- gen werden. Hedenmiddag komt Haarlem 3a te gast. Dit elftal is uit oudere spelers samengesteld, waarom er, denken we, wel meer spanning zal zijn. Spelers als Dik en Helmich zullen voor een behoorlijk totaal zorgen, en tevens dat de Bloemendaal-score niet zoo makkelijk hoog opgevoerd kan worden. Het Bestuur van de Reddingsbrigade van Drenke lingen was zoo vriendelijk ons uit te noodigen tot het bijwonen van de Demonstratie in het Zwemmend redden van drenkelingen. De demonstratie is goed ge slaagd. De zweminrichting aan de Houtvaart (oor spronkelijk onze vaart) met het uit onze duinen en veenen afkomstige water mocht zich ook op dien dag in een druk bezoek verheugen. Oplossingen, bijdragen, enz. te zenden aan den Schaakredacteur, De Genestetweg 23, Bloemendaal. PROBLEEM No. 174 Kr. NIELSEN, (Hamar, Noorwegen). Mat in vier zetten. Stand der stukken: Wit: Kh8, Del, Lc7, Ld7, a6, c6, e4, f6, g5. Zwart: Kd4, a7, f7, g6, 1ste prijs, wedstrijd „Neue Leipziger Zeitung" (1926). EINDSPEL No. 42. De volgende stelling ontstond in een partij, gespeeld in het tournooi te Kecskemet (25/6/'27—12/7/'27), tusschen Dr. A. v. VAJDA (met wit) en C. AHUES na den 28sten zet van Zwart (Lf7g6): 28h7h6? zou Wit antwoorden 29. h4 Xg5 en 30. e4e5. Er volgde nu: h4Xg5! 29 Lg6Xe4 Dd3Xe4ü 30 Uitmuntend gespeeld. Zwart is verloren. Lc2Xe4 Le4Xh7f Lh7—f5 30 31 32 33 Te8Xe4 T a8—e8 Kg8-g7 Dd7—d5 veel te moeilijker dan dit leven te ontdekken, zóó het er al is, bij planten en dieren. We hebben dan ook in ons oordeel zeer voorzichtig te zijn, niet alleen bij planten, maar ook ten opzichte der dieren. Want veel, dat er verstandig uitziet is een gewoon physiologisch verschijnsel, de reactie op een of andere prikkel, en behoort louter tot de natuurkundige verschijnselen. Na de planten gaat de schrijver, via de lagere dier soorten: het pantoffeldiertje, de amoeba, poliep, ko- raaldier, zeester, enz. over tot de hoogere dieren, en ten laatste tot de mensch-apen. Bij deze laatsten is de keus tusschen ..instinkt of verstand" al zeer moeilijk. Nimmer toch is met zekerheid na te gaan of het dier nabootst wat het eens gezien en opgemerkt heeft, misschien iets langer geleden, ofwel dat het, tot een soort nadenken komt. Tal van zeer interessante voorbeelden en veel illustra ties vormen, samen met den tekst een boeiend geheel, en leveren tevens het bewijs hoe oneindig veel er nog te onderzoeken is, eer zelfs de beste denker zich met zekerheid een meening vormen kan, berustend op ver- standsmotievenl Thlh7f 34 Kg7g8 g5Xf6 35 Dd5Xf5 Gedwongen, wegens de dreiging f6f7f. g4Xf5 36 Kg8Xh7 Kflg2 37 Lf8—dó Of Lf8h6; 38. Tdlhl gevolgd door Pf3g5f. Pf3—g5f 38 Kh7—h6 Pg5f7f 39 Kh6h7 Tdl—hl f 40 Kh7g8 Pf7— g5 41 Te8e2 Thl—h7 42 Te2Xa2 f6—f7f 43 Kg8—f8 Pg5e6f 44 Opgegeven. OPLOSSING PROBLEEM No. 171. (I. OLASZ). Stand der stukken: Wit: Kei, Dc6, Tdl, Td2, Lb4, Pg2, c2, c3, d5. Zwart: Kc4, Td3, b5, b6, c5, d6. 1Dc6e8, enz. Goede oplossing ontvangen van: J. v. GULIK, te Overveen. CORRESPONDENTIE. HAARLEM, H. W. v. D. In No. 171 faalt 1. Dc6c7 na 1Kc4Xd5. VERBETERING. Het jaarverslag dezer vereeniging over 1927 laat een Zooals uit den „Stand der stukken" blijkt, behoort in opgewekte toon hooren. Tot de leden behooren onge- het diagram van Schertsprobleem No. 14 de witte veer 50 Bloemendalers. Wij ontkenen er het volgende Toren op b4 te staan. aan: In het vorige verslag werd reeds gesproken van de bemoeiingen der vereeniging „De Hollandsche Molen", die op haar post was, toen men vreesde dat de paltrok- molen „de Eenhoorn", wegens bouwvalligen toestand zou worden afgebroken. Haerlem heeft, zooals U be kend is, geldelijk gesteund en ook krachtig medege werkt voor het behoud. Het succes voor al die inspan ning was groot, want de molen draait weer lustig en velen zullen zich dezen winter, die enkele dagen weer eens ouderwetsch was, op de schaats hebben kunnen overtuigen van de uitstekende manier waarop de molen hersteld is en zich eveneens kunnen verheugen over het onvergelijkelijke gezicht, dat, dank zij ook veler steun en sympathie, dit prachtig landschap ge lukkig nog biedt. Toch verdwijnt er bijna elke week een typisch geveltje, of het wordt veranderd; geheele stadsgezichten wijzi gen zich en het is maar al te waar, dat iedere verande ring volstrekt geen verbetering is, althans niet voor het oog en het gemoed gevoelig voor schoon en tradi tie. Wij kunnen daar veelal niets aan doen, omdat er andere eischen worden gesteld, maar het zou leerzaam zijn en de oogen van velen openen, indien wij eens konden laten zien, wat sedert het verschijnen van het werk van Prof. van der Steur, verdween of verminkt werd. Het zou menigeen ontstellen. Gelukkig zijn er toch nog Haarlemmers die gaarne medewerken, dat bleek ons toen door gebrek aan mid delen en wegens bouwvalligheid weder een karakte ristiek gebouwtje zou moeten verdwijnen. Zij, die onze wandelingen door Haarlem meemaken, kennen het zoo verscholen liggende broodhuis van pastoor Blommaert in de Lange Veerstraat, waarvan twee afbeeldingen naar teekeningen uit den Stedelijken Atlas van den heer H. J. Wesseling in dit verslag zijn opgenomen. Van de straat af is er niets te zien, zoodat velen achter in de poort het broodhuis niet zouden zoeken. Dit huisje is ook met onze hulp nu hersteld en laten wij hopen, dat nog jaren wekelijks het brood aan behoef- tigen daar zal worden uitgedeeld en deze oude instel ling ter plaatse aan haar bestemming kan voldoen. Verblijdend was ook de medewerking van tegen woor- digen eigenaar van den koepel, die vroeger aan den Heerenweg op het voormalige buitengoed Bosch en Hoven stond. Ouderen zullen zich herinneren hoe voor jaren daarin de familie van deze buitenplaats des Zondags namiddags naar de équipa.ges en voorbij gangers zat te kijken. Met veel moeite en groote zorg is deze mooie, 18e eeuwsche koepel, die weldra tot de allerlaatste gaat behooren, weder herbouwd op den hoek van den Zwarten- en Enschedéweg in den Aer- denhout op het landgoed „Klein Bentveld", waar hij tusschen het groen der dennen een passende plaats heeft gekregen. Ook de tuinkoepels en vooral van deze sierlijkheid worden zoo zeldzaam, dat het openlucht museum bij Arnhem al getracht heeft hem voor zich te verwerven. Erkentelijk waren wij ook voor een oude prent van het Huis ter Kleef, die het vroegere bestuurslid Mr. P. G. van Tienhoven ons aanbood, evenals voor de studie van de Bloemendaalsche kerkramen, waarvan de schrijver Jhr. Mr. de Jonge van Ellemeet ons een exem plaar gaf, dat in onze boekerij is opgenomen. Boven dien schonk de heer Knappert ons een door hem voor de Levensberichten der Maatschappij der Nederland- sche Letterkunde geschreven biographie van Gonnet. Deze boekerij, waarvan de door de Breuk en Gonnet geschonken geschriften de kern uitmaken, is evenals onze stukken en bescheiden thans op uitstekende, overzichtelijke wijze door den heer Kersten geordend. Met opoffering van veel tijd zijn ook door zijn goede zorgen, waarvoor wij hem grooten dank weten, de vele foto's van onzen ligger in portefeuilles gerang schikt. Dit alles is natuurlijk, na voorafgaande overleg met den secretaris, voor iedereen te bezichtigen; wellicht kun nen wij hiervan eens door een tentoonstelling, of op een avondbijeenkomst aan onze leden laten zien. Komen dan allen op, zoo is de kamer veel te klein, en daarom is het bestuur, zooals ge weet, doende ook de groote ruimte op de eerste verdieping tot een zaaltjes in te richten, maar dat vordert zooveel tijd en geld, dat wij voorloopig dat vertrek nog wel niet zullen betrekken, ofschoon dit groote werk, waarmede een inwendige verbouwing zal moeten samengaan, toch reeds onze geheele aandacht heeft. Er zijn in 1927 drie tentoonstellingen ingericht, waar toe onze leden toegang hadden, twee wandelingen, één binnen en één buiten de gemeente, werden gemaakt, twee voordrachten werden gehouden en bovendien werden onze glasplaatjes vertoond. Wanneer ik daar nog aan toevoeg, dat weder drie uitgaven in voorbe reiding zijn, waarvan een „de Haarlemsche Goud- en Zilversmeden en hunne merken" door Elias Voet Jr. U reeds per circulaire is aangeboden dan zijt ge niet vergeten en vraag ik mij af, of er wel nog een Vereeni ging, zoo typisch Haarlemsch, in onze Gemeente be staat, welke haren leden zooveel biedt als Haerlem. Over de beide andere boekjes kan pas later worden gesproken. Maar voor het belangrijke werk van den heer Voet vraag ik toch wel Uw bijzondere aandacht, omdat het hier een uitgaaf betreft, geschreven door Dr. Nico van Suchtelen: Tot het Al-Eene, Uitgeg. door de Mij. voor Goede en Goed- koope lectuur, A'dam. Weltseele komm uns zu durchdringen, Dann mit dem Weltgeist selbst zu ringen, Wird unsrer Krafte Hochberuf. „Wie onzer vond den weg, door den warlenden chaos der Wereld, door de driften-hel der Menschheid, tot hei stille paradijs van het eigen Zelf? En wie bereikte in zuiverst denken de poort der Eeuwigheid, om daar Zelf, Menschheid, en Wereld weer te verliezen, het woelend Al te zien verzinken in den glans van het Eene?" Met deze vraag en dit citaat uit Goethe's Gott und Welt, opent Nico van Suchtelen dit werk. En hoe meer we met de lectuur vorderen, hoe meer de liefde voor het onderwerp en de bezieling waarmee de emoties zijn ontvangen en weergegeven, ook óns be zielen met liefde voor dié opvatting van en dit inzicht in het Al-Eene, hoe grooter de drang wordt het door den schrijver gebruikte citaat uit Gott und Welt aan te vullen met de eerste strophe van het zelfde gedicht: „lm Grenzenlosen sich zu finden, Wird gern der einzelne verschwinden. Da lóst sich aller Ueberdrusz; Statt heiszem Wünschen, wilden Wollen, Statt last'gem Fordern, strengem Sollen, Sich aufzugeben, ist Genusz." Deze rust is het, die het werk den aandachtigen lezer brengen kan. En zoo aan kunst en wetenschap ooit een roeping is toegekend, dan is het wel déze, dat zij den mensch brengen tot die hoogten, die het ver trouwen in het „stille paradijs van het eigen Zelf" mogelijk maken. Daar zal de mensch zichzelf en al wat hij waarneemt leeren kennen. In dat tabernakel, dat ontstaan is uit den aard van het goddelijk denken, groeiend en bloeiend en vruchtbaar als al het be staande. Het bevreemdt ons dan ook niet, dat de schrijver, even als de Westersche waarheidzoekenden, een plaats toe kent aan intuïte, zij 't in eenigszins anderen vorm, dan die waarin de contemplatieven haar kennen. Zoo denkt en schouwt de dichter-denker. Hij kent: „de oer- intuïtie waarvan ons leven en ons denken uitgaan: God is het eeuwig scheppende Wezen, het continue, al-eene Leven. Een waarheid wier „geboorte van om hoog" onzen geest met zulk een ontzaglijke, wijdsche zaligheid vervult, dat hij gelaten kan berusten in de betrekkelijkheid aller secundaire waarheden waarmede hij dit eene oer-begrip tracht „nader te verklaren". Want de waarheden, welke wij ontdekken zijn voor hen, die na ons komen, geen waarheden meer. Alles groeit en aan alles ontgroeit de mensch. Mensch en Wereldbeeld wijzigen zich voortdurend. Daarom is ook het verkrijgen van zekerheid, van volstrekte zekerheid, onmogelijk. In een der mooiste hoofdstukken: Weten's Ontwaken, zegt de schrijver: „Het zekerst van hun dwalingen zijn kinderen, minderwaardigen en krankzinnigen." En voor de normalen geldt al te dikwijls den regel, dat hun zekerheid voortspruit uit het feit, dat velen juist zoo denken als zij. De toestand, door prof. Freud be doeld met: „Die Masse macht dem Einzelnen den Eindruck einer unbeschrankten Macht und einer un- besiegbaren Gefahrund man ist sicher, wenn man dem ringsumher sich zeigenden Beispiel folgt..." „Voor den denker, evenwel, is zekerheid niet meer dan een begeleidend ontspanningsgevoel, hetwelk hem een aanduiding geeft, dat hij zoo nauwgezet mogelijk alle hem inderdaad bereikbare gegevens onder zijn aan dacht heeft gebracht." Een zeer boeiend hoofdstuk is ook: Moraliteit en Rechtsbegrip der toekomst. Voor den zich thans vor menden mensch zal een nieuwe moraal en als gevolg hiervan een nieuw rechtsbegrip gelden. Immers „de macht van den eerzuchtigen krachtmensch is machtelooze slavernij aan eigen driften." We hopen van harte, dat dit werk een wijden lezers kring moge bereiken. De kans hiertoe wordt niet ge ring verhoogd, door het feit, dat de schrijver niet met termen schermt. Het is eenvoudig Hollandsch, klaar duidelijk en daardoor, ook voor niet-geschoolden ge makkelijk te lezen. Een ander, zeer aanbevelenswaardig, werk bij dezelfde uitgeefster verschenen is van Dr. A. Schierbeek: In stinkt of Verstand? Een inleiding tot de dieren- psychologie. Aan de dierpsychologie gaat een hoofdstuk over „Het gedrag der planten" vooraf. Schrijver gaat uit van de meening, dat wij niets afweten van een zieleleven bij planten of dieren. Zelfs het zieleleven van onze medemenschen kunnen we slechts construeeren. Hoe- GEVRAAGD voor Augustus toegang tot keuken en tuin. Niet te duur. Br. M. A. 1138, RICARDO's Advertentie-Bureau, Amsterdam. IfftalW E/TtRK IJ Fjfco/ctiiAAM ao-ii iemand van groote kennis en liefde voor zijn vak. Ge zult in het boek het resultaat vinden van een studie, waarvoor de schrijver, nauwkeurig als hij is en uit stekend teekenaar, bijna heel zijn leven het materiaal verzamelde. Het bestuur vertrouwt dan ook, dat zeer velen zich dit boek, waarvoor de Vereeniging groote geldelijke offers bracht, zullen aanschaffen. Het be handelt een speciaal, maar toch zoo fijn en sierlijk onderdeel der Haarlemsche kunstnijverheid en hare beoefenaars. We wekken gaarne onze lezers met historischen zin op, om zich als lid op te geven. Secretaris is nog steeds de heer J. C. Tadema, onlangs terecht gevierd bij ge legenheid van zijn 25 jaren in functie zijn. De Ver eeniging heeft de oude Hoofdwacht op de Markt als Vereenigingsgebouw. BEVALLEN: A. J. G. Hi RozendaalMensink, z.; P. H. W. M. van DijkKemper, z.; Y. J. Koopman Balvers, d.; A. JoustraKeur, z. ONDERTROUWD: W. J. A. Sweijen en M. A. van Schagen; A. IJzerman en C. A. Schoevaart; G. M. Veldhuis en E. P. Prenen. GETROUWD: P. Jungmann en K. Pfundt; M. A. J. van Beem en L. J. C. M. de Booij. OVERLEDEN: M. J. C. Homing, 34 j. GEVESTIGD: H. Th. Braam, Spiegelenburghlaan 6, Aerdenhout; P. C. de Jonge, Distellaan 32, Aerdenhout; W. A. J. Brummel, Or. Nassaulaan 136, Overveen. Terug te bekomen bij: Kelder, Iepenlaan 54, Bloemen daal, een damestaschje met inhoud; F. Donkervoort, Donkerelaan 2, Bloemendaal, een 3-deelige zilveren broche; W. G. Schouten, Arnoldslaan 2, Bloemendaal, een kleine portemonnaie met eenig geld; Cassee, Bloe- mendaalscheweg 12, Bloemendaal, een broodtrommel; Vermeij, Tetterodestraat 126, Haarlem, een bril; Kol, Bloemendaalscheweg 267, Overveen, een auto-plu- meau; Roskam, Duinlustparkweg 9b, Bloemendaal, een manchester jongensjas; De Rooi, Julianapark 10, Haar lem, een bloedkoralen kettinkje; Visser, Kloosterstraat 111, Haarlem, een vulpen; Kasper, Bloemendaalsche weg 140, Bloemendaal, een zilveren rozenkrans; Chr. Barthel, Voorzorgstraat 9, Haarlem, twee leesboeken in cartonnen doos, geadresseerd: E. Rohling, Singel 157, Amsterdam; Van Os, Boschlaan 53, Bloemendaal, een R.K. Kerkboekje; Boorsma, Zandvoorterweg 29, Aerdenhout, een houten zandschepje; aan den politie post Aerdenhout, een dameshandschoen; aan het bureau van politie te Overveen, een paar handschoe nen, een sleutel; aan den politiepost Noordzeestrand: een kinder schopje. ZONDAG 8 JULI 1928. BLOEMENDAAL. NED. HERV. GEMEENTE, voormiddags 10 uur, Ds. J. C. van Dijk. Wijdingsstond Zaterdag 7 Juli, 's avonds 9 uur, in de consistoriekamer. JONGELIEDENSAMENKOMST in gebouw „Maranatha", des voormidags 10 uur. De heer M. C. Fallentin, Amsterdam. GEREFORMEERDE KERK, voormiddags 10 uur, Ds. J. C. Brussaard. n.m. 5 uur Ds. J. C. Brussaard. OVERVEEN. NED. HERV. GEMEENTE (Ramplaan) v.m. 10 uur, Ds. J. van der Vlugt, Bergen op Zoom. SANTPOORT. NED. HERV. GEMEENTE, voormiddags 10 uur, De heer F. Oort, Theol. Cand. te Leiden.

Krantenviewer Noord-Hollands Archief

Het Bloemendaalsch Weekblad | 1928 | | pagina 3