ALGE M.N1EUW5 enADVERTENTIEBLAD VooRKENNEMERLAND en HAARLEM EXPLT^nADMINT^DRUKKER UT. Tl MMER DE QENE5TETWEG.23, BLOEMEND UI TG AYE N.y. HET HIDDEN EFFECTEN - COUPONS Crêpe Schoenen Help U Zelf A. G. POST Leo Tolstoy Plaatselijk Nieuws WBURG 5 Z' HAARLEMSCHE BANKVEREENIGING Maatschappelijke omgang LOTEN „NENIJTO Gereedschappen voor elk bedrijf BUTST MET „PRACHT BUTS" ID'S g,e BW"d« ie Actualiteiten RST LOEMENDAAL ITI KELEN telef. 22003 giro 30785 bijkantoor: bloemendaal, bloemendaalscheweg 147 worden bij ons Vakkundig gerepareerd L. FABER Zn., KL. HOUTSTRAAT 10 Telefoon 12896 Opgericht 1898 adresboek van bloemendaal 15e jaargang 1928 F 2.50 p.tideman jr., bloemendaal verbindingsweg 53 WAGENMAKER tuin bouwgereedschappen A7ftqtra k. kleverlaam LEiluinn, tri rirnnn nn 22-24 TELEFOON No. 22704 Alle soorten Ijzerwaren MaaktOw buis artistiek: rawplugs Concurreerende prijzen TELEFOON 10188 18 SEPTEMBER g DRIJVEN DOOR lNS BOER VAN RIJK g M TELEFOON 11937 smge opvoeringen van de Weensche Zangerg programma met komische Zaterdag' en Woensdag- n 27 nur doorloopende d. ÏSSENHANDEL fEL. 13151 blik f 1.25 blik f 1.30 blik f 1.40 blik f 1.60 blik I 0.80 blik f 0.90 TELEFOON 22196 ZATERDAG 22 SEPT. 1928 22e JAARGANG No. 38 UW ADVERTENTIE ALSCH WEEKBLAD" t, zal in dezen cyclus t het organiseeren van l ook over de jazz als zonder twijfel veel ïmsterdamsche criticus voor alsdan een lezing i, met gebruikmaking er en meer gebezigde stratie zal ook in een :>ruikt worden om de ende wereldstreken te nde en 80 disques" zal int bijzonder aantrek- zullen de beide jazz- tuurlijk niet ontbreken, in Gruenberg, Weill, zal voordragen. langrijk" en „van vol' eb ik in het begin van chikt genoemd. Hoofd- eboden wordt, plaats dat recht heeft onze uziek-Lyceum dit recht wenscht te handelen, hoeveel ernst het be» s en in dit geval ver den gewonen zin, op' uigd van den dank van nuziekcultuur opheffen alledaagsche en lang- Muziek-Lyceum gaan betreffen ons gansche ik geven van zijn be- >r deze cycli zooveel ze Nederlandsche mu- :hten van het hoogste LOU VAN STRIEN. [GHEDEN. huwelijken 1 scheiding ven, wilde eenden gen op lange afstanden vonden op bergtoppen in het district Londen 0.verdienen? het papiermaken heb- Den? Abonnementsprijs 3.50 per jaar, 1.75 per halfjaar bjj vooruit betaling vóór 1 Jan. of 1 Juli. Na dien datum verhooging van 0.15 incassokosten. Voor Indië en het Buitenland met verhooging der porto. Losse nummers 0.10. Abonnementen kunnen met elk nummer ingaan. KBLAD Advertentiën: 18 cent per regel, bij contract belangrijke korting. Kleintjes: Vraag- en Aanbod, Huur en Verhuur, Koop en Verkoop, van 1 tot 5 regels 60 cent, elke regel meer 12 cent uitsluitend bij vooruitbetaling. Boven, onder of naast den tekst dubbel tarief. De in dit blad opgenomen met T. Sr. getitelde bijdragen zijn van de hand van den algemeenen redacteur Mr. P. Tideman. (Nadruk verboden) Kortgeleden had ik een gesprek met een tramconduc teur, die zich er over beklaagde, dat vele menschen uit den „beschaafden stand" maatschappelijk minderen op onheusche wijze bejegenen, niet alleen door hen grof toe te snauwen, maar vaker nog door een hoog hartige familiariteit. Hij achtte een dergelijke ge meenzaamheid, waarbij studenten en andere intellectu- eelen hem met „jij" en „jou" toespreken, aanmatigend jegens menschen, die toch ten overstaan van de ge meenschap evenveel verdienste en belang bezitten als zij. In dit tutoyeeren uit zich bij deze „beschaafden" volgens hem een betreurenswaardige onbeschaafdheid. Ik moest hem toegeven, dat hij gelijk had. En ik vroeg me af, wat wel de oorzaak kon zijn van een dergelijk gedrag. Vooropstellend, dat in de meeste gevallen van opzet geen sprake kan zijn, kwam ik tot de gevolg trekking, dat het gemis aan wellevendheid is te wijten aan onbekendheid met de beteekenis, de eischen en de gevoelens van een andere maatschappelijke groep dan die, tot welke men zelf toevalligerwijze behoort. Dit tekort aan kennis is algemeen. Het maatschappelijk gezichtsveld is bij de meeste menschen ontstellend klein. Men komt buiten zijn eigen kringetje zelden met menschen in aanraking. Men ziet den conducteur, den kellner, den melkboer, maar niet den mensch. Men komt bij den burgemeester, den dokter, den advocaat, maar ontmoet slechts den ambtenaar en niet den mensch. Wat gaat er om in kringen, welke men slechts bij ge ruchte kent? Hoe leeft de tooneelspeler, de circus-artist, de saxofonist van de jazzband? Wat voelen en denken die drommen forensen, die dagelijks naar de beurs of het kantoor heen en weer reizen? Wie kent het be staan van de haveloozen, die de stegen en krotten der grootestadsachterbuurten bevolken? En wie dat van de millionnairs, die als kosmopolieten gansch de aarde als een oord van vermaak doorzwerven? Talloos zijn de kringen, waartusschen wij dagelijks leven en in welker eigenaardige gesteldheid wij ons niet kunnen verplaatsen. Onze verbeelding vult aan, hetgeen onze ervaring tekort komt, en zoo scheppen wij zelf een fantastische voorstelling, welke met de werkelijkheid bitter weinig overeenkomst vertoont. Is het te verwonderen, dat een dergelijk schijnbeeld tot allerlei botsing en misverstand aanleiding geeft? De roman en het tooneel trachten onze belangstelling in andere levenskringen te bevredigen. Maar is deze weerspiegeling betrouwbaar? Maar al te goed weten wij, dat de graaf uit den detective-roman een bedachte figuur is, die even weinig heeft van een echten graaf als de tooneel-dominee van een heuschen predikant. Heeft niet de voorzitter van de Maatschappij der Nederlandsche Letterkunde zich er in een redevoering onlangs over beklaagd, dat onze romanschrijvers het volk van het platteland niet blijken te kennen? De boer uit de boeken is een heel ander wezen dan de boer uit de werkelijkheid. Een merkwaardige vrouw, die in haar woning aan menschen van allerlei maatschappelijken stand gast vrijheid verleende, vertelde mij eens, hoezeer zij zich vaak vermaakte met de ontgoocheling van haar gasten, zoodra deze vertrouwelijk met elkaar in gesprek raak ten. Dan verbaasde de kapitalist zich er over, dat de proletariër volkomen in strijd was met de voorstelling, welke hij zich van den proletariër had leeren vormen en de proletariër verbaasde zich omgekeerd evenzeer over den kapitalist, wiens wezen hij zich zoo geheel anders had voorgesteld. Welke dweepende jonge dame is niet verbijsterd ge raakt, toen de door haar bewonderde dichter bij per soonlijke kennismaking een prozaïsche nuchterling bleek? De soldaat is niet zoo bloeddorstig, de zeeman niet zoo heldhaftig, de koopman niet zoo inhalig als de verbeelding ze afspiegelt. Wanneer wij ons ernstig rekenschap geven van de be perktheid onzer maatschappelijke kennis, zullen wij 99 a f 1.— verkrijgbaar bij Trekking 31 October a.t. Extra trekking 28 Sept. beveelt zich beleefd aan voor alle voorkomende werk zaamheden in deze branche VERHURING VAN DRIEWIELIGE BAKFIETSEN EN HANDWAGENS tot de overtuiging komen, dat onze maatschappelijke omgang uiteraard wel zeer onhandig moet zijn. Hoe kan men omgaan met hetgeen men niet kent? Wie het beroep ziet en niet den mensch, laat zich licht verhoovaardigen of intimideeren. Hij overschat de beteekenis van de maatschappelijke positie en meet eigen beteekenis hiernaar af. Hij is uit de hoogte tegen den mindere en slaafsch jegens den superieur. Vaak is het schijnbaar onheusch optreden jegens per sonen uit andere kringen bewijs van verlegenheid. Niets maakt zoo onzeker als onkunde. Men voelt zich niet thuis in een milieu, dat men niet doorziet. Veel menschenschuwheid ontstaat door gebrek aan maat schappelijk doorzicht. Ëen boer wordt argwanend temidden van stedelingen; een burger breekt in gezelschap van artisten het angst zweet uit. Iedere kring heeft haar eigen sfeer, haar eigen wijze van uitdrukken. Een dominee in een coupé vol handels-agenten, een fabrikant in een ar beidersbijeenkomst, zij voelen zich als een vreemde eend in de bijt. Maatschappelijke omgang is moeilijk. Alleen wie zich ter dege bewust maakt, dat de maatschappelijke positie een bepaalden stempel drukt op den kring en op de persoon, en dat men dien stempel heeft te aanvaarden niet als iets afschrikwekkends doch als een belang wekkende eigenaardigheid van het veelzijdige leven, zal over de sociale staketsels van zijn geest heenkomen. Het is niet waar, dat alle menschen gelijk zijn. Mede door het verschil in maatschappelijke positie zijn de menschen anders dan wij. Maar „anders" beteekent niet: hooger of lager. Juist in zijn onbegrensde ver scheidenheid openbaart het leven zijn eenheid. Allen zijn wij deelen, facetten van het gemeenschappelijk geheel. Wie die kosmische eenheid gevoelt, wie van dat ge meenschappelijke is doordrongen, zal het geheim van den maatschappelijken omgang hebben gevonden. Hij schouwt door het uitwendig bolster van stand en beroep in de kern en ontdekt daar den mensch, met wien hij onmiddellijk verwantschap heeft. Dit kosmisch levensgevoel is de gave van die be- nijdenswaardigen, die zich zoo vlot en vrij bewegen tusschen hun medemenschen, tot wier harten zij den weg weten, onverschillig of het het hart is van een bedelaar of van een millionnair. H. G. Cannegieter Ds. A. van der Heide te Voorburg schrijft in „De Blauwe Vaan" over Leo Tolstoy, die j.l. 9 September voor 100 jaar geboren werd: „Het zou op zich zelf belangwekkend zijn een schets te geven van den ontwikkelingsgang van dezen held in 't Rijk van den Geest, van zijn letterkundige scheppingen, die mede tot het grootste en beste behooren, dat in de negentiende eeuw gewrocht werd, van de worstelingen, die hij innerlijk doormaakte om te komen tot een zui vere en goede levenshouding, en te spreken van den directen en indirecten invloed, dien hij op het leven van talloozen, in alle werelddeelen, heeft geoefend. Maar wie dat zou willen doen, zou niet een artikeltje maar een of vele boeken moeten schrijven, zooals er dan over Tolstoy in alle talen vele boeken geschreven zijn. Het zij hier voldoende aan te stippen, dat er een tijd in Tolstoy's leven kwam, waarvan men kan zeggen, dat het een tijd van bekeering en wedergeboorte werd. Niet in den zin, waarin deze woorden zoo dikwijls ge bruikt worden, dat Tolstoy het een of ander geloof, of juister misschien nog de een of andere formule van een geloof voor waar ging houden, maar in dezen zin, dat de houding die hij tot dusverre had aangenomen tegen over het leven, een geheel andere werd en hij op grond van een verandering in zijn innerlijke gesteldheid, die gepaard ging met een geheele wijziging in zijn denk beelden, zich geheel anders tegenover het leven moest gaan plaatsen dan hij tevoren had gedaan. Had hij vroeger als ieder Russisch edelman de boeren van zijn hoeven uitgebuit, hij kon dit niet langer doen, hij zag zich zelf en zijn klasse als zittende op den nek van de lagere klassen, die hem en de zijnen moesten dragen; toen hij zich dat bewust was geworden, moest hij van positie veranderen, en we zien hem leven in soberheid, zijn schoeisel en kleeren zelf makende en met de boeren naar het veld gaande om zelf de vruch ten van eigen arbeid te kweeken en te oogsten. De leugen van het leven der rijken, die van liefdegemeen schap en broederschap spreken en ten koste van de armen leven, was hem duidelijk geworden, en hij voor zich kon aan die leuzen niet langer schuldig staan. Hij had tevoren in militairen dienst oorlogen en veld slagen meegemaakt, nu waren hem de oogen openge gaan voor het feit, dat oorlog moord is, moord en schennis van het leven, dat hooger oorsprong en be stemming heeft. En Tolstoy wordt tot de bezielde apos tel van vrede, dienstweigering en geweldloosheid, dit laatste tot in de uiterste konsekwentie, en als in 1905 een oorlog tusschen Rusland en Japan uitbreekt, schrijft hij bewogen, met de kracht van de profeten der oud heid, een open brief aan den Czaar aller Russen, waar in hij dezen aanklaagt op grond van de onbetwistbare waarheden van het Evangelie en den eerbied voor het Leven. Voortaan zal de beweging tegen den oorlog Tolstoy als een van haar grooten in zich opnemen, zij het, dat hij hoofdzakelijk van den daad der persoonlijkheid de komst van den vrede verwachtte. Was hij voorheen lid van de orthodoxe Russische kerk geweest, hij moest zich daarvan losmaken, waar hij de ervaring had opgedaan, dat deze eer het graf dan de bron van den levenden Christusgeest was, en bondgenoote van een veilen en corrupten staat, draag ster van een verouderde, machtelooze traditie, patro- nesse van het bijgeloof, schutsvrouw van onwetendheid en onderworpenheid was. De jacht gaat hij als een barbaarsch vermaak bestrij den. Alle leven is onschendbaar, en zoo past het den mensch niet het dier voor zijn genoegen af te matten, te martelen en te dooden. En ook de alcohol gaat hij bestrijden, ,die in zijn dagen evenzeer een geesel voor Rusland was, als hij dat nu weer van nieuws daar geworden is. Wat meende hij van den drank? Toen ik pas onthouder was geworden, het was in 1894, las ik een boekje van Tolstoy, dat in Duitsche ver taling tot mij kwam. Het droeg den titel „Waarom de menschen zich bedwelmen". Ja, waarom doen de menschen dat? Tolstoy was van oordeel, dat het in de meeste geval len geschiedt om innerlijke conflicten tot zwijgen te brengen. De menschen bedwelmen zich om de stem van het geweten tot zwijgen te brengen, verklaarde hij uitdrukkelijk. Ongetwijfeld is dit eenzijdig, maar even zeker is het voor een deel waarheid. En de waarheid is zeker sterker aan het licht getreden, nu ook de ziel kundige school, waarvan Freud de stichter is, zich met den alcoholist heeft bemoeid en in merkwaardige psycho-analytische onderzoekingen ook daar den wor tel van drankzucht heeft kunnen blootleggen, waar anderen tevergeefs hadden getracht daarover licht te verspreiden. Inderdaad blijkt de behoefte aan de roes, aan de be dwelming, aan de euforische werking van den alcohol (waardoor de mensch uit het uitwendig of innerlijk misèreleven in een schijn-wereld van vroolijkheid en geluk komt te leven) zeer dikwijls het gevolg van innerlijke conflicten, die dikwijls zoo diep liggen, dat ze den mensch zelf niet ten volle of slechts half bewust zijn. De alcohol moet dan dienst doen om deze conflic ten te verdringen, d.i. naar de diepte van het onder bewustzijn terug te dringen. Zeer dikwijls, niet altijd. Er zijn ook andere redenen waarom de mensch de be dwelming en de roes zoekt. Toch blijft het de verdienste van Tolstoy, dat hij dezen wortel van zucht naar bedwelming heeft bloot gelegd, en als hij ook later in korte verhalen en legenden over den alcohol handelt, de ontaarding schetst, waaraan de alcoholist ten onder gaat, het ge zinsleven teekent, waarin de alcohol de demon is, en in het algemeen de rol behandelt, die de alcohol in allerlei kringen onder allerlei verhoudingen speelt, dan heeft hij daarmee bedoeld te strijden voor een samen leving van zuiverder zeden en zuiverder menschen, een samenleving waarin de eerbied voor het leven van mensch en dier meer realiteit zou hebben dan thans. Zooals wij hem eeren als kunstenaar en als mensch van zedelijke grootheid, die tot een levend protest tegen de negentiende eeuw werd, zoo eeren wij hem ook als een overtuigd bestrijder van den alcohol, die de her senen vergiftigt, de fijnheid van gevoel afslijpt, het ge weten verdooft en den mensch tot beneden het dier doet zinken". In October zal het 10 jaar geleden zijn, dat de Ver- eeniging voor Jeugdwerk, onder de kranige leiding van den heer W. F. G. Dankbaar werd opgericht. Dit wordt natuurlijk feestelijk herdacht. Daarvóór heeft een feestavond plaats, waarop niet alleen de jeugdige leden uitgenoodigd zullen worden maar ook hun ouders. Wij komen hierop nader terug. De afd. BloemendaalVelsen van de Ned. Mij. voor Tuinbouw en Plantkunde hield deze week haar eerste bijeenkomst in dit seizoen in een der lokalen van Hotel Vreeburg. Begonnen werd met Mr. D. v. d. Plaats en P. L. van Bueren te benoemen tot afgevaardigden der afdeeling voor de algem. vergadering, die binnenkort van bovengenoemde Mij. zal plaats vinden. Voorts werd er besloten dat men in dezen winter een aantal lezingen zal houden en wel over de volgende onder werpen: de culture van lathyrus, bindwerk, fruitteelt (doelende op appelen en peren), orchideeën, kasbe- gonia's en gebruik van kunstmes bij kascultuur. Een lathyrustentoonstelling zal gehouden worden. Het bestuur der afd. heeft naar aanleiding van deze te hou den tentoonstelling besloten aan iedere mededinger zaad te geven, zoodat alle mededingers even veel kans hebben op een prijs. Aan de volgende personen werd hierna door de jury de volgende punten toegekend: Boegschoten: Naegelia orange king, 8 pnt.; Miltonia Reg. Citrina, 10 pnt.; Clerodendron fallax, 10 pnt.; Y Mulder: Begonia Cibr. Pink 10 pnt,; Begonia Gloire de Lorraine, 8 pnt.; Begonia Elatior, 10 pnt.; Begonia Schnee, 9 pnt. Dijkman: prijsvraag Dahlia's, 20 pnt. Beunder: Bloemstuk, 8 pnt.; Adianthum decorum, 10 pnt.; prijsvraag Dahlia's, 48 pnt.; Bloemstuk, 10 pnt.; Bloemstuk, 8 pnt.; Adianthum erin., 9 pnt. Spaargaren: Naegelia orange king, 7 pnt.; prijsvraag Dahlia's, 40 pnt.; Fruit 10 pnt. Blom: prijsvraag Dahlia's 19 pnt. Vervolgens bracht de heer Van Nederhasselt, voor zitter der afdeeling een woord van dank aan alle deelnemers voor hun fraaie inzendingen. De afdeeling besloot lid te worden van de Vereeniging tot behoud van natuurmonumenten in Noord-Holland. Nadat het lid P. E. v. d. Werff tot propagandist der afdeeling werd aangesteld, sloot men de bijeenkomst. Het is thans zoo goed als zeker, dat de Duitscher, die eenigen tijd geleden door de politie op het buitengoed van den heer Van Lutterveld gepakt is, de schuld heeft aan de inbraken, die in Heemstede en Bloemendaal in den laatsten tijd hebben plaats gehad. Het vermoeden was, dat de Duitscher een vriend had, die hem bij de inbraken had geholpen. De Commissaris van Politie te Heemstede ontving eenige gegevens. De signalemen ten werden terstond per radio overal heen gezonden en een paar dagen later werd door de Antwerpsche politie iemand aangehouden, die veel met de gegevens over een kwam. Hij bleek inderdaad meer van het geval af te weten, daarom werd hij in arrest gesteld. Niet lang daarna werd eveneens in Antwerpen een persoon opgepikt wiens papieren vervalscht waren. Ook deze had geen schoon leitje meer en wist het een ander over de bekende inbraken te vertellen. Het was iemand uit Haarlem dus ook goed bekend met de omgeving. Zoo zijn er al drie in arrest gesteld, zouden er nog meer bijkomen? Het is gebleken, dat elk op zich zelf heeft gewerkt, zoodat deze drie mannen geen vrienden van elkaar zijn maar wel concurrenten. Het geluk heeft de politie wel gediend in deze zaak. Te Aerdenhout had Donderdagmorgen j.l. een zeer ernstig ongeluk plaats gevolgd door een aanreiding. Op den Zandvoorterweg reed een paard en wagen. Van ernstig ongeluk plaats gevolgd door een aanrijding. De bestuurder had haast en daarom liet hij zijn motor flink loopen. Door de bocht te groot te nemen, kwam hij bijna in botsing met de aldaar rijdende paard-en- wagen. De bestuurder der auto, een botsing willende vermijden, gooide zijn stuur om, waardoor de auto rakelings langs den wagen ging. Doordat de autobe stuurder met zijn wagen slipte kwam hij in vollen vaart tegen een boom terecht. Door den schok kwam de bestuurder met zijn mond tegen het stuur aan en ver brijzelde hierdoor zijn onderkaak. Nadat het slachtoffer uit de zwaar beschadigde auto werd gedragen is hij terstond naar het gasthuis ge bracht. Toen het ongeluk gebeurd was en een bestuur der van een andere auto de eerste behulpzame hand biedde, werd laatstgenoemde zijn wagen aangereden door een vrachtauto waardoor den luxen wagen licht beschadigd werd. Het komt ons voor, dat er op dezen weg veel te hard gereden wordt. 4

Krantenviewer Noord-Hollands Archief

Het Bloemendaalsch Weekblad | 1928 | | pagina 1