Binnenland
Buitenland
Tooneel
IVERFT-STCDMTj
GOED-SNEL
JLOTTGERING
HAARL. BEGRAFEN1SVEREEN1GING
De schat
In literschroeffiesschen 32 ct.
voor huishoudelijk gebruik
A. G. G. M. GIORGIS ZN.
SCHOORSTEENVEGERS
STODMERU-VERVERU.
Directeur: H. VAN MOURIK
koster noorderkerk
MOLENAERSTRAAT 20, TELEF. 13765
Nadat de tweede Kamer door de aanvaarding z.h.s.
van het Kellog-pact blijk had gegeven van een goede
dosis gezond verstand en bezadigdheid, kwam spoedig
daarna een wending inzake het Belgisch-Fransche ver
drag. Algemeen is men blij dat deze zaak nu grooten-
deels van de baan is, al zijn er heel wat blamages.
Minister de Geer legde nog in de Tweede Kamer een
regeeringsverklaring af, waaruit bleek, dat men eenige
weken te voren kennis van het stuk gekregen had,
doch dat, terwijl de regeeringsexperts bezig waren den
inhoud te onderzoeken, het U. D. met de publicatie
kwam. De regeeringsverklaring eindigde met de woor
den: De regeering voegt hieraan toe, dat zij over
tuigd is, dat ons land van geen enkele andere natie
gevaar dreigt en zij spreekt den innigen wensch en
het vurig vertrouwen uit, dat deze rampzalige dagen
spoedig zullen zijn vergeten en dat ons volk, na de
droeve ervaring thans opgedaan, zich meer dan ooit
zal voornemen, alle kiemen van internationaal wantrou
wen uit te bannen en in de oude vriendschap met de
andere volken samen te werken aan den opbouw van
vrede en welvaart.
In een rumoerige meeting van de S.D.A.P. in het ge
bouw Carré te Amsterdam, trad de Belgische oud-
Minister van Onderwijs Camille Huysmans Zondag
morgen als spreker op. Hij gaf o.a. te kennen dat de
Belgische socialisten steeds tegen de Belgische annex-
ionisten hebben geageerd. Thans was het niet meer
noodig in België de annexionisten te bestrijden, omdat
die dood waren en begraven. Doch heden was er
een ander annexionisme, in Nederland, dat dreigt met
aanhechting van Vlaanderen aan Nederland. En de
heer Huysmans gaf den raad: Laat U niet voor annex-
ionistische doeleinden op sleeptouw nemen. Wij,
Vlamingen, wenschen van U alleen cultureele, weten
schappelijke, geen politieke hulp wij wenschen in
onzen binnenlandsche strijd niet door buitenlandschen
invloed te worden gecompromitteerd.
Over het valsch gebleken verdrag, zeide hij o.a., dat
op de Ministersbanken in België geen enkele zit, hoe
zijn verleden ook zij, die zich schuldig zou durven
maken aan de voorbereiding van een gewapend con
flict met Nederland.
De Minister van Waterstaat heeft aan B. en W. van
Amsterdam medegedeeld, dat hij nu definitief heeft
besloten het Geldersch vallei-plan voor de verbinding
van Amsterdam met den Boven-Rijn de voorkeur te
geven.
De Minister van Defensie deelde in een M.v.A. op
het Voorl. verslag o.a. mede, dat de wel eens verkon
digde meening, dat het veldleger, ingeval van oorlog
of dreigende neutraliteitsschennis, zich achter de
Nieuwe Hollandsche Waterlinie, dus in de vesting
Holland zou terugtrekken, tot het rijk der fabelen be
hoort. De weermacht zou zeker ook in de grenspro
vinciën worden ingezet.
De geleidelijke doch krachtige dooi heeft reeds vele
waterwegen van ijs bevrijd. En verder helpen de ijs-
brekers een handje. De K.V.K. van Amsterdam nam
voor haar rekening het breken van de vaart Amster
damRotterdam. Van Rotterdam uit wordt ook met
vele krachten aan het breken van het ijs in de rivieren
gewerkt. De genie liet verschillende gevaarlijke ijs-
dammen springen.
Het Kamerlid Abr. Staalman heeft vpor het lidmaat
schap van de Liberale Staatspartij ,,De Vrijheidsbond''
medegedeeld, dat hij voor het lidmaatschap van de
partij bedankt. In zijn schrijven deelt hij mede, dat
z.i. de Vrijheidsbond niet meer de belangen van alle
groepen der bevolking naar behooren behartigt. De
zeer belangrijke financieele steun, dien de partij van
een kleine groep kapitaalkrachtige personen ontvangt,
zou te grooten invloed op den gang van zaken ge
kregen hebben.
Het Gemeentebestuur van Amsterdam bood aan au
toriteiten enz. een diner aan, ter gelegenheid van de
Poolsche tentoonstelling hier ter stede.
Engeland. De Prins van Wales zal binnenkort
verschillende van de plichten van den Koning op zich
nemen, waardoor de Koning gedurende den geheelen
zomer rust kan houden. Zoo zal de Prins na de alge-
meene verkiezingen het parlement openen en de Troon
rede voorlezen.
In ronde getallen zullen de cijfers van de begrooting
totaal in inkomst en uitgaaf bedragen 709 millioen.
Frankrijk. Na een krachtig pleidooi van Briand
heeft de Fransche Kamer met 570 tegen 12 stemmen
(communisten) het Kellogg-pact goedgekeurd.
In radicale kringen wint de meening veld, dat de aan
val van Montigny op de regeering gerechtvaardigd
was, toen hij het vermoeden uitte, dat Frankrijk nu
in vredestijd meer man onder de wapenen heeft, dan
op het hoogtepunt van den bewapeningswedstrijd
vóór den oorlog. Het duurde n.l. meer dan veertig
dagen, voordat de Minister van Oorlog wist te ant
woorden, dat op 1 Februari 1913 786.000 man en op
1 Mei 1914 1.013.000 man onder de wapenen waren.
De cijfers van het huidige leger moeten van dit laatste
cijfer niet ver meer verwijderd zijn.
Inzake de werkzaamheden van deskundigenconferentie
verluidt dat de commissie van experts voornemens is
een soort „clearing house' in het leven te roepen,
één enkel orgaan, dat in de plaats zal komen van de
commissie van herstel en transfercomité. Het zou een
soort van internationale bank worden, welke het be
drag der door Duitschland te betalen annuiteiten
heeft te controleeren en te regelen. Het aandeelenka
pitaal zou door de groote emissiebanken en de groote
banken in de geailleerde landen worden verschaft.
Duitschland. Thans wordt gemeld, dat de Rijks
kanselier heeft geconstateerd, dat de poging tot vor
ming eener groote coalitie in het Rijk op het ooganblik
als mislukt moet worden beschouwd en dat hij geen
verdere stappen meer in deze richting zal doen.
De meerderheid van het rijkskabinet moet zich tegen
de toelating van Trotski in Duitschland uitgesproken
hebben.
Diversen. Te Genève werd de 54e zitting van de
Volkenbondsraad geopend. De tegen Dinsdag belegde
zitting ter bespreking van het moeilijke minderheden
probleem werd voor onbepaalden tijd afgelast. Cham
berlain gaf in een persgesprek te kennen, dat het niet
uitgesloten is, dat de raad de verdere studie der minder
heden-procedure zal toevertrouwen aan een commissie
van drie. Briand en Stresemann hadden een particu
liere bespreking.
In Washington vond de installatie van den nieuwen
president der Ver. Staten. Herbert Hoover plaats.
Generaal Dawes nam hem den eed af. Daarna hield
Hoover een lange rede, waarin hij een beroep deed
op allen om de misdaad uit te roeien door alle onwet
tige transacties in sterken drank te weigeren. Verder
zeide hij o.m.: Wij wenschen niet slechts den vrede
met de wereld, doch wenschen ook den vrede over
de geheele wereld gehandhaafd te zien.
In Mexico barstte een nieuwe opstandige beweging
uit. De Golf van Mexico moet zich in de macht der
rebellen bevinden. Oud-president Calles werd door
president Portes Gil tot minister van oorlog benoemd.
Zes staten moeten in opstand zijn. De jóngste berich
ten maken melding van een wijken der opstandelingen
voor de regeeringstroepen.
Het onderzoek van de Italiaansche commissie van
onderzoek in zake de ramp van de Italia, moet voor
generaal Nobile ongunstig zijn verloopen. Verschil
lende der Italiaansche getuigen lieten zich zeer scherp
over Nobile uit.
Zaterdag 2 Maart was voor de bezoekers van den
Stadsschouwburg een goede avond. Goed was het
tooneelspel in 4 bedrijven: „Er staat gescheven
(schrijver William Hartley), beter was het spel der
artiesten van het schouwtooneel, het beste was, dat
zij er zich over heen konden zetten (tooneelspelers
kunnen zoo ongeveer alles en kunnen ons in menig
opzicht nog meer tot voorbeeld dienen dan tot kijk
spel) te spelen voor een slecht gevulde zaal.
,,Er staat geschreven speelt in Engeland ge
durende en kort na den oorlog. Mevr. Henderson
(voorgesteld door mevr. De Boervan Rijk) heeft
twee zoons, Thomas (Jaap van der Poll) en James
(Co Balfoort); Thomas is getrouwd met Florence
(Jeanne van Rijn). Haar vader, mr. Parker (Hein
Harms) en zijn jonge zoon John (Jacq. Snoek) vol
tooien met Ivy O'brien, voorgesteld door Lize van
der PollHamakers, en haar broer Freddy (Carel
Rijken) het tableau de la troupe. De handeling speelt
steeds in de huiskamer der Henderson's in een klein
stadje in London, in elk opzicht een middenstandsmi
lieu.
Als het scherm opgaat is de oorlog verklaard, James,
begaafd maar miskend zanger vertelt het zijn moeder,
een levenswijze vrouw met onbeperkt geloof in een
opperste leiding van het leven, hij, door miskenning
vervreemd van zijn eigen volk voelt de onwezenlijk
heid en het gevaar liggende in de algemeene opwin
ding. Thomas daarentegen, leeraar aan een middel
bare school en nog vol maatschappelijke illusie s, is
door de oorlogskoorts bevangen en als Freddy, het
geparfumeerde wereldmannetje er op bluft, dat hij
reeds „geteekend" heeft en Johnny in jong enthousi
asme verklaart dat, ware hij oud genoeg, hij Freddy's
voorbeeld zou volgen, verlaat Thomas de ernstige,
goedwillige en uiterlijk knappe kerel het huis, ondanks
de smeekingen van zijn moeder en van zijn vrouw, om
ook zich als vrijwilliger aan te melden. Beide vrouwen
zijn verslagen; de moeder, met een natuurlijke waar
digheid maar toch eenvoudig en fijn uitgebeeld door
mevr. de Boervan Rijk (deze ras-vrouw, tot in de
verste uithoeken der zaal goed te verstaan is diep in
de 70!) richt zich weer spoedig eenigszins op, Flo
rence de jongere, die van het leven nog alles ver
wacht, heeft het voorgevoel van een ontzettend on
heil, zij is wanhopig.
James besluit buitenlands te gaan, zonder affect staan
de tegenover zijn land, ziet hij nuchter met een cyni-
schen uitslag dat deze oorlogsbeweging louter egoïs-
tisch-zakelijke drijfveeren heeft, en dat het juichend
naar het front trekkende volk, droomend van glorie,
macht en welvaart slechts dupe is van degenen, die
met duivelsch overleg en voorgewend of traditioneel,
in ieder geval onechte enthousiasme zijn „consciëntie
weten te bespelen" als de wind een aeolusharp. Fred
dy komt op een canapee nog eens op de „moffen"
afgeven, later blijkt dat hij gemobiliseerd is achter een
lessenaar op een kantoor en dat hij schotvrij na den
oorlog met z'n jonge vrouwde kerkhoven aan
den IJser zal gaan bezichtigen. Freddy! enfin is het
bekende salon-mispunt.
Johnny's vader geeft in het eerste bedrijf rijkelijk op
socialisten en andere vaderlandsloozen af. Wij zullen
hem in een volgend bedrijf al een beetje anders zien
als hij mevr. Henderson de verminking van haar zoon
moet komen melden, maar in het laatste bedrijf als
hem aan het nummerplaatje als eenig overblijfsel dui
delijk wordt wat het lot is geworden van zijn toch
naar het front getrokken lieveling, gaat in dien man
een afgrond van zelfverwijt open Maar dan is 't
in elk geval te laat. De verminking van Thomas is
RIDDERSTRAAT 18* ZW. HAARLEM - TEL. 13310
ROUW- EN VOLGAUTO'S. HET ADRES VOOR CREMATIES
zoodanig dat Florence met haar jeugd haar afkeer I
van het abnormale dat dag en nacht herinnert aan I
levensleugens en groot opgezet volksbedrog niet kanI
overwinnen. Nu verlaat zij het huis en ten slotte blij f
yen moeder en zoon alleen over, zij als het type var. I
de Moeder, altijd dezelfde, altijd begrijpend, altijd zot-1
gend, altijd lijdend, maar altijd op hooger vertrouwend I
hij geworden tot aanklager van zijn landgenooten I
leiders en misleiders, zoogenaamde christenmenscher I
die de wapenen des duivels zegenen en wel preeken I
„Er staat geschreven (Gij zult niet dooden I
maar zoodra zij er de kans toe zien en de macht tot I
hebben precies het tegenovergestelde doen. Het stuk I
is niet diepzinnig, 't is realisme maar afgezien van I
een werkelijkheid waarin iedere dag een tragedie I
maakte en tot de ons bijna allen lijdelijk meegesleepj
hebbenden apotheosen van de domheid.
Een volksvoorstelling van dit stuk zou inslaan alsl
de bliksem. Voor ons gewoon middenstandspubliekje
kan men zoo iets gerust laten.
Met opvoeringen als van „De Getemde Feeks" enI
„Midzomernachtdroom" (behoeven wij nog te zeggenI
van Shakespeare in de vertaling van dr. Burgersdijk!)!
houdt Louis Saalborn, een traditie op, waarmede hij I
evenals Royaards die ze vestigde, eer in legt. Die trad:
tie is, het klassieke tooneel in Nederland meer tot leven I
te brengen, meer dan met alle middelen waarover del
moderne techniek beschikt. Zeker onder Bouwmeester f
ook onder Possart's leiding (wij spréken wat die laat-1
ste betreft van 40 a 50 jaar geleden) werd ShakespeareI
op voortreffelijke wijze ten tooneele gevoerd; onver
getelijke voorstellingen vooral van Shylock en Richard I
III zijn daarvan het uitvloeisel geweest.
Wij zaten hier in de oude schouwburg als gymnasias
ten op het schellinkje of tewel in de engelenbak aders-1
loos te luisteren naar „mijn koninkrijk voor een paard I
Het was echter meer de tijd van het woord dan van I
de visie. Wat beschikten die oude tooneelspelers over I
een klankvolumen èn dictie! Het moderne tooneel is I
wat actie en regie betreft met het oudere niet te ver-
NAAR HET FRANSCH
van
PAUL BOURGET
,.a. g." was natuurlijk „a gauche", (naar links), maar
„p" kon zoowel „pieds" (voeten) als „pierres"
(steenen) beteekenen. Maar thans besliste hij ten gun
ste van deze laatste opvatting, nu hij drie van deze
uitsteeksels waarnam, die werkelijk iets hadden van
afzonderlijke steenen. Hij stapte van zijn krat, trok
hem onder de derde verhooging in de rotssteen en klom
er opnieuw op. Hij strekte den arm uit en voelde inder
daad een uitholling. Zijn vingers raakten iets dat aan
voelde als metaal. Hij trachtte het voorwerp te grijpen,
maar het was zoo zwaar dat tengevolge van zijn
krachtsinspanning het krat het aflegde. Hij viel op
den grond, zijn kleeren waren gehavend en besmeurd,
zijn arm deed pijn, maar dat deerde hem in de spanning
van het oogenblik niet. Hij rende naar boven om een
steviger steunsel te zoeken. Hij kwam met een tafeltje
beneden, maar dat bleek te laag. Hij haalde een stoel,
kon nu gemakkelijk bij het uitsteeksel en trok het be
geerde voorwerp naar buiten. Het was een kleine
leeren koffer met koperen sluitingen. Hij gooide het
op de tafel en liet zichzelf in de uiterste agitatie op
den stoel neervallen. Van inspanning en emotie kon hij
niet meer op zijn beenen staan!
Maar spoedig was hij zichzelf weer meester. Hij
mocht hier niet te lang blijven. De koetsier zou on
gerust kunnen worden en navraag gaan doen op de
boerderij, vlak bij het kasteel. Maar de koffer met
den schat?
Zou hij deze weer in zijn geheime bergplaats weg
zetten? Dan kon hij het kasteel van den eigenaar
huren en de kostbaarheden op zijn gemak weghalen.
Maar gesteld dat een ander den schat ontdekte? Het
was wel niet waarschijnlijk, maar de gedachte vervulde
Michel met zulk een nameloozen angst, dat hij den
koffer greep en mompelde:
Wat er ook van komt, ik moet hem nu hebben!
Maar hoe kon hij zonder ladder uit de kelderopening
komen, waar hij zich betrekkelijk gemakkelijk in naar
beneden had laten glijden ?Hij ging weer naar boven,
opende een venster van de gelijkvloersche verdieping,
slaagde erin het blind los te maken, gooide eerst zijn
last naar buiten en wipte toen zelf over de venster
bank. Toen haastte hij zich langs de oprijlaan naar
de groote poort, waar de koetsier geduldig zat te
wachten in zijn karretje.
III.
Om negen uur was Michel weer terug in zijn kamer in
de Rue Vanneau en vóór hem, op de tafel, lag de leeren
juweelenkist. Met het lemmet van een groot mes for
ceerde hij de sluiting en toen
Diamanten waren erbij en paarlenen robijnen
smaragden en verscheidene zilveren en gouden beursjes
gevuld met goudstukken. Hier. binnen het bereik van
zijn handen, lag het kleine vermogen, waarvan hij
altijd gedroomd had, dat het hem onafhankelijk zou
maken om zich geheel aan zijn wetenschappelijke ar
beid te wijden, zonder dat hij schoolmeester behoefde
te spelen in een afgelegen nest in de provincie!
Het is een bekend feit dat vaak na een hevige geeste
lijke spanning, nadat hetgeen iemand met al zijn kracht
begeerd heeft, eindelijk in zijn bezit is gekomen, er
een merkwaardige reactie van het heele wezen van
dien persoon volgt.
De koffer was open, de schatten lagen verspreid op
de tafel, maar Michel Coudrec scheen er zich niet
meer om te bekommeren. Hij wierp zich uitgeput, ge
heel gekleed, op zijn bed en sliep een loodzwaren
slaap, tot hij den volgenden morgen met een schok
ontwaakte.
Hij sprong op en liep op de juweelen toe.
Heb ik er eenig recht op? mompelde hij. Maar
wie kan mij ter verantwoording roepen? Wie anders
zal er aanspraak op maken? Wat zijn ze toch prachtig!
Plotseling voer de gedachten door zijn geest, hoeveel
smaad zijn familie had geleden door deze blinkende
heerlijkheden en hij huiverde. En de stem van zijn
geweten sprak:
Gesteld dat deze kostbaarheden door Mademoiselle
de Cherchemont zélf waren gevonden, zou dan iemand
anders het in zijn hoofd krijgen er aanspraak op te
maken?; „verjaring" is een schoone term, maar niets
anders dan een rechtsbegrip. Moreel gesproken be
staat er geen verjaring. Als je voorvader Franquet
eens uit zijn graf kon opstaan, hoe zou hij je noemen?
Een dief!
Maar een andere stem, de stem van de zelfzucht,
stelde haar drogredenen een prettig leven leiden in
Parijs en je heelemaal aan je studie wijden! Als jij
dien koffer niet toevallig ontdekt had, zou nooit
iemand het bestaan er van hebben vermoed. Mil. de
Cherchemont zou nooit een stuiver van haar vermogen
in handen hebben gekregen. Je berooft haar dus van
niets. Volgens de wet hebben ze het recht op den
schat verloren. En moreel niet minder, door de manier
waarop ze de weduwe van den man, die zijn leven
voor hen opofferde, hebben behandeld. Noem het
geld. Het is jouw eigendom!
Toen het volop dag was, hadden zijn twijfelingen
plaats gemaakt voor een vast besluit. Hij verliet zijn
kamer, liep een café binnen en vroeg om een adres
boek. Hij wist dat Mil. de Cherchemont gouvernate
was bij een zekere Madame Perrin. Er stonden tien
families van dien naam in het adresboek. Michel no
teerde de adressen en de telefoonnummers en ging
naar een postkantoor.
Bij het vierde telefoongesprek dat hij aanvroeg, was
hij aan het juiste adres. Michel vroeg hoe laat Mil.
de Cherchemont bezoek kon ontvangen en vernam,
dat het het beste ocnvenieerde wanneer hij „Made
moiselle" tegen half één kwam bezoeken, omdat ze
dan geen gessen had te geven. En om de schepen der
verleiding achter zich te verbranden, meldde hij de
jonge dame per telegram dat hij haar om half één zou
komen spreken over een familie-geheim. En hij onder-
teekende het telegram met zijn naam, die haar uit de
overleveringen van haar geslacht bekend moest zijn.
IV.
Het huis van Madame Perrin lag in de Rue Boissière.
Michel werd in een kale leerkamer gelaten op de
derde verdieping en na enkele minuten ging de deur
open en verscheen een aristocratisch, maar verarmd-
uitziende jonge dame, in wier handen hij een vermogen
kwam leggen.
Claudine de Cherchemont moest thans ongeveer vijf
en twintig jaar zijn, maar ze zag er uit als dertig.
De droevige uitdrukking in haar oogen, de bleeke in
gevallen wangen, haar nerveuze bewegingen, ver
telden van een vreugdelooze jeugd, van dagelijksche
vernederingen, harden arbeid en een omgeving waarin
ze niet thuis behoorde. Toch droeg ze haar hoofd trots
rechtop. Met haar smijdig-blond haar, haar fijne trek
ken en den nobelen ernst van haar gelaatsuitdrukking
deed ze denken aan een Middeleeuwsch beeld. Michel
kon zich niet onttrekken aan de ondefinieerbare
charme die van haar uitging.
Haar eenvoudige, donkere kleeding gaf iets bijna-
strengs aan haar schoonheid, maar het was niet moei
lijk te zien dat een weinig geluk een blos op deze
bleeke wangen zou tooveren en een glimlach om de
omfloerste oogen zou brengen.
U hebt me te spreken gevraagd, begon ze met een I
klankvolle, aantrekkelijke stem, toen de jonge marl
bleef zwijgen, en ik heb U ontvangen om den naad
dien ge draagt, een naam die de herinnering aar. I
heldenmoed bij me wekt, wat er ook sedert dien ge
beurd mag zijn.
Pardon Mademoiselle, antwoordde Michel, er is I
sedert dien niets gebeurd, dat een vlek op dezen naail
werpt en de reden dat ik U te spreken heb gevraag: I
is juist om U dat te bewijzen. Mijn voorvader FranqueJ
is ervan beschuldigd zich de juweelen en het goud I' I
hebben toegeëigend, dat Graaf de Cherchemont me'-1
zijn hulp verborgen had. Ik heb dien schat terug-1
gevonden.
U?
Ja mademoiselle, ik.
Opgewonden deed hij Claudine het verhaal tot in de
kleinste bijzonderheden.
Ik wensch mij niet beter voor te doen dan ik bet I
eindigde hij en biechte eerlijic op hoe hij de verleioi«S I
om den schat te behouden, slechts met moeite weer
staan had. Ik verdien geen dank: wat ik deed, de
ik voor de eer van mijn voorouders.
En ik, zei Claudine met een trilling in haar stem,
Ik moet U in den naam van mijn voorouders vergiffen I
vragen. En na een lange pauze vroeg ze:
En waar is die schat nu?
Op mijn kamer. Ik zal U den koffer brengen, zoo-1
dra ge wilt.
Ik zou er de voorkeur aan geven, antwoordde z(l
na een nieuwe pauze, als die direct werd gebracht I
naar den persoon van wien hij hoort. j
Zijn er dan nog andere Cherchemonts, behalve El
vroeg Michel verwonderd. Ik heb gehoord dat bj
de laatste van het geslacht is.
Ik ben inderdaad de laatste.
Michel keek haar met een vragenden blik aan.
De rechtmatige eigenaar van deze juweelenkist £"l
haar inhoud is Monsieur Lankwitz.
Omdat hij het chateau gekocht heeft?
Het contract zegt uitdrukkelijk: „Met alles wat z'cl1
erin bevindt op het oogenblik van de eigendomsovet
dracht. Ik herinner me heel goed dat hij mijn arDie I
vader, mijn moeder en mij deze clausule aanwees en zt'-l
Jullie ziet dat er nog menschen zijn die aan he
bestaan van den schat gelooven.
Dus Uw vader geloofde er niet aan?
Neen.
gelijken, het nadert
costuum-, dans, en
alle verfijning en rijke
gerlijke Schouwburgh
verlangt. Royaards
zeker niet in alles ooi
hem reeds voorgegaa
aangelegd heeft ook 1
toegepaste kunsten n;
werd, hebben door 1
Saalborn is het nu, dii
gebied dien grootschc
Ook met de jongst*
nachtdroom en Feeks
lem is het hem wee
van het begin tot het
iets te brengen van
in de rangschikking
gen, welke van Ro
willen het voorloopij
uitsprekende dat het
kostbaar streven zal
gelijke stukken op
peil van keuze en o
blijven bepalen, hopi
van den wil om te e>
zijn geheele gezelsc!
het geheele Nieuw*
zijn waarlijk artistiel
meer zal kenmerker
Kunst is zeker spanr
In dit verband mc
Theo van der Bijl i
spanning die hij wis
maar zoo licht tot 1
de Midzomernachtdi
De Haarlemsche Oi
leiding toen edel we
MENSCH
In December 1.1 ga
Hofstad tooneel, Dii
hier een voorstelling
nard Shaw: „Mensc
Aangemoedigd door
de Haarlemsche blai
voorstelling toen be
Vereenigd Rotterda
nog twee voorstellin
op Zaterdag 9 en 2
Louis Gimberg tred
terwijl de verdere b
en mevrouw Schwe
Jacq Reule, Alex F
Raet, Enny Heymai
Uitslag van den oj
Af deeling I, 2e Kla:
D. E. C.—Baa
Is het voorspellen v
zichtschrijver onde
zeer ondankbaar w
periode die ruim t
geval in de anale:
taak dubbel riskant
Het is als bij het
weten weinig van
diverse elftallen na
schuchter begeven
Het merkwaardige
Als hij het wél
toch verkocht heb!
Dat had hij in
droevig.
Maar U bent
aan het bestaan i
bepaling in het c
rechten daarop te
Het meisje knikte
Dan, ging Mi<
diepste overtuigin*
bonden bent. En h
schouwing ten be
dat de vondst
Lankwitz.
Het meisje luistei
merkbaar ongeno*
En hoe staat
uitgesproken was.
redeneeren: dit 1
meer; de Cherche
geen recht meer
naar Mil. Cherchi
ge antwoorden. 2
is om eerbied te tc
vader onder een
Ze sprak met de:
een lichte blos oj
oogen. Op dat o
woon mooi.
En zoo stond ze c
heid in een kale li
geving sprak vai
en zij versmaadd
Haar schoonheid
spraken dieper tc
oogenblik bewusi
Neem tijd om
is geen haast bij
Ik heb er vo
Claudine. Ik
doen een contra*
vader is geteeke:
zijn. Ik begrijp
bijna verontwaar
verleider poogt t
wanneer ik in be
te zijn, ik dat hef
huldig in geldza