Binnenland Buitenland Tooneel IVERFT-STCDMTj GOED-SNEL JLOTTGERING HAARL. BEGRAFEN1SVEREEN1GING De schat In literschroeffiesschen 32 ct. voor huishoudelijk gebruik A. G. G. M. GIORGIS ZN. SCHOORSTEENVEGERS STODMERU-VERVERU. Directeur: H. VAN MOURIK koster noorderkerk MOLENAERSTRAAT 20, TELEF. 13765 Nadat de tweede Kamer door de aanvaarding z.h.s. van het Kellog-pact blijk had gegeven van een goede dosis gezond verstand en bezadigdheid, kwam spoedig daarna een wending inzake het Belgisch-Fransche ver drag. Algemeen is men blij dat deze zaak nu grooten- deels van de baan is, al zijn er heel wat blamages. Minister de Geer legde nog in de Tweede Kamer een regeeringsverklaring af, waaruit bleek, dat men eenige weken te voren kennis van het stuk gekregen had, doch dat, terwijl de regeeringsexperts bezig waren den inhoud te onderzoeken, het U. D. met de publicatie kwam. De regeeringsverklaring eindigde met de woor den: De regeering voegt hieraan toe, dat zij over tuigd is, dat ons land van geen enkele andere natie gevaar dreigt en zij spreekt den innigen wensch en het vurig vertrouwen uit, dat deze rampzalige dagen spoedig zullen zijn vergeten en dat ons volk, na de droeve ervaring thans opgedaan, zich meer dan ooit zal voornemen, alle kiemen van internationaal wantrou wen uit te bannen en in de oude vriendschap met de andere volken samen te werken aan den opbouw van vrede en welvaart. In een rumoerige meeting van de S.D.A.P. in het ge bouw Carré te Amsterdam, trad de Belgische oud- Minister van Onderwijs Camille Huysmans Zondag morgen als spreker op. Hij gaf o.a. te kennen dat de Belgische socialisten steeds tegen de Belgische annex- ionisten hebben geageerd. Thans was het niet meer noodig in België de annexionisten te bestrijden, omdat die dood waren en begraven. Doch heden was er een ander annexionisme, in Nederland, dat dreigt met aanhechting van Vlaanderen aan Nederland. En de heer Huysmans gaf den raad: Laat U niet voor annex- ionistische doeleinden op sleeptouw nemen. Wij, Vlamingen, wenschen van U alleen cultureele, weten schappelijke, geen politieke hulp wij wenschen in onzen binnenlandsche strijd niet door buitenlandschen invloed te worden gecompromitteerd. Over het valsch gebleken verdrag, zeide hij o.a., dat op de Ministersbanken in België geen enkele zit, hoe zijn verleden ook zij, die zich schuldig zou durven maken aan de voorbereiding van een gewapend con flict met Nederland. De Minister van Waterstaat heeft aan B. en W. van Amsterdam medegedeeld, dat hij nu definitief heeft besloten het Geldersch vallei-plan voor de verbinding van Amsterdam met den Boven-Rijn de voorkeur te geven. De Minister van Defensie deelde in een M.v.A. op het Voorl. verslag o.a. mede, dat de wel eens verkon digde meening, dat het veldleger, ingeval van oorlog of dreigende neutraliteitsschennis, zich achter de Nieuwe Hollandsche Waterlinie, dus in de vesting Holland zou terugtrekken, tot het rijk der fabelen be hoort. De weermacht zou zeker ook in de grenspro vinciën worden ingezet. De geleidelijke doch krachtige dooi heeft reeds vele waterwegen van ijs bevrijd. En verder helpen de ijs- brekers een handje. De K.V.K. van Amsterdam nam voor haar rekening het breken van de vaart Amster damRotterdam. Van Rotterdam uit wordt ook met vele krachten aan het breken van het ijs in de rivieren gewerkt. De genie liet verschillende gevaarlijke ijs- dammen springen. Het Kamerlid Abr. Staalman heeft vpor het lidmaat schap van de Liberale Staatspartij ,,De Vrijheidsbond'' medegedeeld, dat hij voor het lidmaatschap van de partij bedankt. In zijn schrijven deelt hij mede, dat z.i. de Vrijheidsbond niet meer de belangen van alle groepen der bevolking naar behooren behartigt. De zeer belangrijke financieele steun, dien de partij van een kleine groep kapitaalkrachtige personen ontvangt, zou te grooten invloed op den gang van zaken ge kregen hebben. Het Gemeentebestuur van Amsterdam bood aan au toriteiten enz. een diner aan, ter gelegenheid van de Poolsche tentoonstelling hier ter stede. Engeland. De Prins van Wales zal binnenkort verschillende van de plichten van den Koning op zich nemen, waardoor de Koning gedurende den geheelen zomer rust kan houden. Zoo zal de Prins na de alge- meene verkiezingen het parlement openen en de Troon rede voorlezen. In ronde getallen zullen de cijfers van de begrooting totaal in inkomst en uitgaaf bedragen 709 millioen. Frankrijk. Na een krachtig pleidooi van Briand heeft de Fransche Kamer met 570 tegen 12 stemmen (communisten) het Kellogg-pact goedgekeurd. In radicale kringen wint de meening veld, dat de aan val van Montigny op de regeering gerechtvaardigd was, toen hij het vermoeden uitte, dat Frankrijk nu in vredestijd meer man onder de wapenen heeft, dan op het hoogtepunt van den bewapeningswedstrijd vóór den oorlog. Het duurde n.l. meer dan veertig dagen, voordat de Minister van Oorlog wist te ant woorden, dat op 1 Februari 1913 786.000 man en op 1 Mei 1914 1.013.000 man onder de wapenen waren. De cijfers van het huidige leger moeten van dit laatste cijfer niet ver meer verwijderd zijn. Inzake de werkzaamheden van deskundigenconferentie verluidt dat de commissie van experts voornemens is een soort „clearing house' in het leven te roepen, één enkel orgaan, dat in de plaats zal komen van de commissie van herstel en transfercomité. Het zou een soort van internationale bank worden, welke het be drag der door Duitschland te betalen annuiteiten heeft te controleeren en te regelen. Het aandeelenka pitaal zou door de groote emissiebanken en de groote banken in de geailleerde landen worden verschaft. Duitschland. Thans wordt gemeld, dat de Rijks kanselier heeft geconstateerd, dat de poging tot vor ming eener groote coalitie in het Rijk op het ooganblik als mislukt moet worden beschouwd en dat hij geen verdere stappen meer in deze richting zal doen. De meerderheid van het rijkskabinet moet zich tegen de toelating van Trotski in Duitschland uitgesproken hebben. Diversen. Te Genève werd de 54e zitting van de Volkenbondsraad geopend. De tegen Dinsdag belegde zitting ter bespreking van het moeilijke minderheden probleem werd voor onbepaalden tijd afgelast. Cham berlain gaf in een persgesprek te kennen, dat het niet uitgesloten is, dat de raad de verdere studie der minder heden-procedure zal toevertrouwen aan een commissie van drie. Briand en Stresemann hadden een particu liere bespreking. In Washington vond de installatie van den nieuwen president der Ver. Staten. Herbert Hoover plaats. Generaal Dawes nam hem den eed af. Daarna hield Hoover een lange rede, waarin hij een beroep deed op allen om de misdaad uit te roeien door alle onwet tige transacties in sterken drank te weigeren. Verder zeide hij o.m.: Wij wenschen niet slechts den vrede met de wereld, doch wenschen ook den vrede over de geheele wereld gehandhaafd te zien. In Mexico barstte een nieuwe opstandige beweging uit. De Golf van Mexico moet zich in de macht der rebellen bevinden. Oud-president Calles werd door president Portes Gil tot minister van oorlog benoemd. Zes staten moeten in opstand zijn. De jóngste berich ten maken melding van een wijken der opstandelingen voor de regeeringstroepen. Het onderzoek van de Italiaansche commissie van onderzoek in zake de ramp van de Italia, moet voor generaal Nobile ongunstig zijn verloopen. Verschil lende der Italiaansche getuigen lieten zich zeer scherp over Nobile uit. Zaterdag 2 Maart was voor de bezoekers van den Stadsschouwburg een goede avond. Goed was het tooneelspel in 4 bedrijven: „Er staat gescheven (schrijver William Hartley), beter was het spel der artiesten van het schouwtooneel, het beste was, dat zij er zich over heen konden zetten (tooneelspelers kunnen zoo ongeveer alles en kunnen ons in menig opzicht nog meer tot voorbeeld dienen dan tot kijk spel) te spelen voor een slecht gevulde zaal. ,,Er staat geschreven speelt in Engeland ge durende en kort na den oorlog. Mevr. Henderson (voorgesteld door mevr. De Boervan Rijk) heeft twee zoons, Thomas (Jaap van der Poll) en James (Co Balfoort); Thomas is getrouwd met Florence (Jeanne van Rijn). Haar vader, mr. Parker (Hein Harms) en zijn jonge zoon John (Jacq. Snoek) vol tooien met Ivy O'brien, voorgesteld door Lize van der PollHamakers, en haar broer Freddy (Carel Rijken) het tableau de la troupe. De handeling speelt steeds in de huiskamer der Henderson's in een klein stadje in London, in elk opzicht een middenstandsmi lieu. Als het scherm opgaat is de oorlog verklaard, James, begaafd maar miskend zanger vertelt het zijn moeder, een levenswijze vrouw met onbeperkt geloof in een opperste leiding van het leven, hij, door miskenning vervreemd van zijn eigen volk voelt de onwezenlijk heid en het gevaar liggende in de algemeene opwin ding. Thomas daarentegen, leeraar aan een middel bare school en nog vol maatschappelijke illusie s, is door de oorlogskoorts bevangen en als Freddy, het geparfumeerde wereldmannetje er op bluft, dat hij reeds „geteekend" heeft en Johnny in jong enthousi asme verklaart dat, ware hij oud genoeg, hij Freddy's voorbeeld zou volgen, verlaat Thomas de ernstige, goedwillige en uiterlijk knappe kerel het huis, ondanks de smeekingen van zijn moeder en van zijn vrouw, om ook zich als vrijwilliger aan te melden. Beide vrouwen zijn verslagen; de moeder, met een natuurlijke waar digheid maar toch eenvoudig en fijn uitgebeeld door mevr. de Boervan Rijk (deze ras-vrouw, tot in de verste uithoeken der zaal goed te verstaan is diep in de 70!) richt zich weer spoedig eenigszins op, Flo rence de jongere, die van het leven nog alles ver wacht, heeft het voorgevoel van een ontzettend on heil, zij is wanhopig. James besluit buitenlands te gaan, zonder affect staan de tegenover zijn land, ziet hij nuchter met een cyni- schen uitslag dat deze oorlogsbeweging louter egoïs- tisch-zakelijke drijfveeren heeft, en dat het juichend naar het front trekkende volk, droomend van glorie, macht en welvaart slechts dupe is van degenen, die met duivelsch overleg en voorgewend of traditioneel, in ieder geval onechte enthousiasme zijn „consciëntie weten te bespelen" als de wind een aeolusharp. Fred dy komt op een canapee nog eens op de „moffen" afgeven, later blijkt dat hij gemobiliseerd is achter een lessenaar op een kantoor en dat hij schotvrij na den oorlog met z'n jonge vrouwde kerkhoven aan den IJser zal gaan bezichtigen. Freddy! enfin is het bekende salon-mispunt. Johnny's vader geeft in het eerste bedrijf rijkelijk op socialisten en andere vaderlandsloozen af. Wij zullen hem in een volgend bedrijf al een beetje anders zien als hij mevr. Henderson de verminking van haar zoon moet komen melden, maar in het laatste bedrijf als hem aan het nummerplaatje als eenig overblijfsel dui delijk wordt wat het lot is geworden van zijn toch naar het front getrokken lieveling, gaat in dien man een afgrond van zelfverwijt open Maar dan is 't in elk geval te laat. De verminking van Thomas is RIDDERSTRAAT 18* ZW. HAARLEM - TEL. 13310 ROUW- EN VOLGAUTO'S. HET ADRES VOOR CREMATIES zoodanig dat Florence met haar jeugd haar afkeer I van het abnormale dat dag en nacht herinnert aan I levensleugens en groot opgezet volksbedrog niet kanI overwinnen. Nu verlaat zij het huis en ten slotte blij f yen moeder en zoon alleen over, zij als het type var. I de Moeder, altijd dezelfde, altijd begrijpend, altijd zot-1 gend, altijd lijdend, maar altijd op hooger vertrouwend I hij geworden tot aanklager van zijn landgenooten I leiders en misleiders, zoogenaamde christenmenscher I die de wapenen des duivels zegenen en wel preeken I „Er staat geschreven (Gij zult niet dooden I maar zoodra zij er de kans toe zien en de macht tot I hebben precies het tegenovergestelde doen. Het stuk I is niet diepzinnig, 't is realisme maar afgezien van I een werkelijkheid waarin iedere dag een tragedie I maakte en tot de ons bijna allen lijdelijk meegesleepj hebbenden apotheosen van de domheid. Een volksvoorstelling van dit stuk zou inslaan alsl de bliksem. Voor ons gewoon middenstandspubliekje kan men zoo iets gerust laten. Met opvoeringen als van „De Getemde Feeks" enI „Midzomernachtdroom" (behoeven wij nog te zeggenI van Shakespeare in de vertaling van dr. Burgersdijk!)! houdt Louis Saalborn, een traditie op, waarmede hij I evenals Royaards die ze vestigde, eer in legt. Die trad: tie is, het klassieke tooneel in Nederland meer tot leven I te brengen, meer dan met alle middelen waarover del moderne techniek beschikt. Zeker onder Bouwmeester f ook onder Possart's leiding (wij spréken wat die laat-1 ste betreft van 40 a 50 jaar geleden) werd ShakespeareI op voortreffelijke wijze ten tooneele gevoerd; onver getelijke voorstellingen vooral van Shylock en Richard I III zijn daarvan het uitvloeisel geweest. Wij zaten hier in de oude schouwburg als gymnasias ten op het schellinkje of tewel in de engelenbak aders-1 loos te luisteren naar „mijn koninkrijk voor een paard I Het was echter meer de tijd van het woord dan van I de visie. Wat beschikten die oude tooneelspelers over I een klankvolumen èn dictie! Het moderne tooneel is I wat actie en regie betreft met het oudere niet te ver- NAAR HET FRANSCH van PAUL BOURGET ,.a. g." was natuurlijk „a gauche", (naar links), maar „p" kon zoowel „pieds" (voeten) als „pierres" (steenen) beteekenen. Maar thans besliste hij ten gun ste van deze laatste opvatting, nu hij drie van deze uitsteeksels waarnam, die werkelijk iets hadden van afzonderlijke steenen. Hij stapte van zijn krat, trok hem onder de derde verhooging in de rotssteen en klom er opnieuw op. Hij strekte den arm uit en voelde inder daad een uitholling. Zijn vingers raakten iets dat aan voelde als metaal. Hij trachtte het voorwerp te grijpen, maar het was zoo zwaar dat tengevolge van zijn krachtsinspanning het krat het aflegde. Hij viel op den grond, zijn kleeren waren gehavend en besmeurd, zijn arm deed pijn, maar dat deerde hem in de spanning van het oogenblik niet. Hij rende naar boven om een steviger steunsel te zoeken. Hij kwam met een tafeltje beneden, maar dat bleek te laag. Hij haalde een stoel, kon nu gemakkelijk bij het uitsteeksel en trok het be geerde voorwerp naar buiten. Het was een kleine leeren koffer met koperen sluitingen. Hij gooide het op de tafel en liet zichzelf in de uiterste agitatie op den stoel neervallen. Van inspanning en emotie kon hij niet meer op zijn beenen staan! Maar spoedig was hij zichzelf weer meester. Hij mocht hier niet te lang blijven. De koetsier zou on gerust kunnen worden en navraag gaan doen op de boerderij, vlak bij het kasteel. Maar de koffer met den schat? Zou hij deze weer in zijn geheime bergplaats weg zetten? Dan kon hij het kasteel van den eigenaar huren en de kostbaarheden op zijn gemak weghalen. Maar gesteld dat een ander den schat ontdekte? Het was wel niet waarschijnlijk, maar de gedachte vervulde Michel met zulk een nameloozen angst, dat hij den koffer greep en mompelde: Wat er ook van komt, ik moet hem nu hebben! Maar hoe kon hij zonder ladder uit de kelderopening komen, waar hij zich betrekkelijk gemakkelijk in naar beneden had laten glijden ?Hij ging weer naar boven, opende een venster van de gelijkvloersche verdieping, slaagde erin het blind los te maken, gooide eerst zijn last naar buiten en wipte toen zelf over de venster bank. Toen haastte hij zich langs de oprijlaan naar de groote poort, waar de koetsier geduldig zat te wachten in zijn karretje. III. Om negen uur was Michel weer terug in zijn kamer in de Rue Vanneau en vóór hem, op de tafel, lag de leeren juweelenkist. Met het lemmet van een groot mes for ceerde hij de sluiting en toen Diamanten waren erbij en paarlenen robijnen smaragden en verscheidene zilveren en gouden beursjes gevuld met goudstukken. Hier. binnen het bereik van zijn handen, lag het kleine vermogen, waarvan hij altijd gedroomd had, dat het hem onafhankelijk zou maken om zich geheel aan zijn wetenschappelijke ar beid te wijden, zonder dat hij schoolmeester behoefde te spelen in een afgelegen nest in de provincie! Het is een bekend feit dat vaak na een hevige geeste lijke spanning, nadat hetgeen iemand met al zijn kracht begeerd heeft, eindelijk in zijn bezit is gekomen, er een merkwaardige reactie van het heele wezen van dien persoon volgt. De koffer was open, de schatten lagen verspreid op de tafel, maar Michel Coudrec scheen er zich niet meer om te bekommeren. Hij wierp zich uitgeput, ge heel gekleed, op zijn bed en sliep een loodzwaren slaap, tot hij den volgenden morgen met een schok ontwaakte. Hij sprong op en liep op de juweelen toe. Heb ik er eenig recht op? mompelde hij. Maar wie kan mij ter verantwoording roepen? Wie anders zal er aanspraak op maken? Wat zijn ze toch prachtig! Plotseling voer de gedachten door zijn geest, hoeveel smaad zijn familie had geleden door deze blinkende heerlijkheden en hij huiverde. En de stem van zijn geweten sprak: Gesteld dat deze kostbaarheden door Mademoiselle de Cherchemont zélf waren gevonden, zou dan iemand anders het in zijn hoofd krijgen er aanspraak op te maken?; „verjaring" is een schoone term, maar niets anders dan een rechtsbegrip. Moreel gesproken be staat er geen verjaring. Als je voorvader Franquet eens uit zijn graf kon opstaan, hoe zou hij je noemen? Een dief! Maar een andere stem, de stem van de zelfzucht, stelde haar drogredenen een prettig leven leiden in Parijs en je heelemaal aan je studie wijden! Als jij dien koffer niet toevallig ontdekt had, zou nooit iemand het bestaan er van hebben vermoed. Mil. de Cherchemont zou nooit een stuiver van haar vermogen in handen hebben gekregen. Je berooft haar dus van niets. Volgens de wet hebben ze het recht op den schat verloren. En moreel niet minder, door de manier waarop ze de weduwe van den man, die zijn leven voor hen opofferde, hebben behandeld. Noem het geld. Het is jouw eigendom! Toen het volop dag was, hadden zijn twijfelingen plaats gemaakt voor een vast besluit. Hij verliet zijn kamer, liep een café binnen en vroeg om een adres boek. Hij wist dat Mil. de Cherchemont gouvernate was bij een zekere Madame Perrin. Er stonden tien families van dien naam in het adresboek. Michel no teerde de adressen en de telefoonnummers en ging naar een postkantoor. Bij het vierde telefoongesprek dat hij aanvroeg, was hij aan het juiste adres. Michel vroeg hoe laat Mil. de Cherchemont bezoek kon ontvangen en vernam, dat het het beste ocnvenieerde wanneer hij „Made moiselle" tegen half één kwam bezoeken, omdat ze dan geen gessen had te geven. En om de schepen der verleiding achter zich te verbranden, meldde hij de jonge dame per telegram dat hij haar om half één zou komen spreken over een familie-geheim. En hij onder- teekende het telegram met zijn naam, die haar uit de overleveringen van haar geslacht bekend moest zijn. IV. Het huis van Madame Perrin lag in de Rue Boissière. Michel werd in een kale leerkamer gelaten op de derde verdieping en na enkele minuten ging de deur open en verscheen een aristocratisch, maar verarmd- uitziende jonge dame, in wier handen hij een vermogen kwam leggen. Claudine de Cherchemont moest thans ongeveer vijf en twintig jaar zijn, maar ze zag er uit als dertig. De droevige uitdrukking in haar oogen, de bleeke in gevallen wangen, haar nerveuze bewegingen, ver telden van een vreugdelooze jeugd, van dagelijksche vernederingen, harden arbeid en een omgeving waarin ze niet thuis behoorde. Toch droeg ze haar hoofd trots rechtop. Met haar smijdig-blond haar, haar fijne trek ken en den nobelen ernst van haar gelaatsuitdrukking deed ze denken aan een Middeleeuwsch beeld. Michel kon zich niet onttrekken aan de ondefinieerbare charme die van haar uitging. Haar eenvoudige, donkere kleeding gaf iets bijna- strengs aan haar schoonheid, maar het was niet moei lijk te zien dat een weinig geluk een blos op deze bleeke wangen zou tooveren en een glimlach om de omfloerste oogen zou brengen. U hebt me te spreken gevraagd, begon ze met een I klankvolle, aantrekkelijke stem, toen de jonge marl bleef zwijgen, en ik heb U ontvangen om den naad dien ge draagt, een naam die de herinnering aar. I heldenmoed bij me wekt, wat er ook sedert dien ge beurd mag zijn. Pardon Mademoiselle, antwoordde Michel, er is I sedert dien niets gebeurd, dat een vlek op dezen naail werpt en de reden dat ik U te spreken heb gevraag: I is juist om U dat te bewijzen. Mijn voorvader FranqueJ is ervan beschuldigd zich de juweelen en het goud I' I hebben toegeëigend, dat Graaf de Cherchemont me'-1 zijn hulp verborgen had. Ik heb dien schat terug-1 gevonden. U? Ja mademoiselle, ik. Opgewonden deed hij Claudine het verhaal tot in de kleinste bijzonderheden. Ik wensch mij niet beter voor te doen dan ik bet I eindigde hij en biechte eerlijic op hoe hij de verleioi«S I om den schat te behouden, slechts met moeite weer staan had. Ik verdien geen dank: wat ik deed, de ik voor de eer van mijn voorouders. En ik, zei Claudine met een trilling in haar stem, Ik moet U in den naam van mijn voorouders vergiffen I vragen. En na een lange pauze vroeg ze: En waar is die schat nu? Op mijn kamer. Ik zal U den koffer brengen, zoo-1 dra ge wilt. Ik zou er de voorkeur aan geven, antwoordde z(l na een nieuwe pauze, als die direct werd gebracht I naar den persoon van wien hij hoort. j Zijn er dan nog andere Cherchemonts, behalve El vroeg Michel verwonderd. Ik heb gehoord dat bj de laatste van het geslacht is. Ik ben inderdaad de laatste. Michel keek haar met een vragenden blik aan. De rechtmatige eigenaar van deze juweelenkist £"l haar inhoud is Monsieur Lankwitz. Omdat hij het chateau gekocht heeft? Het contract zegt uitdrukkelijk: „Met alles wat z'cl1 erin bevindt op het oogenblik van de eigendomsovet dracht. Ik herinner me heel goed dat hij mijn arDie I vader, mijn moeder en mij deze clausule aanwees en zt'-l Jullie ziet dat er nog menschen zijn die aan he bestaan van den schat gelooven. Dus Uw vader geloofde er niet aan? Neen. gelijken, het nadert costuum-, dans, en alle verfijning en rijke gerlijke Schouwburgh verlangt. Royaards zeker niet in alles ooi hem reeds voorgegaa aangelegd heeft ook 1 toegepaste kunsten n; werd, hebben door 1 Saalborn is het nu, dii gebied dien grootschc Ook met de jongst* nachtdroom en Feeks lem is het hem wee van het begin tot het iets te brengen van in de rangschikking gen, welke van Ro willen het voorloopij uitsprekende dat het kostbaar streven zal gelijke stukken op peil van keuze en o blijven bepalen, hopi van den wil om te e> zijn geheele gezelsc! het geheele Nieuw* zijn waarlijk artistiel meer zal kenmerker Kunst is zeker spanr In dit verband mc Theo van der Bijl i spanning die hij wis maar zoo licht tot 1 de Midzomernachtdi De Haarlemsche Oi leiding toen edel we MENSCH In December 1.1 ga Hofstad tooneel, Dii hier een voorstelling nard Shaw: „Mensc Aangemoedigd door de Haarlemsche blai voorstelling toen be Vereenigd Rotterda nog twee voorstellin op Zaterdag 9 en 2 Louis Gimberg tred terwijl de verdere b en mevrouw Schwe Jacq Reule, Alex F Raet, Enny Heymai Uitslag van den oj Af deeling I, 2e Kla: D. E. C.—Baa Is het voorspellen v zichtschrijver onde zeer ondankbaar w periode die ruim t geval in de anale: taak dubbel riskant Het is als bij het weten weinig van diverse elftallen na schuchter begeven Het merkwaardige Als hij het wél toch verkocht heb! Dat had hij in droevig. Maar U bent aan het bestaan i bepaling in het c rechten daarop te Het meisje knikte Dan, ging Mi< diepste overtuigin* bonden bent. En h schouwing ten be dat de vondst Lankwitz. Het meisje luistei merkbaar ongeno* En hoe staat uitgesproken was. redeneeren: dit 1 meer; de Cherche geen recht meer naar Mil. Cherchi ge antwoorden. 2 is om eerbied te tc vader onder een Ze sprak met de: een lichte blos oj oogen. Op dat o woon mooi. En zoo stond ze c heid in een kale li geving sprak vai en zij versmaadd Haar schoonheid spraken dieper tc oogenblik bewusi Neem tijd om is geen haast bij Ik heb er vo Claudine. Ik doen een contra* vader is geteeke: zijn. Ik begrijp bijna verontwaar verleider poogt t wanneer ik in be te zijn, ik dat hef huldig in geldza

Krantenviewer Noord-Hollands Archief

Het Bloemendaalsch Weekblad | 1929 | | pagina 2