FIRMA AU ZIJLSTRA STADSSCHOUWBURG DER LEBENDE LEICHNAM" PALACE W. H. VAN STAVEREN i. TH. KORT F. LOS, z o o K AAN DEN BLAUWEN DONAU FIRMA AU ZIJLSTRA DAMESKAPSALONS HAAKWERKEN - PERMANENT WAVE PARFUMERIEËN - WATER-ONDULATIE MACCO EN NET ONDERGOEDEREN KENNERS DRAGEN BRUfJNZEEL'S Electro Technisch Bureau B. KUiJL, DE STRAAT DER VERLORENEN Gez. VERZIJLBERG TOONEEL. BOS-VAN DEN ENDEN - HAARLEM - lil a. lil O Z lü tC U U h 0C lil Opening der zaak einde volgende week. JANSSTRAAT 69 TELEFOON 10883 H. C. VAN 'T LAND ELECTRICITEIT OP ELK GEBIED COMPLETE RADIO-INSTALLATIES ARTISTIEKE DAMESHANDWERKEN. HAARLEM Zaterdag 17 Mei 8 uur Woensdag 21 Mei 8 uur CINEMA EN VARIÉTÉ HAARLEM, Groote Houtstraat 111-113 - Tel. 11937. Vanaf Vrijdag 16 Mei VOORAF EEN ENORM BIJPROGRAMMA MET KOMISCHE- EN GELUIDSFILMS. RANJOS FRANCIS TRIO BADCOSTUMES BADMUTSEN vanaf 19 Ct. DAMESKOUSEN inBemberg -zijde HEERENSOKKEN vanaf 45 ct. SPECIAAL ADRES VOOR HET VAKKUNDIG OPMAKEN van Dameshandwerken. BRANDSTOFFENHANDEL Koudenhorn 10 - Gasthuislaan 54 - Velserstraat 31 - Kant. Zakstraat 8 I!l5? DE ESMOREIT-AVOND TE HAARLEM. Esmoreit heeft van dit seizoen niet te klagen gehad. De schitterende voorstelling van dit middeleeuwsche tooneelwerk door de spelers van het Schouwtooneel, nu enkele weken ge leden, zal in de herinnering lang bestendigd blijven. Vroeger nog, in Januari, hadden de heer D. Fuldauer en eenige zijner leerlingen en oud leerlingen van de R. H. B. S. te Velsen het stuk voor oogen gebracht aan de leden van het Nut te IJmuiden. Die voorstelling leidde er toe, dat het nogmaals, en nu een graad hooger, j.l. Zater dag gegeven is in „De Kroon" te Haarlem, voor de afdeeling Haarlem van het Tooneelverbond. Natuurlijk vallen jongelui als Fuldauer's. speelkrachten buiten vergelijking met de ge oefende vakartisten van het Schouwtooneel. Toch passen zij zeer goed in den geest en het karakter van het middeleeuwsche drama, den geest van onschuld en van eenvoud, van groote toewijding en van kleine middelen. In zulk een sfeer beweegt onze tijd zich haast niet meer en daarom zal een stuk als Esmoreit slechts een klein publiek trekken, een publiek, dat zelfstan dig genoeg is, om zich een oogenblik te ontslaan van de banden van het heden en over de voor geslachten heen het wezen der middeleeuwen te bespeuren. Bij jonge menschen zal zulk hervinden van de jeugd huns volks gemakkelijker gaan dan bij reeds oudere, te meer als gelijk bij deze Velser jongelui, zij in den heer Fuldauer een leermeester hebben hij was zelf een leerling van den Dietscher prof. Jan te Winkel die doorgedrongen is tot het kunstbegrip van gind- sche tijden en de gave bezit om ook zijn leer lingen daarbinnen te voeren. Inderdaad, van de verschillende Esmoreit-vertooningen der laatste jaren is men, zonder aan eenige te willen tekort doen, geneigd om die van Fuldauer's gezelschap te verklaren tot de zuiverst middeneeuwsch gestempelde. Hier is een kleine, afzonderlijke, afgesloten kunst, die zeer dicht schijnt te be naderen de karakterzinnigheid en de afzonder lijkheid dier verre tijden. En wat de taal betreft, het Dietsch was jeugd en behoort daarom op jonge lippen. Al de medespelers gaven zich met liefde aan hun rol. D. Sterk verhief zich tot vroomheid in de vóór- en in de slotspraak. Sara van der Linde, Damiet, was vol zachtheid, gratie en 'minne. Nora Kolkman, de Koningin, ontroerde door deemoedig gedragen lijden. J. Groen, als meester Plautus, was één en al grijze waardigheid. D. van der Werff legde in de rol van den ver rader Robbrecht dikwijls zeer fijn spel. Bijzonder verzorgd leek ook de kleedij, die ontworpen is door den heer H. J. Calkoen te Driehuis. Bij alle sierlijkheid bleef zij binnen de pél-ken van den eenvoud. Het gaat immers niet aan de middeneeuwsche stukken weidsch aan te kleeden. De vertooners ervan, de „ghesellen van. den spele", waren rondreizende luiden en zullen op 't stuk van kostumeering niet verwend zijn geweest. Na afloop van de ernstige Esmoreit ging een sotternie of klucht, „Nu noch", waarin een mid deneeuwsch huiselijk hellet je te zien werd ge geven. De boer, de heer R. Th. Doorn, beproeft met hulp van een buurman tevergeefs een dragelijk lot in huis te krijgen. Mej. Albertine Stolp was het kwade wijf en was en deed zoo danig, dat zelfs toen zij den boer afranselde, de heeren uit het publiek dachten, dat hij haar eens in de armen kon sluiten. Dr. Ch. T. Haje had den avond ingeleid met een rede over het tooneel der middeleeuwen, met name dat der 13de eeuw, waarin de Esmoreit geschreven werd. Deze spreker, merkten wij, bezit zijn stem van vroeger nog. Aan de dames-speelsters en den leider werden kransen aangeboden. Het applaus was vrij levendig en toch was het een stemmig Haar- lemsch publiek geweest. Bij de Vlamingen had men Fuldauer en zijn jonge volk op de schou ders rondgedragen. Waarom mogen Gent of Antwerpen nu niet voor „Esmoreit" en „Nu noch" aan de beurt zijn? Jubileum Cor Ruys. Cor Ruys jubileerde Donderdag 8 Mei in den Stadsschouwburg in Edward Ch. Carpentier's stuk „De Vrijgezel-Vader". Cor Ruys is een tooneelspeler van zessen klaar, neen, één in- achten, die alles kan, behalve onbeschaafd zijn, wiens humor en goeden luim in het eene tooneel u uitbundig maakt van eigen innerlijke pret, wiens rustige waardigheid in het volgend too neel u maakt tot een kalm en ernstig toeschou wer, maar die u altijd bezighoudt en boeit. Het stuk is gebouwd op een geestige veronderstel ling. Sir Winterton, een geestige, maar nog al on deugende oude-heer, zoo iemand, wiens bankier het drukker heeft dan hijzelf, is eenige malen op het oppervlak der aarde in de nabijheid van interessante, of schoone, of pikante vrouwen goeddoende rondgegaan. Hij, altijd nog vrijgezel, verveelt zich, drinkt dus, heeft dus jicht en een dokter, zijn vriend, die hem niet beter kan maken, nóch met gewone medicijnen, noch met diëet; want het gewone is niets voor dezen onge- woon-erg-verwende. De goeje dokter, terdege beseffende dat 's mans leven (hoe rijk ook in materialistischen zin), arm is aan geluk, omdat het geen andere levens heeft om zich aan toe te wijden en des noods aan op te offeren, geeft in ernst aan Winterton den raad, zijne natuurlijke spruiten (dat moeten er minstens drie zijn), rondom zich te verzamelen, en zich tot levensdoel te stellen hun gelukvoor de mop, 't is een reuzen-ver zetje, wordt de voorslag aangenomen. Wij zien 's mans advocaat twee mooie meisjes en een flinken jongen opschommelen en in een volgend bedrijf beleven wij het zoowaar, dat die spruiten met elkaar een kritisch gezelschap vormen tot het bestudeeren van de mogelijkheid of onmoge lijkheid van dezen vader; kinderen moéten nu eenmaal een beetje voorzichtig zijn in de keuze hunner ouders. De kinderen halen op het kasteel alles overhoop en kegelen èn de engelsche deftig heid èn netheid met knecht en al onderste boven, op het laatst ook het opperhoofd van den wig wam zeiven, dien zij van een jichtigen, lastigen, maar grappigen brompot omzetten in een ge zonden, gezelligen tennisspelenden en in het ge luk zijner kinderen echt opgaanden vader. En dan is het meteen te laat voor een blijvende ver- eeniging van de spruiten met hun au fond bra ven weldoener; want hij heeft hun gegeven hun bestemming en zij, die hem van malloot nummer zooveel tot mensch hebben gemaakt, gaan hun eigen weg en het scherm valt, nadat het britsch imperium vier normale levens rijker is gewor den. Het is inderdaad een leuk engelsch stuk, engelsch ook in dien zin, dat de onbehoor lijkheden en de herrie en opgewonden drukte van de menschen binnen de grenzen van den goeden toon en de koude maat worden gehouden. Cor Ruys was best. Louis Borel als de zoon, die tenslotte heelemaal niet van de familie bleek te zijn, uitnemend en Dolly Bouw meester, als een der meisjes, een overmoedig en brutaal schat je van goud. De eerste twee bedrijven zijn een klucht, het laatste bedrijf is een tooneelspel, het geheel in orde. De heer Van Hees huldigde in een uitnemende rede en met bloemen den weldra weer naar 0.- Indië vertrekkenden tooneelchef, de zeldzame kunstenaar en directeur, die het zonder sub- sidiën weet te rooien. Het publiek was welvol daan en riep, na een eenvoudig „dank u" van Ruys, met daverend applaus: tot wederziens bereid Den Zondag daarop Moissi. O, Alexander, wat ben ik blij dat gij vanavond hier terug zult komen met een stuk, dat wij waardeeren kunnen, en ook dat gij waarschijn lijk zelf niet lezen zult, wat wij hier schrijven gaan. Gij waart verkouden. Ons onmogelijk kli maat, een wilde rappij, een onmogelijk wijf, het tegendeel van een Muze, het had u te pakken. Maar door de keuze van uw stuk waren wij ver kouden. Alexander, dit is geen stuk voor 20e- eeuwsche Nederlanders. Het moge historisch juist zijn, dat in uw vaderland nog niet veel meer dan 100 jaar geleden 12000 zijner onder danen door een uwer vorstjes werden verkocht aan den britschen koning, opdat het hanig heer schap er zijne maitresse diamanten en japonnen voor koopen kon; het moge zijn voorgekomen, dat de pruisische Fritz dit voorkwam, nog net bijtijds, met een stoer bevel en een forsch ge baar; het zal ook wel waar zijn, dat de 12000, toen zij dat hoorden, waarempel zelf in opstand kwamen, voor ons, Nederlanders, die al onder Brinio en de Romeinen ons vel niet veil hadden voor geld en die nauwelijks ooit een woord heb ben gehad voor onderdanigheid, voor ons is dat alles vieux jeu en is zelfs de edelmoedigheid van den Pruis niet interessant. Ge moet het enthou siasme van de Nieuwe Rott. Ct. over dit stuk maar schuiven op de vele rijnschepen op de Maas en het naar Mainz laten terug varen; Bruno Frank is ons niet frank genoeg. Doch het moet gezegd, gij blijft Moissi, uw fijn, veelzijdig en beschaafd spel vond waardee ring uit achting voor uw persoon en misschien nog meer (want gij kwaamt in dit voor u toch vrij tamme stuk nauwelijks uit uw geweldig groote schulp!) voor de keurige opvoering als geheel en voor uw pracht van helpers. Bertha Grossbarth (welke heerlijke costumes droeg zij), Hans Schille, den „verbetene" en Willy Court, den sympathieken jongen broer, Wenzel Hoff mann, den hertog, die uiterlijk 'n beetje aan onzen Willem V denken deed, Walter Hiller, den overste der reuzen-grenadiers, Parker dan als minister-hoveling en eindelijk Klingenberg, den niet erg-engelsch gegrimeerden, maar toch vol doende brutaal optredenden onderhandelaar en afgezant van zijne britsche Majesteit. Men heeft u allen en men heeft alles toegejuicht, maar waarlijk, lieber Meister, Sie haben uns unter- schatzt. Auf Wiederschau'n, heut' Abend. Moissi doet Haarlem de eer aan in den Stads schouwburg zijne af scheids voorstel ling te geven! In Tolstoi's „Der lebende Leichnam" zal hij de hoofdrol vervullen als Fedja. De rol van het zigeunermeisje Mascha wordt gespeeld door Lydia Li als gast. Alexander Moissi is j.l. 2 April juist 50 jaar geworden. Fedja behoort tot een zijner beste rollen. Cornelis Veth herinnert er in de „Tel." aan, dat Moissi tien jaar geleden dit stuk en deze rol hier ook heeft gegeven. Fedja is de uit beelding van den innerlijk geadelden, maar zwakken (en daardoor maatschappelijk veron gelukten) mensch; in het verwaarloosde lichaam huist een geëxalteerde ziel, die het absolute wil deze naar de gezonde realiteit gesproken zwak ke, die week en zwak en weg wil zijn (vandaar de titel) openbaart in zijne zelf doorschouwing en zelfvernietiging de schoonheid eener teere, innerlijke wijsheid, welke hare fijne tooneelen uitspreidt tusschen hoogtepunten van harts tocht als liefelijke landouwen gegroepeerd kun nen liggen rondom strak opstijgende naakte bergen. Wij twijfelen er niet aan, of hedenavond zal den directeur van den Stadsschouwburg weder om bewezen worden, dat Haarlem e. o. iets werkelijk goeds op tooneelgebied altijd weet te waardeeren. GEVESTIGDE PERSONEN IN DE GEMEENTE BLOEMENDAAL. Opgave van 815 Mei 1930. C. J. A. A. Langenegger, Prins Hendriklaan 123, Overveen. A. Meijers, Dahlialaan 18, Aerdenhout. P. Marks, Esschenlaan 2, Bloemendaal. D. J. Butter, Or. Nassaulaan 76. Overveen. H. E. de Muinck, Zonnebloem laan 29, Aerdenhout. H. L. de Zwaan, Dr. D. Bakkerlaan 86, Bloemendaal. Mevr. J. Lands bergen, geb. De Zwaan, Dr. D. Bakkerlaan 86, Bloemendaal. J. J. Slobbe, De Genestetweg 16. Bloemendaal. W. Bosman, Iepenlaan 1, Bloemendaal. Wed. A. van der Zijpp, geb. Van der Zijpp, Klapheklaan 1, Aerdenhout. Wed. M. R. de Bert, geb. Becker, Klapheklaan 5, Aerdenhout. A. Prinsen, Iepenlaan 82, Bloemendaal. H. Kroes, Bloemendaalscheweg 233, Overveen. H. Smeenge, Brederodeweg 24, Bloemendaal. W. A. R. Jagerink, Zijl- weg 2, Overveen. J. J. Bekker, Leidschevaart 20, Vogelenzang. J. C. Urban, Vogelen- zangscheweg 71, Vogelenzang. C. E. Pieterse, Ted. van Berkhoutlaan 45, Aerdenhout. Bloemendaalscheweg 27 Tel. 22386 LANGE VEERSTRAAT TELEFOON No. 11826 Wij zijn Specialiteit in voor DAJ1ES, HEEREN en KINDEREN. Ziet steeds onze Etalage 's. h lil HOEDEN PETTEN STROO- HOEDEN SHIRTS TIES. OSTADESTRAAT DAMESKAPPER HAARWE RKER Timmerman, BOSCHLAAN 39. Werkplaats: BLOEMENDAALSCHEWEG 46 Telef. 23018. Postrekening No. 140541. KLEVERLAAN 12 - Telefoon 22074 WAGENWEG 1, HOEK HOUTPLEIN TELEFOON 13518. Jï Afscheidsvoorstelling van ALEXANDER MOISSI van TOLSTOI VER. ROTTERDAMSCH-HOFSTAD TOONEEL Dir. Cor van der Lngt Melsert: Blijspel in 3 bedr. door OESTERREICHER en Geyer. In de hoofdrollen: ANNIE v. d. LUGT MELSERT-van EES en COR van der LUGT MELSERT POLA NEGRI in haar eerste groote Euro- peesche film Verdere medespelenden: WARWICK WARD EN HANS RE HM ANN Op liet tooneel een buitengewoon Variété- nummer Trick-Comedy Dancers from Colusseum London TOEGANG BOVEN 18 JAAR lederen avond 1 voorstelling van 81/411 uur. Zaterdag- en Woensdagmiddag half drie MATINÉE. Zondag 4 voorstellingen te 2 uur 41/4 uur 7 uur 91/1 uur. Santpoorterstraat 61. Dames- en Kinder- ook in wol. Groote sorteering Kindersport- en halve Kousen, Kruippakjes en Jurkjes. WAGENWEG 1, HOEK HOUTPLEIN TELEFOON 13518. TEEKENINRICHTING. TELEF. 10497 PRIMA ENG. en BELG. ANTRAC.. GIET- en BRECH- COKES VOOR CENTR. VERWARMING I TELEF. 10497 I

Krantenviewer Noord-Hollands Archief

Het Bloemendaalsch Weekblad | 1930 | | pagina 2